Om papier en karton goed gevouwen te krijgen hebben we twee methodes: - ritsen (zoals Veerle met het karton voor de doosjes): met een scherp mes en een lat maak je een ondiepe insnijding in het karton, zodat je het kunt vouwen met de insnijding aan de buitenkant van de vouw; - rillen: met een stomp voorwerp en een lat (een lege balpen, een embossingpen, de punt van een vouwbeen) maak je een indeuking in het papier/karton, daar waar de vouw moet komen; de indeuking ligt aan de binnenkant van de vouw. Ritsen wordt vooral gebruikt met dikker karton, waarvoor rillen niet meer volstaat. Ritsen is agressiever dan rillen, omdat het oppervlak van het karton doorgesneden wordt, waardoor het minder sterk wordt. Ook zie je de binnenkant van het karton na het ritsen: als het karton niet in de massa gekleurd is, is het resultaat niet altijd even fraai.
|