Uit: Is Elon Musk wakker' en verlicht'?:
Menselijk bewustzijn moet worden verhoogd' - Xandernieuws 6/6/2022
(
) Wat is het dan wel, wakker' of verlicht' zijn? Daar
blijken de meningen hemelsbreed over te verschillen. De ene noemt zich al zo
als hij of zij door heeft gekregen hoe we als burgers werden en worden bedrogen
met corona plandemie en de daaraan gekoppelde totaal onzinnige maatregelen
(lockdowns, mondkapjes e.d..) en natuurlijk de gewraakte Covid vaccinaties',
die in de landen waar deze het meest zijn toegediend al zo onnoemelijk veel
ellende hebben veroorzaakt (zieken, gehandicapten, doden). Of hoe we door alle
opzettelijk veroorzaakte crises (Oekraïne / Rusland, energie, voedsel) door de
globalistische elite in een technocratische Great Reset' klimaatdictatuur
worden gerommeld.
Een volgende vindt zichzelf of iemand anders pas wakker' of verlicht' als iemand besef heeft van een overkoepelend plan met de
mensheid, een goddelijk bewustzijn' en een spiritueel ontwaken. De bekendste
Nederlandse naam in deze wereld is tot op heden Marcel Messing (Worden Wij
Wakker?), die op zijn website met allerlei hoogdravende metaforen zoals op de
golfslag der verandering het onveranderlijke zoeken', en de stroom van het
leven neemt degenen die ervoor openstaan mee naar de plek waar nieuw zaad van
inzicht de beste mogelijkheden heeft om te ontkiemen' velen lijkt aan te
spreken.
Persoonlijk ben ik behoorlijk geschrokken van hoe weinigen
zien dat zijn met ogenschijnlijk grote bewogenheid gebrachte en veel kennis
gelardeerde boodschap dezelfde misleidende, om niet te zeggen gevaarlijke
geestelijke passiviteit veroorzaakt als het systeemchristendom dat al eeuwen
heeft gedaan. Want ondanks het wijzen op archonten' die de mensheid al
duizenden jaren gevangen houden in de Luciferiaanse schepping, termen zoals
lichtwezens' en terugkeren naar het oorspronkelijke veld', en ondanks het
wijzen op de ware betekenis van het Bijbelse evangelie en de volop in gang
gezette eindtijd, en ondanks het benadrukken dat we niet moeten toegeven aan
angst, lijkt Messing niet daadwerkelijk te voelen waar het
echt om draait.
Met zijn zachte, bijna hypnotiserende stem beweert Messing
bijvoorbeeld dat de enige manier waarop we deze eindtijd en aanstaande
ingrijpende transformatie kunnen overleven het staan in het Licht is. De archontoi kunnen
je niet eens zien.' Zijn vele artikelen en urenlange gesprekken zijn dan ook
samen te vatten met maak je geen zorgen, we zijn allemaal Lichtwezens, het
komt allemaal goed.'
De kern van de boodschap van Messing, en met hem bijna alle
andere lichtwerkers' of bewusten' op het internet en social media, komt erop
neer dat als je enkel maar voldoende besef' hebt dat je een lichtwezen' bent,
voldoende bewust' bent dat je een goddelijke scheppingskracht bezit, het
Duister vanzelf verslagen wordt of reeds is, en de Nieuwe Wereld spoedig zal
aanbreken.
Eerder zagen we deze incomplete, naïeve, verdraaide en
zelfs gevaarlijke houding terug in het christendom, dat in contrast met de
eerste leringen God' en redding' heeft geëxternaliseerd tot een
geloofssysteem rond een symbool en met bepaalde regels, belijdenissen,
gedragingen en uitspraken, en dat van de Christus een soort religieus
cultfiguur heeft gemaakt.
Messing prikt daar weliswaar doorheen, maar gaat vervolgens
eveneens voorbij aan de diepste kern door mensen met weinig doorvoelde
beschrijvingen steeds weer op quasi geruststellend zijpad te brengen, daarbij
de realiteit bagatelliserend dat de strijd rond de menselijke ziel een zeer,
zeer serieuze is, en ingrijpende consequenties zal hebben voor degenen die deze
strijd verliezen. Een automatische overwinning is dan ook beslist niet
gegarandeerd.
Noot
Claudia: Hier vind je twee zaken terug die de grootste
lokmiddelen zijn die gebruikt worden om de mens van God, Zijn Schepper weg te
trekken:
1 Het New Age denken: het centraal stellen van de mens en
deze los te trekken van Zijn Schepper.
2 De afschuw voor het Christendom: het afdoen van het
Christendom als een geloofssysteem met regels, belijdenissen rond Christus, een
soort religieus cultfiguur
Eerst en vooral is het New Age denken het stokpaardje van
het kwaad. Het is net zoals in de tuin van Eden, toen de oude slang Adam en Eva
erop attent maakte dat ze konden eten van de boom van goed en kwaad omdat ze
dan als God zouden zijn. Dit is nu net hetzelfde. De mens werpt zich op als god
en wil zich ontdoen van God, Zijn Schepper omdat hij Hem ziet als een beperking
op zijn vrijheid, op zijn creativiteit, op zijn streven enz. Maar de mens wil
niet inzien dat hij dan juist meer vrijheid heeft.
Dit is wat Jim Caviezel zei over vrijheid: Vrijheid is niet
de vrijheid om te doen wat we willen, maar wat zou moeten gedaan worden. (Wat
zou moeten gedaan worden is God te verdedigen en het kwaad te verdelgen.)
Je krijgt vrijheid door lief te hebben en door in liefde te
handelen jegens de medemens. Deze Liefdekracht is God Zelf. Deze kracht werkt
bevrijdend, en heeft eeuwigheidswaarde.
Wat het begrip lichtwerker is, het gaat hier niet over het Licht van God, maar het valse licht van de lichtbrenger Lucifer, Satan dus. Er is enkel vals licht in het streven naar kennis om jezelf tot verlichting te brengen. Dit valse licht is een dwaalspoor en verblinding om je tot de Hel te brengen. Deze lichtwerkers laten zich in met demonen, en steunen op meesters en verlichten om zichzelf tot een hoger bewustzijnsniveau te brengen. Wat onherroepelijk tot bezetenheid van kwade krachten leidt en totale willoosheid, omdat het voorwerp zich overgeeft aan Satan/Antichrist. Dit zal gerealiseerd worden door het Merkteken van het Beest waar degene die zich van het merkteken laat voorzien definitief een slaaf van Satan/Antichrist wordt. Hij zal dan ingezet worden als pion om zoveel mogelijk mensen op een dwaalspoor te brengen en naar Satan/Antichrist te brengen. Ondertussen is zijn DNA verandert en (h)erkent God Zijn schepsel niet meer en kan Hij daarom niet helpen. In de eigen wilskeuze van de mens komt God niet tussen.
**
Het zal lezers niet ontgaan zijn dat ik de laatste tijd
regelmatig aandacht besteed aan het unieke en spraakmakende kanaal van
Helma Broekman, omdat zij naar mijn overtuiging nog de enige is die een scherp
en levend besef heeft van waar het werkelijk om draait, dat het allemaal niet
zo simpel en eenvoudig is als enkel jezelf van iets goddelijks bewust' zijn,
dat er juist veel innerlijk werk en strijd voor nodig is, en die dit ook durft
te zeggen en schrijven.
In haar splijtende artikel van vandaag (Shocking Shock
(Telegram)) wijst ze nogmaals op de grote verandering die eraan komt, de keus
die ieder mens met zijn eigen vrije wil heeft tussen de evolutie naar een
kosmische Godsmens, of
de devolutie naar een Transhumaan stoffelijk astraal
mens.' Veel mensen stemmen onbewust volledig in met het laatste, vervolgt
Broekman, die waarschuwt dat de mens dan eeuwig gevangen blijft in de
stoffelijke en astrale werelden, daar het bewustzijn zodanig vernauwd is
geraakt dat de natuurlijke evolutionaire ontwikkeling van bewustzijn naar een
kosmische Godsmens is stopgezet.'
Noot
Claudia: Deze
vrouw heeft het over een evolutie naar een kosmische Godsmens, maar dit is wat de New Age bedoelt met het
uitstijgen boven jezelf naar verlichting. Maar het is niet dit soort van verlichting' die je tot God brengt en
niet in het eeuwige leven in de Hemel. Het spiritueel worden, waar Jezus het
over heeft, is het inzien dat het wereldse vergankelijk is en binnenkort zal
vergaan en je enkel zal overleven als je God kent en er een innige relatie mee
hebt. De ziel is onsterfelijk, maar leeft pas ten volle bij de volledige
kennis van God in de Hemel. De andere keuze is niet spiritueel te zijn en in
het vergankelijke wereldse vast te zitten, wat de wereld is van de prins der
duisternis en het leven dat in de Hel wordt verdergezet door eeuwige straffen.
De mens moet BEWUST KIEZEN voor God
en zijn leven in overeenstemming brengen met Gods Wil. De tijd van
Barmhartigheid is bijna ten einde en enkel de Waarschuwing met de 6 weken bekeringstijd
blijft over. God zal de mens aan zichzelf overlaten en aan zijn keuze nl. hoe
het is om zonder God te leven en volledig in handen van de Antichrist terecht
te komen.
Weet dat er uiteindelijk maar twee onstoffelijke werelden
overblijven: de Hemel en de Hel.
**
Deze bewustzijnsvernauwing heeft niets te maken met wel of
niet spiritueel zijn
Sterker nog: hoe meer men denkt spiritueel
ontwaakt te zijn, hoe geavanceerder de matrix (het duister) optreedt.' Daarmee legt ze de vinger op de zere plek van het passieve vertrouwen op de
demiurgische godheid' die als gemoedelijke vader' optreedt om zijn
(zogenaamde) kinderen te beschermen, en zo ieder bewustzijn weet te vangen.'
**
Noot
Claudia: Sedert de film de Matrix werd vertoond, heeft
men het steeds over de keuze tussen de rode en blauwe pil en de onzichtbare
wereld van de mens in strijd met de machines. Maar dit is fictie, in
werkelijkheid gaat het over de onzichtbare strijd van het goede tegenover het
kwade, van God tegenover Satan. Maar deze strijd zal spoedig merkbaar zijn op
aarde, als de laatste strijd wordt uitgevochten op aarde. De bezetenheid van
mensen die geen band hebben met God zal merkbaar worden in de heerschappij van
de Antichrist of Maitreya-Boeddha. Alle helse demonen zullen op aarde worden
losgelaten en hun missie is zoveel mogelijk zielen te verzamelen voor de Hel.
Uiteindelijk wil Satan deze zielen als voorwerp om te onderhandelen bij God.
Maar eens hij wil opstijgen naar Gods Troon zal hij definitief door een
krachtige Hemelse straal van Maria worden verslagen.
De grootste leugen die Satan brengt om de wereldelite te
hypnotiseren is zijn rol als lichtbrenger uitspelen. Deze rol had hij toen hij
nog God diende, maar deze rol is definitief verdwenen toen hij bij zijn uiting
van non serviam (ik dien (God) niet), ineens Satan werd. Satan is een
afkorting.
Satan is de naam door God gegeven Uit: Jezus
geeft zelf onderricht - deel 3 : Maria Valtorta
De naam Satan komt niet van de mens. God gaf aan de mens
het bevel aan alles wat hij wist en kende een naam te geven; en tot op heden
geeft de mens aan zijn uitvindingen een door hem gecreëerde naam. De
naam Satan komt regelrecht van God. Hij is één van de eerste openbaringen van
God aan de geest van zijn arme mensen (Adam en Eva) die veroordeeld waren tot
zwerven over de aarde.
Dit is de betekenis van deze vreselijke naam.
S Sacrilegio HEILIGSCHENNIS
Superbo HOOGMOEDIG
A Ateismo ATEISME
Avverso VIJANDIG
T Turpitudine LIEDERLIJKHEID
Tentatore BEKOORDER
Traditore VERRADER
A Anticarita LIEFDELOOSHEID
Avido BEGERIGHEID
N Negazione ONTKENNING
Nemica VIJAND
Dat is Satan. En dat zijn ook zij die satanisch ziek zijn.
Daar komen nog vijf vervloekte letters bij die zijn naam vormen en op zijn
flikkerend voorhoofd met vuur geschreven staan :
S Seduzione VERLEIDING
A Astuzia LISTIGHEID
T Tenebra DUISTERNIS
A Agilita
VAARDIGHEID
N Nequizia BOOSHEID
Deze vijf vervloekte kentekens van de Verleider staan
tegenover de vijf heilige Wonden van Jezus (2 van de doorboorde handen, 2 van
de doorboorde voeten en dan de wonde in zijn zijde). Deze redden door hun pijn
al wie gered wil worden van datgene waarmee Satan hen voortdurend inent.
Hij is de ´Tegenovergestelde'. Hij is alles wat
tegenovergesteld is aan God. En elk van zijn daden gaat regelrecht in tegen
Gods daden. Het is zijn opzet om de mensen in het verzet te jagen tegen God.
Dat is Satan.
Over de gnostiek: De 'demiurgische godheid is een begrip uit de
Gnostiek, en Gnostiek is een ketterij.
Gnostiek
(wikipedia): De gnostiek was een religie die
in de eerste eeuwen na Chr. ontstond en waarbij de verwerving van gnosis centraal
stond. Dat was min of meer gelijktijdig met andere religieuze bewegingen waarin
gnosis centraal stond, zoals het hermetisme, het mandeïsme en
het derde-eeuwse manicheïsme. In de Nederlandse literatuur worden religies
met gnosis als kernbegrip gezamenlijk weleens benoemd met het woord gnosticisme.
Hoewel de opvatting niet onomstreden is op het vakgebied wordt de gnostiek door
de meeste auteurs gezien als de uitdrukkingsvorm van de christelijke gnosis.
Gnosis is het Griekse woord
voor 'kennis'. In de context van dit artikel is de essentie daarvan het
verwerven van het inzicht in de oorsprong, huidige situatie en de bestemming
van de mens. Het centrale thema is, dat de mens afkomstig is uit een goddelijke
wereld en in zijn aardse situatie een goddelijke kern in zich heeft die
afkomstig is uit die wereld. Die kern is verstrikt geraakt in de materie of in
het kwaad in de stoffelijke wereld. Demonische krachten, soms ook
geïnterpreteerd als hartstochten of het noodlot, trachten die kern
gevangen te houden in zijn lichamelijk omhulsel. Wie de werkelijke situatie
kent en dus ook weet heeft van zijn goddelijke kern en van de mogelijkheid tot
terugkeer naar de goddelijke wereld heeft gnosis.
In de gnostiek valt zelfkennis en godskennis samen. Wie de
werkelijke situatie op aarde kent en zich bewust is van zijn goddelijke kern,
kent zichzelf. Wie op die manier zichzelf kent, kent ook God en wie God kent,
kent zichzelf. Gnosis is dus zowel zelfkennis als godskennis. Het is het
opheffen van onwetendheid. In het Boek van Thomas de Strijder wordt
vermeld: 'Wie geen weet heeft van zichzelf weet niets, maar wie
zichzelf kent heeft ook kennis verworven van de diepte van het Al'. In Ware
getuigenis staat: 'Dit is derhalve het ware getuigenis: Als de mens
zichzelf kent en God die de waarheid te boven gaat, zal hij gered worden en
bekranst met de onvergankelijke krans'.
Het verwerven van gnosis was niet voor iedereen bereikbaar,
maar was beperkt tot diegenen, die dat waardig zijn. Het was deels esoterische kennis
waarvan de kern geheim diende te worden gehouden.
Afbakening
Op het vakgebied is de afbakening van begrippen als
gnostiek en gnosticisme een steeds terugkomend punt van debat. Een eerste
moeilijkheid is al dat de termen in verschillende taalgebieden verschillend
worden gebruikt. De gnostische religie heeft ook vele varianten. Sommige
auteurs hanteren de term gnostiek alleen voor de groep grote mythologische
constructies uit de tweede en derde eeuw. In die constructies is sprake van een
breuk in de goddelijke wereld waar de wezenskern van de mens uit afkomstig is.
Het belangrijkste kenmerk daarvan is het onderscheid tussen een hoogste god en
een lagere, de demiurg. Het gevolg van een dergelijke afbakening zou zijn
dat geschriften als bijvoorbeeld het Evangelie van Thomas niet als
gnostisch beschouwd zou moeten worden. Dat kent geen beschrijving van de
goddelijke wereld en het bestaan van een hogere en een lagere god komt in de
tekst niet voor. De meeste auteurs geven echter op basis van het esoterische
karakter van de tekst er de voorkeur aan dit evangelie toch als gnostisch te
beschouwen. Andere auteurs geven voor de grote mythologische constructies de
voorkeur aan een term als de mythologische gnosis.
Ook het feit dat in de gnostiek sprake is van meerdere
verlossers leidt tot debat. Sommige onderzoekers spreken alleen van
christelijke gnosis als Jezus Christus als verlosser optreedt.
Anderen vinden herkenbaar christelijke elementen daarvoor voldoende. Er zijn
ook onderzoekers die gezien de grote onderlinge verschillen in gnostische
opvattingen en geschriften van opvatting zijn dat termen als gnostiek niet
meer gehanteerd zouden moeten worden. De Amerikaanse onderzoeker Michael A.
Williams heeft voorgesteld hiervoor de term biblical demiurgical
traditions' te hanteren.
Beelden
over gnostiek
Kennis over de gnostiek was lange tijd vrijwel geheel
afhankelijk van geschriften van de kerkvaders. Die beschreven dat als een
vorm van ketterij die bestreden diende te worden. Dat beeld is lange
tijd bepalend geweest voor de opvattingen over gnostiek. Het werd op die wijze
ook tot in de twintigste eeuw beschreven in de Europese literatuur. De
term gnosticism werd in de vroegmoderne tijd voor
het eerst in 1669 gebruikt door Henry More, een van de theologen die behoorden
tot de kring van de platonisten van Cambridge. Dat was in een commentaar op
zeven brieven aan zeven kerken in het tweede en derde hoofdstuk van de Openbaring
van Johannes.. Hij gebruikte de term om een leer van een zieneres in
Thyateira te kenschetsen, die haar volgelingen zou verleiden tot 'de
zogenaamde verborgenheden van Satan'.
In meer eigentijdse opvattingen is de gnostiek geen
ketterse afwijking van een orthodoxe standaard, maar een stroming die
onderdeel uitmaakt van de veelvormigheid van het vroege christendom.
Bronnen
Bij gebrek aan materiële bronnen berust de kennis van de
gnostiek geheel op tekstmateriaal. Alle nu bekende gnostische teksten moeten
oorspronkelijk in het Grieks geschreven zijn. Die Griekse teksten zijn
voor het grootste deel verloren gegaan. Er zijn enkele fragmenten bewaard
gebleven als onderdeel van de Oxyrhynchus papyri. Drie werken zijn in
geschriften van kerkvaders in het Grieks bewaard gebleven. Dat zijn Brief
aan Flora, Uittreksels uit Theodotus en de Valentiniaanse leerbrief. Alle
andere bekende teksten zijn Koptische vertalingen. Het grootste deel van
de gnostische teksten in de huidige vorm is in het Grieks geschreven tussen
ongeveer 125 als vroegst mogelijke datering en 250. Enkele
teksten kunnen dateren uit de tweede helft van de 3de eeuw. Van
een aantal teksten is het duidelijk, dat hieraan eerder geschreven, maar
onbekende literaire bronnen ten grondslag liggen.
De eerste gnostische tekst die in een Koptische vertaling
in het westen bekend werd was de Pistis Sophia, het enige manuscript van
de omstreeks 1770 gevonden Codex Askewianes. Kort daarna werden in Egypte twee
teksten gevonden die onderdeel waren van de Codes Brucianus. Eind 19e
eeuw werd de Berlijnse Codex gevonden. De drie gnostische
teksten uit deze codex werden door een aantal oorzaken pas in 1955
gepubliceerd. De belangstelling voor de gnostiek kreeg een grote impuls toen in
1945 de Nag Hammadigeschriften werden gevonden. De vondst bestond uit
dertien codices met in totaal 51 geschriften, waarvan er 40 tot op
dat moment onbekend waren. Het grootste deel van die geschriften waren teksten
uit de traditie van de gnostiek. In 1978 werd de Codex Tschacos gevonden,
waarvan het Evangelie naar Judas de bekendste tekst is.
Invloeden
Er zijn auteurs op het vakgebied geweest die van opvatting
waren, dat gnostiek zich uit een andere religie ontwikkelde.
Het beginpunt, de oorsprong van gnosis, zou dan een andere religie geweest
moeten zijn. Die oorsprong werd door verschillende auteurs toegeschreven aan
het platonisme, het jodendom dan wel het christendom.
Theürgie
Het geloof in en praktiseren van magie was wijdverbreid in
het Romeinse keizerrijk. Een vorm van magie was theürgie. Dit is een vorm van
magie waarbij het gaat om bezwering ofwel het beheersen en aanwenden
van het goddelijke ten bate van de mens. Theürgische ideeën en rituelen,
zoals beschreven in bijvoorbeeld de Chaldeïsche orakelen, komen voor in
zowel het neoplatonisme als in het hermetisme en de gnostiek.
In Zostrianus is bijvoorbeeld sprake van
een opstijging van de ziel van Zostrianus langs dertien hemelsferen. De ziel
van Zostrianus wordt met hulp van engelen naar een steeds hogere
sfeer begeleid. Zostrianus stelt bij iedere sfeer vragen en krijgt antwoorden
in de vorm van openbaringen. Bij ieder hemelniveau wordt Zostrianus gedoopt,
wordt zijn ziel verder gezuiverd en roept hij de goddelijke gestalten van dat
niveau aan. Dat gebeurt door magische formules met een theürgische
functie.
Platonisme
Er zijn auteurs die de gnostiek weleens benoemd hebben als
'op hol geslagen platonisme'. Die uitspraak is gebaseerd op raakvlakken tussen
platonische en gnostische voorstellingen over de geestelijke wereld en het
Zijn. Dat gaat al terug tot Plato. In de ideeënleer wordt
geformuleerd dat de ziel voor de geboorte in de Ideeënwereld aanwezig was en
daar volmaakte kennis van de Ideeën heeft opgedaan. De ziel wenst ook terug te
keren naar de goddelijke werkelijkheid.
Het werk van de Griekse middenplatonische filosoof Numenius
van Apamea (midden tweede eeuw) vertoont de meeste raakvlakken met
gnostische voorstellingen. Numenius onderscheidt een oergod (Het Goede, de
Vader) die hij als een groot intellect voorstelt en daarnaast een tweede,
scheppende god, de demiurg van Plato's Timaeus. Deze tweede god is
ook goed en wordt ook Nous genoemd. Hij heeft echter een hang naar de
materie. Hij is dan ook tegelijkertijd een derde god, een wereldziel, die
aan ongeordende materie verder door schepping vorm geeft. Dit blijft echter nog
steeds ver verwijderd van de kern van de gnostiek. De demiurg van Numenius is
goed en niet boosaardig of op zijn minst dwaas zoals in de gnostiek. De
gnostische geschriften hebben ook niet de bedoeling een filosofie uiteen te
zetten, maar zijn in de eerste plaats religieuze teksten. De notie van een
Verlosser die de onwetendheid kan opheffen is de Griekse filosofie vreemd.
Gnostici zochten persoonlijke religieuze zekerheid en hadden geen enkele
behoefte aan de formulering van een filosofisch-theoretisch kader om hun ideeën
en praktijken te verklaren.
Ook in het neoplatonisme kon er hevige kritiek op
de gnostici zijn. De grondlegger ervan, Plotinus (3de eeuw), had
gnostische geschriften zoals de sethiaanse Allogenes, Marsanes en
Zostrianus gelezen. In zijn traktaat Tegen de gnostici bestrijdt
hij diverse gnostische leerstukken, zoals de stapeling van hypostasen in
de gnostiek naast de door hem benoemde Ene, Geest, en Ziel. Plotinus keert zich
ook tegen de opvatting, dat de wereld opzettelijk kwaadaardig zou zijn gemaakt
door een lagere entiteit als de demiurg. Plotinus formuleerde dat een deel van
de gnostische voorstellingen aan Plato was ontleend, maar 'wat zij aan
nieuwlichterij te berde brengen, met het doel hun filosofie te poneren, heeft
met de waarheid niets te maken '. Plotinus' positieve waardering van de kosmos
en een theôria als kosmische kracht die alles in stand houdt
zijn noties die hij ontwikkelde als gevolg van zijn polemiek. Zijn beschrijving
van de ziel vertoont echter ook gnostische invloeden.
Van alle gnostische stromingen vertoont het sethianisme de
duidelijkste platonische invloed, in het bijzonder die van het
middenplatonisme. Die middenplatonische bronnen komen wellicht overeen met
bronnen van Plotinus. Dat zou verklaren waarom zij filosofische ideeën en
terminologie delen. In de sethiaanse Marsanes zijn metafysische en
rituele elementen bijvoorbeeld ook te herleiden tot het neopythagorisme of
de neoplatonist Jamblichus.
Jodendom
Onderzoekers die menen dat de gnostiek zijn oorsprong vindt
in het jodendom baseren zich vooral op de grote mythologische constructies in
de gnostiek. Er zou dan door een groepering, mogelijk in de marge van het
jodendom, in een vorm van verzet tegen een te strikt monotheïsme een
scheiding gemaakt zijn tussen de hoogste God en de Bijbelse scheppergod. In
veel gnostische teksten spelen figuren zoals Sophia (Wijsheid) een rol die ook
als manifestaties van God in joodse wijsheidsliteratuur als
bijvoorbeeld Spreuken voorkomen. In de joodse mystiek kon God
ook als een verschijningsvorm van de mens worden voorgesteld.
Gilles Quispel was van opvatting, dat de oorsprong
gezocht moest worden bij joodse sektes, die in het bestaan van twee goden
geloofden. In hun religieuze opvatting had God een vertegenwoordiger met de
naam Jaoël. Hij zat op een troon naast die van God en werd daarom
ook Metatron genoemd. Hij was de Engel des Heren uit
de Hebreeuwse Bijbel. De Maghariërs waren een van die sektes. De
sekte dateert uit de tweede en eerste eeuw v. Chr. Zij hadden de opvatting dat
de antropormofische voorstellingen van de Hebreeuwse God, zoals God
steeg op tot in de wolken, Hij schreef de Torah met Zijn hand, Hij
zit op Zijn troon geen betrekking hadden op God zelf, maar op deze
engel, die dan ook verantwoordelijk was voor de schepping. In een Samaritaanse bron,
de Malef , wordt gesteld dat de engel verantwoordelijk was
voor het creëren van het lichaam van Adam, maar dat God hem leven inblies.
Ook hier hebben de overeenkomsten echter vooral betrekking
op beelden en voorstellingen en niet op de religieuze essentie.
Christendom
De opvatting dat gnosis zijn oorsprong vindt in het
christendom werd enige tijd als achterhaald beschouwd. In de 21ste eeuw zijn er
toch weer enige publicaties verschenen met die opvatting. Die is gebaseerd op
een opvatting dat gnosis gekenmerkt wordt door een tegenstelling tussen de
goede God, de vader van Jezus Christus en de demiurg en boze engelmachten. Die
opvatting inzake een dan gnostisch dualisme steunt onder meer op
uitspraken in de brieven van Paulus. Sprekend over de wijsheid als 'Gods
verborgen en geheime Wijsheid' stelt Paulus in 1 Korintiërs 2:8:
'Geen van de machthebbers van deze wereld heeft die wijsheid gekend, zouden zij
die wel gekend hebben dan zouden zij de Heer der Heerlijkheid niet gekruisigd
hebben'. Met de machthebbers zouden hier geen menselijke heersers bedoeld zijn,
maar demonische krachten.
De meeste andere auteurs zien in deze en vergelijkbare
uitspraken geen aanleiding om de kruisdood van Jezus als de oorsprong van dit
gnostisch dualisme te zien. Ook in de laat-antieke wereld waren zeer veel
mensen overtuigd dat de mens door hemelse vorsten en machthebbers uit de
duisternis werd belaagd. Ook in vroegchristelijke milieus werd die opvatting
gedeeld en dacht men hierbij vooral aan gevallen engelen waarvan Satan het
hoofd was.
Gnostiek als zelfstandig fenomeen
Er is geen enkele auteur die ontkent dat de gnostiek
beïnvloed is door platonisme, jodendom en christendom. In toenemende mate wordt
echter gnostiek en gnosis in de kern als een zelfstandig fenomeen beschreven.
Groepen uit platonische, joodse en christelijke milieus voelden zich in de
eerste eeuwen aangesproken door de kern van het begrip gnosis. De verschillende
verschijningsvormen van en verhalen over gnosis zijn het gevolg van de
invulling van het begrip in meerdere milieus. Zij weerspiegelen het
intellectuele klimaat in hun ontstaansgebied.
Gnostische
theologie
De hoogste God is in de gnostiek volledig
transcendent. Hij wordt vaak de Vader, de Onkenbare en de Verborgene genoemd.
Hij is mannelijk noch vrouwelijk, persoonlijk noch onpersoonlijk. In de
gnostiek waren ook de eerste mensen androgyn. Die God brengt zichzelf uit
zichzelf voort en kan zich ontvouwen in andere goddelijke wezens. God kan
feitelijk alleen maar beschreven worden in termen van negatieve theologie,
dus door te benoemen wat hij niet is. Deze god is in daad boven het aardse
verheven. De mens kan tot hem opstijgen, maar hij bemoeit zich nauwelijks met
aardse aangelegenheden.
De meeste gnostische systemen kennen een vorm van monisme.
In die systemen ligt de oorsprong van het kwaad in de goddelijke
wereld zelf. De structuur van die goddelijke wereld wordt benoemd met het
woord pleroma. In de gnostische literatuur worden nogal wat varianten van
de structuur van het pleroma beschreven. Meestal was er echter een
basisstructuur van een Vader, een Moeder en een Zoon. De Vader ziet zich
weerspiegeld in het lichtwater dat hem omgeeft en realiseert zich dat hij
zichzelf ziet. Die gedachte verzelfstandigt zich en dat creëert de Moeder, vaak
aangeduid als de Eerste Gedachte of ook wel Barbelo. Zij ontvangt een lichtvonk
van de Vader en produceert een Licht, de Zoon. In alle gnostische teksten over
het pleroma verschijnen dan eonen, goddelijke krachten van een lagere orde
die paarsgewijs (mannelijk en vrouwelijk) gegroepeerd worden.
In de gnostische mythologie staat dat in het
pleroma een breuk plaatsvindt. Een van de goddelijke krachten, meestal Sophia,
ook wel Pistis Sophia, wil uit zichzelf iets voortbrengen zonder de
wetenschap van haar paargenoot en de Vader. Het gevolg is de misgeboorte van
de demiurg, vaak Jaldabaoth genaamd. Die wordt door Sophia
buiten het pleroma gestoten en wordt in de gnostiek vereenzelvigd met JHWH,
de Hebreeuwse God van het Oude Testament. Hij heeft veel kracht aan zijn moeder
onttrokken en dat stelt hem in staat de wereld en de mens te scheppen. De
goddelijke wereld is echter in staat de mens te bezielen met een goddelijke
vonk. De demiurg en zijn handlangers, archonten, trachten die vonk
gevangen te houden in zijn lichamelijk omhulsel. De meeste gnostici hadden dan
ook een negatieve waardering van het lichaam. Dat leidde bij sommige gnostische
stromingen tot het bepleiten van rigoureuze vormen van ascese en
afwijzen van seksualiteit en voortplanting.
Gnosis is in de gnostiek het resultaat van openbaring door
een Verlosser. Het gaat daarbij nooit om vergeving van zonden, maar om het
opheffen van onwetendheid. De verlosser kan Jezus Christus zijn. In de stroming
van het sethianisme is dat Seth en er zijn gnostische teksten,
zoals de Weergave van Seëm, waar dit weer een ander is. Als Christus wel de
verlosser is, wordt vrijwel altijd het standpunt uitgedragen, dat de goddelijke
Christus het lichaam van Jezus voor de feitelijke kruisiging verlaten
heeft. In geschriften als de Gnostische Openbaring van Petrus wordt
op die manier de kruisiging als een nederlaag voor de demiurg voorgesteld.
Gnostische
mythologie en literatuur
De theologische opvattingen van de gnostiek worden
uitgedrukt en verwoord in vaak uitgebreide mythologische verhalen en
constructies. In andere gnostische geschriften wordt geen mythe verhaald,
maar gaat de auteur er vaak impliciet van uit dat de lezer bekend is met de
mythe.
In de meeste mythen wordt het verhaal van de breuk in het
pleroma vervolgd met de schepping van de wereld en de eerste mensen. Vaak wordt
een geschiedenis beschreven tot of even na de zondvloed. In de nu bekende
gnostische geschriften staan alleen al haast 500 passages die aan de eerste zes
hoofdstukken van het Bijbelboek Genesis gerelateerd zijn. In de
geschriften vindt een gnostische herinterpretatie van die passages plaats. Het
'Ik ben een jaloerse God' uit Exodus 20:5 alsmede 'er is geen God
buiten mij' (Jesaja 45) wordt vele malen in de mond gelegd van de demiurg. Deze
zelfproclamaties van een boosaardige demiurg suggereren dat deze ongewild het
bestaan van een hogere god bevestigde.
In het Apocryphon van Johannes wordt de
gnostische mythologie het meest uitgebreid beschreven. Vier maal stelt Jezus
expliciet in zijn instructies aan Johannes: 'Het is niet zoals Mozes zei'.
Een ander voorbeeld van een herinterpretatie in gnostische
geschriften is het eten in het paradijs door Adam en Eva van de boom
van de kennis van goed en kwaad. Nadat de boze machten hen dat hadden verboden
worden zij hiertoe aangezet door Christus. Alleen op die wijze konden zij
gnosis verwerven. De essentie is, dat de Schepper-God van het Oude
Testament de mensheid in onwetendheid trachtte te houden. In Ware
getuigenis wordt niet zoals in Genesis gesteld dat
de slang Eva verleidde, maar dat de slang slimmer was dan alle andere
dieren in het paradijs en dat die haar juist had ingelicht en geïnformeerd. In
die tekst staat dan ook: 'Wat voor God is dit? Eerst misgunde hij Adam te eten
van de boom van goed en kwaad. [...] Zo heeft hij zichzelf geopenbaard als
iemand die afgunstig het kwaad beoogt. Wat voor God is dit? Groot is de
blindheid van degenen die hem aanroepen en hem niet hebben leren kennen'.
In een aantal geschriften wordt Eva door archonten,
dienaren van de demiurg, verkracht. Het gevolg zijn twee zonen die JHWH
en Elohim heten, de twee namen voor God in de Hebreeuwse bijbel. Het zijn
beide demonische krachten, en om dat feit te verhullen, worden zij ook
aangeduid als Kaïn en Abel. Seth, de derde zoon van Eva, wordt wel door Adam
verwekt. In de gnostische traditie zijn het zijn nakomelingen, het zaad van
Seth, die in deze wereld aanwezig zijn om de verlossing van de mensheid te
bevorderen.
De Tweede verhandeling van de grote Seth is een
geschrift met een sterk polemisch karakter. Er is een lang tekstdeel in het
werk waarin vrijwel alle belangrijke figuren uit het Oude Testament,
zoals Adam, Abraham, Isaak, Jakob, Mozes, David en Salomo alsmede ook
Johannes de Doper belachelijk worden gemaakt. Christus beschrijft hen als
lachwekkende figuren die in dienst hebben gestaan van de dienaren van de
demiurg en de mensen alleen maar verder in onwetendheid hebben gebracht en
gehouden: 'Lachwekkend was Mozes, een trouw knecht. Door hem een vriend te
noemen hebben zij een goddeloze getuigenis over hem afgelegd, omdat hij mij
nooit gekend heeft, hij noch degenen die aan hem voorafgingen. Van Adam tot
Mozes en Johannes de Doper heeft niemand van hen mij noch mijn broeders
gekend.'
Gnostische evangeliën
Er zijn zes gnostische geschriften, waaraan de auteur
destijds de naam evangelie heeft verbonden. Geen van deze gnostische
evangeliën is te vergelijken met de vier canonieke evangeliën, die
opgenomen zijn in het Nieuwe Testament. Met name de drie synoptische
evangeliën vertellen een doorlopend verhaal over het leven van Jezus. De
gnostische evangeliën zeggen niets daarover. De totstandkoming van de tekst van
de gnostische evangeliën is ook op een tijdstip dat later is dan de Bijbelse
evangeliën. Alleen bij het Evangelie van Thomas wordt het mogelijk geacht,
dat er uitspraken van Jezus in voorkomen die aan een mondelinge traditie waren
ontleend die onafhankelijk was van de canonieke evangeliën.
Begin 21e eeuw was er veel publiciteit over een aantal van
deze gnostische evangeliën als gevolg van onder meer het verschijnen van boeken
als de Da Vinci Code in 2003 en de eerste uitgave van het Evangelie
naar Judas in 2006. Als gevolg daarvan verscheen in populaire lectuur het
beeld, dat in een aantal van deze gnostische evangeliën de ware Jezus meer aan het
woord zou zijn dan in de canonieke evangeliën, die bovendien bewerkt zouden
zijn door de Kerk.
Op het vakgebied geldt dat beeld als even onjuist als de
aanname dat de uitspraken in de Bijbelse evangeliën allemaal van Jezus zijn.
Het vroegste christendom kenmerkte zich door een grote mate van veelvormigheid
en was veel meer heterodox dan orthodox. Alle evangeliën zijn een
product van zeer pluriforme opvattingen van de verschillende vroegste
christelijke gemeenschappen.
Meerdere
stromingen
In de geschriften van de kerkvaders worden meerdere
stromingen binnen de gnostiek genoemd, die als ketterij worden veroordeeld.
Over de meeste van die stromingen is geen enkele andere bron van kennis
aanwezig. Aan de meeste van die stromingen kan geen overgeleverde literatuur
worden toegeschreven.
De oudste stroming zou die van Simon Magnus zijn,
eerste helft 1e eeuw. Hij werd door de kerkvaders beschreven
als de eerste gnosticus en degene 'uit wie alle ketterijen voortkomen'. Vanaf
het begin van de 2e eeuw moet er een simoniaanse
religieuze beweging zijn geweest. De simonianen hanteerden een wat primitieve
gnostische constructie die in schril contrast staat met de veel meer
uitgewerkte en complexe constructies van het valentinianisme en
sethianisme. Op het vakgebied overheerst overigens de opvatting dat deze
constructie gecreëerd moet zijn door latere volgelingen van Simon na zijn
overlijden.
Basillides (eerste helft 2e eeuw) was een
leraar in Alexandrië. Hij had een kring van volgelingen waaraan hij theologisch
onderricht gaf. Eusebius benoemde hem als de man waaruit de gnostische
beweging ontstond. Basilides was de auteur van de Exegetica, een
werk in 24 delen en een commentaar op het evangelie. Het is niet duidelijk welk
evangelie dit was. Basilides zou dan de eerst bekende auteur zijn die
commentaren schreef op wat later het Nieuwe Testament zou worden. Er was
tot eind 4e eeuw een gnostische stroming die zich op zijn
opvattingen beriep.
Van twee andere stromingen is echter duidelijk herkenbare
en aan die stromingen toe te wijzen literatuur bekend.
**
Onder meer dit soort ernstige waarschuwingen is wat haar
krachtig onderscheidt van alle mooipratende lichtwerkers, die er vooral mee
bezig lijken te zijn mensen een goed gevoel te geven, alsof de strijd reeds
gewonnen is. Overigens biedt Broekman de mensheid wel degelijk veel hoop, maar
benadrukt tegelijkertijd dat redding en verlossing NIET vanzelf komt, NIET
extern is, NIETS te maken heeft met een geloofsbelijdenis, en iets vergt
waarvan keer op keer blijkt dat de meeste mensen dit te moeilijk vinden: naar
binnen keren en jezelf onder ogen zien, en jezelf laten onderzoeken en
uitzuiveren door het Licht (/ de Geest). Een pijnlijk, maar zeer noodzakelijk
en cruciaal proces, dat de meesten weigeren aan te gaan, of niet voltooien, of
weer laten roven.
Het ware bewust worden is pas mogelijk als je jezelf
ontdoet van de wereldwijde bewustzijnsvernauwing en gevangenschap binnen een
afgebakende feitelijk wereld, en dat kan alleen als je in totale liefde
bent
Niet spiritueel ontwaakt zijn is de sleutel, maar de
onnoemlijke zachte, doch krachtige onvoorwaardelijke liefde voor je medemens
zelf. Helma Broekmans finale conclusie (Liefde. Punt. (5)) komt feitelijk
naadloos overeen met de oorspronkelijke leringen van Jezus de Christus: Heb de
Liefde (God) lief boven alles, en je naast als jezelf.
Noot
Claudia: Het is duidelijk dat Broekman op het verkeerde
pad zoekt om redding en echte verlichting te verkrijgen. Zij maakt misschien
niet echt deel uit van de hele New Age, die erop gericht is je goed te voelen,
geen zondebesef aan te kweken, de mens als goddelijk te aanzien. Maar zij geeft
ook niet de ultieme oplossing door God te zoeken. Jezus laat Zich vinden in
Zijn volheid in de Rooms-Katholieke Kerk, die trouwens door Hem is opgericht.
De volledige reeks van genadegaven om het eeuwig leven bij God in de Hemel te verkrijgen
is enkel in de Rooms-Katholieke Kerk
te vinden.
Inderdaad komt redding en verlossing niet vanzelf, het
vraagt inzet en standvastigheid om je te ontdoen van alle zondesmet en de drie
invloedsferen: wereld, vlees en duivel. Je
positie in te nemen als Kind van God wat je alleen kunt bereiken door jezelf te
vernederen, je eigen wil te doden, de leer uit het Evangelie te volgen, de
voltooiing in de Rooms-Katholieke Kerk te vinden in de Sacramenten en volledige
Leer (geloof, gebed, vasten, devoties, catechismus
). Het is niet vaag de
term Licht gebruiken om je te zuiveren, maar de H. Geest die je helpt je te
ontdoen van zonde. Het is een bekeringsproces die een totale overgave aan God
vergt en een manier van leven is in LIEFDE
tot God en de naaste. Het is meer dan geloof, want het is de echte Waarheid,
de echte Werkelijkheid.
Het ontwaken zou je kunnen benoemen als het zich losmaken
van de zichtbare wereld (wereld, vlees en kwaad). En het zich richten tot het
Geloof in de Drie-ene God waar de redding vandaan komt in de Tweede Persoon,
het Woord, Jezus Christus. Het is de hele Gloriana in de Hemel.
|