Wees blij, herken de hand van de Vader in de gebeurtenissen, niets gebeurd dan alleen dat wat Hij wil.
Vertrouw op de getuigenis van Jezus : Ik ben de Goede Herder, Ik ken de mijnen en de mijnen kennen Mij.
Gewoon prachtig, wat een uitnodiging voor ons Belgen, om echt blij te zijn hoe Vader met ons bezig is, ik begrijp niet waarom in het middag radio nieuws speciaal aandacht was voor een algemene teleurstelling, echt genoteerd door mensen die niet durven zien wat er zoal gebeurt.
Laten we vooral blij en gelukkig zijn en dit ook uitdragen deze week, we zijn op het goede spoor.
4 april paaszondag (Handelingen 10,34-43 - Johannes 20,1-18)
========
De oorlogskerkhoven rond Ieper zijn merkwaardig mooie parken. Op en rond de graven van de jonge gesneuvelde soldaten staan prachtige bloemen en planten. Op de grafstenen kan je de namen lezen van de doden met geboorte- en sterfdatum. Vele graven zijn naamloos. Op die graven staat: Known unto God (Gekend bij God). Het leven van miljoenen doden die een wrede dood zijn gestorven en die al lang door de mensen vergeten zijn, zijn nog bekend bij God, want ze leven bij hem. Voor God is de dood geen eindpunt.
------------
Niet allen die de Engelse kerkhoven bezoeken staan achter deze woorden. Voor velen is er na de dood niets meer. Misschien vinden ze het nonsens om zoveel geld te spenderen aan graven met niets dan wat knoken.
In het paasgeloof wordt noch de dood van Jezus, noch de dood van ons, mensen, ontkend. Dat fameuze zwarte gat, die onontkoombare, ijzige leegte, die onverbiddelijke blinde muur, worden niet weggevaagd. Het paasgeloof neemt noch het verdriet, noch de machteloosheid, radeloosheid of opstandigheid tegenover de dood weg.
Het paasgeloof heeft ook niets te maken met het tot leven wekken van een lijk. Velen denken nog dat het woord verrijzenis daarop wijst. Nergens in de evangelies wordt verhaald dat Jezus gezond en wel uit het graf is gestapt. Het zijn de schilderijen die ons misleid hebben. Ze geven Jezus nog een overwinningsvlaggetje in de hand. Het paasgeloof steunt niet op een terugkeer uit de dood. We weten allemaal dat er na de dood geen weg terug is. Het paasgeloof zegt: er is geen weg terug, maar er is wél een weg verder. Ook al is de dood pijnlijk onverdraaglijk, het is geen eindpunt. Er is meer. Er is een verder. Er is een leven bij God dat ons leven en onze dood niet ontkent, maar overstijgt.
Moeten we dat zomaar geloven? Zonder boe of ba? Neen! Dat geloof hangt zomaar niet in de lucht. Reeds nu, in ons leven, ervaren we bij momenten een glimp van eeuwigheid. Vooral in de ervaring van een grote liefde. De beleving van de eenwording in seksuele gemeenschap kan mensen verrukken en in extase brengen. Geliefden kunnen samenzijn ergens in de natuur en hand in hand genieten van een lieflijk landschap in de zonnige zomerlucht en alle zorgen en tijd vergeten. Of in een bepaalde religieuze viering kan je geraakt en ontroerd worden tot in het diepste van je ziel. Of op de palliatieve zorgeenheid kan je een afscheidsgesprek hebben met iemand die je erg dierbaar is en die, met de dood voor ogen, vol rustige overgave en vertrouwen zegt: Ik wist niet dat de dood zo mooi kon zijn.
Het warme geluk, dat je opdeed in al die gebeurtenissen, blijft hangen en verkoelt niet bij de kilte van de dood. Het is net alsof de eeuwigheid uit de voegen van het gewone leven even opduikt. We hebben het besef dat we leven in een groot mysterie dat we niet kunnen omvatten. Als we geloven, krijgt dat mysterie een naam: God, die de oerliefde is, de alles en iedereen omvattende Liefde. Hij is de Grond van onze grond, zoals een dichter het zei. Of zoals de Quakers het zeggen: het gaat om Dat van God in ons. Als het ware een vonk van goddelijk leven in ons.
In ieder geval is ons méér beloofd dan het zomaar vergaan tot stof, dan het verdwijnen in het niets. Maar een leven over de dood heen kunnen we zelf niet tot stand brengen. Zoals het leven zelf en het hele mysterie waarin we leven, wordt ook dat leven over de dood ons geschonken.
Als we belijden dat Jezus verrezen is, belijden we dat Hij nu, na zijn dood, bij God leeft en wel als de Messias, als de unieke openbaring van de levende, oneindige, eeuwige God. Dat Hij de grootst mogelijke eenwording is met het mysterie God.
Dat verrijzenisleven van Jezus is natuurlijk geen biochemisch leven meer. Het is een leven dat is als het leven van God. We hebben daar geen enkele voorstelling van. Zeker is dat Jezus al tijdens zijn aardse leven helemaal vervuld was van Gods Geest. God leefde in hem. Op de berg Tabor toonde Jezus zijn ware gedaante. Het stillen van de storm op het meer was een teken dat Hij er is als het stormt in ons leven. In de broodvermenigvuldiging gaat Hij ons voor in de zorg om brood voor iedereen. Als Hij vergiffenis schenkt aan tollenaars, prostituees, overspeligen, wetsverachters, toont Hij Gods overvloedige barmhartigheid. Als Hij naar de minste mensen gaat, openbaart Hij Gods onvoorwaardelijke liefde. In zijn bergrede en parabels wil Jezus ons bevrijden van egoïsme en allerlei kwaad.
De tempelreiniging was een gebaar van een onverschrokken profeet, die de durf had de hoogste religieuze instanties uit te dagen. Het laatste avondmaal, met de voetwassing en de Eucharistie, confronteren ons met de nederigste Liefde en het geven van Zichzelf, als het brood van het echte Leven. De kruisdood was de ultieme overgave aan zijn en onze Vader en een uiting van Zijn solidariteit met alle gefolterde martelaars en slachtoffers van barbaarse wreedheid.
De verrijzenis van Jezus is het over de dood heen verdergaan van Gods Liefde die reeds een aanvang nam in Zijn leven. Als wij de Verrezene nemen als de Weg, de Waarheid en het Leven, zullen we ook nu al leven van Gods Liefde die, over de dood heen, verdergaat. Het alleluia-gezang met Pasen drukt deze hoopvolle paasvreugde uit!
Rob Moens, dominicaan, Genk
Inspiratie: Met Christus uit de dood opgewekt (Kerugma, jaargang 53, nr.2, p. 72-73)
Woorden alleen volstaan niet. Geef Mij uw hart. Zie hoe het lillend in mijn handen ligt. Zijn verblijf is niet meer in u. Het is in Mij.
Kind, Ik wil niet alleen uw heiliging, maar die van alle zielen.
Voor allen heb ik mijn leven gegeven.
Voor allen heb Ik mijn bloed vergoten.
Vandaag heb Ik behoefte aan meer liefde. Ja, zo is het, Ik heb de mensen nodig. Want Ik bemin hen met een uitzinnige liefde.
Kindlief!
Binnen enkele uren de kruisdood. Met een oneindige tederheid
Ze gaan Mij kruisigen! Ze gaan Mij kruisigen!
En toch heb Ik hen in mijn Hart reeds vergeven.
Mijn lieve kinderen, Ik zal u verhoren voor zover uw vragen overeenstemmen met mijn wil.
Ze haten Mij omdat Ik hun schijnheiligheid kwam ontmaskeren.
Ze voelden ook in Mij Gods superioriteit zelf. Maar die verloochenen ze. Die wilden ze niet erkennen. Hadt ge enig idee, kindertjes, van het lijden dat Ik om uwentwil doorstaan heb.
O, die kroon van doornen die mijn hele hoofd omprangde, al die gloeiende punten die in mijn vlees drongen.
En het bloed dat Mij verblindde.
En mijn lichaam ontbloot voor die honend lachende, huilende menigte.
De haat sloeg Mij in het gelaat. De roeden kwamen woest op Mij neer en bij elke striem rukten ze flarden vlees mee.
Ik heb mijn foltering zonder één klacht doorstaan. Alleen daaraan dacht Ik: dat Ik mijn kinderen redde. Enkel daarvoor was Ik gekomen. Had Ik niet met ongeduld op dit ogenblik gewacht? U allen vrijkopen, kindertjes. Met welke wellust heb Ik mijn leven voor u gegeven.
Ik wist nochtans dat mijn Offer voor velen onder u vruchteloos zou zijn.
Ze hebben een ruige verfrommelde mantel op mijn door slagen doorwonde schouders geworpen. Ik heb hun spot ondergaan, hun beledigingen; Ik ben door hen gespuwd.
Ik bleef onbewogen, hoewel Ik verschrikkelijk leed.
U had ik voor ogen, mijn vrijgekochten.
Die balk woog zo zwaar op mijn doorwonde schouder.
O, die wonde aan mijn schouder!
Uitgeput naar ziel en lichaam.
Kinderen, wat moet Ik u duur betalen!
De soldaten, het geschreeuw van de menigte, elke val, de ontmoeting met mijn zoete Moeder. Smartelijk, zo smartelijk! Dat zij Mij in die toestand moest zien, was voor haar op voorhand al een kruisiging.
Op dat ogenblik hebben wij ons één gevoeld in de vreselijkste smart die er bestaat.
Ten einde krachten kwam ik op de folterplaats. Ze rukten het kleed af dat Mij bedekte en aan mijn vlees was gelast door het gestold bloed dat uit mijn wonden was gedropen.
Wie zal er ooit enig idee van hebben wat de kruisiging betekende?
Mijn lillend vlees overgeleverd aan een razend en tierend gepeupel.
En dan die afschuwelijke vliegen die neerstreken op mijn naakt en gemarteld lichaam en zich voedden met mijn bloed.
Afschuwelijk schouwspel, Ik was een voorwerp van walg geworden.
En toch, mijn allerliefste kind, was dit niets vergeleken met wat Ik in mijn ziel moest doorstaan.
Ik had al uw zonden op Mij genomen en mijn ziel verkeerde in doodsangst onder hun gewicht.
Door allen in de steek gelaten, verraden, verafschuwd, belachelijk gemaakt, uitgejouwd, alleen.
Mijn Vader zelf scheen Mij te verlaten.
En in mijn gebroken Hart was er zoveel tederheid, zoveel medelijden met mijn beulen. Ik kon op hen niet boos zijn. Het was voor u allen, mijn dierbaren.
Kom tot Mij! Dat mijn Offer niet vruchteloos geweest is.
«De Boodschap is een stroom van liefde over de wereld. Ze is de weg voor de besluiteloze, voor hen die gebukt gaan onder de huidige tegenstrijdigheden, ze is de vertroosting voor de gekwetste harten die in de geweldige beroering van deze tijd vereenzaamd zijn.” (23.7.68)
Wat is het doel van de Boodschap?
Jezus tot Marguerite
“ Ziehier het doel van mijn Boodschap: grondiger kennis van mijn liefde voor de mensen. Wat Ik vraag: offers, gebeden,verstervingen; levendiger Maria-verering; ijver voor de rozenkrans die overal dient hervat” ( 29.1.67)
Moet men deze Boodschap aanvaarden?
Jezus tot Marguerite
“Voorwaar Ik zeg u: de wereld blijft vrij ze aan te nemen of te weigeren. Ze zal de gevolgen van haar keuze op zich nemen” (18.7.67)
Wat zal de Boodschap teweegbrengen?
Jezus tot Marguerite
“De Boodschap ontsluit de harten voor de liefde en voor de kennis van een God die verliefd is op zijn schepselen.” (5.5.70)
Komt deze Boodschap werkelijk van Jezus?
Jezus tot Marguerite
“Ik ben de auteur van deze geschriften, Ik ben degene die ze ingeeft. Twijfel daar niet aan. Wie zou u nu op dit ogenblik durven bedriegen?”(24.3.66)
Waarom een legioen kleine zielen?
Jezus tot Marguerite
“Omdat Ik goed en barmhartig ben hou Ik meer rekening met het goede dat men doet dan met het kwade dat men mij aandoet.
Mijn gerechtigheid wijkt graag voor mijn barmhartigheid. Ziedaar waarom Ik een leger kleine zielen verlang, die zich innig verenigd tussen mijn gerechtigheid en de zondaars zullen opstellen onder de hoede van mijn Koningin-Moeder” (20.7.67)
Gastenboek
Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek
Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.
Wenst u De Boodschap in boek te lezen, mail me dan even en ik antwoord U op welke adressen U deze kunt aankopen. Vermeldt tevens da gewenste taal De Boodschap is in verschillende talen beschikbaar. If You want to read The Message as a book, sent me a mail , I answer you with the address where to buy. Please indicate which language You wish, The Message is available in different languages. En cas Vous voulez lire Le Message comme un livre, envoi moi un petit mail, et je vous réponds ou vous le pouvez acheter. Le Message est disponible en plusieurs langues.