Volgende week start in Madrid een nieuwe grote klimaatkermis.
Onze Vlaamse minister van Klimaat, mevrouw Demir, zal komende maandag met
het vliegtuig naar de klimaatconferentie vertrekken. (Ja, we hebben een Vlaamse
minister voor het Klimaat, en ook een Brusselse minister, en een Waalse minister,
én een federale minister. België moet zowat het meest klimaat-vriendelijke land
ter wereld zijn: geen enkel andere natie heeft vier ministers om voor een beter
klimaat te zorgen!)
Op die manier van reizen is heel wat kritiek gekomen: velen vinden dat
je binnen Europa niet met het vliegtuig moet reizen; je kan overal ruim op tijd
raken met de trein. Zelfverklaarde klimaat-experte Anuna De Wever heeft ook
haar ecologisch steentje bijgedragen aan de reeks kritieken op de minister. "Zoiets doe je niet!", zegt ze met haar spreekwoordelijke uitingsdrang. Op
Twitter, wel te verstaan; alle grote geesten communiceren tegenwoordig via
Twitter.
Wel jammer dat Anuna er zelf niet zal bij zijn. Zij heeft zich
schromelijk van bestemming vergist, en was met de boot naar Zuid-Amerika getrokken.
Een beetje zoals Columbus eigenlijk: ook die is in Amerika terecht gekomen
terwijl hij helemaal ergens anders had moeten zijn.
Mevrouw de minister verdedigt zich tegen die kritiek met de vondst dat
ze naar Madrid gaat "planepoolen". Ik had er nog nooit van gehoord: "planepoolen".
Dat lijkt me nu al dé kandidaat bij uitstek voor "het woord van het jaar".
"Planepoolen" is hetzelfde als carpoolen, maar dan met een vliegtuig.
En als iedereen er de mond vol over heeft dat carpoolen bijzonder aan te
moedigen is, als oplossing voor het mobiliteitsprobleem, én als bijdrage voor
het milieu, waarom is er dan opeens kritiek op "planepoolen"? Want, zo heeft de
minister ons verzekerd: "Het vliegtuig zal helemaal vol zitten." Gelukkig maar,
zou ik zeggen. Stel je voor dat ze helemaal alléén in dat vliegtuig zou
vliegen! Zoals die man die onlangs, in augustus ergens, met een lijnvlucht
reisde van Coloradonaar Salt Lake City,
en de enige passagier bleek te zijn.
Alle gekheid op een stokje, mevrouw Demir heeft wél een punt: dat
vliegtuig zal sowieso naar Madrid vliegen, met of zonder de minister. En hoe
meer passagiers, hoe kleiner de CO2-bijdrage per persoon. Of niet?
Op die klimaatconferentie worden trouwens 25.000 (vijf en twintig
duizend !!!) deelnemers verwacht, en die moeten van over de hele wereld allemaal
naar Madrid zien te reizen. Ik wil er niet aan denken wat de bijkomende CO2-uitstoot
van dat nutteloze circus zal zijn. Véél mensen zullen hun verwarming een paar
graden lager moeten zetten om dat te compenseren! Is dat nu echt nodig dat
iedereen daar ter plaatse moet zijn? Kan zoiets niet via teleconferenties of
andere technologische snufjes geregeld worden, zodat elk in zijn/haar eigen
land kan blijven?
Maar goed: onze Vlaamse minister van Klimaat zal er dus ook zijn, en zij zal planepoolen. En iedereen is boos op haar.
Als ze iets beter had nagedacht, had ze met Sinterklaas kunnen mee liften,
achter op zijn schimmel. "Horsepoolen", dus. Hij heeft zaterdag toch gedaan met
zijn werk hier bij ons, en zal waarschijnlijk zondag ofzo naar Spanje terugkeren.
Te paard. Hoe anders?
Ik heb enkele collega's op het werk die de trotse vader of moeder zijn
van een tienerdochter. Mijn hart breekt als ik hen hoor vertellen over de
beproevingen die gepaard gaan met het opgroeien van een dochter van 15-16 jaar
of daaromtrent. En ik heb de grootste bewondering voor hun volharding en geduld
en inzet, en voor hun flexibiliteit en ruimdenkendheid.
Zelf heb ik geen dochters, ik kan er dus niet uit eerste hand over mee
praten. Ik kan hen dan ook geen goede raad geven vanuit mijn eigen ervaringen.
Ik kan hen ook geen hart onder de riem steken met de belofte dat het allemaal
wel in orde zal komen "want ik heb het zelf ook meegemaakt": ik heb het zelf niet meegemaakt, en kan dus niet zéker
weten dat het in orde komt. Ik heb wel een paar broers en een paar zussen met
dochters die ondertussen volwassen geworden zijn, en daar kan ik met zekerheid
zeggen dat het inderdaad wél helemaal in orde gekomen is; voor de ouders én
voor de dochters. De ouders hebben het al bij al redelijk overleefd, en de
dochters zijn opgegroeid tot verstandige, zelfstandige vrouwen.
Maar ik wil toch mijn bescheiden bijdrage leveren om mijn collega's
moed in te spreken, om hen een positief vooruitzicht te geven, om hen te laten
weten dat ik hen steun en begrijp. Omdat ik zelf geen ervaringsdeskundige ben,
heb ik de vrijheid genomen om hiervoor beroep te doen op Simon Carmiggelt. Wie
de kans ziet om te horen hoe Wim Sonneveld dat ooit gebracht heeft, moet het
zeker en vast eens proberen op te zoeken, op YouTube of zo.
Dus, voor alle getergde en wanhopige ouders van tienerdochters, dit is
het houvast dat Simon Carmiggelt te bieden heeft.
Conference De Jongens
(tekst: Simon Carmiggelt)
M'n dochtertje is vandaag getrouwd en dat vieren we.
Ze is pas eenentwintig. Ja, ze trouwen vroeg tegenwoordig.
Kijk, hier heb ik nog een fotootje van m'n dochter. Da's anderhalf jaar terug.
Oorspronkelijk zat er nog een knul aan me dochter vast, maar die heb ik er
vanaf geknipt. Maar dat was een bevlieging van zeer tijdelijke aard. En waarom
zou je nou met zo'n snotneus op je borst blijven rondlopen, nietwaar? Dat heeft
geen betekenis. Dus nam ik de schaar en knip, knip, daar lag Pim. Verdomd hij
heette Pim!
Als een meid getrouwd is, dan is zo'n meid geen kind meer, dan is zo'n meid
ineens méns geworden. En als je als vader zijnde zonder te veel narigheid je
dochtertje hebt opgekweekt tot mens, dan mag je als vader zijnde wel effe op
die mijlpaal plaats nemen, een zucht van verlichting slaken en een saffie
opsteken. Want wat is een kind? Ik zeg altijd: ´Een kind... Kijk eens, we staan
er borg voor. Als je kind iets overkomt, is het jouw schuld. Altijd. Want 'als
opvoeder falen we'. Trouwens, wat is een opvoeder? Een opvoeder is een stakker
die in het duister tast. Mijn vader, hij ruste in vrede, maar mijn vader was
een man met een paar harde handen. Die legde heus niet z'n oor op je zieltje te
luisteren. Een hengst voor je harses kon je krijgen. En zo ben ik dan
opgegroeid tot iemand met vrije levensprincipes.
Multatuli heb al gezegd: 'Kind, als ik me erop voorsta dat ik je vader ben,
spuw mij dan in mijn gelaat.' En daar had Multatuli gelijk in. Toen het puntje
bij het paaltje kwam, had Multatuli z'n eigen zoontje aardig verprutst. Maar
ja, op papier wist-ie het wijs te zeggen. En daar gaat het maar om bij dit
soort schrijvers, nietwaar?
Dus wat heb ik gedaan? Ik heb mijn dochtertje vrij opgevoed. Niet als een
boeman, maar ik heb m'n dochtertje opgevoed als een vrind. Ik heb d'r opgevoed
als een gelijke. En dan moeten jullie toch eens iets zeggen over die moderne
opvoeding.
Ik vroeg en vertelde m'n ouders niks, maar ik deed wat ze zeiden. En zo'n
modern kind vertelt je alles, maar doet nooit wat je zegt. In het begin is het
nog geen doodwond, maar ja, zo'n meid groeit op en dan komen de jongens. De
natuur moet z'n loop hebben, dat ken ik billijken. Ik weet het nog goed. Ze was
veertien. Toen komt ze thuis met een knul van achttien. Oh, ik zag het zo: een
gluiperd van het zuiverste water. Ene Harrie. Ik droom nog wel eens van 'm als
ik zwaar getafeld heb.
Maar ja, wat doe je in de moderne opvoeding? Je zegt niet tegen je eigen
dochtertje: 'Meid, ga uit m'n ogen met dat stuk verdriet!' Maar je haalt die
kwal binnen of het Sinterklaas is.
Oh, die Harrie. Hij was er altijd. En hij moest ook altijd mee-eten. En dan
was-ie zo gedienstig, weet je wel, zo glijerig. Hij kon alles zo lekker
aangeven. Het zout en de jus en de aardappels... Baah! Ik dacht als dát mijn
schoonzoon moet worden, dan verhang ik me op een mooie zondagmorgen in het
Amsterdamse Bos.
Maar goed, in het begin heb je nog enige invloed, want dan gaat zo'n meid aan
je vragen: 'Pa, hoe vind je Harrie?' En ik, heel link, ik begon Harrie te
prijzen. Ik prees hem regelrecht het graf in. Dat-ie zo gedienstig was en
dat-ie alles zo lekker kon aangeven... En zo zaagde ik indirect de poten onder
zijn stoel vandaan. Binnen de maand had ik hem plat. Dag, Harrie!
Maar ja... Harrie gaat, Piet komt. Piet gaat, Kees komt. Kees gaat, Nikkie komt.
En allemaal mee-eten! Oh, ik heb wat voedsel verstrekt aan die knapen. Maar ja,
je denkt ook bij je eigen: rekken en erbij blijven. Als ze vandaag of morgen
getrouwd is, dan mot ze het zelf maar weten, dan ken ik er ook niks meer an
doen.
Nou, en dat heb ik dan vandaag bereikt. Die knul waarmee ze vanmorgen naar het
stadhuis gegaan is, dat is geen kwaaie jongen, hoor. Een beetje een sufferd.
Hij helpt bij het afwassen!
Jonge mannen zonder enig normbesef, maar met een
snelle wagen: een dodelijke kwaal, waar helaas veel te omzichtig en veel te
zacht wordt mee omgegaan. "Zachte heelmeester maken stinkende wonden.", weet je
wel.
Het idee is nobel: "Iedereen verdient een tweede
kans!", maar hun slachtoffers krijgen jammer genoeg maar al te vaak géén tweede
kans.
En dan zou een verhaal zoals dit wel eens echt kunnen gebeurd zijn (of
echt kunnen gebeuren):
"Verdomme toch!
Ik had me echt wel voorgenomen
om iets voorzichtiger te rijden, nadat ik vorige week mijn rijbewijs was kwijt
gespeeld en een jaar rijverbod had gekregen. Ik vond de straf wel zwaar
overdreven: ik had een beetje te veel gedronken, en ben met de auto van mijn pa
aan 160 geflitst op de autostrade. Is dat nu zó erg?
Hoe dan ook: ik reed zonder
rijbewijs rond met mijn eigen nagelnieuwe sportkar, en wou liever niet door de
politie aan de kant gezet worden. Maar ja, dat laatste glas en die laatste
joint waren er misschien toch net iets te veel aan. Ik voelde me super goed, en
we waren in de auto aan het chillen, ik en mijn maten, en ik heb het gaspedaal
eens ferm ingeduwd. Hoe kon ik weten dat er juist op dat moment een gast op een
zebrapad de straat zou oversteken?
De rechter was bijzonder boos op
mij: vijf jaar rijverbod, en mijn auto in beslag genomen.
Ik was oprecht geschokt door die
strenge uitspraak. Okee, die gast ligt in het ziekenhuis, maar het was toch
niet mijn schuld dat hij voor mijn neus kwam opdoemen, zeker? Ik had hem gewoon
te laat gezien, omdat ik met mijn maten aan het dollen was.
Die vijf jaar rijverbod, dat kan
mij niet zo veel schelen. Eén jaar of vijf jaar, of levenslang, dat maakt mij
niets uit; ik trek me dat toch niet aan. Maar dat ik mijn karretje kwijt ben,
dat is vervelend: hoe moet ik het volgende weekend dan op zwier gaan?
Verdomme toch. Hoeveel pech kan
iemand hebben?
Ik had de auto van mijn vriendin
geleend om de bloemetjes buiten te zetten, dit weekend. Ik vond dat ik wel een
beetje ontspanning kon gebruiken na die rechtszaak van vorige week. En het zit
mij weeral tegen! We waren bezig met een serieus gesprek over de grieten, en ik
had daardoor eventjes niet goed op de weg gelet. En ik heb aan 90 per uur een
fietser van het fietspad gemaaid.
Mijn vriendin zal razend zijn
als ze merkt dat ik haar mooie auto geblutst heb. En dan mag ik volgend weekend
zéker de auto niet opnieuw gebruiken. Ik ben dus direct doorgereden naar de
garage van een kameraad van mij. Die zal de auto wel in een wip weer oplappen,
en mijn vriendin zal het nooit merken.
Verdomme toch. Van je maten moet
je het hebben!
Dienen typ van de garage is mij
gaan verraden bij de politie. Deze keer heb ik echt de volle laag gekregen van
de rechter. Hij zou "een voorbeeld stellen", zei hij. Ik heb een levenslang
rijverbod aan mijn been wegens 'vluchtmisdrijf'. Wat had ik dan moeten gedaan
hebben? Ik kon toch niet naar die ouwe fietser die daar op de grond lag, gaan
kijken, zeker? Ik kan niet tegen bloed!
Het ergste is dat mijn vriendin
het afgetrapt is, mét haar auto, nadat de politie aan haar deur was geweest
omdat het ongeval met haar wagentje gebeurd was. Nu moet ik voor het volgend
weekend een auto zien te huren om op stap te kunnen gaan!
Maar dat zal wel
lukken, denk ik: mijn kameraad zorgt wel voor een auto voor mij. En dan kan ik nog eens
ferm gaan doorzakken; ik heb het nodig na al die miserie!"
Black Friday is nog maar eens zo een fantastisch concept dat heel recent
van de andere kant van de oceaan tot bij ons overgewaaid is. Alsof we nog niet
genoeg idiote Amerikaanse gewoontes zouden overgenomen hebben? Is er trouwens
niemand anders die vindt dat die "vrijdag" wel érg lang duurt? Al de hele
voorbije week, en zelfs dit weekend er nog bij. Geen enkele andere vrijdag in
het hele jaar duurt zó lang. Maar ja, "Black Friday" is Amerikaans, en daar is
alles groot.
"Let's make friday great again!"
Black Friday, Cyber Monday, Singles Day, Boxing Day: het kan niet op.
We worden elke keer om de oren geslagen met ongeziene kortingen: min 30% voor
een auto, min 200 euro voor een flat screen 50 inch tv, min 250 euro voor de
nieuwste iPhone, min 100 euro voor een laptop, min 150 euro voor een
robotstofzuiger.
(Een mens zou zich daarbij wel gaan afvragen hoe dat mogelijk is, die
straffe kortingen. Dat zegt misschien vooral iets over de enorme winsten die gemaakt
worden bij de "normale" prijzen die ze ons aanrekenen?)
Hoe dan ook: wie kan daar aan weerstaan? Zelfs als we helemaal geen
nieuwe tv nodig hebben, zelfs als onze smartphone nog prima werkt, zelfs als we
in een minimum van tijd ons huis geveegd hebben met een ordinaire borstel, dan
nog bezwijken we voor die fantastische deals.
"Je kan die unieke promotie toch niet zomaar laten voorbijgaan,
zeker?"
En de winkeliers en webshops zijn bovendien uitzonderlijk vriendelijk
op die koopdagen: ik kan alles op afbetaling kopen, en het voorschot dat ik
moet neertellen is minimaal. Wat houdt er mij dan nog tegen? Ik kan alles krijgen
en ik hoef er nauwelijks geld voor uit te geven.
Echt, dit is bijna te mooi om waar te zijn!
Tot de maandelijkse afbetalingen zich gaan opstapelen, en de
aanmaningen in mijn brievenbus arriveren. Gelukkig kan ik dan nog altijd terecht
bij Cofidis of bij mevrouw Leemans, mijn vriendin: die willen met plezier mijn
afbetalingen combineren en mijn leningen herfinancieren "tegen aantrekkelijke voorwaarden".
En voor ik het weet ben ik alles kwijt! Ook mijn 50 inch flat screen
tv en mijn mooie nieuwe auto.
Is er dan echt niemand die een einde durft te maken aan die
onbeschaamd-bedrieglijke afzet-praktijken, of die de argeloze mensen durft te
beschermen tegen die lawine van dure verlokkingen? Het is een sluipend en
onzichtbaar gif dat ons verleidt tot aankopen die we totaal niet nodig hebben
en die we dikwijls zelfs niet eens kunnen betalen!
Waarom sturen we Black Friday niet zonder omhaal terug naar Donald?
Daar houdt men sowieso vast aan de vrije commerce die mensen in de
armoede stort met de mooiste beloftes.
(En ook aan de ultieme vrijheid om mensen dood te schieten omwille van het
recht op wapendracht.)
Zó gek hoeft het hier in Europa écht niet te worden.
Mijn radio
kreunt "Ik wil je, blijf bij me, hou van me".
En ik vraag me af waarom er zo weinig liedjes op de radio gespeeld
worden die een beetje inhoud hebben?
Waarom is bijvoorbeeld "You've got a
Friend" van Carole King zo goed als nooit op de radio te horen? Daar kan een
mens naar luisteren en even stil worden bij de prachtige tekst:
"When you're down and troubled,
And you need some love and care,
And nothing, nothing is going right
Close your eyes and think of me,
And soon I will be there
To brighten up even your darkest night.
You just call out my name
And you know wherever I am
I'll come running to see you again
Winter, spring, summer or fall
All you have to do is call
And I'll be there
You've got a friend
If the sky above you grows dark and full of clouds
And that old north wind begins to blow
Keep your head together and call my name out loud
Soon you'll hear me knocking at your door
You just call out my name
And you know wherever I am
I'll come running, running, yeah, yeah, to see you again
Winter, spring, summer or fall
All you have to do is call
And I'll be there
And I'll be there, yes I will.
Now, ain't it good to know that you've got a friend
When people can be so cold?
They'll hurt you, yes, and desert you
And take your soul if you let them,
Oh, but don't you let them
You just call out my name
And you know wherever I am
I'll come running, running, yeah, yeah, yeah, to see you again.
Winter, spring, summer or fall
All you have to do is call
And I'll be there, yes I will.
You've got a friend
You've got a friend
Ain't it good to know, you've got a friend?"
Vriendschap, een vriend zoals die waarover Carole King zingt, dat is
voor mij het mooiste en meest kostbare cadeau dat je kan krijgen. Echte
vriendschap is onschatbaar, geen mens zou de beproeving mogen doormaken om door
het leven moeten gaan zonder een echte vriendschap om op terug te vallen als
het moeilijk gaat. Eigenlijk zou dit moeten opgenomen worden in de "Universele
Verklaring van de Rechten van de Mens": het recht op een echte vriend!
Zoals alles wat kostbaar is, is vriendschap ook fragiel, breekbaar: je
moet er heel voorzichtig mee om springen en die vriendschap koesteren en
verzorgen. Maar net zoals je een kostbare kristallen vaas kan breken door ze iets
té stevig vast te grijpen, kan je ook een vriendschap kapot maken door
overdreven te willen pushen.
Het is niet
simpel om een goede vriend te zijn!
Of misschien
wel? Misschien volstaat het om gewoon te zeggen:
"You just call out my name
And you know wherever I am
I'll come running to see you again"
En vermits
je dat bijna nooit op de radio te horen krijgt, krijg je het nu van mij cadeau:
Binnenkort verwacht ik een vriendelijke meneer van Fluvius aan de
deur, om mij te laten weten dat ik verplicht moet overschakelen op een digitale
meter: ik heb zonnepanelen liggen, en dus krijg ik voorrang.
Voorlopig wordt dat nog een digitale meter met een "virtueel
terugdraaiende teller". (Ik heb het enge gevoel dat ik in "The Matrix" beland
ben!) Maar binnen 10 à 12 jaar is dat afgelopen. De VREG vindt namelijk dat wie
zonnepanelen heeft, "misbruik maakt van het systeem" door die terugdraaiende
teller. De VREG is van oordeel dat je de energie van je zonnepanelen direct
moet gebruiken: "zelfconsumptie" zoals dat heet.
Mijn voornaamste bedenking bij die visie van de VREG is dat ze daar
behoorlijk "wereldvreemd" lijken. En ik heb op Facebook al eens een idee gepost
over hoe ik dat in realiteit zie "werken", die "zelfconsumptie".
Omdat niet iedereen een Facebook-account heeft, wil ik het verhaal
ook hier in mijn blog eens herhalen.
"Mijn
digitale meter: een vooruitblik
Leve de moderne technologie! Ik krijg
een digitale meter. Gedaan met dat ouderwetse analoge ding. De vooruitgang laat
zich niet tegenhouden, en ik zorg dat ik mee ben.
Ik zie het plaatje al helemaal
voor me.
Het is avond, en ik kom thuis
van het werk.
We zijn overgeschakeld op het
winteruur, en het wordt al héél vlug donker. Iedereen in huis wil overal de
lichten aansteken, om de krant te lezen, of om huiswerk te maken. Oeps! Daar
moet ik een stokje voor steken: de zon is weg, en mijn zonnepanelen produceren
geen energie meer. En dus mag ik ook geen energie consumeren. Ik houd me aan de
richtlijnen van de VREG: ik moet energie verbruiken op het moment dat ik
energie produceer. En trouwens: mijn nieuwe digitale meter draait niet meer achteruit;
alles wat ik verbruik zal op mijn factuur komen. Niet getreurd: we steken één enkele
lamp aan, en gaan gezellig dicht bij elkaar zitten onder die ene lamp. Het is nóg
zo knus!
Goed idee van de VREG.
De herfst is al volop in opmars.
Het begint 's avonds toch serieus af te koelen. Misschien toch maar even onze
elektrische verwarming op zetten? Ja, wij verwarmen elektrisch, want wij hebben
groene stroom, en zijn dus véél ecologischer bezig dan onze buren met hun
gasketel. Oeps! Daar moet ik toch op de rem gaan staan: de zon is weg, en mijn
zonnepanelen produceren geen energie meer. En dus mag ik ook geen energie
verbruiken. Ik houd me aan de richtlijnen van de VREG. En trouwens: mijn
digitale meter draait niet achteruit; wat ik nu verbruik, kan ik niet
compenseren door wat mijn zonnepanelen morgen overdag zullen produceren. Maar
niet getreurd: we moeten toch al dicht bijeen zitten onder die ene lamp; dan
zitten we ook warm bij elkaar, samen onder één groot deken. Het is nog zo knus!
Goed idee van de VREG.
De magen beginnen toch te
knorren. We hebben 's middags op het werk en op school bokes gegeten; we willen
nu toch wel iets lekkers klaarmaken voor ons avondmaal. Oeps! We kunnen onze
inductieplaten niet opzetten: de zon is weg, en mijn zonnepanelen produceren
geen energie meer. En dus mag ik ook geen energie verbruiken. De VREG, weet je
wel. En mijn teller draait niet terug. Dan maar een koude schotel. Dat is ook
veel gezonder: veel rauwe groenten en een stukje geitenkaas.
Goed idee van de VREG.
De vaat laten we maar staan tot
we de vaatwasser kunnen laten draaien, ergens overdag, als de zon schijnt. Gelukkig
hebben we genoeg borden en bestek om voort te kunnen tot het weekend; we
stapelen alles dus maar even op.
Morgen moeten we wel allemaal
verse kleren aan doen. De vuile kleren van vandaag in de wasmand, bij de vuile
kleren van gisteren en eergisteren. De was kunnen we immers enkel overdag doen:
als de zon schijnt. In het weekend dus. Gelukkig hebben we kasten en laden vol
met bloezen, broeken, hemden, kousen, ondergoed.
Eindelijk: zaterdag. Het zal een
druk weekend worden: stapels vaat en bergen was.
Oeps! Het regent van 's morgens
vroeg al, en het zal het hele weekend overtrokken en regenachtig blijven; geen
zon. Wat nu gedaan? Wachten op een korte opklaring misschien? Ik check constant
de buienradar. Oef: om 14 uur zal het een half uur zonnig zijn. Niet lang
genoeg om de vaatwasser te laten draaien, maar ik kan in dat half uur wel een
paar potten met water op het elektrisch vuur warmen, en dan kunnen we met dat
warm water met de hand afwassen. Niets beter voor de harmonie in het gezin dan
samen de afwas doen!
Goed idee van de VREG.
En de was dan? Aandachtig het
weerbericht volgen. Volgens Sabine volgt een sombere en natte zondag, en daarna
een even sombere week met één lichtpuntje: kans op opklaringen op dinsdag.
Sabine is mijn redder in nood.
De maandag op het werk eerst en
vooral verlof gevraagd voor de dinsdag. Kwestie van de juiste prioriteiten.
Helaas: de dinsdagmorgen: regen. "Het lagedrukgebied is blijven haperen." Een blokkering door het hogedrukgebied
boven Scandinavië; het zijn weer de Vikingen die het ons lappen! Dan maar weer
de buienradar gecheckt; dan kan het niet fout gaan. En hoera: lange opklaringen
tussen 1 en 3 uur in de namiddag. Eerste was in de wasmachine en stand-by met
de vinger op de aan-knop. Iets na één: een eerste zonnestraal; ik duw op de
knop, blij als een kind bij de Sint. De eerste was is gedaan en de zon schijnt
nog altijd; vlug een tweede was ingestoken en de eerste was in de droogkast.
Een toonbeeld van efficiëntie. De tweede was is gedaan en de zon schijnt nog altijd.
Zelfs bij de lotto zit het mij nooit zó goed mee. De derde was ingestoken,
wachten tot de eerste was uit de droogkast kan. Ik heb een taboeretje naast de
droogkast gezet; ik mag geen minuut verliezen. Derde was ook gedaan, nog altijd
zon. Een beetje later: tweede was kan in de droogkast. Mijn geluk kan niet op.
Vierde was ingestoken. Oei! De zon laat het afweten en het begint te regenen.
Wat nu? Ik besluit te zondigen, in de hoop dat de VREG het mij zal vergeven, en
laat de wasmachine en droogkast verder draaien. Maar ik sta met een dilemma:
wat met mijn derde was, en de vierde, straks? Hoe krijg ik die droog? Ik
herinner mij een tip van onze groene vrienden: was die aan de wasdraad droogt,
is veel zachter en aangenamer om te dragen; en het is beter voor het milieu.
Goed idee van mijn groene vrienden! Alléén: het regent, dus dat plan gaat niet
door. Dan maar binnen in huis een paar wasdraden gespannen en daar de was
opgehangen. Lekker ouderwets, en reuze gezellig. Net als in mijn kindertijd.
Heerlijk!
Erg goed droogt de was niet,
want het is niet bepaald warm binnen: de verwarming mag immers niet aan als de
zon niet schijnt. De VREG, weet je wel. Maar volgens de buienradar volgen er
nog enkele korte opklaringen. Ik stel mij naast de thermostaat, en zodra de zon
komt piepen draai ik de thermostaatknop met een ferme zwaai een stuk hoger. Tot
de zon weer verdwijnt. Dan moet de verwarming af, want we mogen geen energie consumeren
op momenten dat we er geen produceren. Onze woonkamer wordt een soort Fins badhuis:
vijf minuten stomend vochtig warm, daarna vijf minuten koud. Ideaal voor ons
hart en om onze poriën te zuiveren.
Mijn kat moet zowat het meest luie wezen zijn dat op deze wereld
rondloopt. Hij slaapt ongeveer 18 uur per dag, en zijn voornaamste bezigheid
bestaat erin languit in de zetel te liggen. Soms presteert hij het om één oog
open te trekken, maar dat lijkt al bijna zijn krachten te boven te gaan. Als
het écht niet anders kan, laat hij zich met een plof uit de zetel tuimelen om
naar de kom met zijn eten te slenteren, maar daarna moet hij hoognodig weer
enkele uren gaan liggen om te bekomen. En ja, als de natuur roept, dan zet hij
zich ook nog een keer in beweging. Waarna hij driftig met zijn achterpoten zijn
plas of zijn hoopje onder de aarde probeert te verbergen. Maar dan is hij
helemaal aan het eind van zijn Latijn, en springt hij zo vlug mogelijk de zetel
weer in om daar uitgeput enkele uren te liggen recupereren. Zijn meest
energieke momenten zijn deze waarbij hij zijn territorium moet verdedigen: mijn
favoriete tweezitfauteuil met uitklapbare voetsteun. Als ik hem probeer
duidelijk te maken dat het écht wel mijn zetel is, dan strekt hij zich nog wat
meer uit, en bekijkt mij met zijn ene geopende oog alsof ik dringend psychische
hulp nodig heb.
Maar vandaag heb ik geleerd dat mijn kater verantwoordelijk is voor
het dramatisch inkrimpen van de biodiversiteit in de wereld. Serieuze
wetenschappers hebben uitgezocht dat mijn kater heelder diersoorten aan het
uitroeien is. Het is dus niet de mens die de schuld moet krijgen voor het
uitsterven van talrijke diersoorten; het is de kat! Het is mijn kat die
medeschuldig is aan het naderende einde van het leven op aarde zoals wij het
kennen.
Gelukkig zijn er slimme mensen die dat allemaal aandachtig bestudeerd
hebben, want anders was die ontstellende waarheid nooit aan het licht gekomen.
Katten zijn er al van lang vóór de mens op twee benen ging stappen, en
al die tijd is er niets fout gelopen met de biodiversiteit. En de mens, die
vernietigt het leefgebied van alle dieren die met hem in aanraking komen of die
leven op plaatsen waar de mens zijn oog heeft laten op vallen. Maar zie: het is
niet de mens die daar schuld aan heeft; het is mijn kat.
Ik heb altijd al vermoed dat achter dat luie imago van mijn kater een
monster schuil gaat. Ik verdenk hem ervan bionische poten te hebben en een
verborgen laserwapen in zijn ogen. Hoe kan hij nu anders opeens zo'n ravage
aanrichten in de dierenwereld, nadat hij daar in de voorbije miljoenen jaren
nooit in geslaagd was?
Voortaan blijft mijn kater dus 's nachts binnen. Misschien kan ik een
slaappil in zijn eten mengen? Dan slaapt hij 24 uur per dag in plaats van 18.
Ik weet nog niet hoe frequent ik een stukje zal
kunnen plaatsen op mijn blog. Dat hangt ook een beetje van de actualiteit af.
Het is alvast de bedoeling om minstens één keer per
week iets te schrijven. Maar dat zal dan eerder iets van tedere, dromerige aard
worden: een stukje uit een verhaaltje, een ontroerde ontboezeming bij een mooie
song, ... Dan hoop ik zo'n beetje een zachtaardige kater te zijn, die aan het
snorren of spinnen is. Niets is zo aangenaam rustgevend als een snorrende kat.
Maar als mij de haren te berge rijzen door een item
in de actualiteit, dan komt er ongetwijfeld een stukje venijn uit mijn tegendraadse
pen. Iedere wereldvreemde betweterige kwast, iedere fanatieke idealist, iedere
politiek correcte wereldverbeteraar riskeert "onder schot" genomen te worden
met lichte spot, of met bijtend sarcasme als het mij écht te gortig wordt.
Ik
ben er eerlijk gezegd zélf benieuwd naar wat mijn "sinister" brein allemaal zal
bedenken.
Zoals de titel van mijn blog al laat vermoeden, zal ik in deze blog vooral tegendraadse commentaren spuien over de hilarische stommiteiten die de wereld, en dan vooral de verantwoordelijken en onze leiders, elke dag tentoon spreiden.
"Sinister" betekent "links", en dat ben ik ook: linkshandig, averechts, tegendraads...
Maar af en toe ook dromerig, dromend.
Want er zijn ook mooie mensen en mooie momenten om met een tedere noot naar te kijken en over te rapporteren.
Ik wil van deze blog dus ook profiteren om af en toe eens een verhaaltje of een sprookje op mijn bezoekers los te laten, of gewoon om te laten weten dat ik iets moois gezien of gehoord heb.
Ik hoop op frequente en vele bezoekers. En ik hoop vooral dat elke bezoeker vreugde en plezier kan beleven aan wat ik te vertellen heb.