Waarom laten priesters een stukje van de hostie
in de kelk vallen? Philip
Kosloski 16/1/2020

De symboliek van deze
handeling herinnert aan de eenheid van de kerk en de spirituele verbinding
tussen elke misviering.
Tijdens
de Mis in de Romeinse ritus van de Katholieke Kerk is het je misschien
opgevallen dat de priester een klein deeltje van de geconsacreerde hostie breekt
en in de kelk met geconsacreerde wijn laat vallen. Het is een ritueel, dat
gemakkelijk wordt gemist omdat het zo snel gebeurt. Maar de symboliek erachter
is diepgaand.
Volgens
Nikolaus Gihr in het boek Het Heilig Misoffer, heeft de handeling om een
deeltje van de H. Hostie in de kelk te laten vallen zijn oorsprong in de vroege
kerk en was het een gewoonte dat bedoeld was om de eenheid met de paus en de
plaatselijke bisschop aan te duiden.
Deelname
aan hetzelfde H. Offer werd beschouwd als een teken en een plechtige gelofte aan
de kerkelijke Gemeenschap; om dit te bewijzen en in stand te houden, stuurden Pausen
en bisschoppen deeltjes van de geconsacreerde Hosties naar andere bisschoppen
of priesters, die deze in hun kelk lieten vallen en consumeerden ... Tot
ongeveer de 9de eeuw bestond deze gewoonte in Rome. Daar zond de Paus
op zon- en feestdagen de Eucharistie naar de priesters die de H. Missen
opdroegen in de kerken in de stad, als een symbool van gemeenschap met het kerkelijk
Hoofd en als teken dat ze bevoegd waren om de H. Mis te celebreren.
Het was een zichtbare en
concrete herinnering dat ze verenigd waren met de Paus en bisschoppen telkens
wanneer ze de H. Mis celebreerden.
Een ander aspect van dit
ritueel was de verwijzing naar de eenheid van de viering van de H. Mis, dat een
representatie is van het Offer van Jezus op het Kruis. Katholieken geloven dat
Jezus niet elke keer opnieuw wordt geofferd bij elke Mis, maar dat de Eucharistie
een mystieke deelname is aan het ene Offer dat plaatsvond op de Calvarieberg.
Vroeger was het gebruik enigszins anders. Omdat de Hosties veel groter waren,
werd één van deze drie delen onderverdeeld in verschillende deeltjes en verdeeld
onder de aanwezigen, of naar de afwezigen gestuurd, of in de kelk geplaatst bij de volgende Misviering... Een deeltje dat
eerder geconsacreerd was, werd bewaard en verenigd met het Kostbare Bloed bij
het volgende Offer, om de voortdurende opvolging van het Offer te
vertegenwoordigen, evenals de eenheid
met het laatste Offer met de huidige Misviering.
Daarom geloven historici dat er enkele eeuwen lang twee deeltjes in de kelk zaten, één van de Paus of bisschop en één
van een eerdere Misviering.
De symboliek van deze
handeling wijst ook op de eenheid van het Lichaam en Bloed van Jezus in de Hostie,
aangezien zowel de Hostie als de geconsacreerde wijn de gehele aanwezigheid van Jezus lichaam, bloed, ziel en
goddelijkheid bevatten.
Het herinnert ons eraan
dat elke handeling van de priester tijdens de H. Mis geworteld is in bijna 2000
jaar geschiedenis en traditie en doelbewust is om ons veel diepe spirituele
waarheden te leren.
|