Ik ben Maarten
Ik ben een man en woon in Brussel (België) en mijn beroep is redacteur.
Ik ben geboren op 02/12/1975 en ben nu dus 49 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: Uitgaan, lezen, roddelen, op reis gaan, zwemmen, niksen, stroelen, lekker eten, fietsen, een stad beleven.
De haren op mijn armen staan recht. Hoe ouder ik word, hoe meer haar.
De goegemeente wikt en beschikt. Er is maar één maatstaf: de grenzen van het welvoeglijke.
Aanleiding is het zoveelste opgeblazen relletje over Madonna en haar kruisiging, waarbij ze met een doornkrans op haar hoofd aan een enorm kruis vol kristallen hangt. Het is een vast onderdeel van haar Confessions Tour.
100 euro kost een ticket. Wat je te zien krijgt is al uitgebreid beschreven in dag- en weekbladen.
Mag een mens, of bij uitbreiding een stadion vol mensen, niet zelf beslissen wat ze welvoeglijk vinden? 100 euro is de prijs voor het recht op vrije meningsuiting. Veel te veel geld.
En daarom preek ik op mijn blogstoel. Geen hosties hier, alleen maar Pringles uit een buis. Geen man in een kleed die het beter weet, wel een kerel in een zeer coole Nudie-jeans en een fris shirtje van Matinique. Geen bijbel die de waarheid bevat, maar een boek vol twijfels.
Wie heeft die grenzen van het welvoeglijke vastgelegd? God? Klein Pierke? De heilige Madonna?
Welvoeglijk = overeenkomstig met de geldende normen (bron: Van Daele)
Volgens diezelfde tegenstanders van de kruisiging leven we in een normenloze maatschappij.
En dat vind ik nu fijn. Laat me zelf maar beslissen of ik boer op een volle trein. En of ik ga kijken naar een middelbare vrouw die met een doornkrans op haar hoofd aan een enorm kruis vol kristallen hangt.
Een treinticket naar Antwerpen kost 7 euro 50, een ticket voor Madonna 100 euro. De prijs voor het recht op vrije meningsuiting.
Zoals steeds sloot ik mijn dag (of in dit geval nacht) af met de nachtherhaling van het journaal. Een vriend vroeg me ooit of ik hier geen nachtmerries aan overhield. Het antwoord moge duidelijk zijn: neen. Ik droom niet. Of toch niets dat spectaculair genoeg is om me 's ochtends te herinneren.
Echt aandachtig was ik nu niet aan het kijken. Noem het eerder luisteren als je wil. Tot ik in een reportage over de DNA-stalen in de zaak van Stacy en Nahalie een naam hoorde vallen...
De naam van de Luikse procureur-generaal trok mijn aandacht: Cedric Visart de Bocarmé. Zo'n naam doet me wel dromen.
Ogen dicht en ik sta meteen op het Stadhuis, dat van Brussel, of dat van Luik, als zijn familie echt aandringt. Maarten, neem jij Cédric Visart de Bocarmé tot uw wettige echtgenoot? Oui oui oui.
Ik draaide mijn hoofd naar het scherm. Zou bij de perfecte naam ook de perfecte man horen? Niet dus. De mens is al 53.
Maar wat leer ik dankzij een snelle Google-zoektocht? Hij heeft een zoon. Die werkt op een unief. Op de ULB. Pascal heet ie. Maar vooral Pascal Visart de Bocarmé. Zoon van Cedric Visart de Bocarmé.
Ogen dicht en ik sta opnieuw op het Stadhuis, dat van Brussel, of dat van Luik, als zijn familie echt aandringt. Maarten, neem jij Pascal Visart de Bocarmé tot uw wettige echtgenoot? Oui oui oui. Et comme on est ici, beau-père, tu sais regler mes amendes?
Een simpele en zelfs onschuldige vraag. Hoe heten die meiden? Niemand van onze bende wist het. Waarschijnlijk niemand op de Oude Markt. Ook ik niet. Zelfs ik niet.
Ik heb het ondertussen even nagekeken. Keisha,Amelle en Heidi. In die volgorde staan ze op de foto. Keisha is de enige babe die er vanaf het eerste uur bij was. Dat is het zwartje.
Ik voel me een beetje schuldig. Een beetje maar. Het getuigt van weinig respect om meer belangstelling te hebben in de botten van de zangeressen dan in hun namen.
Alhoewel... Het waren heel mooie botjes. En het zijn lelijke namen.
Popmuziek had ik verwacht. Popmuziek heb ik gekregen.
Ik heb een band met de Pet Shop Boys. En dat is dan ook zo spijtig van een festival zoals Marktrock. Want die groep is stukje van mij. Nu niet dat ze van mijn gedane investeringen kunnen rentenieren, maar toch, ik heb door de jaren heen toch zeker één kostuum mee afbetaald.
Op een festival staan er echter mensen die geen enkele band hebben met de jongens. In het beste geval zetten ze een polonaise in op Go West en draaien daarna hun lief binnen. In het slechtste geval kotsen ze bij Go West een bloembak vol en draaien daarna hun lief binnen.
Intelligente popmuziek. Dat is wat de zoeker vindt. Maar die serveer je niet met een Stella, en zeker niet met Tobback in de buurt.
Voor KdG en andere non-believers heb ik enkele PSB-tekstfragmenten bijeengemaaid. Dat was niet moeilijk, want bij hun staat het gras altijd 2 kontjes hoog.
Don't want anyone to know my name Don't want to get a fax Don't want to meet the Royal Family Just 'cause I've paid my tax
* uit One of the crowd
I was faced with a choice at a difficult age Would I write a book? Or should I take to the stage? But in the back of my head I heard distant feet Che Guevara and Debussy to a disco beat
* uit Left to my own devices
My reflection on the street Is that the way I walk? Introspection as I speak I need to change the way I talk In a changing world theres so much you could be Why cant you choose your self like your enemy? Have you ever imagined a new you? I could be someone else The question is: who?
* uit Positive role model
Don't want a cat, Scratching its claws all over my Habitat Giving no love and getting fat Oh, (oh oh) you can get lonely And a cat's no help with that
Jolijt aan onze tafel. Iemand die we kennen heeft een nieuwe vriendin. Cindy. Wij hebben geen Cindy. Wij willen een Cindy.
We weten niks van Cindy. Dat hoeft ook niet. Ze heet immers Cindy.
Er zijn nu eenmaal namen die ons aantrekken. Je bladert door je vakantiefoto's en je zegt: "En dit zijn Cindy en ik aan het zwembad". "Ik ben gisteren met Cindy naar de manicure geweest" of "Cindy is vroeger naar huis vertrokken, haar hakje was afgebroken".
Zijn alle Cindy's in Vlaanderen dan ok? De redelijkheid zou me moeten doen bekennen dat er wellicht uitzonderingen rondtippelen. Cindy's die we liever mijden.
Maar dat is doemdenken. En daar doen we niet aan mee! Dus tot het tegendeel bewezen is zijn we op zoek naar een Cindy.
Want wij hebben geen Cindy. Wel een Tamara, maar dat is eigenlijk een tweedekeus-Cindy.
Er staat maar één naam nog hoger op ons verlanglijstje: Purdey.
Kandidaat-Purdey's mogen zich altijd melden. We zullen ze goed soigneren. Cindy's natuurlijk ook. Tamara's niet, want die hebben we al.
De eerste dag Marktrock zit erop. De conclusie is pijnlijk: weinig spek voor mijn bek. Of het nu aan het spek ligt of aan mijn bek, daar verschillen de meningen over.
Ben ik de enige die Iggy Pop een zeer akelig skelet vind? Blijven sommige mensen wel wakker bij het aanhoren van het repertoire van Ronny Mosuse? Kan The Bloodhound Gang het bloed van sommigen wel doen koken?
Mijn spreekwoordelijke meubelen werden een beetje gered door Bjorn Again. Die meubelen komen wel uit een kringloopcentrum. Bjorn Again voelt dan ook aan als een oude versleten zetel waar je goed in kunt hangen.
Maar mocht ik ooit veel geld winnen dan zou ik mijn salon bij Vastiau Godeau kopen. Het duurste, het mooiste. De hooghartige verkoopster, die me onlangs nog met een zure smoel een lederen zithoek uitjoeg, zou dan in mijn kont kruipen.
Maar voorlopig zit ik dus met een tweedehands-abba. 't Zit niet slecht, 't ruikt alleen een beetje duf.
En ik wil niet weten welke beestjes je er gratis bijkrijgt.
Longkanker velde hem. Terwijl ik gisteren in een discotheek aan de A12 het beste van mezelf stond te geven gaf zijn lichaam de strijd op.
Toen ik jonger was maakte hij een deel uit van mijn toekomstplannen. We zaten met vier in de klas. Drie dames en ik. Maarten en de heilige drievuldigheid. We hadden een pact. Mocht iemand van ons ooit beroemd worden , dan zou ie de drie anderen uitnodigen voor zijn aflevering van Klasgenoten op VTM. Bij Guido Depraetere. Er was ook al beslist welke leraars de revue mochten passeren. Calluwaerts natuurlijk, het kreng van Frans. Michielsen, de vrouw die ons zover kreeg om een maandje Duits te gaan leren in Aken. En Leuridan, een vreemde man met appelsienen, en leraar Latijn.
Ondertussen zijn we ouder. A. werkt voor een autoleasefirma, A.(2) woont in North-Carolina en voedt 2 kindjes op. Van G. hebben we niets meer gehoord. Niemand van ons is beroemd.
Het is ook niet meer nodig. Want Klasgenoten zal niet meer terugkomen. Toch niet met Guido.
Ik schreef nog maar net dat mijn TV aan het genieten was van een welverdiende rustpauze. Maar nu wil 'm niet meer wakker worden. Ik overdrijf een beetje. Het beeld is deftig, maar het geluid hapert.
MTV klinkt nu net alsof het vanuit een aquarium uitzendt.
Het crisiscentrum van Binnenlandse Zaken krijgt er na de veiligheid op onze luchthaven een zware taak bij. Want dat kan ik je garanderen: als mijn TV er de brui aan zou geven, dan zal zelfs Guy Verhofstadt van een crisis spreken.
Mijn auto gevandaliseerd? Even vloeken en dan een pintje gaan drinken. Microgolfoven geeft de geest? Naar de container brengen en een frietje gaan halen. Favoriete jeans scheurt? Traantje wegpinken en shoppen maar. Gedumpt door lief? Zwartmaken en gaan sletten.
Maar TV kapot? Daar bestond geen rampenplan voor. Als ik echt pissed off ben is het wel beeld, geen klank.
Dan zijn we nu met twee, mijn TV en ik, broeders in de strijd.
Leve Youtube! roept mijn televisie. Het ding geniet van zijn verdiende rust. Mijn computer daarentegen kraakt. En mijn lachspieren ook.
Klik op de foto en geniet mee van deze hilarische scene.
De 4 oude taarten vermochten in de jaren '80 wat de dames van Sex and the city eind jaren '90 mochten overdoen: mijn tv doen opzetten voor verhalen over het sexleven van vrouwen.
Ik heb petjes. Veel petjes. En sinds 18u32 nog eentje meer. Toen liep de ebay-veiling af.
Mijn ingevoerd maximumbod bedroeg één euro maar mijn startbod van 50 cent werd niet overtroffen. Zou het passen? Geen idee. Wil ik weten wie dit petje ooit op zijn hoofd heeft gehad? Laat het uit. Moest ik het hebben? Natuurlijk.
Ergens, diep weggeborgen in een kast, zit mijn Take that-t-shirt. Gekocht in het pre-ebay-tijdperk. Ik heb het al jarenlang niet gedragen. Maar ik zou het nooit verkopen, want er hangen veel te veel herinneringen aan vast. Herinneringen die me veel meer waard zijn dan 50 cent.
Elk petje uit mijn collectie heeft zijn verhaal. Hoe mager ook.
Misschien maak ik ook nog wilde dingen mee met mijn nieuwe pet. Zal ik mijn toekomstig lief leren kennen met dit petje op mijn hoofd? Zijn openingszin zal ie niet ver moeten zoeken.
Wie mijn favoriete Take that-lid was? Mark Owen. By the way, ik ben Maarten, aangenaam, en hoe heet jij?
De groepsnaam trok mijn aandacht. Panic! in the disco.
En nu komen ze naar Pukkelpop. Misschien slapen ze in Brussel en kom ik de zanger toevallig tegen. In de lobby van zijn hotel. Waar ik toevallig sta te wachten.
Maar tot dan neem ik genoegen met de video's van "I write sins not tragedies" en "But it's better if you do". Ik ben fan!
* video's bekijken kan je door te klikken op de foto's
Mijn moeder (vanaf nu "ons Ma") zei vandaag dat ik soms best een koppig kind was. Deze eigenschap verdoezel ik tegenwoordig onder de naam consequent.
Vanzelfsprekend was ik het er niet mee eens. Schreef ik hier immers niet dat ik een braaf kind was?
Om haar stelling te staven kwam ze met een anekdote op de proppen. De kleine Maarten wou op zesjarige leeftijd geen hand geven aan enkele bevriende joden in Londen. De reden waarom werd niet opgegeven. Ons Ma dreigde ermee om me in de hoek zetten indien die handen niet alsnog werden geschud. De kleine Maarten verkoos de hoek want hij had besloten: hier worden geen handen gegeven. Die dag niet. En daarmee basta.
Ik herinner mij hier niets van. Ik vind dat akelig. Ik dacht tot vandaag dat mijn eerste arrival in Londen en bij uitbreiding Engeland pas op twaalfjarige leeftijd plaatsvond. Niet dus.
Zou een wereldstad als Londen dan geen blijvende indruk gemaakt hebben op de zesjarige Maarten? Nu zal ik niet beweren dat ik ons Ma liegt. Ons ma liegt niet. Dat is een familietrek. Wij kunnen niet liegen.
Op de autosnelweg was ik me aan het afvragen hoe ver mijn herinneringen teruggaan. De fiets die ik kreeg voor mijn eerste communie kan ik me perfect voorstellen. Een prachtexemplaar. Hoge leuning, tot aan de nek, en veel knopjes aan het stuur. En ik kon ermee vliegen, want daarvoor dienden die knopjes.
Maar waar ik met die fiets naartoe vloog... ik zou het niet meer weten.
En een vlucht naar Londen zou me toch zeker moeten dagen.
En zelfs al zou ik het me terug herinneren, dan nog zou ik het blijven ontkennen. Want daar ben ik veel te koppig voor. Nou ja, consequent!
Brussel is de achttiende duurste stad ter wereld. Oslo, Londen, Kopenhagen, Zürich en Tokio staan bovenaan de lijst.
Is dit goed? Is dit slecht? Wil ik bijvoorbeeld in de goedkoopste stad ter wereld wonen?
Nummer 18. Dat is vis noch vlees. Mijn vroegere leraar zou er de bescheten term "gulden middenmoot" voor gebruiken.
Op 18 word je volwassen. En begin je te beseffen dat je in het leven niets voor niets krijgt. Maar in Brussel toch nog net iets meer dan in 17 andere steden.
En nu moet ik naar de winkel, voor vis en vlees. Het is toch een troost dat dit in Oslo, Londen, Kopenhagen, Zürich en Tokio nog duurder zou zijn.
Wat een dooddoener, alsof ik ooit zo ver zou gaan voor vis en vlees.
Je bent jong en wil wat. Ik wou niet zoveel. Ik was een braaf kind.
Nu ik het zelf schrijf, klinkt het fout. Maar ik deed weinig fout.
Ik was 15 jaar en woonde in Noorderwijk. Mijn grootmoeder woonde in Olen. Mijn overgrootmoeder woonde in Olen. Ze wonen nu nog altijd in Olen.
Rond half zes ging ik vaak naar mijn grootmoeder. Samen keken we naar Home and away. Samen waren we perfect op de hoogte hoe het met Alf was, samen zagen we dat Mister Fisher streng maar rechtvaardig was.
Daarna reed ik naar mijn overgrootmoeder. Samen keken we naar Buren. Samen waren we perfect op de hoogte hoe het met de Robinsons zat, samen zagen we dat Helen Daniels streng maar rechtvaardig was.
Ondertussen zijn we 15 jaar later. Ik ben nog altijd een braaf kind.
Het klinkt nog altijd fout. Maar ik doe nog altijd weinig fout.
Mijn overgrootmoeder kijkt geen tv meer. Ze woont nu in een rusthuis, en hoort niet al te goed meer.
Mijn grootmoeder kijkt nog wel. Maar momenteel vanuit het ziekenhuis.
Ik weet niet of ze nog op de hoogte is van de plots in Home and away. Ik zal het straks eens vragen.
Misschien zou ik haar best bezoeken rond half zes. Want van half zes tot zes uur, dat was ons halfuurtje. In Olen.
Mijn grootmoeder woont in Olen, maar nu even niet.
Hopelijk binnenkort weer wel, want in hou van Olen. En van mijn grootmoeder.
Mijn modegoeroe heeft gebeld. Babs heet ze. Ze vergist zich nooit.
De winter wordt vreselijk. Ik zet de trends even op een rijtje. 1. de ruit 2. de gothic-look 3. neominimalisme 4. breisels
Dit is een enorme ramp. 1. Volgens mij staan alleen Schotten en ramen met een ruit. 2. Het succes van mijn aandelen in Zwitsal, Nivea en Fa is omgekeerd evenredig met het aantal gothic-aanhangers. Noem me een tradionele jongen maar ik heb de mensen graag gewassen. 3. Maarten en neominimalisme is zoals een Zwitser zonder uurwerk en Micha Marah met een snor: het vloekt! 4. Na heroine inspuiten en bloed afnemen is breien het ergste wat een mens met naalden kan doen. Ik moet trouwens mijn eigen kleren wassen en wollen truien veranderen bij mij gegarandeerd in leuke avondjurkjes voor de iets wat gezettere vrouw.
Daarom bij deze: de winterse Maarten zal in seizoen 06-07 niet trendy zijn. Na een boycot van de birkenstocks voor mannen en de singletjes zal 2006 dus de geschiedenis ingaan als het jaar waarin ik er helemaal niet bijhoorde.
Soms weet ik waarom ik een uitgesproken fan ben van massacultuur. Het schept een vreemd gevoel van verwantschap met mensen die je van haar noch pluim kent. Soms weet ik waarom ik een uitgesproken fan ben van Shakira. Haar muziek heeft een gek effect op de mensheid. En ook dat schept een vreemd gevoel van verwantschap.
* klik op de foto's voor de artiesten in kwestie ** aarzel niet om jouw versie door te mailen