Mijn 3 weken Alpen-avontuur zitten erop. En het heeft pijn
gedaan, moeite gekost om me naar het einde te slepen. 20 dagen in de bergen
vertoeft, waarvan 16 dagen gefietst. Ik heb mijn onhaalbaar programma wat
moeten aanpassen door enerzijds enkele regendagen, waardoor ik drie keer een
aangepaste of halve etappe heb gefietst, anderzijds door de vele verplaatsingen.
Tent opzetten, tent afbreken en de verplaatsing over cols met een camionette neemt
ook wel wat tijd in beslag. In totaal heb ik 41 bekende en minder bekende cols
beklommen, (Franse bergjes of zogenaamde cotes tel ik niet mee). De laatste
vijf ritten heb ik gereden met een verband rond mijn rechterenkel/scheenbeen.
Overbelast en ontstoken. Net zoals enkele maanden terug (tijdens de LCMT) heb
ik mijn rechterbeen overbelast, toen mijn knie, nu mijn voet. Ik leg ook nu de
oorzaak van dit euvel bij mijn Parkinson-aandoening. Want maar al te vaak merk
ik tijdens het fietsen dat ik veel minder of amper kracht zet op mijn
linkerbeen. Ook bij het stappen sleep ik regelmatig mijn linkerbeen mee. Ik
moet daar echt beter opletten, soms lukt dat, vaak ook niet.
Op 16/08 heb ik de Izoard (vanuit Guillestre) beklommen, en
had een echte off-day. Tijdens de beklimming ben ik volgens mijn gevoel door
1000 andere fietsers voorbijgereden. Ik kon me niet echt oppeppen omdat ik toch
nog 2 dames en 3 oudere (volgens mij waren het zelfs 90-plussers) heren ben
voorbijgesneld tijdens de klim. Een echte baaldag was het, tong tussen mijn
wielen, flanellen benen, en niks kracht. Als toemaatje kreeg ik, toen ik
eindelijk na 95 km terug aan de tent was gesukkeld, nog behoorlijk op mijn
donder van mijn wederhelft Geja. Bleek dat ik haar in het afdalen van de mont
Dauphin gekruist heb, terwijl zij deze aan het beklimmen was. Ze had me zien
afkomen, begon te zwaaien en te roepen, maar pieredood als ik was heb ik daar
niks van gemerkt. Ik heb al mijn overredingskracht moeten gebruiken, samen met
het harde cijfermateriaal van mijn fietscomputertje dat ik stikkapot zat, of ik
had die dag zelf mijn potje moeten koken. Uiteindelijk heb ik de gemoederen
kunnen sussen door te trakteren op een etentje, maar ik heb toch in een
apart bed moeten slapen. Net als alle anderen dagen trouwens want om te wennen
aan het slapen op een veldbedje in een tent tijdens de Crocodile Trophy heb ik
mij zon beddeke aangeschaft. En dat lukt wel, zeker als je zo moe bent dat je
amper je tent nog kan openritsen.
sAnderendaags opgestaan en direct gevoeld dat het met mijn rechterpoot niet in orde was. En
vermits ik mijn wijnzuiperij fors heb verminderd kan het niet van de alcohol
(het pootje) zijn, zelfs niet van het wijnvertier tijdens het goedmaaketentje.
Ondanks de licht gezwollen enkel en de pijn in mijn rechterscheenbeen toch maar
de col de Vars langs twee zijden beklommen. 85 km en goed voor 2300
hoogtemeters. Zomaar opgeven doe ik niet. Een dag later was het rustdag omwille
van de verplaatsing vanuit Guillestre naar Bourge dOisans.
Het gevolg na deze rit was dat de pijn en de zwelling toenam.
Dus tijdens de rustdag toch maar gestopt bij de apotheek om
ontstekingsremmers, gel en een verstevigingsverband te kopen. Ideaal is dat
niet want rusten zou veel beter zijn. Maar zoals ik net zei, zomaar opgeven doe
ik niet. Een levende mens moet af en toe wat afzien. En omdat ik toch al gewend
ben aan het slikken van mijn dagelijkse dosis bibberpillen kan er een pilletje
meer ook wel bij.
In Bourge dOisans goot het water de 18e augustus,
vroeg op de morgen. Daardoor heb ik mijn langste en zwaarste rit opgedeeld in
twee etappes, verdeeld over evenveel dagen. En daardoor zou ik mogelijk mijn
enkel iets minder belasten. Na de extra tweede fietsdag (ritje van 47 km en
2300 htms, met beklimming van het geitepad col de Sarenne) hebben we opgekraamd en ons tentje tegen de
avond aan rechtgezet in St Jean de Maurienne voor de laatste twee zware
Alpentochten.
Dat was toch het plan, maar de Alpen hebben gewonnen van mij.
Ik heb de eerste rit aangevat met de col du Mollard. Boven gekomen voelde ik
echt dat mijn 132 km lange geplande rit teveel van het goede zou zijn. Ik ben
gestopt, heb mijn enkelverband harder aangespannen om toch nog de col de la
Croix de Fer te beklimmen en zo enigszins nog wat hoogtemeters (2200 in totaal)
op het conto te hebben. Voor de afdaling en de beklimming van de col du Glandon
heb ik gepast.
Mijn esposa Geja daarentegen werd beter met de dag want zij
heeft haar eerste echte grens van 1000 hoogtemeters op één col diezelfde dag doorbroken.
Ook zij is de col du Mollard opgefietst, waarvoor proficiat. Dat kost mij dan
weer een etentje, want een Hollander trakteert niet als hij iets te vieren
heeft, den Belg draait ervoor op.
Dat de Alpen mij pijn gedaan hebben, zeker weten, of ze mij
overwonnen hebben, dat oordeel laat ik aan anderen over, want mijn 16e
en laatste etappe over de Galibier heb ik toch niet geschrapt. Hoewel ik lang
getwijfeld heb, zelfs tot vlak voor aanvang van mijn laatste rit, heeft mijn
koppige aard het toch maar gedaan. Vanuit onze camping (waar alles in het teken
van de fiets staat, straatjes hebben namen van befaamde cols etc, echt een
aanrader!!!), is het klimmen van de eerste meter tot op de top van de Galibier
ofte 49 km aan één stuk met een totaal op de Galibiertop van 2300 hoogtemeters.
Een kado is het niet als je nog moet vertrekken. Maar mijn wilskracht heeft
mijn ontstoken enkel overwonnen, en het deed enorm deugd toen ik toekwam op de
top van de Galibier na meer dan 3,5 uur klimmen, gestaag tot steil, stoempend
en beukend tegen de wind op een hoogte van meer dan 2600 meter. En dan 49 km
bergaf!!!
Mijn 3 weken fietsavontuur is voorbij gevlogen. Mijn lichaam
is eventjes aan rust toe, maar ik denk dat ik hiervan binnen enkele weken in
Australie de vruchten pluk. Dat hoop ik toch. En zoniet was dit toch een
prettige ervaring. Zeker voor herhaling vatbaar.
Mijn talloze uren klimmen op mijn Tacx hebben hun nut
bewezen. Maar mijne heren Tacx, ondanks jullie verwoede pogingen (die zeker een
proficiat verdienen), staat jullie rollensysteem nog ver verwijderd van de
beleving in het echt. Klimmen in de bergen is veel lastiger en zwaarder dan
eender welke simulatie, maar vooral zoveel mooier.
De cijfers volgens mijn fietscomputer
Sigma Rox 8.0 van deze Alpenfietsvakantie;
16 ritten voor een totaal van 1598 km of net geen 100 km/rit.
De kortste afstand was 50 km, de langste 140. Bijna 81 uur in het zadel gezeten
en dat geeft een gemiddelde snelheid van 19,73 km/uur over de hele afstand, een
gemiddelde omwentelingscadans van 69/min aan een hartslag van 131 gemiddeld.
Kalorieverbruik 46463 eenheden.
Van de 1598 km waren 656 km bergop met een totaal aan
hoogtemeters verdeeld over de 41 cols van 39467 hoogtemeters of 2467 htm/rit.
52 uur geklommen aan een gemiddelde snelheid van 12,14 km/uur en een gemiddeld
stijgingspercentage van 5,25% over die 656 klimkilometers.
O ja, thuisgekomen en onmiddellijk op de weegschaal gaan
staan + 2,5 kilo!!!!!! U leest dat
goed, 2,5 kilo bijgekomen. Mijn buikvolume is sterk verminderd, mijn
beenspieren voelen aan als beton en zijn fors verdikt. Het is dus waar,
spiermassa is zwaarder dan vet, of zou ik dan toch weer teveel gellekes en
energiebars gegeten hebben?
Wat wel duidelijk is als ik voor de spiegel sta, is dat ik
mijn rechterbeen veel meer gebruik dan mijn linkerpoot. De omtrek van mijn
dijbeen is rechts bijna 5 cm dikker dan links, de kuit + 3 cm.
En nu rust, ontsteking verzorgen, fietsconditie onderhouden
en de eerste week van september met den toeffer naar Faakersee!!!
|