Zeg Ja, tegen de Liefde van ons Heer, Jezus Christus. Say, Yes to The Love of Our Lord Jesus Christ.
01-05-2015
Meimaand Mariamaand
Boodschap van 2 mei 1980
De Vader spreekt:
De Vader tot Marguerite
Indien Maria neen had gezegd, zou mijn Liefdeplan voor de mensen mislukt zijn; want Ik had aan de mensen geen andere schatten om aan te bieden dan mijn Zoon en Degene die Ik gekozen had om Hem ter wereld te brengen. Zijzelf werd de Moeder van de mensen, de Vrouw die op ideale wijze van alle genaden vervuld werd.
Onuitsprekelijke Schoonheid! Waardig schrijn van mijn gaven! Wonder der Wonderen, zo was de kleine Maria!
In haar schoot, heb Ik met liefde neergelegd wat Mij het liefste was: Mijn Zoon, ontvangen van de Heilige geest, gevoed door dit Maagdelijk Vlees. En, in mijn ogen, waren Beiden slechts één!
Maria, Wieg van de Liefde!
De Liefde ontlook in dit kleine menselijk schepsel, getooid met hemelse deugden en het Hart van de Liefde antwoordde aan de Hartkloppingen van zijn Moeder; de mooiste harmonie van alle tijden waar Ik in vervoering naar luisterde .
Dit was een hemels blauw, vóór het opkomen van donkere toekomstwolken voor het Kleine Wezen dat in de Maagdelijke Schoot was verscholen.
Ah, mijn kind, geloof vast in de macht van haar voorspraak bij Mij . ten bate van zondaars.
Moeder van God, Moeder van de Mensen!
Geloof in Haar. Geloof in mijn Liefde!
Wees trouw: offer uw lijden op, mijn kindje!
In pijn baart gij uw kind voor de tweede keer. Een wenende Moeder ontroert Mij, want ik herinner Mij Marias tranen, en mijn Hart opent zich met Barmhartigheid om te vergeven en met open armen het lijden te verwelkomen en het met mijn Liefde te verplegen.
Aan de H Jozef vragen, is Maria gelukkig maken en als Zij beiden met
uw probleem bij Hun Zoon komen, kan Hij niet weigeren, Hij woonde
dertig jaar bij hen in en werd door hen verzorgd.
De woensdag is de "dag van St Jozef" iedere week hoor!!
De droom die je had, is meer dan een symbool, het is de tastbare werkelijkheid van elke dag, van elk ogenblik, want nooit verslapt zijn aandacht voor Mij.
Weet wel dat ge in de hemel geen grotere beschermer hebt dan hij.
Op aarde heb Ik hem geëerd : beschermer van mijn Kindsheid, beschermer van Mijn heilige Moeder.
Hier, in het verblijf van de uitverkorenen, behoudt hij zijn macht over mijn Hart en over het beminnelijke Hart van Haar die hij reeds op aarde vereerde.
Machtige voorspraak!
Macht om in te grijpen in uw leven en in het leven van allen die Mij liefhebben.
Ik heb hem genoemd:
Vorst van de hemelse deugden;
Beschermer der volkeren;
Middelaar voor de gezinnen die in gevaar verkeren;
Leraar van mijn Wil in de zielen van goede wil.
Wat kan Ik hem weigeren, die mijn komst in de wereld aanvaard heeft om Mij doeltreffend te beschermen, toen mijn Moeder en Ik- als klein kind- bedreigd werden door beulen die ons zochten te doden.
Vereer deze grote Heilige, de Grootste omwille van Zijn innige verbondenheid met Mij en Maria, zijn zuivere Bruid.
St Jozef kapel nieuwe wijk te Kapellen programma maart 2015
zaterdag 7 maart 10u30uur plechtige Eucharistieviering aansluitend lof en zegen.
zaterdag 14 maart Nationale bedevaartsdag en viering 50 jaar jubileum Sint Jozef kapel om 11u.pechtige pontificale Eucharistieviering in de Sint Jacobus kerk van kapellen Centrum voorganger Monseigneur Johan Bonny bisschop van Antwerpen voorafgaande biechtgelegenheid Sacramentsprocessie om 14u30.
van uit de kerk naar de kapel voor plechtig lof en zegen samenkomst in de kerk om 14u15.
Donderdag 19 maart Hoogfeest van de heilige Jozef in de kapel
om 11u plechtige Eucharistieviering voorganger karlo Tyberghien van radio Maria.
om15uur plechtig lof en zegen
om 15.30uur plechtige Eucharistieviering met priester luc Donckers
op geluisterd door het gregoriaans mannen koor viri Laudantes
In de maand maart iedere zondag om 16uur Eucharistieviering.
iedere woensdag na de mis van 15u30u plechtig lof woensdag 25 maart om 15u30 biechtviering zondag 29 maart palmzondag plechtige Eucharistieviering en palm wijding, om 16u zaterdag 4 april om 17u30 plechtig paaswaken
Iedere tweede zondag v/d maand om 16u Eucharistieviering ter Ere van de Godelijke Barmhartigheid.
Iedere vierde zondag om 16u. Eucharistieviering.
Iedere woensdag om15u30 Eucharistieviering derde /w ter ere pater pio
Iedere eerste Dinsdag v/d maand Mariale priester beweging om 14u Rozenkransgebed aansluitend Eucharistieviering.
Iedere eerste vrijdag uitstelling van het allerheiligste van 9u30 tot15uur lof en zegen aansluitend Eucharistieviering.
Vrijdag 1 mei Feest van Sint Jozef arbeider om 11uur plechtige Eucharistieviering om 15uur plechtig lof en zegen in de maand mei is er na de mis van 15u30 woensdag plechtig lof en zegen
Iedere woensdag om 14u30 rozenkrans gebed en gebeden tot de heilige Jozef
Iedere zondag om 14u30 rozenkransgebed
Alle inlichtingen te bevragen Jean De Clippeleir Sacrista kapel Sint Jozef,tel0474/595/298 voor brief wisseling religieuze voorwerpen, Lepelstraat 49 2940 Stabroek
De noveen aan St Jozef begint op 10 maart
ZIE OOK DE ANDERE BIJDRAGE OVER DE SINT JOZEFKAPEL EEN BEZOEK MEER DAN WAARD
De wereld is in volle beroering. Zij wil geen remedie voor haar kwaal... Of een relatie wordt voortgezet hangt af van de trouw!
.... .... .....
Het water stroomt uit de bronnen, voegt zich bij de stromen en stort zich in de oceaan.
Zijn beweging? Het loopt voorwaarts; terugkeer is niet mogelijk.
Verontreinigde stromen zijn in de watermassa opgegaan Daardoor gaat veel dierlijk leven verloren. De zonde overdekt de aarde als een afgrijselijke gesel. Veel rechtvaardigen vallen als slachtoffer als ze daarmee in aanraking komen. Als ze niet tijdig de armoede van hun menselijke natuur inzien en vluchten in de enig mogelijke schuilplaats die mijn goddelijk Hart biedt, leidt dit onafwendbaar tot het verlies van hun zielen .. als ik tenminste geen bijzondere bijstand verleen.
Zoals bronwater naar de zee stroomt, zo zoekt de ziel van de rechtvaardige haar weg en graaft haar bedding naar de hemelse wateren, die niet door de zonde kunnen worden bezoedeld.
Ik waarschuw en Ik wijs terecht. Ik spreek , maar men luistert niet naar Mij. Weest op uw hoede; waakt over de zuiverheid van uw zielen, want alleen de zuiveren van hart zullen God zien!
Weest elk ogenblik bereid, want ieder uur kan voor de mensheid het laatste zijn! Bidt en doet boete!
Gebed? Het is zichzelf geven aan de Liefde. Boete? Het is strijden tegen het ik. Soms is deze strijd hard en verwondt hij evenzeer als zware lichamelijke kwetsuren.
Vandaag
vieren we Maria Lichtmis en Opdracht van de Heer. In het kort vertel ik het
ontstaan van dit dubbel feest. 2 februari valt 40 dagen na Kerstmis, dus 40
dagen na de geboorte van Jezus. Het was bij de Joden het gebruik dat een vrouw
die bevallen was, 40 dagen ontslagen werd van haar religieuze plichten. Na die
40 dagen kon ze terug naar de tempel, wat
gepaard ging met een soort ritueel.
Zo
hadden wij hier bij ons vóór het
2de Vaticaans Concilie een gelijkaardig ritueel dat men de
kerkgang noemde. De jonge moeder werd
eveneens ontheven van haar kerkelijke plichten, tot ze weer voor het eerst
terug naar de kerk kon gaan. Met een dankbaar hart voor haar kindje verwachtte
ze van de priester een bijzondere zegen. Bij het binnenkomen van de kerk kreeg
de jonge moeder een brandende kaars en werd ze met wijwater besprenkeld. Daarna
bad de priester psalm 24 waarna hij over de moeder bijzondere zegenbeden
uitsprak, met als afsluiting een toewijding aan Maria. Daarna kreeg de moeder
nog de plechtige zegen van de Drieëne God.[1]
Nu,
waarom noemen we het feest van de Opdracht van de Heer ook Lichtmis? Omdat,
toen Maria naar de tempel ging om Jezus daar op te dragen, ze Simeon ontmoette,
die Jezus in zijn armen nam, en over Jezus zei dat Hij het Licht was dat voor
de heidenen straalt. Daarmee bedoelde hij dat Christus het Licht van de wereld
is.
In
de Bijbel komen de termen licht en duisternis dikwijls voor. Met
duisternis wordt meestal bedoeld: het verwijderd zijn van God. Talrijke
mensen leven tegenwoordig in duisternis. Ze kennen God niet of willen Hem niet
kennen. Anderen, gelovigen, leven in duisternis en somberheid door het verdriet
dat ze hebben en tegenslagen die ze te verduren krijgen.
Vele
mensen hebben reeds heel wat meegemaakt, en hebben de vreugde van het leven
verloren. Denk maar aan al die depressies die voorkomen. Het is alsof velen in
een donkere nacht leven, waaraan geen einde schijnt te komen.
En
toch weet iedere mens dat na de nacht de dag aanbreekt. Het licht verjaagt de
duisternis van de nacht. Niet van het ene ogenblik op het andere, maar
geleidelijk aan.
Ik
zal dit nu illustreren met een gebeurtenis uit het leven van kardinaal Newman.
Kardinaal
Newman keerde van een reis van het vasteland met een boot terug naar Engeland.
Tijdens een nacht dat Newman niet kon slapen, wandelde hij op het dek van het
schip. Het was pikdonker. Enkel aan de voorsteven van het schip was een licht
aangebracht, dat maar enkele
meters voor zich uitstraalde. Toch was dit blijkbaar voldoende om veilig te
kunnen varen.
Plots
drong het tot Newman door, hoezeer dit een teken was, van wat er in zijn eigen leven gebeurde. Ook hij had een zwaar
leven, veel tegenkanting, maar toen besefte hij, door deze gebeurtenis, dat
God, het Licht, hem leidde en hem voldoende licht schonk om de goede weg te
blijven volgen. Het licht op het schip was heel zwak, het scheen maar enkele
meters ver, maar het was voldoende om de juiste koers te varen.
Daarmee
toonde de Heer aan dat ook wij geduld moeten
hebben, en niet méér moeten verlangen dan we op dit moment nodig hebben.
Zodoende bad Newman tot Jezus: Heer, geef mij enkel genoeg licht voor één
stap.
Zo
groot was zijn vertrouwen in God, dat hij er zeker van was, dat de Heer hem
altijd leidde, ieder moment van zijn leven, stap voor stap. Laten ook wij ons
nooit ontmoedigen, maar geloven dat Jezus bij ons is en ons wil leiden ieder
moment van ons leven. Later zal
het ons misschien duidelijk worden waarom sommige pijnlijke gebeurtenissen in
ons leven voorgevallen zijn, waarvoor het goed is geweest.
Als we geloven, dan mogen we er zeker van zijn dat God
ieder moment bij ons is, bij
iedere gebeurtenis in ons leven.
Hij is het Licht dat schijnt in onze duisternis. Amen.
Welzalig wie de rechte wegen gaan wie in de regels van Gods wijsheid treden Zalig wie zijn getuigenis verstaan, van ganser harte zoeken naar zijn vrede. Geen onrecht en geen dwaling lokt hen aan, De weg der zondaars wordt door hen gemeden.
Gij hebt ons hart uw orde opgelegd, opdat wij die met ijver onderhouden. Ach, ging ik toch de wegen van uw recht, dan stond ik niet beschaamd, als ik vertrouwde op wat Gij in uw liefde tot mij zegt, als ik de schoonheid van uw wet aanschouwde.
De wet, o Heer, die Gij aan mij beveelt, Is als een lied mij, als een spel van snaren, dat in den vreemde troostend mij omspeelt. Ik loof uw naam in nacht en in gevaren, Uw trouw hebt Gij, o Heer, mij toebedeeld, omdat ik uw geboden blijf bewaren.
Ik ben de uwe, Heer, uw bondgenoot, verlos mij toch, ik leef naar uw besluiten. De goddelozen haken naar mijn dood, maar uw verbondstrouw zal hun opzet stuiten. Aan alles komt een eind, hoe schoon, hoe groot, maar, Heer, uw wet gaat elke grens te buiten.
Uw woord is als een lamp een helder licht, een schijnsel op mijn pad, een eeuwig baken dat in de duisternis mijn schreden richt. Ik zwoer en ik begeer het waar te maken, dat ik zal wandlen voor uw aangezicht, dat ik uw recht zal roepen van de daken.
Wat Gij beloofd hebt, is in eeuwigheid mij tot een deel en erfenis gegeven waarin mijn ziel zich dag aan dag verblijdt. Uw wet, o Heer, staat in mijn hart geschreven, uw wil doen is mijn lust te allen tijd, U te beminnen is geheel mijn leven.
Heer, ondersteun mij, geef mij vaste grond, laat uw beloften heel mijn leven schragen. Beschaam mij niet, ik hoop op uw verbond, bevestig mij, dat mij verlossing dage. Als Gij mij steunt, zal ik te allen stond de vreugde van uw wet in t harte dragen.
De schamele, armoedige grot waarin Maria en Jozef zich hadden teruggetrokken was het paleis , dat de Koning der koningen, de Heer der legerscharen had bereid om zijn eeuwige, mensgeworden Zoon in de wereld te herbergen.
Deze plaats was zo minderwaardig, dat, ondanks de drukte in Bethlehem, niemand op de gedachte zou zijn gekomen om daarheen te gaan. Voor de Meester van nederigheid en armoede: Christus, onze Heer, en zijn reinste Moeder voldeed het. Daarom heeft de wijsheid van de eeuwige Vader hen deze grot voorbehouden en haar door het sieraad van eenzaamheid, armoede en naaktheid tot de eerste tempel van het licht gewijd, tot het huis van de ware Zon der gerechtigheid, die uit Maria, de stralende Dageraad zou opgaan te midden van de nachtelijke duisternis, het symbool van de zonde, waarin de hele wereld gehuld lag.
In het licht van de hen begeleidende engelen zagen Maria en Jozef tot hun opluchting en onder vreugdetranen, dat de grot verlaten was. Zij knielden neer, prezen God en dankten Hem. Zij wisten, dat ze hen door de geheime raadsbesluiten van de eeuwige Wijsheid toebedeeld was. Maria had een bijzonder diep inzicht in dit geheim. Toen Zij de grot binnen ging en deze daardoor heiligde, overstroomde Haar een innerlijke vreugde, die haar hele wezen verhief en verlevendigde. Zij bad de Heer, dat Hij vrijgevig alle bewoners van Bethlehem zou zegenen, die hen hadden afgewezen en hen daardoor aan het grote geluk, dat hen in de grot wachtte, hadden geholpen. De grot bestond uit natuurlijke, onbewerkte rots, zodat ze slechts voor de dieren geschikt was. De eeuwige Vader echter had haar tot woning voor zijn eigen Zoon bestemd.
De heilige engelen stelden zich nu in geordende rijen op, zoals de lijfwacht in het paleis van een koning. Zij toonden zich ook aan de H Jozef in menselijke gestalte. Tot verlichting van zijn verdriet was het gepast, dat hij de schamele grot zo heerlijk versierd zag met de rijkdommen van de hemel. Zijn hart werd gesterkt, bemoedigd en op de gebeurtenissen voorbereid, die deze nacht zou brengen. Maria maakte aanstalten om de grot, die een koningstroon en heilig genadeoord zou zijn, met eigen handen schoon te maken. Zijzelf wilde geen oefening van nederigheid nalaten en deze akten van verering en huldiging mochten haar heilige Zoon niet ontgaan.
Vanwege haar verheven waardigheid vroeg Jozef haar dringend, dit werk aan hem over te laten. Hij begon de hoeken en de vloer van de grot schoon te maken. Maria liet het zich echter niet ontnemen, het werk met hem te delen. De engelen waren als beschaamd. Zij reinigden binnen de kortste tijd de grot en vervulden haar met welriekende geuren. Toen ontstak Jozef een vuur, waarvoor hij het nodige materiaal had meegebracht. Aangezien het zeer koud was, warmden Maria en Jozef zich een beetje. Daarna genoten zij in dankbare vreugde van hun sobere voedsel. Vanwege de aanstaande geboorte van het goddelijk Kind was Maria dermate in dit geheim verzonken, dat Zij alleen uit gehoorzaamheid tegenover haar bruidegom iets at.
Na het dankgebed besefte Maria dat haar uur nabij was. Zij vroeg Jozef zich terug te trekken en wat uit te rusten, want het was al laat in de avond. Hij gaf gehoor aan dit verzoek van zijn bruid en vroeg Haar hetzelfde te doen. Terwijl Maria zich op een door Jozef bereidde slaapplaats te rusten legde, trok Jozef zich terug in een hoek bij de ingang om te bidden. Daar werd hij door de Geest van God bezocht. Een lieflijke kracht bracht hem in extase. Daarin werd hem het hele gebeuren van deze nacht geopenbaard. Deze slaap was zaliger dan de slaap van Adam in het paradijs.
Tegelijkertijd riep een machtige stem van de Allerhoogste de Koningin van de Schepping. Een zoete, innerlijk omvormende kracht tilde Haar uit boven al het geschapene. Zij ondervond ongewone uitwerkingen van Gods Almacht. Deze extase was een van de merkwaardigste en wonderbaarlijkste van haar heilig leven. God verleende Haar steeds hogere verlichtingen en genaden om Haar tot de heldere aanschouwing van God te leiden. Toen werd de sluier opgelicht: Maria zag God in heldere , onverhulde aanschouwing. Zij zag Hem in zulke heerlijkheid en met zon volledig inzicht, dat noch een engel noch een mens het zou kunnen verklaren of helemaal kunnen bevatten. Zij ontving een diepere visie in de geheimen van de Godheid en Mensheid van haar goddelijke Zoon evenals in de onuitputtelijke lichtbron van zijn heilig Hart. Mij ontbreken de uitdrukkingen om te zeggen, wat ik over deze geheimen in het goddelijk Licht heb gezien. De rijkdom en de overvloed maken mij arm aan woorden.
Maria zag in dit visioen de redenen en verheven doelen van deze geheimzinnige geboorte met betrekking tot God en de schepselen. Maria wierp zich ter aarde en offerde de Heer in haar eigen naam en in naam van alle schepselen de verschuldigde eer, dankzegging en lofprijzing voor de onzegbare barmhartigheid en minzaamheid van zijn goddelijke Liefde. Zij besefte zeer goed welke verheven, tot nu toe nooit geziene taak het was, de Godmens te voeden en als Moeder te verzorgen. Zij vond zichzelf onwaardig voor deze taak. Omdat Zij zich zo voor de Allerhoogste vernederde en helemaal vernietigde, verhief de Heer haar en gaf Haar opnieuw de titel Moeder van God met de opdracht, haar kind als de Zoon van de eeuwige Vader en tegelijk als de zoon van haar eigen moederschoot te behandelen.
Maria verbleef langer dan een uur in deze extase en heldere aanschouwing van God. Zij was naar het lichaam zo vergeestelijkt, zo mooi, zo schitterend, dat Zij niet meer op een aards schepsel geleek.
Haar aangezicht zond stralen uit gelijk een zon. Haar gezichtsuitdrukking was ernstig, vol wonderbaarlijke majesteit, haar hart helemaal ontvlamd in liefdesvuur. Zij knielde naast de kribbe, de ogen ten hemel geheven, de handen op de borst gevouwen. Haar geest was verrukt in God, haar hele wezen omgevormd in God. Aan het einde van deze extase schonk Maria de wereld de Eniggeborene van de Vader, haar eigen Eniggeborene , onze verlosser , Jezus, die waarlijk God en waarlijk mens is. Het was rond middernacht op een zondag in het jaar, dat de rooms katholieke Kerk en met haar het Oosten en het Westen het jaar 1 noemt.
Omdat er over de omstandigheden bij de geboorte van Christus meningsverschillen heersen, het object zelf echter zeer verheven en waardig is, heb ik inzichten daarover voorgelegd aan mijn superieuren en zielenherders. Zij droegen mij in gehoorzaamheid op , deze geheimen nog een keer in het hemels licht te doorgronden en Maria, mijn Moeder en Lerares, alsook de heilige engelen te raadplegen. Spoedig begreep ik nogmaals hetzelfde en er werd mij uitgelegd, dat de geboorte als volgt heeft plaats gevonden.
Aan het einde van de vermelde extase baarde Maria de Zon der gerechtigheid, de Zoon van de eeuwige Vader en haar zoon volstrekt vlekkeloos, mooi, stralend en zonder pijn. Daarbij werd haar maagdelijke onaangetastheid en reinheid nog meer geheiligd en vergoddelijkt. Hij kwam uit Haar te voorschijn als de stralen van de zon, die een kelkglas doordringen zonder het te breken. Zij verhogen veeleer zijn schoonheid en glans. Bij de ontvangenis en geboorte van het mensgeworden Woord verrichtte de natuur alles wat essentieel noodzakelijk was, opdat men van Christus waarachtig zou kunnen zeggen, dat Hij ontvangen en uit substantie van zijn maagdelijke Moeder als zoon verwekt en geboren was. Al het andere echter moet van de ontvangenis en geboorte van Christus worden uitgesloten.
Het goddelijk Kind kwam in glorierijke verheerlijking ter wereld. Gods oneindige wijsheid had verordend, dat op het ogenblik van geboorte de glorie van de ziel op het lichaam van het Kind overging en het de gaven van de verheerlijking meedeelde, zoals dit later op de Tabor gebeurde. Dit wonder was niet noodzakelijk om de onaangetaste maagdelijkheid van Maria te bewaren, God zou dat ook door andere wonderen hebben kunnen bewerken. Hij wilde echter, dat Maria haar goddelijk Kind bij de eerste aanblik in verheerlijkte staat zag, zodat Zij doordrongen werd van diepe eerbied en via de weg van ervaring nieuwe kennisgenaden ontving over de verhevenheid en grootsheid van haar Zoon. Verder wilde God door de verheerlijking van het Kind de trouw en heiligheid van Maria overvloedig belonen, waarmee Zij haar kuise ogen, omwille van haar heilige Zoon voor al het aardse gesloten had.
De Evangelist Lucas bericht, dat Maria haar Kind in doeken heeft gewikkeld en in een kribbe heeft gelegd. Wie Het in haar armen legde zegt hij niet, omdat dit niet tot zijn plan behoort. De hemelvorsten Michaël en Gabriël waren in menselijke gedaante tegenwoordig. Met onuitsprekelijke eerbied namen zij het Kind op hun handen. Zoals de priester de heilige Hostie ter aanbidding aan het volk toont, zo hielden zij de goddelijke Moeder haar van glorie stralend Kind voor ogen. Moeder en Zoon keken elkaar aan. De Moeder verwondde zijn hart met liefde en raakte in extase. Nog op de handen van de engelen sprak het Kind: Moeder, wordt gelijkvormig aan Mij! Voor het menselijk leven dat U Mij gegeven hebt, zal Ik U een nieuw verheven leven van genade schenken; een leven, dat weliswaar dat van een gewoon schepsel blijft, maar aan mijn leven, Ik, die God en mens ben, door volmaakte nabootsing gelijk zal zijn. Maria antwoordde: Trek mij mee, neem mij mee, o Koning, in uw vertrekken. ( Hl 1,4). Nu gingen vele geheimen van het Hooglied in vervulling. Tussen het goddelijk Kind en zijn maagdelijke Moeder vonden de aldaar vermelde samenspraken plaats: Mijn lief is van mij en ik ben van hem, naar mij gaat zijn verlangen uit. ( Hl2,16). Wat ben je mooi, mijn vriendin, wat ben je mooi! Je ogen achter je sluier zijn duiven!. ( Hl4,1). Nog vele andere geheimzinnige dingen gebeurden destijds, die ik echter oversla.
Bij de woorden van het goddelijk Kind zag Maria de innerlijke akten van zijn met de Godheid verenigde ziel, opdat Zij deze zou nabootsen. Dit was een van de grootste genadevoorrechten die Jezus zijn Moeder schonk. Hij was voortdurend haar levend voorbeeld, dat Zij zichzelf inprentte, en wel met alle gelijkenis die tussen Haar , een gewoon schepsel, en Jezus Christus, de ware Godmens mogelijk was.
Maria besefte en voelde ook de tegenwoordigheid van de heilige Drievuldigheid en hoorde de Vader zeggen: Dit is mijn geliefde Zoon, in wie Ik vreugde vind! Temidden van zulke verheven geheimen antwoordde Maria: Eeuwige Vader, geef mij opnieuw toestemming en uw zegen, om de Verwachte van de volkeren in mijn armen te nemen, en leer mij als moeder en als trouwe maagd uw goddelijke Wil te vervullen. Daarop hoorde Zij een stem zeggen: Neem je Eniggeborene in je armen, verzorg hem en weet, dat je Hem aan mij moet opofferen, wanneer Ik het van je verlang. Voed Hem als moeder en eer Hem als ware God. Zij antwoordde: Zie hier het werk van uw handen. Tooi mij met uw genade, opdat uw Zoon, mijn God, mij als zijn dienstmaagd aanneemt en ik Hem waardig dien.
Nu beëindigde het goddelijk Kind het wonder van de verheerlijking, of veeleer Het zette het wonder voort, dat de gaven van glorie voorlopig aan zij heilig lichaam onttrok en ze in zijn ziel terughield. Nu zag Maria het goddelijk Kind in zijn natuurlijke, lijdensbekwame toestand. Zij aanbad Het met diepe eerbied en nederigheid en ontving Het uit de handen van de heilige engelen. Zij sprak tot Hem: Mijn zoete Liefde, Licht van mijn ogen, Leven van mijn ziel! Wees welkom in deze wereld, Gij Zon der gerechtigheid, en verban de duisternis van de zonde en van de dood. Ware God van de ware God, verlos uw dienaren. Moge alle vlees uw heil aanschouwen! Neem mij aan en vervang mijn onbekwaamheid om U te dienen! Nu offerde de Moeder van God haar Zoon op aan de eeuwige vader: Schepper van het heelal zie hier het altaar en het aan uw ogen welgevallige offer! Zie barmhartig neer op het mensengeslacht! Ook al verdienen wij uw toorn, dan moge nu de gerechtigheid rusten en de barmhartigheid haar grootheid openbaren! Daarom is het goddelijk Woord immers de Broeder van de zondige mensen geworden. Met het oog op deze naam erken ik hen als mijn kinderen en bid voor hen uit het diepst van mijn hart. Almachtige, u hebt mij zonder mijn verdienste tot Moeder van uw Eniggeborene gemaakt, want deze waardigheid overstijgt alle verdiensten van de schepselen. Maar ik dank haar voor een deel ook aan de mensen, omdat zij de aanleiding voor mijn onuitsprekelijke geluk zijn geworden. Omwille van hen ben ik immers Moeder van het Woord, dat lijdensbekwame mens en Verlosser van allen geworden is. Eeuwige vader, neem mijn gebeden aan!.
De Moeder van barmhartigheid sprak nu tegen alle mensen: Nu mogen de bedroefden getroost zijn, de verdrietigen zich verheugen, de neerslachtigen moed vatten, de verwarden gerust zijn, de doden opstaan, de rechtvaardigen zich verheugen, de heiligen jubelen, de hemelse geesten nieuwe vreugde ondervinden, de profeten en aartsvaders in het voorgeborchte van de hel zich troosten! Mogen alle geslachten de Heer prijzen, die zijn wonderen vernieuwd heeft! Komt, komt, gij armen. Komt naderbij, gij kleinen! Vreest niet, want ik houd als een zacht Lam degene in mijn handen, die Leeuw genoemd wordt, de Almachtige die zwak geworden is, de Onoverwinnelijke die overwonnen is! Komt naar het Leven! Nadert uw Heil! Spoedt u tot de eeuwige rust, want ik heb dit alles voor allen in handen! Om niet zult gij het ontvangen, deelt uit zonder afgunst! Wees niet traag, laat uw hart niet bezwaard zijn, o mensenkinderen! Gij echter, liefste Goed van mijn ziel, sta mij toe van U de kus te ontvangen, waar alle schepselen naar verlangen!. Met deze woorden kuste de gelukkige Moeder met haar heilige , kuise lippen haar goddelijk Kind met de meest tedere liefde. Het Kind in haar armen houdend, was Maria als het ware het altaar of tabernakel, waarvoor tienduizend engelen in menselijke gestalte hun mensgeworden Schepper aanbaden. Omdat ook de heilige Drievuldigheid op bijzondere wijze tegenwoordig was, was de hemel om zo te zeggen ontvolkt, want het hele hemelse hof was naar de grot gekomen, om de Schepper in zijn nieuwe vreemde gewaad te aanbidden. Toen stemden de engelen deze nieuwe lofzang aan: Ere zij God in den hoge en vrede op aarde aan de mensen van goede wil! Zij herhaalden hem vol verbazing, over de grote wonderen die zij zagen, alsook over de onuitsprekelijke wijsheid, genade, nederigheid en schoonheid van een jonge maagd van vijftien jaar, die zij als de waardige hoedster en dienares van zo verheven geheimen erkenden.
Toen riep Maria haar trouwe bruidegom Jozef. Hem waren in hoge geestvervoering alle geheimen van de hoogheilige geboorte geopenbaard. Nu zou hij met zijn zintuigen het mensgeworden Woord vóór alle andere sterfelijken zien, aanraken en aanbidden, hij was immers tot trouwe beheerder van dit verheven geheim uitverkoren. Hij kwam uit de extase en zag het goddelijk Kind in de armen van zijn maagdelijke Moeder. met diepe deemoed aanbad hij Het onder tranen. Hij kuste zijn voetjes met zulke groet vreugde en bewondering, dat hij het leven daarbij verloren zou hebben, wanneer Gods Almacht het hem niet had behouden. Na de aanbidding van Jozef vroeg Maria aan het goddelijk Kind om te mogen gaan zitten; tot dan toe had Zij geknield. Jozef reikte Haar de meegebrachte doeken aan. Met onuitsprekelijke eerbied, aandacht en zorg wikkelde Zij het Kind daarin. Toen legde Zij Het op goddelijke ingeving in de kribbe. Van tevoren had Zij er wat hooi en stro in gedaan. Op goddelijke beschikking kwam met snelle pas een os uit de nabij gelegen velden. Hij ging in de grot naast de ezel staan, die de Hemelkoningin tot lastdier gediend had. Maria beval de dieren , hun Schepper te huldigen. Gehoorzaam gingen zij voor het Kind liggen, verwarmden Het met hun adem en dienden hem in plaats van de harteloze mensen. Zo werd de profetie vervuld: Een os kent zijn eigenaar, een ezel de krib van zijn meester; maar Israël weet van niets; mijn volk heeft geen begrip. ( Js1,3).
Het schijnt dat God aan andere heiligen het voorrecht verleend heeft ons uit deze of gene nood te redden, maar ga naar de H.Jozef! Hij helpt altijd, dit weet ik bij ondervinding.
De H.Theresia van Avila
Adres in België: Kapel van H.Jozef
Nieuwe Wijk, zijstraat Akkerstraat
Te Kapellen
Citaat van de H Jozef aan Zuster Justa
Breng mij in de Nieuwe Wijk te Kapellen, ge kent toch die plaats.
Ja, breng mij daar . Dáár kan iedereen komen en dáár zal ik ten
beste spreken voor allen die mij aanroepen, zelfs zo dat de hemel
aarde raakt en de aarde de hemel. ( maart 1956 s morgens iets na achten).
Op 19 maart om 11u plechtige Eucharistieviering in de kapel
Maandag 8 december 2014 Hoogfeest Onze Lieve Vrouw Onbevlekte Ontvangenis
Vanaf 9u30 tot 15u Stille Aanbidding van het H Sacrament
nadien plechtig Lof
Om 15 uur H.Eucharistieviering
Op deze dag is er een speciaal genade-uur van 12 u tot 13 u, en dit volgens belofte van O.L.Vrouw.
Iedere EERSTE vrijdag van de maand
vanaf 10 uur Stille Aanbidding
om 15 uur H.Eucharistieviering
Iedere EERSTE dinsdag van de maand
Mariale Priesterbeweging
14u Rozenkrans
15u30 H Eucharistieviering
Iedere woensdag H Eucharistie viering om 15u30
Elke derde woensdag H Eucharistieviering ter ere Pater Pio
Elke vierde zondag H Eucharistieviering om 16u gevolgd door Plechtig Lof.
Alle inlichtingen: Verantwoordelijke van de Kapel dhr Jean De Clippeleir
Lepelstraat 49 te 2940 Stabroek
E mail:jeandeclippeleir@gmail.com
gsm : 00 32 474 59 52 98
De kapel is toegankelijk van 9 tot 17 uur
Vraagt en ge zult verkrijgen, zegt Jezus
Klopt en er zal u opengedaan worden.
De kracht en de vurigheid van ons geloof
Hangt af van onze binding met
DE HEILIGE GEEST
Daarom bidden wij dagelijks
Kom H.Geest
Almachtige God, vader van onze Heer Jezus Christus,
Zend over ons uw Heilige Geest, de trouwe Helper,
Opdat wij zouden inzien hoe wij U meer en beter
Kunnen beminnen en dienen.
Wek ons op tot nieuw leven.
Bevrijd ons uit de macht van het kwaad.
Geef ons de geest van wijsheid en inzicht,
De geest van raad en sterkte,
De geest van vroomheid en liefde,
En vervul ons met eerbied voor uw Heilige Naam.
Door Christus onze Heer. Amen.
Maria, Moeder van Jezus Kerk,
Sterk ons en help ons trouw te blijven
Aan de Paus en de Kerk van uw Zoon. Amen.
Bidden wij voor onze Paus ..
Bidt voor uw bisschoppen ..
Bidt voor uw parochiepriesters
Zij hebben uw gebed nu broodnodig om trouw te blijven en te weerstaan aan de druk van de heidense wereld!!!!!
Bron : Gaat tot Jozef jan- feb 2010 blz 16.
Hoe bereiken:
De Nieuwe Wijk is een binnenwijk van de Akkerstraat
HOE
SINT JOZEF OP DE NIEUWE WIJK TE KAPELLEN KWAM.
Zuster
Justa vertelde zelf: "Zo ontving ik dan op zekere dag een
schrijven van het bisdom Mechelen. Toen was Kardinaal Van Roey daar
aartsbisschop. In dat schrijven werd mij verboden nog in
contact met het volk te komen, dus verboden nog naar de spreekplaats
te gaan of briefwisseling te onderhouden. Ja, ik ontving zelfs
de doodsbrieven van eigen familieleden niet. Ook mocht ik geen voet
meer buiten het klooster zetten. Ik mocht nog in de kloostertuin gaan
tot 8u in de morgen. maar ook daar stond ik onder controle. De
enkele Zusters die mij steunden en opbeurden,werden, naar een
buitenhuis gestuurd.
Zekere
maandagmorgen in de maand maart 1956, vóór 8 uur, bracht ik,
volgens gewoonte, mijn dagelijks bezoek aan het Sint Jozefsbeeld in
onze tuin. Het was voor mij door deze kortwieking een zeer droevige
tijd. Terwijl ik mijn verdriet aan Sint Jozef vertelde, het
wenen nabij, hoorde ik opeens een zeer klare mannen stem uit het Sint
Jozefsbeeld komen, die. me zei: Breng mij in de Nieuwe Wijk te
Kapellen, ge kent toch die plaats, ja breng me daar, .. Daar kan
iedereen komen, en dáár zal ik ten beste spreken voor allen die mij
aanroepen, zelfs zo dat de Hemel de aarde raakt en de aarde de
Hemel.
Volkomen
gesterkt, overgelukkig en vastberaden zei ik: "Dát zal ik doen,
heilige Jozef. Op 1 mei (feest van Sint Jozef werkman) staat uw
beeldje in de Nieuwe Wijk daar moogt ge geheel gerust in zijn.
Aanstonds
deelde ik dit mede aan Zuster Montforta, een zieke medezuster. de
enige aan wie ik nog mijn volle vertrouwen kon schenken. Deze
zeide mij: Ach, zusterke, doe dat toch niet, want, ge overleeft
het niet, wat ziet gij nu al af. Hierop antwoordde ik: Ik
moet het doen en zal het ook doen, de H. Jozef verlangt het! En al
zou ik er dan op de brandstapel moeten voor sterven, zoals een Jeanne
d'Arc, dát heb ik er wel graag voor over... " Zo sprak ik nog
verder, tot opeens die Zuster wenend zij: "Maar denk toch eens
goed na, gij hebt het Klooster tegen en zelfs het Bisdom. Gij moogt
met geen mensen meer spreken, geen brieven schrijven of ontvangen en
vooral moogt gij geen voet meer buiten het klooster zetten... Hoe
kunt gij dan een beeldje van de H. Jozef in de Nieuwe Wijk te
Kapellen plaatsen en zelfs een beeldje hebt gij niet?"...
Toch
drong in die tijd af en toe, via schoolkinderen, een briefje tot mij
door van mensen die mij hun nood kloegen en hulp behoefden. Anderen
slaagden erin door een zijpoort binnen te geraken en mij 's morgens
vóór 8 uur bij het beeld van Sint Jozef te vinden.
Ook
werd mij eens een zinnebeeldige voorstelling gegund, die mij sterkte
en troostte. Dit vertelde ik reeds vroeger
Op
de vraag van mijn medezuster: "Hoe kunt gij een beeldje van de
H. Jozef in de Nieuwe Wijk te Kapellen geplaatst krijgen, want gij
hebt er zelfs geen?", antwoordde ik: "Het is allemaal waar,
dat kan ik niet, maar luister, ik loop vlug naar Sint Jozef en ,k zal
het hem zeggen".
Daar
gekomen zei ik: "Luister 'ne keer heel goed, Sint Jozef, ik
persoonlijk kan U werkelijk niet dáár in de Wijk brengen, maar als
U nu echt heel graag dáár in de arme Wijk Uw intrek neemt en werkt,
stuur dan de heer Pastoor van Kapellen, ofwel zijn huishoudster naar
mij. U kan haar ook met aanbevelingen laten komen als een van de vele
mensen die dat voorheen hebben gedaan. Dan zal ik hun zeggen dat zij
zullen verkrijgen wat zij verlangen, als zij Uw beeld tegen 1 mei in
de Wijk te Kapellen willen plaatsen. Als ik één van beiden,
betoogde ik verder, nu ik geen volk mag ontvangen, toch in de
spreekplaats mag ontmoeten, twijfel ik er niet meer aan dat het
werkelijk Uw wens is in de Nieuwe Wijk te staan en daar te ijveren
voor ieder in nood verkerende ziel. Men mag hierbij dan niet vergeten
dat mijn klooster meerdere uren van Kapellen afgelegen is.
Twee
dagen later, juist een woensdag, kwam de portierster mij zeggen: .,De
huishoudster van mijnheer pastoor van Kapellen is in de spreekplaats
en moet U iets zeggen, en gij moogt gaan van de Eerwaarde Moeder.
Na
de, les spoedde ik mij er haastig heen. Zij was gestuurd door
mijnheer pastoor om voor hem, maar ook voor haarzelf, een zekere
gunst aan te bevelen. Als bijzondere gunst verlangde en vroeg de
huishoudster de genezing van haar zustier. die volgens haar
zeggen, aan kanker leed. Ik zei haar, Als U het mogelijke
doet om te zorgen dat Mijnheer Pastoor een Sint Jozefsbeeld in de
Nieuwe Wijk te Kapellen zal plaatsen tegen 1 mei eerstkomend, dan zal
U zeker en vast de hulp 'van Sint Jozef ondervinden. Uzelf, moet het
beeldje daar niet brengen. dat moet Mijnheer Pastoor doen, U moet
maar zorgen dat het er komt tegen 1 mei en dit door herhaaldelijk aan
te dringen. Zij had trouwens geen gezag om het zelf te doen,
en was zonder verweer, als. vijandelijke weerstand het haar zou
willen beletten.
De
huishoudster meende dat dit alles zeer spoedig en gemakkelijk kon
uitgevoerd worden. Mijnheer pastoor dacht er evenwel geheel anders
over. Hij vond het volkomen onzin een Sint Jozefsbeeldje in de
Nieuwe Wijk te plaatsen. De huishoudster bleef haar best doen
om mijnheer pastoor te bewegen tot het plaatsen van het beeldje. Ook
werd het haar beloond, want haar zieke zuster genas plotseling.
Dit trof Mijnheer Pastoor wel zeer diep, maar een Sint Jozefsbeeldje
in de Nieuwe Wijk te plaatsen was bij nog niet van zin.
Menselijk
gesproken had hij er reden toe. De huizen van de Nieuwe Wijk werden
gebouwd in 1920 en 21 door een ongodsdienstig comiteit. Wie van
de gemeente hulp of steun ontving, moest afzijdig blijven van de
godsdienst en de kinderen naar de naar de staatsschool sturen.
De
huizen waren zeer vlug verhuurd. De eigenlijke Kapellenaren lieten,
zich niet in met de bewoners, van de Nieuwe Wijk. Thans echter
hebben de meeste mensen daar hun huis gekocht en sierlijk opgemaakt
en doen inzake godsdienst wat ze willen. Enkele komen reeds in
stilte naar de kapel. Zelfs een huisgezin in de wijk, de familie
Arnouts Rottiers, zorgde liefdevol en met toewijding voor de kapel.
De
geestelijkheid van Kapellen bleef er die tijd weg. Zo vond Mijnheer
Pastoor mijn verlangen onuitvoerbaar. Maar ik gaf de moed niet op en
bad de H. Jozef, de Pastoor door een ziekte of een andere beproeving
zo in het nauw te brengen, dat hij, uit verlangen om hulp te bekomen,
daar een beeldje zou brengen en het op de geschikte plaats ter
verering opstellen. Een eerste ziekte deed hem beloven dat hij het
daar zou brengen, maar eenmaal genezen, meende hij te voldoen met er
een in zijn huis te plaatsen. Maar dit was het niet wat men
verlangde. De heer Pastoor kreeg een zere knie. Een operatie bleek
nodig te zijn en zelfs daarna, pronostikeerde de dokter, zou hij een
stijve knie of been behouden. Nu verzekerde de Pastoor dat er een
beeldje zou komen indien hij zonder operatie genas. Hij genas en toch
aarzelde hij nog onder voorwendsel dat hij geen geschikt beeldje had.
Aan
mij vertelde de Pastoor het volgende: "Zekere avond werd er heel
laat aan de pastorie gebeld. Het was een onbekende dame die naar mij
vroeg. Ze gaf mij ingepakt een zeer oud plaasteren Sint
Jozefsbeeldje, dat ze zelf waarschijnlijk niet schoon genoeg vond om
in haar woning te laten staan. Het weg te werpen durfde zij niet en
vond het daarom best het aan mij te geven. Zij voegde erbij: "U
weet wel een plaats, waar men een Sint Jozefsbeeldje verlangt".
Dat
men mij ook nog een beeldje bezorgde, zei Mijnheer Pastoor, vond ik
zeer zonderling. Maar het plaatsen in de Nieuwe Wijk beviel me niet.
Ik dacht immers: van de eerste dag wordt het daar stukgeslagen. Wij
mogen toch geen aanleiding tot heiligschennissen geven. Sedert
mijn huishoudster was aangekomen met de opdracht daar een beeldje te
plaatsen had ik geen rust meer... Van de andere kant voelde ik dat de
H. Jozef dáár wel heel goed zou staan, nog te meer omdat ik nu ook
reeds op zo'n zonderlinge wijze zijn beeldje had gekregen. Maar daar
het een vaste gedachte van mij was, dat dit beeldje daar geen
uur zou blijven staan, dacht ik bij mezelf: Ik zal naar het
gemeentebestuur gaan, want zonder toestemming van de gemeenteraad,
mag ik dat toch niet plaatsen. Geven ze mij daar geen toelating en
denkelijk is dat zó dan is ook alle verantwoordelijkheid van mij af.
De gemeenteraad gaf echter buiten alle verwachtingen aanstonds
toelating om een Sint Jozefsbeeldje op de Nieuwe Wijk te plaatsen.
Het
gemeentebestuur was toen overwegend ongodsdienstig. Maar toen de
burgemeester aan alle raadsleden één voor één vroeg of ze er iets
tegen in te brengen hadden dat in de Nieuwe Wijk een beeldje van Sint
Jozef geplaatst zou worden, protesteerde niemand. Met een
schouderophalen gaven zij te kennen dat het hun onverschillig liet en
de burgemeester willigde mijn verzoek in.
Zo
ben ik dan daags vóór 1 mei, vertelde Mijnheer Pastoor verder, met
de schrijnwerker naar de Nieuwe Wijk gegaan en hebben wij aan de muur
van een huis, tegen de lust van de daar wonende mensen in, het blokje
geplaatst om het beeldje op te zetten.
Diezelfde
avond werd het nieuws verspreid bij alle links denkende
groeperingen van de omliggende dorpen van Kapellen. Allen werden
uitgenodigd om aanwezig te zijn met hun muziekkorps, als de zwartrok
zou aankomen. Door veel en luid muziek moest de predikant
onverstaanbaar gemaakt worden. Wonderbaar, hier viel hun feest met
dat van Sint Jozef samen en in feite werd de H. Jozef niet met smaad,
maar met feestmuziek in zijn nieuwe werkplaats triomfantelijk
ingehaald. Allen hebben, zonder het te willen, hun best gedaan ter
inhuldiging van de patroon der proletariërs. Heel het plein
stond vol spelers, terwijl overal vlaggen wapperden laat het ook rode
geweest zijn ter ere van het voorlopig nog schamele beeldje van de
Timmerman van Nazareth". Tot hier dit verhaal van Mijnheer
Pastoor aan mij.
Het
pleit was gewonnen. Op 1 mei 1956 stond het Sint Jozefsbeeldje
in de Wijk. De gekozen plaats was tussen twee huizen. Het beeldje
werd hoog aangebracht en het lokte vele vereerders onder de
noodlijdende mensen, die daar Sint Jozef om hulp kwamen smeken.
De mensen die Sint Jozef daar te voet kwamen vallen moesten echter
vooralsnog bij die huizen voor het beeldje blijven staan.
Wekelijks
kwamen er op woensdag om 8 uur 's avonds mensen naar die plaats om
samen de Rozenkrans te bidden, met gebeden tot de H. Jozef. Dat
ging niet gemakkelijk, want sommigen lieten de biddende mensen niet
met rust en onder allerlei vormen moesten de bedevaarders voelen dat
ze daar niet welkom waren. Het gebeurde zelfs meermalen dat het
moederke uit het huis waartegen het beeldje aangebracht was, onder
het gebed in de deur kwam staan en de biddenden uitdaagde met
uitlatingen als deze: Komde gijlie ook al naar die lelijkaard!
Stond hij niet zo hoge, dan goot ik er elke dag mijn waterpot op
uit.
Met
de tijd veranderden de gevoelens van dat vrouwke van 80 jaar.
Het vatte genegenheid op voor de bedevaarders en het was zo goed hun
een stoel aan te bieden en straks zou het nog een veel belangrijker
daad van liefde stellen.
Het
jaar 1956 was in de echte zin van het woord een triomfjaar voor de H.
Jozef. Het volgende jaar 1957 moest er niet voor onderdoen.
Bekijk ook even het Timmerwerk welk aan Sint Jozef wordt toegeschreven:
De trap in de Lorreto kapel Santa Fé te New Mexico
Uittreksel uit het interview van paus Franciscus
interview
op het vliegtuig van Straatsburg naar Rome, 25 november 2014
quote
De
paus houdt van Sint-Jozef
Tenslotte
een persoonlijke vraag: u bent een vereerder van de heilige
Jozef?. Antwoord: oh ja!. De journalist insisteerde:
In uw kamer heeft u een beeld van hem?. Antwoord: Ja! Als ik
aan Sint-Jozef iets vroeg, heeft hij het mij altijd gegeven.
Doch
de paus sprak niet over naar Cotignac te gaan in de Provence
(departement van de Var), de enige plaats ter wereld waar de heilige
Jozef verschenen is. De journalist, een Italiaan, heeft dan niet
verder aangedrongen.
Herinneren
wij ons dat op 7 juni 1660, de heilige Jozef aan een uitgeputte en
dorstlijdende herder verschenen is, Gaspard Ricard. Hij zei hem in
het Provencaals, wijzend naar een rots: ik ben Jozef, hef hem op
en ge zult drinken. De rots was indrukwekkend: er waren acht
mannen nodig om hem in beweging te krijgen. Jozef
spoorde hem opnieuw aan. De
herder verplaatste de rots en ontdekte een bron fris water. Hij dronk
Wanneer hij zich oprichtte, was de verschijning verdwenen. Nadien
werd van vele wonderen getuigd en de bron is blijven stromen.
Hiermede wordt u uitgenodigd deze speciale noveen mee
te bidden:
- Opdat de
Heilige Geest paus Franciscus mag leiden in deze verwarrende tijden.
- Opdat de
synode voor het gezin de goddelijke Wetten onverkort zou bevestigen.
- Opdat de
Paus samen met alle bisschoppen Rusland spoedig zou toegewijden aan het
Onbevlekt Hart van Maria, zoals Maria vroeg in Fatima.
Deze noveen werd ons door Jezus gegeven:
Jezus
zei tegen H Zuster Faustina:
"Bid een noveen voor de heilige Vader. Deze noveen bestaat uit 33
akten, dit wil zeggen: herhaal elke dag 33 maal het kleine gebed tot de
Barmhartigheid dat Ik u geleerd heb:
O Bloed en Water, die uit het Hart van Jezus stroomden als Bron van
Barmhartigheid voor ons,
ik vertrouw op U!"(I.142)
Aansluitend kan het Kroontje van de Goddelijke Barmhartigheid(1)
gebeden worden.
Warm aanbevolen, elk zegge het voort.
Namens
de groep Totus Tuus.
(1)Het Kroontje van de Goddelijke
Barmhartigheid wordt gebeden op een gewone rozenkrans, op de volgende manier:
Bid
eerst een Onze Vader, een Weesgegroet en de Twaalf artikelen van het Geloof.
Op de
kralen van het Onze Vader zegt ge:
Eeuwige
Vader, ik offer U op het Lichaam en Bloed, de Ziel en de Godheid van uw
welbeminde Zoon, Onze Heer Jezus Christus, tot vergeving van onze zonden en
die van de hele wereld.
Op de
kralen van het Weesgegroet zegt ge:
Omwille
van Zijn smartelijk Lijden, wees barmhartig voor ons en voor de hele wereld.
Op het
einde zegt ge driemaal de volgende woorden:
Heilige
God, Heilige Sterke, Heilige Onsterfelijke, ontferm U over ons en over de hele
wereld.(I.197)
En in een tijd, die geen tijd is voor Mij, die Ben, zal Ik in Haar het
vlees aannemen.
Mijn Vader is altijd van zijn Schepping blijven houden. Hij heeft Mij
naar u gezonden om u te redden. Hij noemde Mij: de Verlosser. Misschien lijkt
het er op dat Ik in deze wereld in mijn opdracht gefaald heb. Niets daarvan! De
mensen verscheuren elkaar, maar mijn zending is een voorbereiding voor de
glorie van de Vader en de Zoon, door de Heilige Geest.
Het goede en het kwade in elke ziel wordt gewikt en gewogen. Ieder
krijgt zijn deel.
De oogsttijd is aangebroken en mijn wederkomst komt steeds naderbij.
Ik kom het veld wieden, het kaf verbranden, opdat de oogst, die God
voorbehouden heeft aan zijn getrouwen, maximaal zou opbrengen.
Vanaf de geboorte van mijn eerbiedwaardige Moeder werd het lot van de
mensheid bevestigd en de hele Hemel was verblijd, omdat hij wist dat Zij het
Kind aan deze wereld zou schenken. De Verlossing kwam samen met Haar. Toen Zij
nog als kind in de wieg lag, was ik reeds in Haar aanwezig.
Dit mooie Schrijn ( mijn Moeder) heeft Mij gedragen, buiten haar weten
om, tot het uur dat mijn Vader koos, om Mij naar u, arme kinderen, te zenden.
Zoals door mijn Vader bepaald werd, ben Ik na de vormingstijd ( van de
Apostelen) door de wreedheid en de ondankbaarheid van de mensen het zoenoffer
geworden dat alle zoenoffers omvat die de wereld door de eeuwen heen zu kennen.
Door zelf zoenoffert te worden, heeft mijn Moeder gedeeld in het
afschuwelijk verraad waarvan Ik het slachtoffer werd.
Maar Ze zal zegevierend aan mijn zijde wederkeren, want Ze is steeds
mijn Deelgenote geweest.
Maar nu zeg Ik u dat het onmogelijk zal zijn alle zielen te redden. Ze
zijn te ver gegaan. Het deel van het vuur zal belangrijk zijn. De vijand van de
zielen zal de weerspaningen meenemen naar de verdoemenis. Zelfs mijn
Barmhartigheid zal niet kunnen tussenbeide komen, terwijl Ze haar ogen sluit
voor de afschuwelijke wonde van een satan-aanbiddende wereld. Tot op de bodem
van mijn heilige Gerechtigheid zal Ik ziften, en vol liefde mijn kleintjes
komen halen. Maar koester geen valse dromen! Ik Herhaal: Ik kom in Glorie om te
redden wat er nog te redden valt. Door de terugkeer van de gewetens naar het
goede, zullen een nieuwe aarde en een nieuwe hemel opengaan; er het zal een
tijdperk van vrede en vruegde zijn. Degenen die elkaar liefhadden, zullen voor
eeuwig verenigd zijn. Taboes zullen verdwijnen door de triomf van de Liefde,
in een verruiming van de geesten en de harten die met vreugde en verwondering
haar opbloei zullen zien in de voor eeuwig uitverkoren zielen. Het kwaad zal
overwonnen zijn, het lijden zal plaatsmaken voor gelukzaligheid in de verenigde
harten.
Hetgeen ge zojuist hebt geschreven, zal gebeuren zoals Ik zeg. Sluit uw
hart voor alles wat Ik niet ben.
Vergeet niet dat de opstandige engelen aan het werk zijn. Ik heb het
altijd voorspeld. Wees op us hoede, want de wolven hebben zich met schapenvacht
bedekt, om de kinderen van God te misleiden.
Bid! Bid! Houd niet op te bidden en lief te hebben.
The Terrorism of Abortion Het terrorisme van abortus
Jul 10th, 2014
Mary
I take you quickly into the very center of the darkness which has come over America, the great darkness of abortion. O foolish America, you build walls against terrorism while your own terrorists kill the unborn.
Ik neem u snel mee in het hart van de duisternis die over geheel Amerika is gekomen, de grote duisternis van abortus O, dwaas Amerika, u bouwt muren tegen het terrorisme, terwijl uw eigen terroristen de ongeborenen doden
A darkness has been forced upon America, a darkness accepted and even canonized by your Supreme Court. A darkness that says a mother can kill her unborn son or daughter. I will say this clearly, As long as you do not protect the unborn from your own terrorism, I will not protect you. You have brought this evil upon yourself. You have opened the heart of America to the greatest darkness.
Een duisternis die opgedrongen is aan Amerika, een duisternis aanvaard en zelfs heilig verklaard door uw Hooggerechtshof. Een duisternis die zegt dat een moeder haar eigen ongeboren zoon of dochter mag doden. Ik zal dit duidelijk zeggen: "Zolang u niet de ongeborenen beschermt tegen uw eigen terroristen, zolang zal ik u niet beschermen". U heeft dit kwaad over uzelf gebracht. u hebt het hart van Amerika geopend voor de grootste duisternis.
There is a path to peace but you have no desire to walk it. Even so, I will raise up a new stream of life. I want political leaders to protect all the unborn without any compromise (as if some unborn are less worthy of life than others). I make this truth so clear. Protect all of your unborn and I will protect you. Abandon the unborn and I will abandon you. Why should I protect you from terrorism when you allow terrorism to go unchecked in your abortion clinics? I outline the path to peace but who wants to walk that path?
Er is een weg naar vrede, maar u hebt geen zin om die te gaan. Toch zal ik een nieuwe stroom van leven doen opstaan. Ik wil politieke leiders om alle ongeborenen te beschermen zonder enig compromis (alsof sommige ongeborenen minderwaardig leven zouden zijn dan anderen). Ik maak u deze waarheid zo duidelijk. Bescherm al uw ongeborenen en ik zal u beschermen. Laat de ongeboren in de steek en ik zal u verlaten. Waarom zou ik u beschermen tegen terrorisme wanneer u toelaat dat terrorisme geschiedt in uw abortusklinieken? Ik kan het pad schetsen om vrede te bereiken, maar wie wil dat pad te bewandelen?
Comment: Almost no one sees the connection between abortion and God taking away his protection over America.
Commentaar: Bijna niemand ziet het verband tussen abortus en Gods bescherming over Amerika, die wordt weggenomen
«De Boodschap is een stroom van liefde over de wereld. Ze is de weg voor de besluiteloze, voor hen die gebukt gaan onder de huidige tegenstrijdigheden, ze is de vertroosting voor de gekwetste harten die in de geweldige beroering van deze tijd vereenzaamd zijn.” (23.7.68)
Wat is het doel van de Boodschap?
Jezus tot Marguerite
“ Ziehier het doel van mijn Boodschap: grondiger kennis van mijn liefde voor de mensen. Wat Ik vraag: offers, gebeden,verstervingen; levendiger Maria-verering; ijver voor de rozenkrans die overal dient hervat” ( 29.1.67)
Moet men deze Boodschap aanvaarden?
Jezus tot Marguerite
“Voorwaar Ik zeg u: de wereld blijft vrij ze aan te nemen of te weigeren. Ze zal de gevolgen van haar keuze op zich nemen” (18.7.67)
Wat zal de Boodschap teweegbrengen?
Jezus tot Marguerite
“De Boodschap ontsluit de harten voor de liefde en voor de kennis van een God die verliefd is op zijn schepselen.” (5.5.70)
Komt deze Boodschap werkelijk van Jezus?
Jezus tot Marguerite
“Ik ben de auteur van deze geschriften, Ik ben degene die ze ingeeft. Twijfel daar niet aan. Wie zou u nu op dit ogenblik durven bedriegen?”(24.3.66)
Waarom een legioen kleine zielen?
Jezus tot Marguerite
“Omdat Ik goed en barmhartig ben hou Ik meer rekening met het goede dat men doet dan met het kwade dat men mij aandoet.
Mijn gerechtigheid wijkt graag voor mijn barmhartigheid. Ziedaar waarom Ik een leger kleine zielen verlang, die zich innig verenigd tussen mijn gerechtigheid en de zondaars zullen opstellen onder de hoede van mijn Koningin-Moeder” (20.7.67)
Gastenboek
Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek
Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.
Wenst u De Boodschap in boek te lezen, mail me dan even en ik antwoord U op welke adressen U deze kunt aankopen. Vermeldt tevens da gewenste taal De Boodschap is in verschillende talen beschikbaar. If You want to read The Message as a book, sent me a mail , I answer you with the address where to buy. Please indicate which language You wish, The Message is available in different languages. En cas Vous voulez lire Le Message comme un livre, envoi moi un petit mail, et je vous réponds ou vous le pouvez acheter. Le Message est disponible en plusieurs langues.