De eerste zondag van de Hamsessions 2001 zit er op ; Draaglijk warm , geen regen , een mooie tuin ,vriendelijke mensen ,mooie bar en op de koop toe vooral het kruim van de impro scene in erg goede doen ; iedereen had er duidelijk zin in ..... meer moet dat niet zijn , toch ?
Ik zit deze voormiddag , nog wat te bekomen van deze overdadige feestmaaltijd ...... en mijn eerste herinneringen eraan te herkauwen in een poging ze te verwerken en voorlopig te sorteren
"Is het goed " ? vroeg Michel Mast tot tweemaal toe
Ja het was goed ,steengoed zelfs en het was bovendien beperkt gebleven tot slechts twee formaties : wat dus het beluisteren ervan veel intenser had gemaakt en erg bevorderlijk is voor een verhelderend "eureka moment" , althans bij deze rot- verwende melomaan ....
Meteen een eerste festivaldag met een dubbele aanpak ;
Flick Flack Bat Tom Wouters, drums en klarinet John Snauwaert, tenor en sopraan sax Jon Birdsong, cornet Steven Van Gool, e-bass Peter Van den Berghe, keyboards
-Een groep rond kei Tom Wouters ( demonstreerde overtuigend ___als dat nog nodig was ___ schitterend slagwerk(met allerlei melodische wendingen en suggesties ) en enkele bassclarinet riedels die het vooral van het laag register moesten hebben( hoor ik trouwens het liefste ) )
Deze formatie ging overduidelijk voor compositorische procedées , verder uitgebouwd en levendig gemaakt met ingredienten uit diverse hoeken en kanten van de wereldwijde impro-muziek -scène en waarbij het meeste draait rond de "schriftuur" (als mnemotechnisch middeltje dan en ) als startbaan voor head-arrangements en diverse parafraserende stijlfiguren /rifjesthemata ( bijvoorbeeld van de opvallend meanderende en boeiende tenorsax ) van de diverse kompanen ... een duidelijke mingus-achtige inslag ook en een fantastisch stukje verwevings-kunst met allerlei verwijzingen naar de (bop en post-bop ) traditie(s) ....Zeer opvallend :de electronische interventies die bijwijlen deden denken aan flarden echo's uit het duits cabaret van de jaren dertig en vooral aan Eisler ...
Een ontdekking voor mij ; Jon Birdsong ... een trompettist die er in slaagde vrijwel naadlos een solopartijtje van de tenorist over te nemen zonder dat het meteen opvalt , zo groot is de beheersing van de timbres , de spelen- in -de -microfoon-techniek en de verrassend diepe sonoriteit op zijn instrument ....Gestopte trompet partijen van een ongekende bewegelijke textuur die zowel hilarisch als perfekt commentaar leveren (out of tune ..) zijn een toemaatje ....
John Birdsong
Voeg daarbij de uitstekende pianist en de zeer functionele ondersteunende electrische bass en het loopt allemaal gesmeerd ... wat wordt gepresenteerd is een staalkaartje van het kunnen van de groep ; schitterend als een veelkleurig palet dat onwillekeurig naar nog meer doet uitkijken ....
Jeroen Van Herzeele Quartet (B,I) Jeroen Van Herzeele, tenor sax Fabian Fiorini, piano Jean-Jacques Avenel, contrabas Giovanni Barcella, drums
-Een tweede groep als dagsluiter en gebouwd rond de magnifieke sound van de tenorsax : Muziek bedacht vanuit het instrument als organiserende leidraad en een coltrane adept in zeer grote doen ..Bovendien aangesterkt door een driemanschap uit de elite der Belgo - italiaanse improvisatie wolven
Ook opvallend : de verschillende nummers werden bij beide groepen bijna meteen ingezet en zonder al te veel verbindende praatjes ...
Vooral in de groep van Jeroen van Herzeele gaf dit een boeiend resultaat ; een quasi ononderbroken suite wat dan vooral nog eens werd belicht door de volgehouden eenheid van stijl gedurende diens ganse performance ...Vuurwerk De grote nadruk op "omkeringen en allerlei voicing " kunnen trouwens moeiteloos de monotonie van een modale benadering overstijgen , waarbij men de rythmische inbreng van een sublieme rythmsectie zeker niet mag vergeten ....
Van de flamboyante Gio Barcella in grote doen tot en met de heftig opzwepende bassbeul Manolo Cabras (verving de doodzieke legende Avernell door een kompleet eigen inbreng ) , die zijn pizzicato spel bij tijd en wijle weet te laten klinken als de basdjembe van een virtuose afrikaanse master drummer ..... en de __voor mij tot dan toe __onbekende pianist , Fabian Fiorini, die voortaan ook tot mijn persoonlijk favoriete pianisten -lijstje behoort
Opvallend is het feit dat het hier gaat om minstens evenwaardige" leaders"... het is moeilijk om in deze groep nog het verschil te horen tussen side-man en een "leader of the pack ".. Het bestond die zondag doodeenvoudig niet : het was waarachtig een echt "collectief " van gelijkwaardigen ... een machine die slechts samen dit uniek /emergent resultaat kon bewerkstelligen . Eigenlijk past dit vehikel als een handschoen voor elk van haar samenstellende leden en illustreert het perfect, het aloude ; het geheel is meer dan de delen ...
Interessant ook om deze groep van Jeroen te vergelijken met het trio "Gratitude " enkele dagen voordien op "Jazz sur l'Herbe" , toen was geen pianist aanwezig die kon functioneren als aanvullende (supplementaire ) tegenstem op het spel van de tenor Alhoewel ook daar een uitstekende master-drummer(Louis Favre ) .... en prachtige electrische bassist (Alfred Vilayleck ) aanwezig was die af en toe er goed in slaagde die sparing-partner functie te vervullen ...en als surplus erg "afro"(althans naar mijn gevoel ) bezig met bassriedels en diverse echo's van ostinati ___eveneens een erg goed optreden trouwens
Maar met een kundig en in de groep ingespeeld pianist als deze Fabian erbij kreeg je echter veel meer kleur en complexiteit geserveerd dan de diepgang van tweestemmig gegenereerde powerchords , gebroken akkoorden , en triads ... het is doodeenvoudig een ander geheel en Jeroen had er zondag overduidelijk zin in ...in het citadelpark was het bovendien verre van ideaal ; het was namelijk ijzig koud op die late avond ...
Brugge de werf 2009 .
Tot volgende zondag ... De pinkstermaandag kan ik niet meer in mijn agenda wringen .... heilaas
Oh ja , op de valreep ... vanavond om 22 uur zitten een paar van die gasten in de El Negocito De topform waar ze momenteel in verkeren beloofd het beste ... rep je ...
Natuurlijk was er nog veel anders te beleven in de maand mei dan het "jazz sur l'Herbe " en het impro-marathon gebeuren Speciaal vielen me op ; Jeroen Van herzele met zijn jongste Gratitude trio voorafgegaan door een Duo Penotti met basklarinet (Adriaan Verwee )en drums-soundscapes (Merlijn Peridaen )....
Adriaan Verwée: is zowel beeldend kunstenaar en als jazzmuzikant.(°1975 ) -beeldhouwkunst gestudeerd en even op het conservatorium vertoefd. (1) Hoe zijn die twee kunstkriebels met elkaar verweven?
Adriaan Verwée: "Ik etaleer eigenlijk nooit dat ik de twee combineer. Het is heel organisch gegroeid. Die twee kunstvormen zijn gewoon een andere manier van expressie. Muziek is veel directer dan sculpturen maken, ook ontspannender.
Eén kunstvorm zou dus iets te eenzijdig zijn? Verwée: "Nee, het zou alleen makkelijker zijn. Het is een keuze die me al jaren achtervolgt. Je mag ook geen keuzes forceren, soms wou ik dat ik me kon opsplitsen. Mensen verwachten ook blijkbaar dat je voor één ding kiest en als ik moet kiezen, kies ik voor mijn sculpturen. Maar dan zou ik wel iets missen.
Ben je van thuis uit beïnvloed voor het ene of voor het andere? Verwée: " Mijn vader was muzikant, dus muziek was een evidentie. Maar ik ben opgegroeid aan het Citadelpark, het was letterlijk mijn speeltuin en ik wandelde als kind veel door het Museum voor Schone Kunsten. Zo herinner ik mij nog De Zeppelin van Panamarenko in de Floraliënhal die daar in 82 voor het eerst werd geëxposeerd "
(1) Blijkbaar is de combinatie beelhouwer-muzikant vrij frekwent op onze plaatselijke podia ; (folk mensen als ) Walter De Buck , Willem Vermanderen , (en de vrije impro-muzikanten ) Cel Overberghe , Paul Van Gyseghem ; Peter Jacquemyn ... om maar enkelen te noemen
Ik kon dat alles erg smaken ( Ho ja , ik heb een boontje voor basklarinet )... jammer dat het zo koud was , en dat terwijl de rest van maand lag te snakken naar een druppel water ....
Volgende dag : Roland en Han Bennink , publiektrekkers en altijd leuk ze nog maar eens te kunnen meemaken ....goede wijn behoeft geen krans ook niet wanneer hij in nieuwe zakken wordt gegoten ....Bennink ( een 'ollander zonder electrische en overbodige knalpot maar met een soepele versnellingsbak )is verrassend kwiek en nog steeds een enorm showbeest ; Het zijn twee goed geconserveerde mannnen op jaren die nog steeds ( zo te zien ) veel plezier beleven aan hun spel ...
Heu ...... Jasper's kruidentuin en Jetsky Trio heb ik gemist ....
en verder nog enkele vermeldingswaardige voorbije concerten waar ik fantastisch van heb genoten
In de El Negocito ; "A certain kind of chaos with plenty of order "
1° 16 2011 - the El Negocito Barcella Sessions: Italian Belgium Migrazione Night
Gio Barcella , Manolo Cabras Piero Bittolo Bon op alto saxophone/alto clarinet, Francesco Bigoni op tenor saxophone/clarinet en Beppe Scardino op baritone saxophone/bass clarinet De Blazers maken deel uit van "El Gallo Rojo," een zeer goed gekend Italiaans collectief van improvisatoren alsook het recording label. The trio speelt originele compositions, arrangementen voor music van Bill Frisell, The Shaggs en vele andere, en improveert
Schitterend **** Ik heb een speciale voorkeur voor de bariton/basklarinet (+ uitstapjes op ethnische fluiten = ik ben verkocht ) en en een uiterst boeiende , preciese , perfekt gecontroleerde en veelzijdige tenor : prachtig De erg goede altist levert constant versieringen en parafrasen en enig summier maar uitstekend werk op alt klarinet ( ooit had ik er ook zo eentje in mijn bezit /ik ken de kuren en moeilijkheidsgraad van dat instrument )
2° 23 2011 Presa Differente
Gio Barcella(Drums) ft. Audrey Lauro(alto sax ) en Joel Grip, (contrabassiste in o.a. formaties met Axel Dörner, Joe Mc Phee, Eve Risser, Evan Parker, Hermann Keller, Andrea Parkins, Sven-Åke Johansson, Sten Sandell, Itaru Oki ) en Audrey Lauro(sax)
Erg mooi , grote kwaliteit **** De gedreven perfectioniste Audrey Lauro in grote doen Schijnbaar met het grootste gemak levert deze francaise schitterende en moeilijke sound-experimenten op de alt en waarbij op bepaalde momenten daadwerkelijk twee tonen tegelijk worden gespeeld.....er werd /wordt ook regelmatig op de rand van het overblazen geintoneerd ...
Tsja, ik heb deze dame NIET meegemaakt op de jazzmarathon in de namiddag : (ik heb thuis ook wel nog enkele verplichtingen ) ... Maar ik heb veel goeds horen vertellen ... twijfel ik zeker niet aan , indachtig wat ik voor spetterends mocht meemaken in de el negocito
Grote bassist ook en de flamboyante drummer Gio ,die , zoals altijd, erg alert reageert en de zaak een supplementaire dimensie geeft
Bravissimo et Merci Thank You for the Music
Grote impro marathon middag / audrey Lauro , Mathias Van de Wiele , Bart Maris
3° Nathan Daems groep op de "bijloke pic nic " " Smooth jazz en de ideale schoonzoon "
Veel goede Jo Henderson achtige benaderingen in het soleerwerk van de blazer Snuifjes exotische toonladders en toonladderflarden Al met al een geslaagde en moderne persoonlijke mainstream benadering ;
Dat is een optie die al met al erg genietbaar en geschikt is voor alle soorten (ietwat gesofistikeerd ) doorsnee "kunst" -publiek op een zomerse dag Dit recept + de knappe pianist Fulco. Ottervanger , Oerdegelijke guitarist Bart Vervaeck en de lichtvoetige en erg preciese drummer Simon . Seghers en de boel kan nooit stuk Steek daaronder een modeste , maar oh zo professionele en efficiente, bass van Gommeren op de achtergrond en je hebt een uitstekend karton waarop de leader aquarellen schildert .. en dat is zeker niet denigrerend of geringschattend bedoeld mocht je dat denken ... (alleen gaat mijn voorkeur naar steviger werk uit , maar dat is natuurlijk ieder zijn meug )
Een paar dagen voordien zag ik in de vlucht een dito trio in de hot club ; Mooi maar toen nogal lam ...(Uiteraard is dit ook slechts een persoonlijke inschatting ) maar dat kan je ook altijd erg goed als sfeervolle en erg vriendelijke ( vooral niet storende ) muziekjes gebruiken : manierisme dus ( of een mindere dag , kan ook natuurlijk ) en zeker genietbaar
Een gevaar loert echter wel (naar miojn ideetje ) om de hoek = deze gepolitoerde easy listening produkten kunnen waarschijnlijk nogal makkelijk in de korste keren omgebouwd worden tot een soort behangselpapier -muziek en wel door de geldruikende entertainment apparatchiks van de( geleghenheids- )concertorganiserende-clubjes allerhande ....die willen erg graag ( nog goedkope ? ) jonge musici die momenteel in goede doen zijn , nogal eens over het paard tillen ...Want " ...over een paar jaar is er toch weer een verse lading en als die jongens van het paard vallen en ze mogelijk hun artistieke nek breken ( moge dat worden verhoed ) ...waarom dan erover malen ?
Morgen ga ik naar de eerste zondag van de HAM sessions 2011 Be there .....
Zopas een (Nieuwe ?) synthetische japanse modale (Kabuki ? ) toonladder voor bamboefluit uitgedoktert : Ik deel het graag met alle geintereseerden ....
Het schemaatje staat getransponeerd voor Bb instrumenten (in het bijzonder sopranosax ) (speel voor alto en Eb instruments alles een halve toon lager )
Dit stuk is ook uitstekend geschikt voor bassklarinet ( hoog register = zie schema : laag register alles een halve toon lager ) Dat wordt dus :
En ja natuurlijk is er vanalles gebeurt in de hot club op de "Bart Maris invites" woensdagnachten : een paar prachtige concerten , jamsession en nieuwe gasten en talenten , vielen te genieten ( te veel om allemaal over uitgebreid te gaan schrijven ) met ondermeer :
Een indische percussionist ( Khan ) = tabla en midran speler , twee maal de keigoede Steve Dellannoit met de eerste maal de uitstekende baryton Joppe Bestevaar
Joppe Bestevaar
... een accordeonist en een violiste ... de aanstormende drummer en groot talent :Warmebol Een gevestigde waarde als guitarist (stadscomponist en lod-lid ) Dick Van der Harst ( een paar weken later nog eens maar dan met de Finse bassist Jouni Isoherranen/ ) met Alt en fluit maestro : Ben Sluys, Kristof Rosseeuw en de zijnen Peter Van den Berghe , Teun Verbrugghe ...Patrick De Groote en alto Carl Grimmelprez ( kwamen binnenwaaien van een jamsession in "het onverwacht geluk" ) waren nog eens present ... veel nieuwe mensen ook ( o.a. een sopraansax )
In de negocito pikte ik nog eens Nilson Mata , Barcella , JohnSnauwaert
Het spetterende afscheidfeest van Paul Feyaarts in het damberd zag een optreden van een gelegenheidsgroep met Kristof Rosseeuw , Eric Vermeulen ,John snauwaert ( sorry maar de naam van de drummer ontsnapt me )
en ik heb uiteraard ook veel concerten gemist gemist ( o.a. Benito doet straffe pogingen om iets van de grond te krijgen in Lembeke .... eigenlijk een schande dat ik daar nog niet ben geweest )
Het bruist in Gent en omstreken en het herneemt na Pasen
Jazz sur l'Herbe in het verschiet en
Bovendien komt Sonny Rollins naar GENTJAZZ Dat is het voortreffelijkst mogelijke toetje na het ganse ( bijna voorbije ) winterseizoen ____ althans wat mij betreft
Test : hieronder staat een ( afspeelbare)midi file Het is een computer weergave van een variant van het atabaque rythm ostinato volgens de algemene(beginners ) richtslijnen voor afrikaanse percussie volgens de esthetiek van Bumba Bovic ( Centraal afrika ) op Bassdjembe
° Muziekjes spelen zonder pretenties en met vooral communicatieve oogmerken ° een uitgesponnern openingsset van ongeveer 2 uren ° De kunst van het muzikaal onderhoudend converseren
° Uitstekende jam bijdragen in het tweede gedeel met ( voor mij) nieuwe mensen De rustige maar zeer efficiente drummer :Jan Van Steenbrugge De zeer zuiver spelende trompettiste ; Marie -Anne Standaert en een vanouds bekende (ventiel) trombonist die zich weer aan het inspelen is , sinds een klein jaar(dacht ik) : Serge Hoste
° Een aandacht schenkend publiek dat bijna bij de muzikanten op schoot zit en muzikanten in dat publiek
De aanwezigen krijgen daardoor een blik/indruk in/van een collectief creatie -gebeuren terwijl het aan de gang is , vlak voor hun neus en in tegenwoordige tijd
Wat overblijft is een laatste greep op een of ander instrument , en daarna is het verleden tijd Rest nog wat herinneringen Meer moet dat niet zijn
Er was ook ( voor mij dan ) een daadwerkelijke kennismaking met ( impro-vehikels ) en " Template /default " toonladders ( allemaal in Pianoconcertpitch C ) :
7(2) Bar kochba *---> FGAb BCDEF // Fm(5) M679 (Harmonieken F Bb C Eb F C#)
(Modaal) Caravan "toonladder(Juan Tizol) = verlaagde 6de CDEFG /Ab /B --> BDF Ab (D dim5/B , Bdim5M6 etc ... ) E G C Ab (Em+5 M11) GMaj AMaj(Harmonieken)
G C E G# (Caug/G) /Ab C E G /(C/Ab) F#Maj AbMaj (Harmonieken)
1 Spaanse(joodse ) heptatoon , * (verhoogde vijfde ) CDEF (b)AB CaugM7 Bb(m)(5)(7) C(m)(5)(7) F(m)(5)(7) G(m)(5)(7) (Harmonieken ) Dm(5)/C B(7) C#Maj F# GM7 Abm(5)7 Cdim5 -9 DM7 Ebm(5)7Bbm(5)7 F# m(5)7 C(7) Dm(5)7-6-9 * Nota de (b)6(Geen V= Bar kochba ) en de (#)G (Geen grote Vi = spaans joods )
1 algerijnse stapeltoonladder (El Andalouz ) ** (Patrick De Groote idee ) C /Eb E/ FG/ Ab / B C / Eb E / F# // ( Harmonieken ) B(#)C ((b) EF) ((#)F)(GAb ) ( (b)A ) (b)B C(b)D ((b)EF) ((#)F) ( No (#)F(b)A) C F Eb F# Power chords Blauw : fula flute
* deze toonladder is inpasbaar in de Fm(5)(7)
3 afrikaanse (percussie )heptatonen binnen een octotoon ( Isa minden Fé ) Guinea
Mama en Papa Djembé Baby = ( clave / bell ) geoctaveerd (b)A Eb(#)F // (b)B(#)C (1ste versie ) (b)A (b) E(#)F // (b)B C (2de versie ) (b)A E(#)F // (b)B(#)C (3de versie ) (b)A
Basspowerchord Octotoon = (Balafon) clave Falsetto powerchord D G // (b)E (#)F // (b)B(#)C / (b)A / / D G // D G(b)A // Tenor Alt G(b)A D Sopranino subBassostinati sopraan DG (b)A (b)B(#)C(b)E (#)F / G(b)A D G ( A C (Harmonieken) )
Dat worden dan de ( in mijn aangroeiende verzameling ) referenties en frames voor weer een hoop motiefjes waarop kan worden verder geborduurd met veel ( knip & plak) werk natuurlijk
Met veel dank aan de goede ondersteuning van mijn medemuzikanten .... -de uitstekende en flamboyante ritmesectie met Japser Huyssentruyt , Giovanni Barcella & Kristof Roseeuw -Patrick De Groote voor de aanbreng van de algerijnse en de jewish toonladder idee en zijn bijdragen -de jamsession deelnemers met hun goede prestaties in het biezonder oude vriend trombonist Serge Hoste en vooral het stipte , behulpzame en erg vriendelijke gastheer en gastdame koppel Yvan en Iris
Voorwaar een cafe dat verder waardig de traditie van een mentaliteit , de goodwill en de tolerantie voor de creatieve aanpak , uitstraalt ,die ooit zo eigen was aan de geest van >Dees de Bruyne en zijn Muze Octavia
Chapeau voor dit biezondere café waar zonder veel poespas vanalles mogelijk blijkt Gelukkig bestaan er nog zo 'n dingen in mijn stad .... en Wat mij betreft is dit voor herhaling vatbaar
Tsjok
PS. De dag voordien mocht ik in de " hot club " samen jammen met : Uitstekend coming man op de drums Jakob Warmenbol (drums ) en de ( naar ik meen ) gebroeders Steven & Delannoye ( prachttenor en baritonsax ...buiten categorie ) De naam van de bassist ontsnapt me ( moest hij dit lezen , een reactie is voldoende om dit te corrigeren )
Keigoede avond , zeker weten .....
** Met dank voor de foutcorrectie , die ik vandaag van Patrick mocht ontvangen
GENT ; JAZZ STAD ? Mogelijk... maar ook altijd even vriendelijk voor de spelende musici ? Het publiek heeft zeker niet echt reden tot klagen
Regelmatig wordt er dan ook verteld dat Gent zo mogelijk een soort "elderado" zou zijn voor de muziek ... Maar wat het stadsbestuur zelf organiseert is voornamelijk in de categorie " ons kent ons " en/of gemakshalve gedelegeerd aan bepaalde clubjes
Uiteraard is "ons kent ons "(1) zowat overal de "artistieke" politiek , ook in het kleinschalige en onafhankelijke circuit en de zogenaamde "kunstzinnige " monumenten -kroegen -clubs en aanverwanten : Met name het nachtleven met haar overvloed aan artistiek flou Het is wel de bedoeling dat de stad dit alles voornamelijk gebruikt om haar imago op te krikken ___ niets mis mee ____en dat daarbij een internationale culturele erkenning is gekomen is mooi meegenomen .
Het veroorzaakt ook al eens enige belangstelling vanwege de vele toeristen die de stad aandoen en al eens een concertje komen meepikken ... dat voornamelijk is georganiseerd vanuit privé initiatief : ook 's nachts in een strategisch gelegen jazzkroeg-muziekcafe zoals de "hot club de Gand " is dat merkbaar ...Ik mocht ( als regelmatig deelnemer aan de jamsessions op woensdagnacht ) al een paar keer dergelijk toerisme meemaken
Ik heb daar ook veel nieuwe vrienden leren kennen en apprecieren en daaruit groeide voor mij een hernieuwde belangstelling voor het actief musiceren bij diverse gelegenheden en op verschillende podia ...De zaken liepen goed en lieten me toe in het begin van het jaar een beloftevol werk- agenda op te stellen ; er kwamen een hoop potentieele aanbiedingen ... maar na veel geloop en onderhandelingen bleef er welgeteld uiteindelijk slechts één enkele speelgelegendheid overeind ... Er was wel altijd iets dat eten in het roet gooide ... maar goed , vragen is vrij en refuseren staat erbij ...
Het is echter wel opnieuw een persoonlijk vrij teleurstellend gedoe ... het is geen snars veranderd en nog steeds dezelfde belaberde situatie als 20 jaar geleden toen ik het allemaal kotsbeu werd : maar ondertussen ben ik wel veranderd en realistischer geworden , ik heb zelf geen "professionele" ambities meer ... maar ik wil wel spelen met onderlegde mensen en ik wil niet aan oneerlijke concurentie doen ...
(1) = inclusief de persoonljke voorkeuren en "adviezen " van de bekende lokale en zelfsbenoemde ( in ons geval dus jazz-)pauzen die niet zelf in staat zijn ook maar wat mee te doedelen in hun gebied waar ze zo graag naar refereren )
Gisteren avond speelde een schitterend Jasper Huyssentruyt trio de eerste "flat nine jam " gebeuren van 2011 in het ' Trefpunt "...Dat beroemd etablishement is voorwaar nog steeds , na de vele erg vruchtbare en creatieve jaren , een lichtbaken van formaat en locomotief gebleven op de gentse eigentijdse podia en met zijn wortels diep in de basis . Zonder veel poespas en gratis aangeboden aan de verwittigde belangstellenden en de toevallige passant verleent het nog altijd een broodnodige staalkaart van en speelgelegenheid voor wat er in gent roert op de impro-scene
Wel eventjes iets anders dan de veelgeroemde "kultuur"huizen die voornamelijk hun artistieke programmatie politiek liever delegeren / laten bepalen door buitenlandse produktiehuizen Trefpunt is net als een frans wijnkasteel , nog steeds middenin haar wijngaarden gepoot ... ipv in een ver e- bureel (wat niet betekent dat het geen oog zou hebben voor wat van buiten komt ... integendeel )
Het optreden van J. Huyssentruyt was zonder twijfel een voltrefffer , maar vooral Lander Ghyselinck bewees hier nog eens overtuigend zijn grote klasse ; hij is blijkbaar in zeer grote form
Verassend ( voor mij dan ) ook de stuwende en gedreven swing centrale : de pure lijnen van bassist Filip Vandebril : de man is een ronduit onmisbaar onderdeel van het schitterende driekoppige rythm motortje die zich hier demonstreerde en binnen en bovenop de beklijvende composities van jasper
Daarna was er nog een goede bop-achtende bijdrage ( zoals steeds ) op basis van enkele klasiekers uit het standaard-repertoire ( onder meer ook een stukje Ellington : natuurlijk een stukje dat ook door Archie Shepp( alweer een tijdje geleden ) is geadopteerd en daardoor beter bewaard is gebleven ) van de zeer verdienstelijke sopraan-sax speler Nathan Daems en ook nog als kers op de nieuwjaars -taart eventjes een opmerkelijke Christian Mendoza ,( met een duidelijke tendens het standaard-en het real book gegeven toch een beetje opzij te schuiven / wat trouwens ook Huyssentruyt steeds weer doet : hij speelt dan ook veel eigen nummers ) en die ik voor het eerst in zulke kleine en intieme gelegenheid mocht meemaken ...
Zij die afwezig waren hebben zoals steeds ongelijk ....
Ik kijk ook met belangstelling uit naar de duidelijkere contouren van de " nieuwe" politiek van het " Damberd " ... het reeds voorbije programmeren en optreden van WOFO heb ik jammer genoeg gemist maar het is toch wel een serieuze vingerwijzing dat deze lokomotief in de kuip van Gent ,__ misschien nog meer nieuwe levenskrachten bevat en nieuwe scheuten ontwikkeld ,( net zoals een oude eik ) dan ooit vermoed na de bijna fatale aanslag (de nog steeds wat aanslepende " herinrichting van de korenmarkt "en binnenstad ) ....
(Overigens was ook veteraan inrichter en organisator Willem Zuidhof in -het trefpunt aanwezig __ vandaar de link die ik maakte met het Damberd ... )
Voorwaar een beloftevol nieuw jaar ...Wat ik ook hartelijk wens aan iedereen die dit leest ....
Ain't nobody here nomore , but us ... ain't nobody here , but us chickens Chickens just lay eggs .. Not? So what ?
we're all us black & white trash all eggs in one basket
we surfen we zappen we knippen we plakken
We spelen in en met een aaneengekleefde potpourri van liedjes van exotische eddy wally's en tura lura's , kinderliedjes , jingle's, muzakjes , cartoonsmuziek, coconut palm tree songs ,heilige dreunen voor goden uit de oertijd , verplicht aangeleerde nationale volksliederen militaire marsjes en rituele behangpapier fossielen muziek voor kunstige koningen en keizers die constitutioneel , graag de pluimen van iemand anders in hun gat plachten te steken ,of in ganzenpas paraderen op cecil B de Mille statusmuziektes
We spelen knorren , hees ,fluisterend , of klaterend ,ademstootjes en liefdeskreetjes , signalen ,morse , geroep , gebrul, geschrei , sirenes , memen ... imiteren de laatste soli van doodzieke vogeltjes uit tsjernobyl en de golf van mexico
We blazen tierelantijntjes sex op afgelikte sax ...
Vingeren de dode koude toetsen van een gamele ontstemde piano tot ze kreupele voodoo liederen en bezweringen zingen of finaal hun ziel geven
Slaan tropische onweders of malse regenbuitjes uit onze trommen inplaats van onze kop tegen de muur of op ons lief
Trompetteren de pentagrammen van de santeria en de candomblé De gele verschroeiende hitte die de genante leegte in de hoofden draaglijk moet maken
We drukken op knoppen op zoek naar iets Op ouderwetse schrijfmachines waarop je blaast of hamert
en we drukken op andere knoppen want t'is weer niets
Tot onder ons enkele koelies op de finaal verkeerde knoppen drukken .... boem , boem .... boeme boeme boem
collectief met ons allen de pijp uit gaan 'tèstiettatuutès
Waarna het flauw applaus losbarst , een bisje wordt afgehaspeld tot katzwijm volgt en tot het bevrijdende moment van de rinkelende kassa ... inpakken wegwezen ... waarna de kritiek losbarst.. ze dronken een pint , ze pisten een plas en 'tbleef wat 'taltijd was De vermeende betere kers op de verorberde taart
En uiteindelijk het liedje "in mijn stroatje zijn t'allemoal commeire " wordt gedraait als slaapmuts ...
'Terwijl we later aan de knopjes frutselen van de nieuwste veroverde bloesjes die we maar niet weten te kraken vanwege de vele drank die we moesten drinken om het nog te kunnen uithouden tussen al de knullige onbenulligheden en de onverschillige muizen die allang zijn verbonden aan de gepamperde computers met het multimedia vertier
Put eens een Neanderthaler in your house
* Ollanders raden me aan om voortaan van de paddo's af te blijven ( en minder te Brusselmansen )
Ik neem echter allang niets anders meer in dan de voorgeschreven pillen om nog in surreeel leven te kunnen blijven ____dat is trouwens hetzelfde als shit en even duur ...slapjes high worden is een neveneffect ... Het schijnt zelfs zo dat in afrika is ontdekt dat de medicatie tegen aids kan worden opgerookt en een formidabele kick geeft , die medicamenten worden dan ook ijverig gestolen ____
"De Jazz is dood , alleen de jazzfans weten het nog niet " gaat de bekende boutade Maar Hoe zit dat nu met al " dienen (free ) jazz ?"( om ook maar eens opnieuw die beladen en beruchte term te gebruiken ) Is dat nu echt een verzameling debiele exhibionistische muziekje voor belegen Snobs ? en waarom moeten trouwens ook nog steeds ,eigenzinnige dwarsliggers vereenzelvigd worden met "linksen "of met welk politiek gedoe dan ook ? ... indachtig de de Franse critici die in de jaren 70 de "New Thing" wilden inspannen in hun "revolutionaire" lalalalala karretje .... Neen : Free is GEEN " music for the people ..." alhoewel het dus dikwijls wordt gemaakt door "the people " _____"The people" kan het trouwens nooit een lor schelen _____het is op zijn hoogst anarchistisch
( Traditionele mainstream jazzmusici die het meesmuilend en stigmatiserend nog steeds hebben over de "lenin" en de " stalin " van de saxofoon ____ terwijl ze zelf nog de "panassie -achtige " -critici van 80 jaar geleden zitten te debunken ___ kan ik moeilijk nog voor vol aanzien ....klik --> OUD GELEUTER (Tsjok45) )
Free is niet -geengageerde lapzwanzerij dus ? Wel ik bedank voor het soort "engagement " dat niets anders is dan recuperatie-manoeuvers ; Muziek is geen overal inzetbaar trekpaardje dat(gratis) wordt gespeeld door nuttige idioten Die huidige overlevende free- gasten en hun na-apers zijn dus nog erger dan ooit werd gedacht ? : Van pretenties stijf staande oelewappers en straatvechters of misschien wel misbaksels , pseudo-intellekten , hoerenlopers , pooiers , zatlappen , profiteurs etc.... ? Esthetische analfabeten , diletttanten ?
Want vergis je niet , nog steeds zijn de oudbollige en kompleet overbodige "diskussies" over smaak , geuren en kleuren ,aan de gang ........ met al haar verdachtmakingen , stromannen en andere drogredeneringen . klik --> OUD GELEUTER (Tsjok45) Ook " in de muziek bestaan er veel racisten " zong R. Van Het groenenwoud ooit, met recht en reden ....
Niet alleen free , geimproviseerde muziek , avant garde en vrije improvisatie maar ook de jazz , geavanceerde rock en de wereldmuziek moeten nog steeds opnieuw hard vechten om te worden erkend en te blijven overleven in de jongste generaries ... Neen populair zijn deze muziekjes niet en dat zullen ze nooit meer worden ....
Daarom vandaag een eerste ( interesssant ) en doorwrocht want goed gedocumenteerd "opinie"stukje , opgevist op het internet http://www.at-a-lanta.nl/weia/Jazz.html<--klik Zo hoor hoor je het ook eens van iemand anders( van een sympathieke 'ollander ) De geluidsfragmentjes krijg je er gratis bij veel lees en luister plezier
P.S. ik hoop later nog andere dergelijke en degelijke stukje bij elkaar te kunnen sprokkelen
GESCHIEDENISJE VAN DE (FREE) JAZZ 'Oude' jazz
Ik ben niet zo thuis in de oudere jazzstijlen, eerst hield ik er zelfs nauwelijks van. Maar ook bij de oudere jazz zijn er stukken met grote intensiteit zoals deze blues van Bessie Smith met Louis Armstrong (0:50). Ik hou erg van heel langzame muziek, al kunnen niet zo veel musici daar mee overweg. Maar als ze het kunnen is het ook meteen onontkoombaar, zoals Bessie laat horen. Louis Armstrong speelt er op zijn trompet heel fraai omheen, ik vind hem hier op zijn mooist spelen. Later vind ik hem zwakker worden, te veel de clown uithangen, maar ja er moest brood op de plank komen en hoe dat je dat in het racistische Amerika van de twintiger en dertiger jaren? Er is een fraaie reeks documentaires geweest over de geschiedenis van de jazz, gemaakt door Ken Burns (er is ook een site bij). Daarin bleek niet alleen hoeveel racisme er in de moderne geschiedenis van de VS zit, maar ook dat de dertiger jaren muziek niet altijd zo suf is als ik dacht. Er zijn zeer gedreven swingende solo's gespeeld (ik laat er hier niets van horen), en eigenlijk hoor je al duidelijk de volgende jazzstijl aankomen, dat is de bebop, de muziek die in de oorlogsjaren is uitgevonden.
Bebop De snelheid waarmee de onderliggende akkoorden (het harmonisch ritme) veranderen gaat omhoog, het tempo van de muziek gaat meestal ook omhoog, hoor de topsnelheid in Charly Parker's 'Famous Alto Break' (0:44). Je hoort een stukje met z'n allen (tutti) en dan die break van Parker - ik hou ook van erg snelle muziek. Vervolgens soleert hij. Zijn solo's liggen me niet altijd, hij kan zinnen nogal romantisch neerzetten, op het slijmerige af, neem de laatste noten van dit fragmentje. In de break is dat heel anders! Deze break komt uit 'night in Tunesia' waarvan die dag een hele serie takes zijn opgenomen (maart 1946; de andere musici zijn niet zo heel beroemd geworden). De mooiste break zat in een versie die verder afgekeurd werd, maar de break is gelukkig wel bewaard gebleven. Hij speelt hier met een tempo van gemiddeld zo'n 720 noten per minuut, hoewel er ook nootjes bij zitten waarvan er nog een paar honderd meer in een minuut zouden gaan. Parker zei 'dit lukt me nooit meer zo'. En als ie nou van de heroine afgebleven was? Dan een ander snel bopstuk, Ko-ko (1:09), waar de uitvinders van de bebop, Charlie Parker en Dizzy Gillespie te horen zijn. (De solo van Parker lijkt een eraan geplakte andere take. De drummer is trouwens Max Roach en de opnames zijn van eind 1945.)) Ik heb een keer een interview met Gillespie gezien waarin hij zegt dat karakteristiek aan de bebop het rommelige is, een deel van de noten wordt half ingeslikt. Zoals duidelijk te horen is in Ko-ko. Maar de interviewer ging tegen hem, een van de uitvinders van de bebop nota bene, in met een heel musicologisch verhaal, nee het is wegens de akkoorden zus en zo en dit en dat! Per ongeluk dat het een witte journalist was? In ieder geval een betweter. Mij persoonlijk interesseren die akkoorden helemaal niks, maar de speciale vitaliteit van bebop wel. Met Gillespie bopte ook John Coltrane begin 1951, in 'Congo Blues' (1:26). Eerst hoor je een solo van Gillespie trouwens. De karakteristieke sound van Coltrane is hier al enigszins herkenbaar. Vijf jaar later speelde Coltrane nog steeds bopstukken, zoals Coltrane's solo in 'Salt Peanuts' (1:24) in een groep van Miles Davis. Die hoor je eerst op de trompet, hij bopte toen nog. Dat vind ik nog wel aan te horen, maar later vind ik alles van hem verschrikkelijk (er staat dus verder niks van hem op deze site). Wat een irritante interpretatie, ik vind het vallen in de categorie 'vent probeert gevoelig te doen', en dat is een van de ergste dingen die in de muziek mogelijk zijn. Toch zijn er veel mensen die Miles heel hoog vinden staan...
Vijftiger jaren
Van slechts een paar weken later dateert 'Tenor Madness' met Sonny Rollins (2:04)en met een zeer fraaie ritmesectie bestaande uit Red Garland (p), Paul Chambers (b) en Philly Joe Jones (d). (Al dit soort gegevens is overzichtelijk te vinden op een geweldige discografie van Coltrane op internet; klik 'project' voor discografien van tientallen anderen.) Rollins was de andere jonge, opkomende grote tenorist in die jaren en 'men' was ermee bezig wie de toppositie zou gaan innemen. Beetje onzinnige kwestie. Zo te horen maakten ze zich er zelf niet druk om en speelden ze lekker samen. Je hoort het eind van de solo van Coltrane en het begin van die van Rollins. Ik vind Coltrane veel prettiger, bij Rollins heb ik steeds het gevoel dat ie het laat sloffen. Dat ligt vooral aan de laatste noot van elke zin, die legt hij slap achter de tel neer, waar Coltrane ze juist scherp neerzet zodat je meteen weet dat er nog nog veel meer gaat komen. Het zijn verschillen van een paar honderdste van een seconde, maar o zo belangrijk. Vind ik. Halverwege 1957 speelde Coltrane in een groep van pianist Thelonious Monk waarin ook tenorist Coleman Hawkins speelde (1:39). Je hoort, met Art Blakey op drums, een stukje solo van Coltrane en dan van Hawk. Die is een flinke slag ouder dan Coltrane, het is in zekere zin oudere jazz, al nam hij voortdurend nieuwe elementen in zijn spel op. Hij is wel van de tenoren met 'kamerbreed' geluid, die ook orgel-tenoren-jazz speelden. Voordat ik verder ga met de serieuze Coltrane een zijstap naar die wat simpeler soort jazz. Maar het is erg vitaal en het swingt als de weet ik veel! Je hoort hier een stukje van de plaat Very Saxy met vier tenoristen uit 1959. Het stuk heet 'Lester Leaps in', het fragment duurt maar 0:48 en daarin hoor je drie blokjes waarin vier tenoren achter elkaar aan jagen! De blokjes beginnen na 1.3, 16.2 en 31.6 seconde, de volgorde is steeds Eddy Lockjaw Davis, dan Arnett Cobb, Buddy Tate en tenslotte Hawk. Ze spelen dus steeds maar 3.9 seconde! Davis en Cobb klinken nogal ruig, Tate een (heel klein) tikje rustiger, terwijl Hawkins een karakteristiek op-en-neer gaande lijn in vrijwel elke zin heeft. Het orgel wordt bespeeld door een van de weinige instrumentalistes die in die tijd de mannenbolwerken wisten binnen te dringen, Shirley Scott (haar vaste bassist en drummer spelen ook mee). Ik heb verder van haar niks maar een boppende solo hoor je op een duitse site met ontzaglijk veel fragmentjes van cd's. Klik daar op cherokee ('wma' geeft een wat beter geluid dan 'real'). Merkwaardig instrument blijft het wel, zo'n Hammond orgel. Verder met de combinatie Monk plus Coltrane. Monk liep met zijn akkoorden nogal vooruit op de rest van de jazz, en Coltrane nam al die dingen met graagte in zich op. Hij heeft ook altijd gezegd dat ie zoveel van Monk had geleerd. Je hoort eerst het begin van een Coltrane-solo bij Monk in 'Trinkle Tinkle' (0:27) uit 1957. Let op de rare akkoorden en de hoekige ritmiek van Monk op de piano. Pianisten kunnen als ze een solo begeleiden vaak erg slijmerig spelen, maar bij Monk ligt dat heel anders. Nu volgt nog een later stukje uit die solo als Coltrane meer op stoom is. Dat gaat over in de solo van Monk in datzelfde stuk (1:09). Jazz kan in een soort gefoezel ontaarden. Wel OK, maar toch ook een beetje al te shuffelig. Neem deze opname van Coltrane met het Red Garland Trio waar in 'Bass Blues' Coltrane soleert (0:38) en op dreef is maar de ritmesectie toch enigszins voorthobbelt. Op diezelfde plaat staat echter ook 'Soft Lights and Sweet Music' (0:58), waar de titel helemaal niet weerspiegelt wat voor razendsnel stuk het is. Er is vandaag de dag een soort popmuziek, ik ben de naam uiteraard vergeten, die er prat op gaat dat ze zoveel beats per minuut hebben. Maar dat bestond allang, en dan veel helderder, levendiger, swingerder, gevarieerder! Het thema klinkt nog rustig, maar de solo gaat in vliegende vaart. Als ik het goed tel speelt de bas ergens tussen de 350 en 390 beats per minuut. Coltrane speelt er dan vaak twee keer zoveel. Van trompettisten weet ik niet veel, maar op het volgende fragment uit 'Lover' hoor je na Coltrane's wervelende solo Donald Byrd soleren (1:18). Die gaat toch ook nogal voortvarend te keer in deze opname van begin 1958. Even blaast hij een citaat uit een of ander bopstuk. De ritmesectie bestaat uit Red Garland (p), Paul Chambers (b) en Louis Hayes (d). De volgende opname heeft de dezelfde bassisit en pianist, maar Art Taylor op drums. Het stuk heet 'Russian Lullaby' (0:45). Blijkbaar moeten russische kindertjes heel snel in slaap gezongen worden. Een criticus schreef na horen van dit stuk dat Coltrane 'sheets of sound' speelt, een verwoording die vaak overgenomen is. De bas speelt kalmpjes 330 tonen per minuut en Coltrane soleert daar vooral in dubbel tempo overheen. Om de nootjes dan nog zo los van elkaar te laten klinken is niet gering. Ook interessant dat we dit goed kunnen beluisteren, ook al zijn het 11 tonen per seconde. Af en toe last hij trouwens nog snellere loopjes in, dat maakt dan 990 per minuut. De solo duurt exact 2:30, dat zijn pakweg 1500 noten van Coltrane. Ik trek nogal naar de saxofoons toe, maar hier dan uit hetzelfde stuk een klein stukje uit de bop-pianosolo van Red Garland dus (0:17). In de groep met Miles Davis speelde ook altist Julian 'Cannonball' Adderley. Je hoort hier Adderley en Coltrane achter elkaar aanjagen (1:49). Elk speelt zes keer, telkens ongeveer 8.5 seconde. De alt is wat scherper van toon. Qua tempo doen ze niet voor elkaar onder - zo'n tempo is op een alt ook ietsje 'makkelijker'.
Avant garde
De vijftiger jaren lopen naar hun eind als er langzaamaan nieuwe dingen gaan gebeuren, tot dan toe was het immers vooral voortbouwen op de bebop. Eind 1958 heeft Coltrane ook gespeeld met pianist Cecil Taylor (0:56), die later de bekendste avant-garde pianist zal worden. Van diezelfde tijd dateert ook de opkomst van Ornette Coleman, hier in 'Free' (1:06). Wat je daar vooral hoort is het loslaten van de gewone akkoordenschema's, daarom heet het stuk dus 'Free'. Hij wordt altijd genoemd als een van degenen die de jazz bevrijden van allerlei keurslijven, maar ik hou niet zo van Coleman's spel. Bij Miles Davis waren weer andere ontwikkelingen gaande. Hoor Coltrane's solo in 'So What' uit 1959 (0:42). Je hoort wel af en toe de toon bijna breken, hij gebruikt dan ongewone vingerzettingen op de sax, waardoor de noot anders gaat klinken of zelfs in een dubbelklank kan overgaan. Hij schijnt door Monk op die mogelijkheden te zijn gewezen. Een ander stuk van Miles uit die tijd is 'All Blues' (saxsolo) (1:04). Je hoort aan deze stukken twee dingen. Eerstens dat Coltrane ook in niet snelle stukken met veel druk op de ketel kan soleren. Tweedens dat Miles aan het experimenteren is met sterk vereenvoudigde akkoordschema's. In 'All Blues' is er het grootste deel van de tijd geen sprake van enige ontwikkeling. Als de ondergrond zo swingend gespeeld wordt hoeft er ook niks te ontwikkelen. Het zijn Bill Evans (p), Paul Chambers (b) Jimmy Cobb (d), als ik de hoes goed begrijp. Coltrane heeft helemaal geen problemen met zoveel eenvoud (hij zal zelf later veel aan zogenaamde 'modale jazz' doen, hij vond het dus een goed idee van Miles), maar het interessante is dat hij zelf diezelfde maanden kwam met stukken waar de akkoorden juist in een krankzinnig tempo veranderen. Het beroemdste voorbeeld is een stuk dat 'Giant Steps' (met Cedar Walton op piano) heet (0:38). Luister hoe de piano-akkoorden telkens van kleur veranderen. Hoe moeilijk het stuk voor anderen dan Coltrane zelf was blijkt uit hoeveel mislukte takes ervan zijn. Bij de uitvoering hier gaat de overgang naar het thema mis. Met een andere pianist, Tommy Flannagan, toch geen prutser, mislukt het soleren. Het is misschien een beetje gemeen om het zo naar voren te halen, maar in take 3 ('Giant Steps') (0:47) breekt de solo domweg af, in take 5 ('Giant Steps') (2:04) wordt de solo steeds simpeler en simpeler. Deze take is uiteindelijk wel uitgebracht en ik laat er ook het slotthema van horen. Eerlijk gezegd vind ik het niet bepaald een mooi stuk, al is het musicologisch gezien nog zo interessant. Ze zijn doorgegaan met opnemen en in take 6 ('Giant Steps') (0:42) bestaat de 'pianosolo' nog maar uit dreutelende akkoorden met wat wanhopig gepriegel erbij... Coltrane neemt het dan maar weer over. Tegenwoordig spelen de conservatoriumstudenten dit stuk wellicht zonder veel moeite. Maar waarschijnlijk ook zonder ziel, zonder soul. We treden nu de zestiger jaren binnen. Miles Davis nam Coltrane in 1960 mee op tournee in Europa, met als ritmesectie Wynton Kelly (p) Paul Chambers (b) en Jimmy Cobb (d). Er zijn verschillende opnames van gemaakt en hier hoor je het begin van de solo van Coltrane in 'All Blues' (1:04) en dan het midden van die solo (1:30). Met die laatste dubbeltonen gaat hij nog een hele tijd door. Er werd hem toen wel eens gevraagd waarom hij zulke lange solo's speelde. 'Omdat het zoveel tijd kostte om alles te zeggen.' Terug in Amerika speelde Coltrane voor het eerst met zowel pianist McCoy Tyner als drummer Elvin Jones (afzonderlijk deed ie dat al eerder). Hoor hoe zij (met bassist Steve Davis) het intro van 'Village Blues' (0:52) neerzetten. Hoe McCoy noten ver achter de tel speelt, maar met andere noten laat horen dat ie best weet waar de beat ligt. Elvin doet dat ook, veel tikjes hangen naar achteren, maar andere sleuren de zaak juist naar voren. Ik kan me voorstellen dat Coltrane met ze verder wilde, wat een swing! Bassist Jimmy Garrison kwam er ook nog bij en dat is het klassieke John Coltrane kwartet gaan heten. Nu Ornette Coleman weer, de beroemde plaat die 'Free Jazz' heette. Coleman hield van titels die nieuwheid moesten uitdrukken: zijn eerste heette 'Something Else!!!! ', later kwamen 'Tomorrow Is the Question!', 'The Shape of Jazz to Come', 'Change of the Century'... Eind 1960 is 'Free Jazz' opgenomen (1:05). Het is een dubbelkwartet: Don Cherry (pocket-tp) Freddie Hubbard (tp) Eric Dolphy (bcl) Ornette Coleman (as) Charlie Haden, Scott LaFaro (b) Ed Blackwell, Billy Higgins (d). Ze hebben achter elkaar een heel lange opname gemaakt en wat ik liet horen was een stukje gefreak (dat was iets nieuws, zo 'free') en daarna een stukje solo van basklarinettist Eric Dolphy. De twee bassen en twee drummers hebben even nodig voor ze de ondergrond daarvoor kunnen leveren, en eerlijk gezegd vind ik het nogal conventioneel wat ze daar doen. Bassist Charles Mingus was weer op een andere manier bezig met dingen buiten het gewone jazzstramien om, door elkaar heenpraten, elkaar aanmoedigen. Hier een stukje uit 'Mingus at Antibes' (1:19), live-opnames uit 1960 van een jazzfestival in Frankrijk. Je hoort een stukje bassolo, dan komt op altsax Eric Dolphy erbij, iemand bemoeit zich daar weer tegenaan... En zo gaat het verder en wordt het een gezellige pan. Heel leuke plaat. Mijn kennismaking met de jazz was een plaat van Coltrane: hier het intro van 'Olé' (1:33) en een deel van de solo van Coltrane (1:21) te horen zijn. Hij speelt hier op sopraansax, een instrument dat hij nog niet zo lang bespeelde (wat soms ook te horen is) en waar hij later nog veel mooie dingen mee gedaan heeft. Waarom was ik meteen weg van dit stuk, toen ik het in 1969 hoorde? Ik denk vooral omdat het zo modaal is. Modale muziek is wat de hele wereld op vreselijk veel verschillende manieren doet en deed en wat alleen in Europa vanaf de veertiende eeuw langzamerhand vervangen is door harmonische of tonale muziek. En dat is hier en daar (deels) overgenomen. Bij sommige modale muziek kunnen best meerdere tonen tegelijk klinken maar de muziek is horizontaal gedacht, het gaat om wat na elkaar klinkt. Harmonische/tonale muziek is (vooral) verticaal gedacht, daarin is heel belangrijk welke noten tegelijk klinken, wat bovenop elkaar gestapeld is en hoe dat gestapel zich ontwikkelt (modulaties en zo). Mijn oudste muzikale belevenis was toen ik vijf was en een schotse doedelzakband hoorde. Die muziek is heel erg modaal, er kan niet een snaar een ander akkoord gemoduleerd worden want de grondtoon klinkt altjd maar door uit de bourdonpijpen/drones van de doedelzakken. Volgende muzikale belevenissen zaten in sommige gregoriaanse zang in de kerk - harstikke modaal. Toen leerde ik op mijn tiende afrikaanse muziek kennen, waar mijn vader een verzameling van aanlegde. Ook weer helemaal niet harmonisch/tonaal. Intussen zal ik ook wel Mozart gehoord hebben, maar het deed me helemaal niets. En dat is nog steeds zo met Mozart, wat vreselijk is dat. Bach ben ik weer wel gaan waarderen, maar hij is eigenlijk het slot van de polyfonie, en polyfonie is dat meerdere fraaie horizontale stemmen om elkaar heencirkelen. Dat die stemmen ook verticaal harmonisch gedacht zijn is niet wat me erin aantrekt. Terug in de tijd vanaf Bach is de muziek steeds meer modaal en 'dus' mooier. Tot hier heb je op deze site voornamelijk tonale muziek gehoord. Maar het is niet het tonale waardoor ik het mooi danwel interessant vind. Eerlijk gezegd laat dat harmonische gedoe me volkomen koud! Het gaat me om structuur, ritmiek, interpretatie, melodie... Maar Olé is modaal. Het is de zogeheten frygische ladder die gebruikt wordt (een term uit de gregoriaanse muziek afkomstig), de ladder die ook in flamenco erg veel gebruikt wordt en inderdaad is dit stuk enigszins spaans van kleur. (Er zit ook een melodie in van een spaans lied dat in de burgeroorlog werd gezongen, al schijnt de melodie ouder te zijn.) Je kunt bij modale muziek voortdurend de grondtoon zingen, maar je kunt ook voortdurend de hele toonladder op- en affietsen, het past altijd. Bij tonale/harmonische muziek werkt dat niet, dat gaat wringen, het klinkt 'vals' of minstens dissonant. Flamenco sprak me ook direct aan toen ik het voor het eerst hoorde, al heeft het ook iets simplistisch. Van noordindiase muziek was ik ook vanaf de eerste seconde gek, ook alweer volslagen modale muziek (en verre van simplistisch). Olé is van mei 1961, van een half jaar later zijn de fameuze opnames van vier avonden live-optreden in de 'Village Vanguard'. Dat jaar kreeg Coltrane vijandige kritieken. De critici zullen dus wel verslaafd zijn geweest aan tonale muziek, in ieder geval konden ze de ontwikkeling naar modale muziek, naar complexere ritmes en naar emotioneler uithalen in de solo's blijkbaar niet volgen. Van die concerten in de Village Vanguard is wel een plaat uitgebracht, maar het heeft heel wat jaren geduurd voordat 'The Other Village Vanguards Tapes' werden uitgebracht, met veel meer muziek van die vier avonden. En wat wil het geval? De oorspronkelijke plaat bevat de conventioneelste, minst avontuurlijke stukken (wat overigens nog steeds goede muziek is). Alleen degenen die erbij waren hebben dus echt kunnen volgen hoe de muziek van Coltrane zich ontwikkelde, uit de uitgebrachte platen kon je het niet distilleren. Bassist Jimmy Garrison speelt hier voor het eerst met Coltrane. Je hoort eerst van een modaal stuk, 'India', de overgang van de intro naar de sopraansolo van Coltrane (1:40). Het thema wordt niet gespeeld door Coltrane maar door de hoboist die die avond meespeelde, Garvin Bushell. Die heeft goed geluisterd naar hoe Coltrane het thema wilde hebben, maar toch zitten er een paar ritmische huppeltjes in die on-coltranesk zijn. Bij de naadloze overgang naar de solo, dat is na 0:30, hoor je de klankkleur veranderen en vooral dat Coltrane met meer druk speelt. De ritmesectie is het 'klassieke kwartet': McCoy Tyner (p), Jimmy Garrison (b) en Elvin Jones (d) dus. In dit kwartet kregen de bas en vooral de drums veel meer ruimte dan in de jazz van slechts vijf jaar eerder. Elvin Jones doet veel meer dan een vierkwarts- of driekwartsmaat spelen. Beluister het ook in de solo-overgang van Eric Dolphy naar John Coltrane (1:48) of in 'Spiritual' van dezelfde plaat (2:10). Bushell bromt daar op de contrafagot. De intro heeft geen vast ritme, rubato heet dat, maar toch is er steeds ritmische druk te voelen en het wordt niet van die ritmische bagger waar de romantische uitvoeringswijze van klassieke muziek zo aan lijdt. Knap ook hoe Coltrane's solo veel noten achter de tel bevat en je toch bij de les houdt. Wat kunnen de critici destijds tegen deze muziek hebben gehad? Konden ze misschien helemaal niet tegen vernieuwing? Misschien als gevolg van alle negatieve kritieken, maar hij ontkende dat, heeft Coltrane in 1962/63 een paar platen gemaakt met gemakkelijker muziek, eentje met Duke Ellington, eentje met alleen ballads en eentje met zanger Johnny Hartman. Nogal droevige troep als je het mij vraagt, quasi-emotie in plaats van emotie. Van heel andere emotionele aard is een stuk van eind 1963: 'Alabama' (alleen het thema) (1:43). Het is gemaakt na een aanslag van de Ku Klux Klan waar vier zwarte meisjes bij omkwamen. Dit stuk is ook bekend van een tv-opname, waarbij de presentator aan Coltrane vragen stelde over muziek en politiek - het gistte in die tijd nogal. Coltrane wilde daar niet op ingaan en zei dat de muziek maar voor zichzelf moest spreken. En dat doet ie. Eric Dolphy is nog nauwelijks aan bod gekomen. Dat heeft twee oorzaken, de ene is dat hij zo jong gestorven is. (Hij werd onwel bij een optreden, de artsen dachten dat ie wel stoned ofzo zou zijn en hebben niet aan suikerziekte gedacht. Ze lieten hem maar een tijdje liggen en toen was het te laat. Dolphy wist zelf overigens ook niet dat hij suiker had.) De andere reden is wat gek, het zou kunnen dat hij te aardig was. Dat kan eigenlijk niet! Maar ik bedoel dat hij bij het opnemen van platen niet zoals Coltrane aan een hecht eigen concept werkte maar dat er vaak van alles en nog wat op staat. Wie wat aandroeg kreeg geen 'nee' te horen. Maar hij hoort zeker bij de avant garde. Hij heeft in zijn eentje de basklarinet de jazz binnen geloodst, hij breidde het bereik van de altsax enorm uit, hij speelde bovendien dwarsfluit (maar daarop vind ik hem toch een stuk minder interessant). Hij speelde vaak enorme intervallen; dat is op een basklarinet wat makkelijker dan op saxen, maar op de alt doet hij het ook! Om dit allemaal te illustreren het intro van 'Epistrophy' van 'Last Date' (0:24). Deze plaat is opgenomen op 2 juni 1964 in de VARA-studio in Hilversum. Dat was een kilometer van ons huis vandaan, maar ik wist toen nog niet dat ik in de jazz terecht zou komen. Anders had ik dit zeer bijzondere concert live mee kunnen maken! De plaat heet 'Last Date' omdat hij kort daarna stierf. Er zijn nog opnames van 9 dagen later - en weer 18 dagen later was hij dood. De ritmesectie is Nederlands (en tamelijk conventioneel): Misja Mengelberg (p), Jacques Schols (b) en Han Bennink (d). Het begin van de solo van Dolphy in 'Epistrophy' (0:24) laat ik ook horen, een Monk-stuk trouwens. Dan van dezelfde plaat een stuk solo op 'Hippochristmustreefuzz' (1:19). Dolphy speelde ook soms helemaal solo, ik weet eigenlijk niet of andere jazzici dat ook wel deden, anders is Dolphy degeen die van jazz een kamermuziekvariant heeft gemaakt. Hier het begin van 'Love Me' (0:16) en het eind van 'Love Me' (0:53) op altsax, waar hij ver buiten het normale bereik van de saxofoon speelt.
Free Jazz
In 1964 gebeurde er meer. Saxofonist Albert Ayler werd ineens bekend (eerst sprak ik het als 'eeler' uit, maar het is 'ajler'). Ayler is zo'n speciaal geval, dat sommigen (velen) het meteen helemaal niks vinden, terwijl anderen er meteen mee weg lopen. Ik hoor bij de laatsten - met de kanttekening dat dat maar voor een paar jaar van zijn korte loopbaan geldt. Ik laat eerst de tune van Albert Ayler, 'Ghosts' (1:32), horen. Met een typische Ayler-melodie, waarbij het typische zit in dat de melodie overal vandaan geplukt kan zijn: middeleeuwse Europese deuntjes, militaire trompetloopjes, een stukje mars of zelfs het Franse volkslied (omgedoopt tot 'De Mayonaise'). Maar het echt typerende zit in de rubato-manier van spelen, vrij ritme dus, maar wel met een voortdurende zindering. De lengte van afzonderlijke kwartnootjes kan enorm verschillen, maar ze liggen volgens mij wel allemaal op een onderliggend 'ruitjespapier', een heel snelle puls die almaar doorgaat (ergens tussen de 300 en 400 tikken per minuut). Luister ook naar de drummer, Sunny Murray, waarvan men zegt dat hij het rime niet speelt maar 'opklopt'. Aldoor versnellende plus vertragende roffels/tikjes, ik vind dat fabuleus swingen. Murray heeft laten zien dat je ritme kunt laten horen door het niet te spelen. Ook uit 1964 nog is 'Angels', opgenomen in Hilversum (0:28). Weer in de VARA-studio en weer had ik er graag bij geweest. Je hoorde net het begin van het thema en nu de overgang naar de solo in 'Angels' (1:09). Of eigenlijk een duet, want koperblazer Don Cherry speelt op de achtergrond mee. Cherry wordt ook altijd genoemd als een van de architecten van de vrijere jazz. Je hoort Murray weer drummen, en tenslotte ook bassist Gary Peacock. In de VARA liepen klassieke musici langs de ruimte waar Ayler en consorten aan het inspelen waren. Deze jazzmuziek van heel speciale snit zal ongetwijfeld de wenkbrauwen eerst hebben doen fronsen (bij optredens van Ayler ging een deel van het publiek vaak over tot uitjouwen), maar een van die klassieke lui gaat ineens staan luisteren en zegt tegen de anderen: 'Moet je die bas horen, wat zuiver!' Ayler's muziek is misschien iets waar je aan moet wennen. Dan kan het helpen om even naar funeral music uit New Orleans (1:02) te luisteren, traditionele begrafenismuziek, met een heel breed vibrato in de klarinet. Vergelijk dat vibrato met dat van Ayler in 'Angels', waar de toon bijna breekt. Ook het ritme bij die begrafenismuziek is niet zo vast. Het gaat hier uiteraard over zwarte musici en een traditie binnen de zwarte gemeenschap van New Orleans. Dit stuk Angels heeft ook op het repertoire gestaan van De Oktopedians, een enorm workshoporkest onder leiding van Herman de Wit. Herman bracht dat stuk in toen ik bij die workshop zat. Anderen gingen het op de plaat opzoeken maar vonden heel andere stukken die 'Angels' heetten. (Zoiets was bij Ayler vaker het geval.) Maar Herman hield voet bij stuk, ik vermoed dat hij het live gehoord heeft of op de VARA-radio. Later zijn die opnames uit Hilversum op plaat uitgebracht en bleek Herman natuurlijk gelijk te hebben. De Oktopedians was een heerlijk anarchistische bende. Stel je tussen de twintig en zeventig muzikanten voor die 'Angels' spelen en allemaal het ritme net iets anders interpreteren. (Zouden daar opnames van bestaan?) Ik heb het stuk nog veel gespeeld. [In een geschiedenis van de jazz en de grote innovators daarin, past een verwijzing naar eigen muziek niet. Maar mocht je nieuwsgierig zijn dan vind je een uitvoering van 'Angels' met Rymke Wiersma (basklarinet) en Peetje Lanser (drums), die ook later bij de Oktopedians hebben gespeeld, hier (3:38 duurt het hele stuk) en een uitvoering met bassist Tony Overwater hier (4:58, nog langer dus).] In 1965 vindt bij Coltrane een explosie plaats. Halverwege het jaar experimenteert Coltrane weer met een grote groep (Olé was zo'n experiment 4 jaar eerder). Dit gaat wel even anders dan het dubbelkwartet dat 'Free Jazz' van Ornette Coleman speelde. Je hoort een stukje van het collectieve deel en de overgang naar Coltrane's solo uit 'Ascension'(0:57). Nogal heftig blazen is dat. Het geheel duurt ruim 37 minuten. Er staan gewonere solo's op de plaat van andere blazers maar ook solo's die veel meer uit alleen emotie bestaan, vrij expressionisme. Tenorist Pharoah Sanders (niet Pharaoh zoals je veelvuldig tegenkomt) bij voorbeeld. Die heeft Coltrane bij zich willen houden. Hoor hoe het vervolg was, iets later dat jaar. Zoals (modern) klassiek basklarinettist Harry Sparnaay het zei: 'In Seattle breekt de pleuris uit'. Oordeel zelf over 'Cosmos' van 'Live in Seattle'(1:19). Op diezelfde plaat staat het iets toegankelijker beginnende 'Afro-Blue' (ook Seattle) (1:02). Dit is typisch de manier van blazen die alle Coltrane-epigonen qua noten wel na kunnen doen, maar (meestal) niet qua bezieling. Die bezieling ontbreekt ook een beetje bij pianist McCoy Tyner. In de ingewikkelde maar ook in de modale stukken kon hij Coltrane heel goed partij geven, maar hier begint het te zwemmen, vind ik, zowel in de linker- als de rechterhand. De andere leden van het klassieke kwartet zijn wel op dreef - nog, moet je zeggen, want korte tijd later viel het kwartet uit elkaar, alleen bassist Garrison bleef altijd trouw. Van 1966 laat ik alleen een fragment horen met Coltrane op basklarinet: 'Reverend King' (1:52). Het is de basklarinet van wijlen Eric Dolphy... Wat precies de aanleiding voor dit stuk was weet ik niet. Het was twee jaar nadat King de nobelprijs voor de vrede kreeg en twee jaar voordat hij vermoord werd. Ook uit dat jaar een stukje live-optreden in Berlijn van Ayler met Michel Samson (0:58) (of Sampson). Deze nederlandse klassieke violist was met een concerttournee in Amerika, ging ergens jazz beluisteren, hoorde Ayler, werd daar gek van, maakte de klassieke tournee af en is als de wiedeweerga vrije muziek gaan spelen. Hij duetteert met bassist Follwell, nadat je even hebt gehoord hoe Ayler een volkslieddeuntje wist te gebruiken. Meteen verder naar 1967. Ayler was zo'n muzikant die bijzondere dingen doet maar die er niet veel mee verdiende. Coltrane, als gevestigde grootheid, loodste Ayler en anderen bij platenmaatschappijen binnen. Toen Coltrane in de zaal zat bij een optreden van Ayler speelde laatstgenoemde dit 'For John Coltrane' met Ayler op alt (2:33), twee bassisten en een cellist. Dit was op 26 februari 1967 live in Greenwich Village. Van datzelfde concert hoor je het begin van 'Truth is Marching in' (1:18) met zijn broer Donald op trompet (vergelijk ook zijn spel met de al eerder genoemde Funeral muziek uit New Orleans). Na de intro speelt Ayler een solo in 'Truth is Marching in' (1:33). Op drums speelt Beaver Harris. Vier dagen eerder (ik week dus even af van de tijdsvolgorde) had Coltrane 'Interstellar Space' opgenomen, 22 februari 1967. Voor mij is dit de absolute top van de jazz, hoeveel ander moois er ook gemaakt is. Bovendien denk ik ook dat qua intensiteit en complexiteit zoiets als dit alleen met improvisatie te bereiken is, dus niet met componeren en dat vervolgens uitvoeren. Dit zeg ik terwijl ik toch veel prachtig gecomponeerd werk ken, om wat te noemen: in de 1300's De Machaut en Landini, in de 1400's Dufay en Josquin, in de 1500's Lassus, in de 1600's Gesualdo, in de 1700's Johann Sebastian Bach, in de 1800's niks, in de 1900's Messiaen, Nono. En dan is er in die eeuw ook de jazz! Vanaf half 1965 speelde in Coltrane's groep meestal ook zijn (tweede) vrouw, Alice, op piano. Eerlijk gezegd staat haar spel me niet erg aan, het wordt wat gefoezel. Maar 'Interstellar Space' bestaat uit duetten van Coltrane met drummer Rashied Ali, die de roffel als basisbouwsteen van zijn spel heeft. Het lijkt of Coltrane met uitsluitend ritme om zich heen helemaal alle hoeken en gaten van de sax gaat opzoeken. De plaat begint met 'Mars' (0:31 - er zit nog wat belletjesgerinkel en drummen voor), dan daarvan een flink stuk solo (1:15) horen en nog een stukje solo (0:29). Dit uiterst heftige stuk muziek duurt ruim tien minuten. Bij het begin van de solo hoor je nog de 'sheets of sound' van 9 jaar eerder, in latere delen zit ongeveer alles wat met een sax kan. Het fraaie vind ik dat het een combinatie is van uiterst expressionisme maar toch met volop structuur erin, misschien juist omdat er geen piano of bas is die tonen speelt waar je rekening mee moet houden. Simpel 1 ritme-instrument en 1 melodie-instrument. Direct na 'Mars' staat op de plaat het lyrische 'Venus' (2:03), intensief lyrisch, dat wel. Ook zo'n wonderbaarlijk mooi stuk. Wie deze plaat niet heeft beluisterd, heeft een incomplete muzikale opvoeding. Eigenlijk is 'Interstellar Space' Coltrane's slotakkoord. Kort daarna is 'Expression' opgenomen, met piano en bas en met Sanders, die wel heel expressionistisch is maar veel minder structuur aanbrengt dan Coltrane. Die plaat vind ik wat minder. Van nog iets later dateren live-opnames van het 'Olatunji-concert' (23 april) en er zijn nooit uitgebrachte studio-opnames gemaakt op 17 mei - maar 17 juli stierf John Coltrane op slechts 40-jarige leeftijd aan leverkanker. Men zegt wel eens dat het lijkt of hij voelde maar kort te zullen leven en dat hij daarom in zo'n vliegende vaart verder vloog. Zowel de snelheid van zijn ontwikkeling, als de snelheid van zijn muziek is vaak enorm.
En daarna
Zoals alle altsaxofonisten last hadden van Charly Parker, in de zin van dat die de alt zo stevig op de kaart had gezet, zo werd Coltrane voor tenoristen een ijkpunt. Ook voor andere jazzmusici trouwens, door zijn vormexperimenten. Wat moet je daarna nog? Ik heb wel gehoord van mensen die nooit naar Coltrane-platen luisterden omdat ze dan neiging kregen hun sax in de hoek te gooien, te verpatsen of om te smelten. Bij mij werkt het juist andersom, ik weet goed dat ik maar 1% van de techniek van Coltrane heb, maar ik kan toch proberen met zoveel vuur te spelen? Dat is toch waar het in de muziek om draait? Live heb ik zelf pas in pakweg 1971 met de jazz kennis gemaakt. Het waren meestal concerten van nederlandse musici en het werd vaak 'geïmproviseerde muziek' genoemd, omdat uit de jazz wel iets werd overgenomen (in het bijzonder het idee improvisatie) maar omdat ook uit andere muzikale bronnen werd geput. Of misschien moest het ook een andere naam hebben omdat dit witte muziek was waarin de swing nog wel eens ontbreekt? Ik geef geen voorbeelden van waar het wel en waar het niet in orde is, naar mijn smaak. Ik geef ook geen voorbeelden omdat nogal wat van die muziek behept is met een mij in het geheel niet aansprekende meligheid. Een van de blazers die met Coltrane gespeeld hebben en die op een of andere manier erop voortbouwden is Archie Shepp. Je hoort hier een stukje van duetten van Shepp met Max Roach uit 1976 (1:10). Ik vind Shepp nogal kortademig, te korte zinnetjes, alsof hij steeds opnieuw moet beginnen. Drummer Max Roach is heel interessant, want je hoorde hem ook al op een van de eerste fragmentjes op deze site, bij het begin van de bebop. Hij is zich dus steeds blijven vernieuwen. Uit datzelfde jaar een opname van een andere oudgediende, pianist Cecil Taylor, eveneens met Max Roach. Beluister een fragment van 'Chorus of Seed' (0:50). Hij raast maar door, stukken van hem duren eindeloos. Het is erg energiek, maar ik vind het wat te droog, almaar over die toetsen racen. En de linkerhand neigt naar bombast. In '76 treedt ook een piepjong saxofonistje voor het voetlicht, David Murray. Zijn eerste concert in Europa was in Amsterdam. Het viel zo in de smaak dat meteen voor de volgende avond weer een concert werd georganiseerd, in 'De Kroeg'. Per tamtam bereikte mij dat bericht en ik was er dus bij. Heel interessant. Veel van de muziek die ik tot nu toe heb laten horen is nogal luid, geschikt voor in lawaaiige gelegenheden. Wat hier in De Kroeg te horen viel, illustreerde juist hoe de jazz veel meer kunstmuziek was geworden, geen kroegmuziek meer. Murray en zijn kwartet speelden af en toe op de grens van de onhoorbaarheid. Geen luide redevoeringen maar muziek met leestekens, spaties, komma's, beletseltekens. Een dimensie extra dus. Murray is een heel lyrische blazer van tonen die zelden recht zijn. Helaas zijn (waren) ze soms ook ronduit erg vals, maar gelukkig overheersen swing en dans in de noten. Hoor het intro van 'Flowers for Albert' (1:08) uit een live concert van vlak voor de oversteek naar Europa/Amsterdam. Die 'Albert' is Albert Ayler (op 34-jarige leeftijd verdwenen; zijn lichaam werd gevonden in de East River in New York; onder invloed verzopen? moord? zelfmoord?). Dan uit datzelfde stuk de overgang van thema naar solo (0:47). Let hier ook op de drummer. Hij speelde heel veel 'luchtslagen', slagen waarbij hij de trommels helemaal niet raakte, of slagen waarbij hij doet alsof ie nu gaat slaan maar dat ie dan even inhoudt om vervolgens toch nog de stok op het vel te doen belanden. Het swingt vreselijk, maar zonder de visuele kant komt dat niet helemaal over, beluister een gedeelte van de solo van Philip Wilson (1:21) in 'Flowers for Albert'. Ik heb het volume flink opgedraaid, want het is erg zachte muziek. Wilson bleek later een van de vele onverstandige jazzici, hij is vermoord in een drugshuis. Murray was toen een jochie van 21. Hij kan van die mooie 'slierten' spelen, met ook nog eens een enorm bereik op de sax. Hoor van diezelfde plaat een stukje duet in 'Roscoe' (0:38). Of lyriek in een duet met bassist Fred Hopkins in 'Low Class Conspiracy' (1:27), een titel die me altijd heeft aangesproken - het is een andere plaat uit datzelfde jaar. Een jaar later trad hij met een andere groep op in het Bimhuis in Amsterdam, het oude Bimhuis van voor de verbouwing (zeer binnenkort verhuizen ze, dus dan wordt het nieuwe Bimhuis het 'midden Bimhuis'). Na de pauze begonnen ze heel steels te spelen (1:38) en maar een deel van het publiek had dat direct in de gaten. De rest hoor je op de achtergond kwekken - terwijl er zulke spannende dingen gebeurden. Hoe de wildere vrije muziek van hem klinkt, hoor je later in dit stuk, dat 'Patricia lost and lonely' (0:26) heet. Van datzelfde concert nog het slot van 'Flowers for Albert' (0:57), waar ook de eerste klappen van het applaus te horen zijn. De kans is groot dat daar eentje van mij bij zit, want ik zat op de eerste rij en klap nogal eens als een van de eersten. Een op plaat uitgebracht concert van een jaar later is het London Concert (0:17). Dit was een fragmentje dat laat horen waarom deze muziek wel 'free bop' wordt genoemd, maar er is ook Ayler in te bespeuren. Die invloed van Ayler (0:25) is beter te horen op een ander fragmentje uit ditzelfde stuk, 'Blues for David'. Murray heeft erg veel platen gemaakt, waarbij vooral de studioplaten soms bagger kunnen bevatten. Ook speelt hij samen met Jan en alleman, waardoor een incoherent oeuvre ontstaat. Brood op de plank, zullen we maar zeggen. Een titel van het World Saxophone Quartet is dan ook 'For the Sake of Money'! Eerst heetten ze het 'New York Saxophone Quartet', maar bij een optreden in het Bimhuis meldde Murray dat ze zich omgedoopt hadden in 'World Saxophone Quartet'. Iedereen dacht dat het een arrogant grapje van Murray was, maar later bleek dat er een klassiek kwartet met die naam bestond en dat die bezwaar tegen de naam maakten. 'World' klink wel een tikje arrogant, een ander kwartet heeft zich dus maar '22nd Street Saxophone Quartet' genoemd. Van het wereldkwartet hier een stukje met Murray op basklarinet in 'WSQ' (1:26), een opname uit 1980. Meestal, maar hier dus niet, zit hij er op basklarinet, anders dan op de tenorsax, rytmisch nogal naast en hij kan er ook vreselijk zoet op spelen. Ik heb vrijwel geen opnames van dit kwartet, terwijl de optredens toch vaak een belevenis zijn. Het zijn vier brutale blazers die soms tegelijk heftig aan het soleren zijn, dat kan niemand op die manier. Op de plaat komt zoiets echter nooit goed over. Hier iets dat in de buurt komt, al is de ondergrond een stukje soulmuziek: 'For the Sake of Money'(0:52), uit 1990 is dat. Bij een optreden van ze in het Utrechtse Vredenburg hadden ze blijkbaar ruzie. Murray ging meters van de andere drie vandaan staan, enigszins puberaal (de andere drie zijn inderdaad minimaal tien jaar ouder). Hij blies zijn partijen wel mee, maar een echt kwartet stond daar niet. Tot hij een prachtige solo speelde, ze keken elkaar aan, lachten en waren weer een hecht kwartet. De baritonsax in het kwartet wordt gespeeld door Hamiet Bluiett. Hij heeft in 1977 een fraaie soloplaat gemaakt, 'Birthright' (1:17), waarvan hier een stukje. De altsaxofonisten van het kwartet zijn trouwens Oliver Lake en wijlen Julius Hemphill. Murray heeft ook een aantal soloplaten gemaakt, waaarvan ik bij wijze van uitzondering één stuk in zijn geheel (1:46) laat horen. Je hoort een enorm lange sliert met maar één keer een ademhaling, want hij gebruikt hier de circular breathing techniek (Bluiett deed het net ook al). Het is het idee van de doedelzak: je kunt uitademen met je wangen terwijl je intussen door je neus inademt. Ik heb wel eens een blazer bij een optreden dit heel lang zien doen, maar hij speelde daarbij nogal lelijk en het ging alleen om het imponeren (was een altist van het 22nd Street Quartet). Ach toch. Ik kan het ook, maar zoals met alle techniek geldt dat je die wel muzikaal moet gebruiken anders is het leeg. In 1988 trad Murray twee avonden achter elkaar op in het Bimhuis. Met drummer Sunny Murray, geen familie overigens, en bassist Tony Overwater die inviel (en hoe!) voor de in Amsterdam door een maagzweer gevelde Fred Hopkins. Op de tweede avond was David door het dolle heen, want hij was 's middags in Amsterdam bij de grote demonstratie geweest ter gelegenheid van de verjaardag van de gevangen zittende Nelson Mandela. Het concert begon zo, met 'Duet for Big Band' (0:50, eigen opname). Bij het einde van de eerste set (0:45) verdwaalt David helemaal door zijn enthousiasme - leuk om daar bij te zijn! Ik eindig met een duet van David Murray met drummer Rashied Ali (1:07), dezelfde die op die superplaat van Coltrane speelde, Interstellar Space. Het is 1967 tegen 1993. Heel andere blazers op eenzelfde saxofoon (Selmer Mark VI). Coltrane altijd serieus, zich steeds voortontwikkelend, Murray toch wat gemakkelijker, het avontuurlijkst in zijn jonge jaren (hij wordt binnenkort vijftig), later conventioneler (en niet meer vals...). Ook zijn de thema's van stukken nogal eens oppervlakkig. Maar: bij zijn optredens zijn er altijd wel energieke solo's te verwachten. (Er is trouwens ook van Murray een discografie op internet.) Vele muzikanten ontbreken op deze site, vooral de bassisten, drummers, trompettisten, pianisten, kortom de niet-saxofonisten. Maar het verhaal is zo al lang genoeg ..... ( volgt nog iets over oude jazz ) ..... . klik -->NAWOORD (Tsjok4)
Appendix Over Ongebruikelijke modi Ooit schreef de Ellingtoniaanse trombonist en cubaan JUAN TIZOL " caravan " Dat is een joodse "Bar kochba" toonladder = Een majeur toonladder waarvan de V trap is verhoogd De Basisakkoorden zijn te herleiden tot = de I aug M7 en de ii m7 deVII dimM6 en de VI m /sus 4 en/ of tot de triad : I augmented en de pentatoon iim7 M6
Over FRYGISCHE MODI 1.- Ab frygisch ( kerktoonladder )
2.- a gypsy minor scale / bA Zigeuner Moll
1 1/2 1 1/2 1/2 1/2 1 1/2 1/2 ( steeds acht tonen )
3.- De zogenaamde Griekse Frygische modus in (sommige ) flamenco -genres ook wel zigeunertoonladder genoemd g - a - bes - cis - d - es - fis - g - a ( steeds negen tonen ) varianten bekent uit Spanje en Portugal g - as - b - c - d - es - fis -g) (steeds 8 tonen ) en een uit Noord-Afrika ( steeds 8 tonen ) g - as - b - c - des - e - f - g 4.- Ternslotte een klein aziatische( Turkse fluit ) variant g (of fis) -as -Bes -B - des -es -e - f ( of as)
Hot club de Gand is terug De oude getrouwe mensen in de bar en ook de wat meer avontuurlijke modale en postbop moderne jazz, (far out ) improvisatiemuziek ,avantgarde en experimentele (post)free jazz instant composer / concept matige ( "everything goes" als startpunt ) muziek vocabularium ..
Zoals vanouds is het altijd de woensdag-avond en -nacht te doen ; "Bart Maris invites" : het begint steeds met een klein concertje van de gasten , die ook meestal een jamsession( eigenlijk nog meer ( voor mij dan ) een werk-laboratorium dan uitsluitend meditatie en "gesprek " ) achteraf , inzetten /mogelijk maken
De spits werd dit jaar afgebeten door gave en begaafde tenorist Steven Delannoit , de momenteel erg in het oog lopende drummer Lander Gyselinck en een geweldig pianist : Jasper Huysentruyt... dat zijn mensen die ook regelmatig met elkaar spelen
Zeer goed en boeiend ...
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- Toen, ik ernaar vroeg vertelde de tenorist me dat zijn geprefereerde ( en referentie ?) toonaarden F en #F , zijn ( op piano uiteraard ) (#)Fis inwisselbaar met(b)A en(#)D // ((b)B(#)C E G is de aanvullende dodecafone hexatoon ) ( dat zijn samen zes tonen uit de octotonische ( BC) DbE F#F bAA (onderstreept is de hexatoon) en #C E G bB ( 4 x ndim M6 akkoorden --> ofde tonica van de 4 ontbrekende tonen dodecafonische viertoon )
Dat is voor mij ook altijd interessant om weten = het is namelijk een goede vingerwijzing : verwijzend naar de belangrijkste in het oog te houden speelbare voicing/ stapelingen (#)F op piano , (#)D op alto ), (#)G op tenor Zie verder ---> Playing along on alto (Tsjok45)
*De jamsession begon erg moeizaam met drie blazers a capella : altsax , trompet en , ventiel -trombone (Serge Hoste moest heilaas om 11.30 vertrekken ) Het leek eerst een beetje op het zich warm blazen en aftasten van het aanwezige potentieel ... Waarna de drummer , de tenorist en vooral de pianist ( die laatste uitgebreid ) "acte de présence" gaven ...
Maar het bleef vooral wachten op Bart Maris ... Die kwam er tenslotte toch nog aanzetten , en hoe ... Een grote verrassing ook ... Een onbekende maar geweldige Argentijnse pianist op doortocht in Gent begon een solo , ik pikte daarop in ..... Maris had er duidelijk ook zin in ...kwam meespelen met zijn gebruikelijk punch , doorzicht en briljante discours .. Van toen af aan was de jam (volgens mij) eigenlijk op goede kruissnelheid gekomen ... Zeker toen uiteindelijk een bassist ( Dries )de set kwam vervolledigen Het was bovendien weer de routineuze afwisseling van de aanwezige komende en gaande muzikanten ( wat een jamsession in feite altijd is ) Heel opvallend ( althans voor mij ) ; Thomas Campaert die het drumstel nogal uitgebreid ging bespelen alsof het handtrommels waren
Merkwaardig ook de aanwezigheid tot het allerlaatste vroege morgenuur , van de keigoede pianist Jasper Huyssentruyt en het beroeren van de piano door een aanwezige barytonsaxofonist ... joop vaderlander
P.S. Voor mij eindigde het allemaal nogal ongelukkig : Mijn instument liet het namelijk afweten( in de rechterhand het middenregister =voornamelijk de D klep en in de linkerhand het hoge E klepje dat het falsetto controleert ) .... Het enige wat ik nog kon doen in dat gedeelte van het bereik van mijn instrument , was het spelen van allerlei ( niet erg controleerbare ) harmonieken en ruis , die ik dus moest afwisselen met uithalen in het allerhoogste register en cirkustruuks door op mijn riet te bijten ....( leuk om doen , dat wel... maar ook erg vervelend want je houd er de volgende dag een kanjer van een pijnlijke geschonden onderlip ( en dito embouchure )aan over )
Maar goed , je moet je maar weten te redden .... Pianisten hebben het trouwens nog veel lastiger wanneer ze op onstemde (natuurlijke piano preparee ?=De oplossing was vroeger een beetje barrelhouse en"blue notes " jukejoint piano )en aftandse piano's hun plan moeten trekken ... Spelen op kapotte instrumenten ? indachtig de raad van Ornette Coleman en de Ellingtoniaanse saxofonist-clarinettisten :" "je moet je fouten weten om te bouwen tot jouw troeven" ... moet kunnen
Gelukkig viel de schade aan mijn oude vintage buesher aristocrat alto , nogal mee ; het enige wat was " verschwunden" waren een paar kurkjes die mede de oktaafklep regelen ... de reparateur kon het euvel de dag nadien op 5 minuutjes fixen ...( en ditmaal zijn die kurkjes goed vastgeplakt ... hoop ik ) Goed , want ik had mijn instrument pas de woensdagmiddag ..uit de revisie opgehaald .. en ik had er danig de smoor in om waarschijnlijk alweer elastiekjes aan het instrument te moeten knopen
Voor de tweede woensdagnacht van het seizoen waren alvast saxofoniste Audrey Lauro en bassist Rui Salgado in gezelschap van Bart Maris aangekondigd .......... Maandag 11 /10 ook al te gast in de El Negocito El negocito kon ik niet meepikken , Hot club deGand wél
Lauro & Co gaven één enkele korte maar goede set ( ze moesten de dag nadien vroeg uit de veren ? ze waren dus vlug weg ) : Alto , bass en een violist , in het gezelschap van Giovanni Barcella .... die knakkers zijn altijd knap bezig
De jamsession achteraf kon niet echt mislopen met geroutineerde mensen als Barcella en de later toegekomen Bart Maris ... Het duurde alweer erg lang vooraleer het ding op gang kwam ... Ook guitarist Mathias Van De Wiele kwam meedoen Jammer dat er geen bassist was ...
O ja , mijn alto is weer perfect bespeelbaar , met dank aan de reparateur ... en er was ook ene Sam op de piano
chromatic <-- C G bB bEFG(b)A D (G)bB D FG+4 (-)6M9 chromatic <-- C FG(b)AbB bEF (b)A C (F) C (b)E7 G (b)B C(m)(7)+4(-)6(-)9 ->chromatic
Hieronder vindt U een van mijn concept- bewerking voor alto : de belangrijkste tonen zijn = B DE ( DE= FG de hoogste graden van de akkoorden op piano )
Free Jazz is eigenlijk al een oud beestje ... vandaar dat haar veteranen tegenwoordig meer te vinden zijn in de necrologie van de kranten dan op de levende scène ... Bovendien zijn jazzmusici nogal eens op "jongere" leeftijd vogels voor de kat ....
ALTIST NOAH HOWARD
Noah Howard is op vrijdag 3 september 2010 tijdens een korte vakantie in Zuid-Frankrijk, overleden. Howard, die in Brussel woonde, werd 67.
De in 1943 in jazz-mekka New Orleans geboren saxofonist stond mee aan de wieg van de Free Jazz-beweging. Als saxofonist werd hij sterk beïnvloed door John Coltrane en Sun Ra. Omdat zijn muziek in de eigen VS maar matig aansloeg, verhuisde Howard naar Europa:
Ikzelf hoorde Noah voor het eerst in de late jaren zestig ;met tenorist Frank Wright( A. Ayler adept ) , Sunny Murray en Allan Silva ; op het legendarische byg-festival in Amougies ... Later mocht ik deze mensen ( minus Sunny Murray ) nog meemaken op het (laatste ) Gentse free jazzfestival in het Gravensteen
Het is misschien onnodig te zeggen ( maar ik doe het toch ) dat ik Noah Howard altijd heb beschouwd als een van mijn inspiratiebronnen die ik een paar keer life mocht meemaken ; de man maakte op mij in mijn jonge jaren als beginnend saxofonist een onuitwisbare , diepe en bevrijdende indruk (samen met de saxofonisten Robin Kennyatta en Archie Shepp die ik eveneens life mocht beluisteren)
(1) Noah Howard was echter zoveel meer dan een vroege free-jazzmuzikant
Alhoewel hij gewoonlijk wordt vastgeplakt aan Ornette Coleman brengt hij een meer "tenor"-achtige aanpak op de alt Al van bij het prille begin had hij een uitgesproken voorliefde voor "eenvoudige" uitgeschreven stukken ( ook meestal van eigen hand ) Net als ( geest en stijlgenoot ) tenorist Pharoah Sanders , waarvoor hij eigenlijk de ideale alt-versie is , ging hij latere jaren ook op zoek naar zijn afrikaanse roots , dat leverde bovendien net als bij Sanders, en veel later in zijn leven een diep engagement op met de afrikaanse world music ... waarvan hieronder enkele getuigen zijn te vinden ;
De alt klinkt op deze nummers ( vooral op 2, 3, en 4 ) heel erg als de keniaanse praise music en op de zuidafrikaanse altisten rond Dollar Brand en Chris Mc Gregor ( in het bijzonder Dudu Pakwana ) Ter vergelijking :
In 1966 behoorde altist Noah Howard tot de bevoorrechte avant-gardisten. Hij speelde sinds twee jaar saxofoon en nam in één jaar twee albums voor het ESP label op: " Noah Howard Quartet" (ESP 1031) en "Noah Howard at Judson Hall"(ESP1064), dat pas enkele jaren later werd uitgebracht. Het derde ESP album, gepland voor release in 1968 (ESP 1073), haalde de productiefase niet. Wel verscheen het album "The Black Ark" (Freedom 1969) met trompettist Earl Cross en drummer Muhammad Ali, dat een positieve ontvangst kreeg Werk was in de USA schaars, ondanks het feit dat hij in 1971 met Ornette Coleman, Sun Ra en Sam Rivers de New York Musicians Organisation oprichtte. Daarom koos hij in 1972 definitief de weg naar Parijs zoals meerdere al of niet getalenteerde lotgenoten.
In Europa, waar hij al sinds 1969 optrad met Frank Wright en Bobby Few, wist hij redelijk naam te maken in de 70-er en 80-er jaren met concerten in clubs en bij festivals. Het album "Schizophrenic Blues: The Noah Howard Quartet Live In Berlin (FMP 1977) werd opgenomen in de Berlijnse club Quartier Latin met trompettist Itaru Oki in Albert Ayler achtige free jazz stijl.
In de 70-er en 80-er jaren speelde Howard vaak samen met trompettist Earl Cross en de melodieuze geestgenoot en eveneens in Parijs bivakkerende pianist Bobby Few. Het samenspel met Few werd vastgelegd op het album "Traffic" (Frame 1983). Zonder Few probeerde hij in die periode tevergeefs zijn Afrikaanse muzikale roots te vinden in Kenia.
I am Lieve Fransen Noah 's wife since nearly 30 Years . I was with Noah when he had a sudden brain hemorrhage and he died in my arms in the hospital in Nimes 36 hours later . It was unbearable and at the same time good to be with him. I want to... thank all of you of the love and support . The only thing he would have liked is to continue living to share the music in his soul with all of us .Please continue his legacy and share photos and music with each other and with me. I will post more recent photos and text after being evacuated with Noah back to Tervuren where we lived for 18 Years Lieve 04 september
In de vroege jaren zeventig was Noah uiteraard geregeld present op de Gentse jazz-scène ( Damberd , Cirque Central , Abas Jour )inclusief de leiestreek (Zonnedans , D'hondt d'Haene ... ) Hij speelde in het Damberd een legendarische "cutting contest" met de engelse punk-jazz altsaxofonist Xero Slingsby ,( ook een van mijn altsax modellen ) die hem ( zo werd verteld ) bijna weg speelde qua virtuositeit en vooral zeggingskracht en afwisseling ...ik heb dat jammer genoeg gemist ...
Vanuit Belgie maakte hij tournees door de hele wereld. Met trompettist Youssef Yancy speelde hij regelmatig in de tweede helft van de 80-er jaren.
Howard schakelde langzaam over naar jazz rock middels de groep Today en vervolgens naar free funk met de cd "Migration" (1990), omdat er voor free jazz steeds minder emplooi was. Een kortstondige opleving met een free jazz tournee door de USA in 1997 bracht daar geen verandering in
Een veelbelovend, rumoerig gestarte free jazz loopbaan eindigde zo in betrekkelijke rust.
In Tervuren had Howard zijn eigen jazzclub en dito label,AltSax. In totaal blikte Howard 28 albums in.
Zijn laatste plaat, "Voyage" (2010), getuigde van Howards interesse in wereldmuziek.
Het album 'The Black Ark' uit 1969 wordt als zijn magnum epos beschouwd.
In memoriam Noah Howard
" MUSIC IS MY SOUL "
Noah is the "Preacher", his idea of the importance of the vibrations of sound as the 'it' behind all of the universe was both accurate and brilliant. (Robert Kaplan)
Als representant van de Amerikaanse avant-garde was Howard begin jaren zeventig in Frankrijk , Belgie en Nederland vaak te en daar dan doorgaans in gezelschap van tenorist Frank Wright.
Binnen het Frank Wright-Noah Howard Quartet gaf de altist met zijn lyrische aanpak tegenwicht aan het spierballenvertoon van Wright.
Howard werd in New Orleans geboren, zong daar in het kerkkoor en werd met het jazzvirus besmet toen hij de solo van tenorist Paul Gonsalves hoorde in de Newport-versie van Duke Ellingtons 'Diminuendo And Crescendo In Blue'. Trompet was zijn eerste instrument, maar op zijn zestiende koos hij voor de altsax. In 1965 verhuisde Howard naar New York, waar hij deel ging uitmaken van de toenmalige zwarte avant garde .
Twee jaar later vond het roemruchte festival voor nieuwe muziek in het Belgische Amougies plaats, het eerste bruggenhoofd van de jonge generatie vrije muzikanten uit New York in Europa. Velen bleven hier hangen; ook Noah Howard vestigde zich in Parijs, om later naar Brussel te verhuizen.
De Amerikanen waren overdonderd door de aandacht die ze in Europa van de pers, radio, televisie en platenfirma's kregen. "In drie dagen in Europa kreeg ik meer publiciteit dan gedurende de vijf jaar dat ik in New York zat," vertelde Howard Valerie Wilmer, de schrijfster van 'As Serious As Your Life'. "De belangrijkste invloeden, en niet slechts in muzikale zin, kwamen van saxofonisten John ColTrane en Albert Ayler. Ik heb veel met Albert gewerkt. Als personen en als artiesten waren Albert en ik erg close. Hij begreep mij, als jong artiest die iets wilde bereiken," zei hij ooit.
Zijn vroegste werk is gedocumenteerd op ESP Disk, Musidisc en een aantal andere kleine labels. Essentiële platen zijn 'The Ark' (1969), 'Live At The Village Vanguard' (1972), 'Message To South Africa' (1979) en 'In Concert' (1997). Op zijn meest recente cd, 'Voyage', die eerder dit jaar uitkwam, verwerkte hij niet-westerse invloeden.
Het zal je maar overkomen. Je bent geboren en getogen in New Orleans, je schopt het tot bandlid van Sun Ras Arkestra, brengt platen uit op ESP, tourt de wereld rond, wordt aanzien als één van de meestinvloedrijke post-Coleman saxofonisten uit de jazzgeschiedenis. En dan zit je plots in de lobby van een Brussels hotel te praten met een blogger
Je bent opgegroeid in New Orleans. An sich is dat al een mooie voedingsbodem om met muziek te beginnen, maar wat heeft je precies geïnspireerd om met muziek te beginnen?
Een verhaal dat altijd terugkomt, lees het maar na op mijn website, is dat ik een groot deel van mijn jeugd doorgebracht heb in een baptist church. Ik werd dus al vrij snel onderworpen aan gospel muziek, wat altijd wel een invloed zal blijven. De harmonie en de power die de muziek uitstraalde heeft altijd een effect op me gehad. Ik zong een tijdje in een koor en begon daarna trompet te spelen. Nu, trompet is niet bepaald mijn favoriete instrument om te bespelen. Je hebt maar 3 pistons, moet veel te hard blazen. Ik heb veel bewondering voor mensen als Miles Davis en Dizzy Gillespie die het wél deden. Maar ik begon dus saxofoon te spelen. Jazz was sowieso altijd dominant in New Orleans. Er zat gospel (1) in die muziek, veel latin invloeden.( spanish Tinge , caraibische muziek , creoolse muziek ) (1b) Je had al die muziek van Fats Domino, Ray Charles, Louis Armstrong(1c) etc Als je in New Orleans woonde werd je quasi onmiddellijk in die muziek gegooid. Zolang de rode draad in de muziek maar gospel(2) en blues(2) ( en NO. Rythm & blues (3) was, dan ging ik ervoor.
---> voor C major / Am6-7 (hexatoon) CD(E) FGA (BC)E of (pentatoon ) CD(E) FGA (BCE) CD FGAB CDEFGA FGABCE CD FGA / FGABC / FGA CE /
Belangrijkste power chords = FA Sol --> (dittie)CD FG = CF(C4 ) CG( C5) DG(D4) en sol la -->(Triad ) D(E) GA = DG (D4) DA(D5 ) (1.b)- voornamelijk gebaseerd op Shuffle ,(--> 2 .1.2.2.1. <--) habanera/Cromanti( 3.1 /2.2. 1.3/22 ) en lundu(-->1.2.1./2.2.<--) rythms en op het systematisch gebruik van tresillo's (op de cymbalen) waaronder de beguine (8/8 332 of 323 ) afgewisseld met Tchabada-figuren(op 4 triolen 3.21 /3. 3 en 3. 2 /2 2 .3 of 3.2/ 3. 22 ) op de ride cymbal en punta's op de high hat ... 1010 0101 0110 1001
< >(bell note(arsmstrong) B R L B= open bass R tèt stroke L= tàt stroke (1C.-) 4/8 -->111/0 <-- ( stop time ) 4/4 --->0/1 1 1 (mentho bass)
(2.-)Consensus Scales : 10 tonen toonladders Black Go(d)spell : CD(b)E FGA (b)B bD Dm7sus4 / (b)E (b)B afro-Blues :C D(b)E F (b)GA (b)B bD Am(5)67sus4 / F (b)B
Nota ; Daarbij worden de III de V en VII trap soms vervangen door een " blue note"verbuiging naar beneden Coltrane vervangt systematisch de ii (d) door de 9+(bE )
(3) Dr John , Voodoo rythms (8/8 : 112 /112(papa legba) , 121112 , 121/211 121/121 (choro)) Sly and the Family Stone ,Aretha Franklin , Ike & Tina Turner -Memphis bass = 2222/22211
Wat die gospel betreft zit die invloed er bij jou héél sterk in. Misschien zelfs nog meer dan dit bij Albert Ayler het geval was. Aanzie je de muziek die je maakt als iets spiritueel?
Niet persé religieus, maar zeker wel spiritueel. Ik denk dat het een algemeen feit is dat muziek in eerste instantie een projectie van een gevoel is en dàn pas een projectie van geluid. Het is waar als je zegt dat mijn muziek soms pure gospel is. Wat mij boeit aan gospel is dat het enorm uitgelaten is maar wel in functie staat van de harmonie. Dat is dan ook ongeveer wat ik probeer te doen met mijn muziek.*
* Maar dat betekent niet dat Noah Howard heel strak akkoordenschema's ging draaien of erger nog "platen" ging naspelen ( toendertijd ook een "must" in het Gentse mainstram millieu = een doodlopend straatje waar nog steeds ( vooral guitaristen, en niet van de minste ) in vast zitten ) Veel van het podium-werk van Noah in die voege europese jaren is practical joke showmanship en deels intuitief ...ik herinner me nog een plaatselijk beroemd/bekend jazztenorist uit het Gentse die hem een "harmonische kluns" vond ...een cirkusnummer
Hoe ben je voor de eerste keer in aanraking gekomen met freejazz en vrije improvisatie?
Mijn eerste aanvaring met free Music moet in 1956 geweest zijn toen ik naar Duke Ellington ging kijken in Newport (uitgebracht als één van de meest essentiële Ellington live lps, nvdr.). Tijdens Diminuendo and Crescendo in blue speelt Paul Gonsalves een legendarische 27-chorus solo. Vandaag is dat misschien niet de grote vernieuwing, maar we spreken hier van het pre-Coltrane tijdperk. Later ging ik dan in het Sun Ra Arkestra gaan spelen wat ook een logische keuze was toendertijd. Als jazzmuzikant raakte je bijna nooit in de grote bigbands als die van Count Basie of Duke Ellington. Het was een fantastische tijd. Op het ene moment waren we pure ragtime aan het spelen, 3 seconden later konden we al in space zitten. Het was magisch om met Sun ra te mogen werken.
In 1966 verschijnt dan plots, op het grote ESP label, je eerste plaat met eigen quartet. Hoe is dat gekomen?
Ik was op dat moment heel goed bevriend met Albert Ayler die toen de grote naam op ESP was. Hij had over me gesproken met Bernard (Stollman nvdr.). Hij zei letterlijk tegen Bernard je moet die gast uibrengen!. Dus wij op vraag van Bernard een soort repetitiedemo opgenomen. Toen we de tape lieten horen op zijn bureau vroeg hij plots: wanneer kunnen jullie opnemen?. Dat was een zaterdag. Nog voor ik kon vragen wat hij zei vroeg hij opnieuw: kunnen jullie komende maandag om 10.00 uur smorgens in de studio zijn?. We hadden op dat moment gelukkig al een band, maar echt veel hadden we nog niet samen gespeeld. Maar op de één of andere manier zijn we erin geslaagd om die plaat alsnog op te nemen.
Een andere essentiële Noah Howard plaat is ongetwijfeld the black ark die momenteel opnieuw gereleased wordt via Boweavil records. Het is vreemd dat quasi 90% van je werk beschikbaar is via ESP of via je eigen altsax records label. Hoe komt het dat een legendarische plaat als the black ark zolang in de obscuriteit verdwenen is? En hoe ben je bij Boweavil terecht gekomen?
Die plaat is destijds op polydor uitgekomen. Zij vonden het evenwel niet de moeite om die plaat opnieuw uit te brengen. Op een bepaald moment liep ik rond in Japan en zag ik die plaat plots liggen uitgebracht op een label waar ik nog nooit van gehoord had. Na een tijdje had je dan het internet waar de prijzen voor die originele plaat én zelfs de prijs van die bootleg enorm hoog was. Ik zat dus al even met het idee om de plaat opnieuw uit te brengen via altsax. Begin dit jaar moest ik optreden in de Spitz club in Londen met Peter Evans, Chris Corsano en John Edwards. Daar zag ik de man van Boweavil die me quasi direct vroeg om the black ark opnieuw uit te brengen. Ik vind het vooral super dat hij zowel een cd als een vinyl versie uit heeft. Het gekke is dat die plaat nog maar net uit is, en dat hij op cd bijna weer uitverkocht is.
Ook voor Arthur Doyle betekende deze plaat heel veel aangezien dit zijn eerste opname als muzikant was. Hoe kwam je bij hem terecht?
Ok, dit kan misschien wat vreemd klinken, maar de bedoeling was initieel om met Pharoah Sanders te werken op the black ark. Pharoah was op dat moment niet beschikbaar omdat hij een platendeal had. Arthur Doyle was toen net bezig. Hij komt uit de generatie die zowat op ons gevolgd is. Ik leerde hem kennen dankzij Sunny Murray, met wie hij op dat moment vaak speelde. Toen ik hem de eerste keer hoorde spelen dacht ik dit is gewoon dé nieuwe Pharoah. Hij was toen ook zo iemand zijn ding deed zonder enige vorm van compromis. Arthur Doyle was dan ook de meest natuurlijke keuze op the black ark. Een beetje zoals Mingus vrij toevallig Eric Dolphy ontdekte eigenlijk
Doyle was toen nog een nieuwe naam. Mohamed Ali kunnen we aanzien als je vaste drummer op veel platen. Ook Juma Sultan kennen we via zijn werk met Jimi Hendrix. Op the black ark vinden we nog een aantal minder bekende namen terug zoals Earl Cross en Leslie Waldron. Achteraf nog iets van hen gehoord? Is het een bewuste keuze om met nieuwere muzikanten te spelen?
Het grappige is dat heel veel mensen zo freaked out zijn als het op Juma Sultan aankomt. De kerel speelde inderdaad bij Hendrix, maar hing ook heel vaak bij ons. Er werd toen vaak gejamd en vooral mij was het dan ook normaal om Juma tussen 2 tours te vragen om op the black ark te gaan spelen. Earl Cross was een heel begeesterde trompettist die ook nog speelde met Archie Shepp en Rashied Ali quintet. Hij was een enorm talent en zeker één van de belangrijkste drijfveren op the black ark. Hij is jammer genoeg vrij snel overleden. Leslie Waldron is dan weer een ander verhaal. Ook hij was vrij nieuw en een enorm talent. Kort na de plaat heeft niemand ooit nog van hem gehoord. Hij was verdwenen en we weten niet waar hij nu is.
Net zoals op het meeste van mijn werk zijn er inderdaad een heleboel namen die op dat moment quasi onbekend waren. Maar uiteindelijk is dat geen alleenstaand feit bij mijn muziek. Charles Mingus werkte ook vaak met minder bekende muzikanten. Het was Mingus die me duidelijk maakte dat jonge muzikanten minder geblokkeerd zijn in hun eigen stijl en makkelijker jouw composities konden interpreteren. Ik begin met zon jonge kids dan meestal als geen gek te repeteren. Eens ze er klaar voor zijn neem ik de partituren weg en hops het resultaat is hopelijk een goeie freejazz plaat. Meestal werkt die chemie wel. The black ark was één van die monsteralbums waar alles gewoon perfect zat. Dàt voordeel en het feit dat die muzikanten vaak zelf hun eigen weg gaan binnen een nieuw generatie maakt het mijns inziens makkelijker om op die manier te werken.
Ontdek je tegenwoordig nog vaak muzikanten waar je snachts wakker van ligt
De eerste naam die onmiddellijk in me opkomt en eigenlijk in ieders hoofd zou moeten opkomen is Chris Corsano. Ik speelde met hem en Peter Evans in de Spitz. Corsano is zo iemand die op dezelfde manier met muziek omgaat als wij dat deden, maar met frisse ideeën en een verrassend nieuwe energie.
Nog interessant was je samenwerking op Uhuru Na Umoja met Frank Wright. Daar speelde je met Art Taylor op drums. Was dit de enige freejazzplaat die hij ooit opgenomen heeft?
Dat was echt leuk om te doen. We verbleven toen allemaal in Parijs. Ik en Frank Wright werden uitgenodigd door de mensen van BYG om daar een festival te spelen en 2 platen op te nemen. Eerst ging Frank (Wright) 2 platen opnemen, daarna ging er een onder mijn naam uitkomen. Maar Frank werd nooit betaald voor zijn 2 platen, en bracht ik er dus ook nooit een uit op BYG. Tenzij dan die Uhuru Na Umoja, die we met Art Taylor deden. Art had toen een klein drumstelletje staan waarop we altijd repeteerden. Ik zei tegen hem ok, ik moet morgen naar de studio, ga je mee? We repeteren 5 uurtjes, vragen of ze de machines willen opzetten en beginnen op te nemen. Ik schreef de muziek uit en we begonnen eraan. Er staat op de plaat dat het een Frank Wright plaat is, maar eigenlijk waren het mijn songs. Maar inderdaad, het is zowat de enige freejazz plaat die Art ooit opgenomen heeft. In Parijs waren we eigenlijk blij dat we elkaar hadden. Zelfs Kenny Clarke heeft nog opgenomen met ons.
Wat me opvalt in je carrière is dat je af en toe de brute gospelfreejazz afwisselt met een heel down to earth salonjazzplaat met 80 r&b en wereldmuziekinvloeden. Je laatste plaat desert harmony met Omar Faqir is ook daar een voorbeeld van. Is het een andere Noah Howard kant of past het eigenlijk gewoon perfect in het plaatje volgens jou?
Ik ga niet gaan zeggen dat het in het freejazz plaatje past, maar anderzijds ga ik het daarom zeker geen minderwaardig werk noemen. Ik reis heel vaak en soms vind ik het belangrijker om impressies te maken, schilderijen te maken met geluid. Desert Harmony werd gemaakt tijdens een lange reis die ik maakte naar het middenoosten. Freejazz is mijn stijl, gospel is mijn stijl. Maar het is normaal dat ik af en toe die andere invloeden, die wereld die voor me ligt ook wil opvangen.
Na deze opsomming van anekdotes, tours etc is het niet verwonderlijk dat ik me afvraag hoe je in Godsnaam al zo lang in Brussel woont en hoe je in het orkest van Paul Ambach (boogie boy) terecht gekomen bent?
Op een bepaald moment had ik een overkill aan tours die op me afkwamen. Nadat ik die afgewerkt had ben ik een tijdje in Afrika gaan verblijven. Gewoon, in alle rust en kalmte deed ik daar wat safaris. Ik leerde er een vrouw kennen die in België woonde, en voilà 25 jaar later zit ik er nog altijd. Het moet aan Paul Ambach zijn oren gekomen zijn dat ik daar verbleef en hij belde me om te vragen of ik in zijn band wou gaan spelen. Ik had op dat moment niet echt iets te doen dus deed ik dat uit amusement. Paul heeft een neus voor goeie muzikanten en de band die achter hem staat is quasi altijd steengoed. Hijzelf is ondanks zijn leeftijd nog altijd een beest van een frontman. Telkens als hij zijn micro in het rond zwiert vragen we ons nog af op wie de microfoon zal vallen.
Noah Howard/Bobby Kapp June 29, 2007 Live at The Empty Bottle/Chicago
American-born free jazz alto saxophonist Noah Howard has died at the age of 67 years early morning Friday, September 3rd, 2010... A free jazz artist of the 60s and 70s, Mr. Howard came to critical acclaim again after returning to free jazz in the 90s due to recorded efforts with Cadence Jazz among other labels...first recorded in 1966 and finding a lukewarm reception to his music he moved to Europe living in Paris then Brussels...(image of Noah Howard by Noah Howard)
( Lieve Fransen ) "He went everywhere, Africa, India, all over Europe... He met many musicians, many artists. He loved to see different music and the people making it."
He has recorded 28 records, among them Black Ark (1969), Live at the Village Vanguard (1972), Patterns Message to South Africa (1979), Live at the Unity Temple (1997), Live in Paris (2001), Dreamtime (2002), Desert Harmony (2007) and Voyage (2010).
Noah performed with Kenny Clarke, Sun Ra, Bougie Boy, Archie Shepp, Gino Vanelli (Diamonds Awards),Johny Dyani, Chris Mcgregor, New Jazz All Stars, Art Taylor, Takashi Kako, Michael Smith, Andrew Cyrille, Wilbure Ware, Sunny Murray, Bille Dixon, Itaru Oki, Clifford Thorton, Leroy Jenkins, Ray Applenton, Ivo Van Der Borght, Alan Silva, Rashid Ali, Bobby Few, Jan Verheyen, Khan Jamal, Francois Tusoues, Jack Gregg, George Brown, Art Lewis, Ron Burton, Walter Metz, Dirk Joris, Boulou Ferret, Art Ensemble of Chicago, Youssef Yancy, Louis Mohollo, Dave Burell, Han Bennick, Misha Mendelberg Oliver Johnson, Kent Carter, Frank Wright, Albert Ayler, Donald Garret, Jerome Cooper, Chris Henderson, Frank Lowe, Milford Graves, Ted Daniels, Jean Jacques Avenell...and many others
Het Gentse seizoen is alvast gestart in "El Negocito" ...
Vorige week was er een sessie met G Barcella , Manolo Cabras, een zangeres, en (onverwacht ) Patrick De Groote Heel eventjes ook de tenor van Jeroen Van Herzeele ( het was trouwens zijn verjaardag ), maar jammer genoeg had hij het verkeerde mondstuk meegebracht ...Jammer Uitgesteld is echter niet afgesteld ...
Giovanni Barcella, flamboyante italiaanse drummer en gentenaar, gaat op muzikale tocht met enkele muzikale verwanten onder zijn leitmotief : " ....Ik decomponeer de hedendaagse esthetiek -schoonheid zo je wil- omdat ze verdriet noch dood duldt, niet ingaat op't wereldlijk carnaval en zichzelf niet meer bevraagt. Haar format -een lege huls- bevestigt enkel wat de cultuurindustrie toelaat, wat haar goed uitkomt binnen reeds uitgezette bakens. Mij rest enkel revolte, om zo dichter poëzie te naderen..."
El Negocitoging vollen bak voor de de tweede Barcella Monday Night Sessions; dees keer met Nilson Matta (US) en John Snauwaert (BE)
Oh ja , Barcella hield moeiteloos stand en vormde met N Matta een unieke tandem ....
Nilson Matta Bij het grote publiek minder bekend, maar onder muzikanten een grootheid op de contrabas Matta is één van de topbassisten van de laatste 20 jaar en is ritmisch ongeëvenaard.
Wereldklasse
Zonder uitzondering zijn er altijd lovende kritieken van pers en collega muzikanten. Sinds zijn aankomst in New York in 1985 is hij de meest gevraagde bassist van de top-Amerikaanse muzikanten. De lijst van artiesten met wie Matta heeft samengewerkt is erg indrukwekkend. Een kleine greep: Joe Henderson, Yo Yo Ma, Paquito D'Rivera, Gato Barbieri, João Gilberto en Hermeto Pascoal.
De oorspronkelijk uit Brazilië afkomstige Matta houdt zich tegenwoordig vanuit zijn woonplaats New York bezig met eigen projecten en het geven van onderwijs en masterclasses in binnen- en buitenland.
John Snauwaert is een muzikale ontdekkingsreiziger die steeds op zoek gaat naar contacten met andere culturen. Zo leerde hij in New York Nilson Matta kennen, een virtuoos bassist van Braziliaanse afkomst.
Snauwaert , bevestigde wat ik al had gehoord op jazz in 't Park Leuk om hem eens mee te maken in een kleine informele club ....hij speelde met groot gemak ,( in deze weliswaar voor een beslagen saxofonist ideale trio combinatie) allerlei flarden van thema's en enkele geweldige soli samples
Gedegen , beluisterbare mainstream van het modernere post-hardbop type ... Het ganse gebeuren werd terecht kort en (zeer) goed , gehouden ....
El Negocito wordt verwacht :
oktober
maandag Oktober, 4 2010 10:00 PM - the Barcella Invite: The Shoreditch Trio (IT) met Gianni Mimmo
maandag Oktober, 11 2010 10:00 PM - met Carlos Zingaro (PT), Rui Salgado (PT), Audrey Lauro (FR) en Bart Maris (BE)
maandag Oktober, 18 2010 10:00 PM -met Zeger Van Den Bussche (BE) e.a.
maandag Oktober, 25 2010 10:00 PM- met Will Bernard (US) e.a.
november
maandag November, 1 2010 10:00 PM - tbc
maandag November, 8 2010 10:00 PM - tbc
maandag November, 15 2010 10:00 PM- met Mäâk (BE)
maandag November, 22 2010 10:00 PM - the El Negocito Barcella / Dajo Session
maandag November, 29 2010 10:00 PM- met Anja Kowalski (D) en Ben Sluijs (BE)
december
maandag December, 6 2010 10:00 PM - the El Negocito Barcella / Lander Gyselinck Session
maandag December, 13 2010 10:00 PM - Barcella / Van Herzeele Duo
Jazz in' t Park kreeg dan toch nog wat zon toebedeeld op zaterdag en zondag . Maar de 17de editie zal de geschiedenis ingaan als een van de meest kille en waterachtige. Toch kwam er behoorlijk wat publiek opzetten. Hoeveel bezoekers er waren valt moeilijk te zeggen, geschat wordt ongeveer 14 tot 15000 voor de zes avonden. 'We hebben wel aangetoond hoe veelzijdig de Belgische jazzscène is', zei organisator Jan Schiettekatte
's Middags hadden de drie jonge musici van het Lab-trio met de aanstekelijke drummer Lander Gyselinck al een plezierige, meeslepende set gespeeld.
Zaterdagavond was een beetje een happening. Eerst met de band die oude getrouwe saxofonist John Snauwaert had samengesteld, met een jonge gitarist uit de New Yorkse scene Roni Ben-Hur en de Braziliaanse bassist Nilson Matta. Ook drummer Lionel Beuvens kwam meedoen.
Daarna herleefden de sixties; Gentenaar, bassist en beeldend kunstenaar Paul Van Gysegem had voor zijn sextet oude vrienden opgetrommeld. Het publiek was eerst wat verstomd, want ze speelden zowaar free jazz volgens de regels die in de sixties golden. Maar ze maakten er ook een show van met een nummer waarin Noel McGhie zijn trommels met zijn witte sjaal bewerkte
*De Beren Gieren kregen een veel betere gelegenheid hun kunnen ten toon te spreiden dan als de kop-afbijters op Gentjazz die speelden voor hooguit zestig man en in publiek-onvriendelijke omstandigheden ...
Alleen daarom al was jazz in 'tPark op die zaterdag al meer dan de moeite waard Het werd voor het pianotrio een "eclatante bevestiging van hun kunnen dat "schijnbaar" met het grootste gemak werd geserveerd...
Cecil taylor , McTyner , Lennie Tristano ,Monk (uiteraard kan geen enkel modern jazz musicus daaronder uit ) worden met grote ijver door kommentatoren ,waaronder ikzelf erbij gesleurd als" invloeden " Fulco Ottervanger gaf zich weer helemaal net zoals de rest van de Beren. : rechts : bassist Lieven Van Pee De Beren Gieren =(naar eigen zeggen )"Californian jazzrabitity "
Vandaag "hoorde" ik bijvoorbeeld vooral paralellen met een vroege Keith Jarreth ...zelfs een beetje Ramsay Lewis ( Geen wonder dat het Nathan Daems quintet van vorige week me af en toe herinnerde aan Charles Lloyd -achtige toestanden ) Ik vraag me af wat het volgende keer wordt? : Ach wat het zit gewoon allemaal in de vingers van dit als een goed geolied doorspelend en echt samenhangend triumviraat ( en er zit nog veel meer in , vermoed ik , dan we al hebben gehoord ) Die gasten zijn héél héél héél goebezig Heel afwisselend programma maar met een krachtige eigen sound en insteek als verbindend element .. Accescibility NOW : inderdaad ( soms romantisch maar nooit stroperig )maar bovendien boeiend van begin tot eind en gebracht met zichtbaar speelplezier : Een bassist en pianist ook die met grote precisie reageren en inpikken op het thematische en anders afgesproken materiaal alsof ze in telepathisch kontakt staan Opvallend : Simon Segers zette precies datgene in de verf wat op deze zaterdagavond spontaan de focus werd van alledrie de concerten : de slagwerkers ... Hijzelf kondigde dat al spelend aan ; hij demonstreerde de efficiente en erg functionele dienende en nederig gehouden sobere speelwijze die wars is van alle exibitionisme , als de eerste die dag aan bod komende bijzonder veel ruimte latende jazzy drumming style die onwillekeurig eventjes doen denken aan vergeten west-coasters als Shelly Manne .... Met daarbij als surplus een paar " handmatige " intermezzi en uitstapjes die zijn mogelijke bekendheid met ( of minstens aanvoelen van ) allerlei "andere " drumbasisslagen op handtrommels aangeven
Een donderend en lang applaus was het terechte eerbetoon aan dit trio Bedankt jongens voor al dat moois
*John Snauwaert " Brasilian voyage Plezante Blue -Note -Style reminder en geslaagd Braziliaans " John Snauwaert heeft in korte tijd een stevige reputatie opgebouwd Ik had deze saxofonist (die Sib tenor en sopraan speelt )nog niet life bezig gezien en gehoord( ook niet in het Geuzenhuis dus ) ... Bij deze is dat nu gebeurt ... en meteen maar op een festival podium ...
UPDATE : John Snauwaert en Nilson Matta komen zullen optreden in de "El negocito" metG Barcella20/09/2010 om 22:00 en dat in het kader van deG.Barcella sessions
Giovanni Barcella, flamboyante italiaanse drummer en gentenaar, gaat op muzikale tocht met enkele muzikale verwanten onder zijn leitmotief Ik decomponeer de hedendaagse esthetiek -schoonheid zo je wil- omdat ze verdriet noch dood duldt, niet ingaat op't wereldlijk carnaval en zichzelf niet meer bevraagt. Haar format -een lege huls- bevestigt enkel wat de cultuurindustrie toelaat, wat haar goed uitkomt binnen reeds uitgezette bakens. Mij rest enkel revolte, om zo dichter poëzie te naderen.
Snauwaert speelde mooie Blue -Note -style in het postbop mainstream idioom ...De aanwezigheid van de guitarist leide vooral in het bisnummer en eigen compositie van john " weird blues " of zoiets ... tot een Georges Benson sfeertje ...Mooie uitsmijter , en toevallig hou ik wel van dat soort licht gehouden en goed in het gehoor liggende tenor-combo muziek ..(.met een pentatoon of haxatoon basis referentieframe voor bluesy intonaties ) beetje stanley turrentine kwam ook eventjes om het associatie- hoekje piepen in dat bisnummer Kortom een gast die erg vast in de "traditie "staat , maar hij kan ook stevig uithalen
Dat soort muziekstijl is wel gemakkelijk te plakken naast en op allerlei braziliaanse muziek , waarvan de grootste troeven , de ogenschijnlijke eenvoudige melodietjes zijn en de voortdurend verschuivende rythmiek ( ook in de melodielijnen dus wanneer de sax gaat improviseren en eigenlijk in de eerste plaatst een soort master-drumpartij gaat spelen ...) en uiteraard hanteerde john wijselijk de sopraansax in de braziliaanse stukken , (die staat ook veel dichter staat bij het fluit -spel dat in de "choro " ( de jazz-samba) de plak zwaaide .)..de tenor hier niet als uitverkoren vehikel gebruiken maakt mogelijke vergelijkingen of associatie met Stan getz of zelfs een Gato Barbiera al bij voorbaat een stuk minder en dat kan maar alleen ten voordele zijn van de braziliaanse muziek zelf die in het middelpunt van de belangstelling staat in dit projekt en bovendien een goede showcase vormde voor het grote improvisatietalent op de soprano van john zelf ( deed me af en toe denken aan een Lucky Thompson behandeling ( = Lucky Thompson kent natuurlijk geen enkele mededinger qua zuiverheid en sound op de fishhorn / ,ook op de tenorstukken in het begin van de set ) John Snauwaert : dat wordt beslist een heldentenor annex ( nu al ) een sopraansax van het zuiverste water
NILSON MATTA Een dijk van een Braziliaans-amerikaanse Bassist verzorgde de polsslag en de bloeddruk en verwezenlijkte smen met de anderen een goed geslaagde fusie van saxo-jazz met allerlei brasiliaanse muziekjes , zonder dat uitsluitend werd teruggegrepen op de het geijkte "bossa nova " idioom in dat genre ... Rythmisch was er bij deze bassist -annex percussionist op de body van zijn instrument , (1)nog wel wat anders aan de gang dan simpele langgerekt " beguine-ostinati "( de versimpelde angolese en baskongo "semba "/très ) //: 3 3 2 :// een bantu-"lundu " clave //:12122 :// of een " 121121 " ( van Ghanese" Eje" oorsprong ?) choro - etc ...accentueringen ...
Het repertoire bestond uit een keur dingetjes van : , Ernesto Pascual (Dé blazer uit het Noorden en de bayon (2 ), de obligate Jobim , Pixenghuina ( de choro fluitspeler/componist die o.a. grondlegger werd van de carioca -samba en overging op altsaxohttp://en.wikipedia.org/wiki/Pixinguinha) een guitaar must van baden Powell ( met telkens een vier maal herhaalt sébène achtig motiefje in de ecriture , maar zonder dat het een regelrechte centraal-afrikaanse "vamp " werd ) ..Gataeno Veloso, de Musica Popular do Brasil(MPB) .. ze passeerden allemaal de revue/ en ze hadden allemaal op de een of andere manier in vinger in de pap
Een gaaf en begeesterend concert ... een uitstekende en geslaagde vermenging van jazz en de , naast de jazz, mondiaal oudst bekende wereldmuziek van klasse,kreeg je er zo maar pretentieloos bij
En voor ik het vergeet , de niet vooraf in het programma vermelde drummer , Lionel Beuvens ...kreeg terecht een publieke pluim van de New-yorkse topbassist ... wat een feest die te voorschijn toverde ... Schitterend
http://www.myspace.com/lionelbeuvens Lionel Beuvens is alomtegenwoordig. Op korte tijd werd deze drummer incontournable, zoals onze Franstalige vrienden zo mooi zeggen. Alleen al met JazzLab Series stond hij al op het podium in de groepen van pianist Sabin Todorov, saxofonist Steven Delannoye, gitarist Peter Hertmans, bij Artet, Alien Bytesize, en bij de JazzLab Ladies en het trio van Eve Beuvens. Gelukkig is, waar het Lionel Beuvens betreft, kwantiteit ook synoniem aan kwaliteit.
Alleen de volgende drummer in de rij op die dag :Noel McGhie kon moeiteloos verschijnen na dergelijk drumtalent en het nog overtreffen ook ... De man speelde doodeenvoudig het publiek-begeesterend hoogtepunt van de ganse dag ...en deed zelfs eventjes een paar geinige danspasjesop het einde van een absolute solo van Paul Van gyseghem
sextet .... unieke " REUNIE" Een bijzonder reünieconcert van de formatie van jazzbassist Paul Van Gyseghem, die reeds in de late jaren zestig actief deel uitmaakte van de internationale free jazzscène. Hij viert dit jaar zijn 75e verjaardag
Van de oorspronkelijke formatie blijven over : Patrick De Groote, Ronald Lecour,Paul zelf natuurlijk Tenor Nolle Neels was vervangen door Cel Overberghe
Noel MCghee ( wat een fenomenaal drummer op hoge leeftijd kregen we hier voorgeschoteld ...)verving Calyer Dunnigan Samen met Steve Potts is hij al sinds de jaren 70 gelegenheidsdeelnemers aan deformaties van Paul . Overigens speelden de verschillende formaties van Paul al altijd met gastsolisten uit de internationale scene : ik herinner me nog Kenneth Terroade , Robin Kennyatta ... etc ... om het alleen bij wat saxofonisten te houden Of Paul als bassist bij Sonny Simmons ,ooit in duo met Mall Waldron( wat ik gelukkig heb meegemaakt ) ....Bobby few verscheen ook regelmatig Blijkbaar heeft het organisatie talent van Paul ( en de plaatselijk beroemde "zwarte zaal " van de akademie ) ook altijd de toenmalige nieuwlichters (en al dat moois )weten te presenteren aan het "gentse" publiek, en dat in tijden waar de muziek-pers en de jazzy puristen zich afvroegen of deze"ongehoorde anarchie" een teken was van onbekwaamheid( wat ook het sigma was dat werd gekleefd op Fred Van Hove ( de vaste maat van Cel Overberghe in de vroege jaren ) en de eigenzinnige Mike Zinzen ), terwijl zelfs A.Mangeldorfer en zijn quintet als een hoog commercieel risico werden ingeschat door de toenmalige organisatoren van festivals in de heilige "opera" op de kouter Paul bracht het allemaal voor elkaar niet in het minst ook in de ridderzaal van een kasteel van een stad (1) in een landje waar de patron van (bijvoorbeeld)het (smaakl en richtinggevend trendgevoelige ) brusselse Poll's Place tijdens een prachtoptreden van de aanstormende archie shepp in zeventiger jaren nog ...zwoer dat hij nooit opnieuw "freejazz "zou programmeren in zijn "etablissement " Dat soort plat mercantiel purisme van allerlei horeca-zaken en allerlei organisatoren die geen bal van jazzmuziek snappen , allerhande ( die toch zelf uitmaaken wat voor kleffe hap van niet storende acts , haar "klienteel "als eenheidsworst verlangt ) is trouwens nog steeds onderhuids aanwezig ...En ondanks de verzekering dat ze wijzer zijn geworden en in staat het "kaf van het koren "te scheiden , waarmee wordt bedoelt dat ze zoveel mogelijk sponsors moeten zien te versieren voor de financiering van hun life performances ( nu de muziek industrie en de promotie van opgenomen muziek tournees ( de grote namen zingen het nog wel een tijdje uit ) , zowaar in elkaar zakken ) ...
Leuk ook het relativerend ( erg amerikaans) schowmanship dat de twee afro- solisten zaterdag tentoonspreiden ... ( inclusief de Roland kirk grapjes en het "gekazoo "op saxofoons ala Dewey Redman en als toemaatje de sjaal -drumming-show : twee zeventigers en nog erg kwieke kwajongens : net zoals ik dit jaar ( de tachtigjarigen ) Marshall Allan en Roy haynes ook al zag doen , tot grote tevredenheid van het publiek ....smiles dus )
" Roland Kirk trics "
En ,ja zeg , een "jazz"- festival zonder één enkele degelijke professionele"great black musician",( geen excuus -truus dus ) kan toch niet ?want dat is gewoon een conditio sine qua non ... gelukkig zijn we nog niet zo ver , dank zij mensen als Paul die horen en ogen weten open te houden en zich niets aantrekken van de af en toe opduikende bindende optie dat inlandse musici altijd de voorkeur verdienen Tot nu toe zijn de grote creatieve en richting gevende impulsen in de jazz muziek geschiedenis al altijd uit dat gemengd karkater afkomstig ... Jazz IS per definitie syncretisch en daarom ook universeel en niet omdat het nu voornamelijk wordt gedoseerd en gerecupereerd aan conservatoria met europees-gerichte muziek inslag ...
(1) het percussief slaan van claves en support-partijen op de body van grote snaarinstrumenten ( bijvoorbeeld harpen ) door iemand anders dan de snaarplukker is een algmeen gebruik in Latijns amerikaanse muziek ... Het is vooral centraal- afrikaans (en misschien ook wel indiaans ?) van oorsprong Deze bassist presteert het om dat zelf te doen terwijl hij blijft de bass bespelen ... dat creert een ongelovelijk goede samenhang met de partijen van de drummer ... die overigigens ook een zeer gesmaakt staaltje percussiekunst weggaf ...
(2) een zeer bekend geworden riedeltje ( en rythmo-melos onomatopee) uit de bayon is de akweete( =zeven accenten ) " OLé Oh Congaceiro" over 9 pulsen : 12 12213 uit de film-muziek
concertpitch piano = in Bmajor
HarmoMelos a) m7 m7 m7 m7 M 7 7 ocotonics bE #F #F bE B EE (B D bE (#)F c (b)a ) ( 12/8) 1 2 1 2 2
b) bE #F #F E B B (b)E #F A(b)B #C D (12/8) 1 3 1 2 1 4 m7 (m)7 7 M
"originele" (?) folkversie
Klassieker uit de pop-latin // internationale boogaloo /samba
(3) Daarna verhuisde het gebeuren (?) naar de St.Pieters Abdij ... waar het heel erg kort nadien geruisloos verdween ... Nooit erg goed geweten hoe dat juist zat ...
Iets met drugs preventie of zo ? Rond het Gravensteen festival was er ook al zulk gezeik ... een must in die jaren natuurlijk ...Ook in Frankrijk hadden ze daar last van gehad Het Byg-promotie festival (overigens een nieuw gelanceerd popfestival met ook de allereerste tweede golf amerikaanse free jazz musici die in Europa ontscheepten: Sunny Murray , Allan Silva ,Frank Wright , Noah Howard : Ja, ik heb dat legendarische ding gezien en gehoord ) week noodgedwongen uit naar Amougies , maar ook dat ( en de opportunistische burgermeester van die Henegouwse gemeente ) kreeg daarna vaderlandse bakken kritiek te verwerken ...
Het Zachte anarchisme van toen was nu eenmaal de "vijand " van de gevestigde politieke machten : Ook de vroege dwarsliggende Gentse feesten revival rond st Jacobs kreeg dergelijke liquidatiepogingen te verwerken ...Ze stoorden zelfs herhaaldelijk de nachtrust van de "gouverneur "die in het buitenland zat te genieten van zijn "congé payé" ....
"Willen of niet: Jazz in t Park begint steeds meer een plaats op te eisen in het Belgische festivallandschap. Het is nog niet helemaal doorgebroken in de nationale media, en dat is mede te wijten aan het feit dat (primo) het om jazz gaat en (secundo) het een gratis festival is en dat nog steeds een beetje argwaan wekt. De mensen zijn gewoon heelder sommen geld neer te tellen om pakweg op Gent Jazz te gaan luisteren, en nog (veel) grotere sommen om naar pakweg Werchter te trekken, waar geeneens jazz gebracht wordt "
Deze verwachting is tijdens deze editie weer een stapje dichterbij gekomen ... Media zenden nog wel grotendeels hun kat , (dwz ik heb nog niet veel verslagen teruggevonden in de pers ) maar dat belette vorig jaar de plannende Schietekatte niet het festival dit jaar nog verder uit te breiden met zowel meer concerten als met nog meer verschillende richtingen en tendenzen in de Belgische jazz voor te stellen ... Laat ik hett enkele musici zelf maar zeggen : " Bedankt jan ..."
Qua publieke belangstelling mag men zeker niet klagen ; het is zoals Bollaert schrijft "Weer of geen weer: Jazz in t Park!" Als de organisatie van het festival iets meer een jazzhappening wilde maken, dan gaat het in elk geval de goede weg op. Jazz in t Park is het meest gezellige jazzfestival (van Gent), mochten wij een paar keer opvangen. Zeker s avonds is er in het Zuidpark een aangename drukte, en wordt het park vriendschappelijk gedeeld door luisteraars en gezelligheidszoekers.
De bereidwilligheid is groot: van de die-hard enthousiastelingen die door de stortbui heen tijdens het optreden van BackBack koppig bleven luisteren; over de verkleumde handen en instrumenten van de muzikanten; tot de warmte van de (helaas schaarse) zon en bezoekers die vastberaden zijn er het beste van te maken. Wij zijn er zelf ook met geen stokken weg te slaan....
Ook ik zal het festival blijven bezoeken : ik ben er eindelijk toe gekomen het allemaal te gaan beluisteren en ik ben voorgoed verkocht ....
Moge dit festival nog lang de stad de eer aandoen die zolang al belangrijke en lange opeenvolgende o.a. Gentse jazztradities in haar schoot liet groeien ...en laat het meteen de vroege start worden voor het nieuwe jazzseizoen dat zich langzaam maar zeker terug zal op gang trekken op de grote en piepkleine podia van onze stad ... dat wezenlijk bijdraagt tot de gentse reputatie op muzikaal wereldvlak en dat in alle genres ...
APPENDIX
BIJLAGEN klik op de eerste bijlage : het volledige programma
Klik op de tweede bijlage onderaan =
Een goede 80 Partituren van Pixenguinha Songbook "OH MELHOR DE PIXENGUINHA"
Het stuk dat werd gespeeld op Jazz in 't Park is =CARINHOSO p28
Het gratis Jazz in 'tPark festival bestaat al lang ...
Maar ikzelf was als levenslange jazzfanaat , nooit enthoesiast genoeg geworden om dat gratis moois te gaan bekijken ( al helemaal niet als gratis concertje tijdens het opeten van mijn middagboterhammetjes en zoals het ooit eens was bedoelt in het begin ) Mainstream dingetjes beluisterde en apprecieerde ik bovendien liever thuis dan in het meestal( vooral s'avonds) kletsnatte en erg winderige zuidpark ... Bovendien was ik in mijn vrije uurtjes vrij druk bezig met andere zaken dan het aflopen van conventionele concerten als belangstellende beluisteraar van routine muziekjes
Mijn muzikale voorkeur lag trouwens bij de toen mij fascinerende levendige en controversieele free jazz Rond de jaren negentig in volle postfree periode ( en met de diverse recuperatie en reactionaire inhaalbewegingen van de nieuwere "beroeps" musici en de opkomst van museum-musici ala Wynton Marsalis / gelukkig had hij nog een tenorspelende broer ) haakte ik dan ook heel geleidelijk en stilletjes af : mede ook door de natuurlijk uitdunnende rangen van de traditionele meesters ( en toen de voortsluipende vergrijzing op volle kruissnelheid daar met het hakbijltje rondging ) Maar ik het verloor de levende scene en het contact met de "nieuxwigheden "niet helemaal uit het oog Vooral JoshuaRedman en Dave murray trokken me nog regelmatig over de streep om toch maar te bladeren in de postfree die ik op een laag pitje had staan .... Ik zat ook tot over mijn oren in de ontdekking van allerlei traditionele afrikaanse en syncretische muziekvormen ( dat was natuurlijk begonnen met mijn belangstelling voor Don cherry en de muziek van Dollar Brand enzo)
Uiteindelijk beluisterde ik een groot aantal oude platen van Lennie Tristano die ik ongeopend had zitten in mijn collectie en wel nadat ik een indrukwekkende serie had gehoord op de radio van Marc vanHoof over juist die originele vergeten eerste aanzetten tot de "blanke "free muziek, met stevige wortels in de afro-amerikaanse moderne tradities en vooral hun topsolisten en improvisatoren /annex bandleaders als Ellingtron , Basie , woody herman ook en /of toch al die "componisten " die schreven in functie van een specifieke instrumentist /imrovisatiemeester in hun bands ( Hodges , Lester Young , )Lennie tristano dus; de eclecticus bij uitstek die erin slaagde dat alles te combineren met de zeer grote eigen inzet en creativiteit en de zeer vrije en open opzet van zijn improvisatietheorie/praktijken en zijn uitstekende keus van medemusici in zijn diverse combo's :o.a. onvergetelijke figuren als Lee Konitz , Warren Marsh ...
Ik maakte ook een life concert mee in het Damberd van een amerikaanse blanke saxofonist die in die richting verder ging .. Het maakte een diepe indruk op mij en liet een aantal belletjes rinkelen ...het drukte me met mijn neus ook ik de raliteit van het bestaan van de blanke avant-garde ook buiten de afro-amerikaanse context en de beperkte europese " energy-blazers "stijl ....
Belgische jazz (zeker de mainstream uit die tijd )vond ik ook lang niet interesant genoeg ... Alhoewel ik wel altijd een liefhebber ben gebleven van mensen als Etienne Verschueren enzo , maar he-er zaten ook helaas erg veel puristische sektaristen t ussen en dat wekte altij mijn aversie ...
( de Vroegere om de een of andere reden , geldende ) Beperkte modieuze programmatie en promotie voor een aantal witte raven en elleboogwerkers in het jazzparkje, met als resultaat een kleiner aanbod dat geen al te grote staalkaart van voormeld belgische jazzprovincietje presenteerde ___ viel me al helemaal teveel tussen wal en schip en was té (vermeend)partijdig naar mijn smaak : ik vond dat hele ritsen belangrijke ontwikkelingen , concepten , initiatieven en aanstormend talent teveel werden afgewogen op hun potentieel commercieele publieksvriendelijke entertainment waarde en vervolgens gedumpt . Een polit iek die nog steeds door enkele "lokaal beroemde " organisatoren wordt gehanteerd ...mensen die zich tegen heug en meug gedragen alsof ze de pauzen moeten en kunnen zijn van wat artistiek mogelijk is en aan bod kan of mag komen ...
Ik heb trouwens altijd een zekere afschuw gehad voor ( zelfs maar veronderstelde ) kliekjes-vorming die ik hier lang meende te moeten vermoeden( verhaaltjes over de hautaine denigrerende en het profesioneel monopolie opeisende Brusselse en Parijse jazz maffia , organisaties van jazz-musici en organisatoren werden vlug verdacht van het zetten van een domper op alle nieuwe initiatieven en de toen heersende mode-gevoelige anarchistisch- creatieve sfeer ... die geruchten waren schering en inslag in Gentse millieus ) ....
Uiteindelijk ben ik dus toch naar het "jazz in 't Park" evement afgezakt ...gelukkig maar ..het palet is meer dan gevoelig uitgebreid en er lonken ook nieuwere hor izonten dan steeds weer "meer van hetzelfde"... Datlaatste blijft natuurlijk ook aanwezig en met recht ... maar je kan nu tenminste ook je kostbare tijd spenderen aan een iets gevarieerder aanbod dan uitlsuitend aan een verplicht doorslikken van enkele professioneel en gesofistikeerde show en dansband solisten zoals je enkele decennia geleden wekelijks kon bewonderen in feesttenten van de oude stempel zoals het voormalige casino in het citadelpark ... Bigband solisterijen met uitstekende afgietsels /kopietjes van (de uitstervende kaste der ) dansorkest muzikanten ,ach wie maalt erom dat ze niet meer de enige atractie zijn op de affiche Natuurlijk mogen de erfgenamen van de lange radio-band traditie die culmineerde in de de BRT-jazzband en uiteindelijk het Freddy Sunder orkest als laatste reddings boei ,nostalgisch hun ding komen doen en een strohalmen -programma presenteren overgoten met enkele modernere ingredienten ... Maar de huidige straffe gasten zijn geen fenomenen als phil Woods en zelfs geen Etienne Verschueren ... Erg genietbaar vakwerk en zakenmensen maar ook niet meer ....
Jazz in 't Park zelf staat er dus gelukkig nog steeds en meer dan ooit Dank zij een vasthoudenheid van het officieele initiatief van de dienst feestelijkheden die er mede heeft voor gezorgd dat Gent terug een beetje op de wereldkaart staat qua muziekjes ....
Gent was al altijd een broeinest van de belgische jazz geweest en is het nu meer dan ooit te voren Vooruit , Jazz in 'tpark , Gentjazz , de gentse feesten initiatieven , Trefpunt , el negocito , hot jazz club de gand , het damberd , charlatan ...een paar nieuwelingen en occasionele gelegenheden in oude vervallen winkelstraten en vervallen uitgangsbuurten ... en niet te vergeten de doorbraakvan de impro-en jazz muziek aan het conservatorium
Allemaal initiatieven die de jazz in Gent hebben in leven gehouden / nog in leven houden en uiiteindelijk hebben geleid tot de huidige overvloed aan jonge , goed opgeleide en beloftevolle musici .... Laten we hopen dat ze genoeg speelmogelijkheden krijgen om dat te kunnen volhouden on het allemaal verder waar te blijven maken ...
* Koud , killig en kletsnat was het eerste weekend wél ..... vooral de zondag "Welkom op de kerstmarkt" zei Chris Joris gevat ....
GOED TOT UITSTEKEND ECLECTISISME FEESTJE ...
Ten geleide
De meeste blanke musici zijn echte meesters in het knippen en samenplakken : dat is bovendien een manier die in het huidige tijdsgewricht van de jazzgeschiedenis en betere wereldmuziek alweer de bovenhand voert in een steeds afwisselende cyclus met revolutionaire bommenleggers en beeldenstormers ... --Intuitieven , naiven, originalen ,art brut tegenover techneuten, academici , Collage kunst , patchwerkjes en nieuwe breiwerkjes met oude wol .? Creatievelingen en eigenzinnigen tegenover opkopers affineurs en veredelaars , assimilatoren en conservatoren ...Wijnboeren tegenover wijnhandelaars Knutselaars en recycleurs tegenover gepassioneerde undergrounders ...? Wie zal het zegen
"Blanke" jazz is een techneuten kwestie , en de volgelingen van die optie zijn daar erg goed in
Je moet knippen en plakken dus erg goed beheersen en je dient daar ook oog , oor en meesterschap voor te bezitten ... Virtuoos nieuwe coktails maken en nieuwe samenstellingen blenden kan niet iedereen
Vrijdag
De vrijdag kon ik wat tijd vrij maken om het volledige concert van het Greg Houben quintet te beluisteren
Het had weinig te maken met de intimistische luisterliedjes namiddag die Houben presenteerde tijdens het voorbije gent jazzconcert
Het was eraan te horen dat deze groep is onstaan na een intense samenwerking en een paar(schitterende ?) jamsession Het bleef wel allemaal erg clean en zuiver en straight = maar "no nonsense" is nooit een bezwaar geweest .... mainstream ook niet : en zeker niet als je tevens een kei van een alto-saxofonist hebt meegebracht ...die de boel een swing graadje liet stijgen en stevig weerwerk bood ....Pierrick Pedron is de naam van die aanstormende bretoense maestro Perfecte partner en stimulans van Houben ; die duidelijk enthoesiast is over de passionele bettrokkenheid van zijn vriend -collega ...
Pierrick Pedron 13/08/2010 Jazz in Langourla
Het spul hing goed aan elkaar : maar dan wel eerder als een soort goede smeuige rizotto ipv een vastgenagelde stevige en weinig bewegelijke beschermende ijzeren handschoen
Opmerkelijk = De evocatie van de Ellingtoniaanse johny hodges beruste vooral op een meesterlijke ( maar technische ) demonstratie van glissandi beheersing op de altsax ... Romantisch dat wel ..... Rabbit kon dat volgens mij nog beter .. Erg gewaagd dus om dat te doen, maar wie heeft nu heden ten dage nog voldoende en regelmatig geluisterd naar de opgenomen Hodges zelf ?... De fransman slaagde er moeiteloos in dank zij een uitzonderlijke Techn iek
De overtreffende trap van een Hodges tribute moest wachten op een zondagse lyrische Ben Sluys
De instrumentist Greg Houben zelf kreeg door de aanwezigheid van de altist de schitterende lijst waarin zijn teer manierisme kon schitteren zonder opnieuw te verdwijnen in de vergeetputten van het impressionististische geneuzel en de waterverfjes van de crooner-muziek die steeds op de loer liggen voor de toonkunstenaar wiens hart ligt bij de fijne preciese heldere lijntjes en de gevoelige teint wisselingen van het geheel ....
Geen belegen ,magere Astrud Gilberto memes vandaag , waarvan de houdbaarheidsdatum allang is overschreden ( Neen ik heb niets tegen braziliaanse muziek , integendeel ... maar bleke sexloze aseptische en steriele miniatuurtjes vol geparfumeerde en schoongewassen latijnse '"couleur local"truukjes door en voor mensjes met smetvrees , hoef ik niet ...geef me maar een echte vette donkere brok )
Wat een goed gelukt concert werd het uiteindelijk De geest van de " betere Chet Baker " leek mee op het podium te staan Een zeer clichématige en triviale constatering ?...maar wél ad rem en iets wat ten overvloede erg duidelijk werd onderstreept door het aantredende personeel Het was boeiend en het was genieten ....met dank aan al de heren musici: Een zeer goed geoliede rythme machine met een pracht van een bescheiden maar o zo efficiente en functionele drummer Rick Hollander , een Sal La Roca in goede doen en een goede piano door Pascal Mohy Een rythm machine die vooral benadrukt wat de hoofdbekommernis is van alle deelnelmers aan deze combo : het geheel van het samenspel en het maximale vermijden van egocentrisch en exhibitionistisch vedettisme zonder daarbij de diverse persoonlijkheden en hun hun goede eigenschappen die mee de soep koken , tekort te doen ... Ikzelf kan hier geen enkel evident spoor van een tyrannieke leider ook maar vermoeden ....wat niet wil zeggen dat alles mag Immers ; eerlijke , kundige en bescheiden musici weten zelf goed genoeg of ze al dan niet passen in het gekozen geheel ...en of ze zich daarbij goed voelen ook ...en dat relaxte heeft natuurlijk een hoorbare invloed op de kwaliteit van het geheel ...
zaterdag Nathan Daems Quintet Ik miste bijna alweer deze combo die al van een stevige en ophefmakende reputatie geniet in de jongste gentse jazz-scene .... Ik kwam nog net op tijd
Een doorpiepend zonnetje en een "jazzke " , zei de leader "wat wil je nog meer ?" Tsja ,wat minder "toots thielemansen "motivaties , misschien ? Grapje natuurlijk, en een inkoppertje voor open doel dat ik moeilijk kan laten liggen ....
Nathan Daems Quintet, 17/07/2009, Jong Jazztalent Gent, Gent Jazz, Gent, BE, 8-19/07/2009 Nathan Daems (tenorsaxofoon en sopraansaxofoon, dwarsfluit), Bart Vervaeck (gitaar), Fulco Ottervanger (piano), Simon Segers (drums) Sebastiaan Gommeren (contrabas)
Drummer en pianist kende ik al als de goede en beklijvende muzikanten die ze zijn ... ik kijk uit naar hun opttreden volgende week met hun eigen trio ; de beren gieren ... Laat ik toch benadrukken dat Simon en Fulco zeker behoren tot die muzikanten waarvan de leader beweerde dat hij zonder hen niets is ... Veel te zwart wit natuurlijk : Hij is misschien nu nog afhankelijk van die vertrouwde kompanen maar er zit beslist meer dan genoeg potentieel in de man om zich verder te ontwikkelen , mits hij de kansen blijft krijgen en wat ik hem toewens ... Fulco gaf meer dan een indruk van zijn reeds gerijpte professionele en artistieke kwaliteiten ; hij speelde boeiende en prachtig ondersteunende partijen die altijd een meerwaarde betekenden voor de groep als geheel ...Het is veel meer dan een leverancier van uitstekende comping ( tr-uwens ook een discipline apart ) ...
Blijven dus de tenorist , de guitaar en de bassist die ik voor de eerste keer echt life en intensief beluisterde ( ik reken de vluchtige opgedane impressie tijdens een lort bezoekje aan het trefpunt vorig seizoen niet mee ..dat soort ambiance kroeg (en de daar dito verlangde (volkse?en entertainende )muziekjes ) is trouwens nooit erg meer mijn geliefde luisterplek geweest ) Ja ik ben bevooroordeeld ,wat betreft die gelegenheid , weet ik ...Ja ik zit er soms wel eens te suffen tijdens de Gentse feesten of op het piepkleine terras wanneer de stad dood stil is tussen de seizoenen ... liefst niet binnen dus want ik hou nu eenmaal niet zo erg van dat benepen hol : t'zal wel een soort claustrofobie zijn en de erg dichte opeengepakte lijfelijke aanwezigheid van alle andere gasten ....ik krijg daar geen lucht
Joe Henderson en Coltrane staan vermeld n als invloeden in het programmablaadje ... Ja welke hedendaagse tenorist niet , hé ... maar met het aanwezige model Joe Henderson duiken we zeker niet in de latere Coltrane : Nathan voorlopig ook nog niet ...
Het voorlopige resultaat is een jonge tenorist die een beetje klinkt als de love- power muziekjes van een jonge Charles Lloydd at fillmore East ( een soort getemde hard bop met de gemakkelijk in het gehoor liggende , beschaafde " avant garde" riedels van toen =en dat is wel een compliment : ik vrees zelfs dat nathan niet zo goed weet wie Charles lloydd toen was ?De huidige lloydd is fantastisch uitgerijpt ( net als Pharoah Sanders ) en zeker ten onrechte vergeten ) ... Nathan is nog niet zo ingewikkeld en volgestouwd met snelle notenkrakerijtjes , loopjes en riedeltjes als die oude glorie( ondertussen een hele grote mainstream meneer, zoals reeds gezegd ) , maar toch al goed op dreef ... Boeiend en publiek veroverend zonder enige moeite ...
Een goede rijke tenor-sax sound waarbij dikwijls ook op het randje van het overblazen wordt gephraseerd ( zal de latere Pharoa Sanders straks ook achter het hoekje komen piepen ? )alhoewel er nog geen manifest spoortje van een spannende esthetiek van de hoge kreetjes aanwezig is .. Wordt zonder twijfel vervolgd
Guitarist( beetje Wess Montgommery ? beetje Georges Benson ? ) en de bassist ga ik later in het seizoen nog eens intenser beluisteren . Vandaag zat ik wel gefocust op de tenor , maar ze hebben geloof ik, ook dit jaar een vaste wekelijkse stek en ze kiezen resoluut voor het tonale , dacht ik toch ...We beluisteren dat nog allemaal wel in de nabije toekomst in de wat lossere sfeer van een of andere informele club ....
En toen werd ik hoognodig thuis verwacht ... ....ik miste dus het optreden van Het Richard Rousselet Quintet Volgens enkele kenners -en trompettist Patrick de Groote die ik zondag ontmoete ; een meer dan twee uur durend eerste toppunt van dit festival-weekend : Een technisch perfect afgewerkt feestcadeau met Miles Davis in gedachten ...
Zondag :
Het was dus koukleumen en erg waterachtig op de derde dag van Jazz in 't Park. Tijdens het concert van Back Back goot het water. Het mengpaneel moest zelfs worden verschoven om te voorkomen dat er water in zou sijpelen. Maar de muzikanten lieten het niet aan hun hart komen. Ze gaven zich en speelden mooie concerten. Er was minder volk, maar ondanks het rotweer zat het onder de zeilen goed vol.
Percussionist Chris Joris bracht zangeres Kimberly Dhondt mee. 'Na een nummer verdween ze weer. 'Ik hou ze achter de hand voor straks, zodat jullie zeker blijven zitten' zei hij grappend
Flamenco en jazz / José Torral Trio
Maestro José Torral Serge Dacosse electrische bass en vooral ook grote meneer: Fluitist Stefan Bracaval
Doordat ik vroeger op het festivalterrein belande dan mijn gepland tijdsgebruik op die dag me had toebedeeld ,kreeg ik de gelegenheid om een (groot) gedeelte van het prachtige concert van deze fusie tussen jazz improvisatie en flamenco mee te maken
Een komplete verrassing voor mij ...want wanneer ik verplicht ben om te kiezen vallen dergelijke uitgesproken fusie-initiatieven bij mij tamelijk vlug uit de boot ...daar veel "fusie " altijd het risico inhoud op het presenteren van een verzameling van de gemakkelijkste herkenbare cliche's uit de spectievelijk gemengde genres Niets van dit alles in dit trio : Voortaan prijkt die groep dan ook op mijn lijstje niet te missen concerten in de toekomst ...
Ronduit intrigerend (1)waren de unisono partijen van de thematieken tussen technisch professionele fluitist en de guitaren ( meestal ook de basguitaar )dat creerde een heel apart en ronduit schitterend en aansprekend "flamenco "timbre ... De fluitist verving erg effektief de traditionele zang-laag van de flamenco met de afgesproken thema's en motieven die hij vermengde met impro procede's uit de modale jazz die door Miles Davis werd opgestart en door jazzphraseringen , De typische essentieele ritmische flamenco benaderingren bleven behouden ; gelukkig ...dit was een feest Maar niet alleen het technische meesterschap was van de partij ...ook de creatieve zeggingskracht vierde haar talenten bot ...
"Flamenco is het Spaanse equivalent van de blues , ze zijn beiden onstaan uit een vermenging van Culturen " zei Miles Davis ooit Zoals dat is belichaamd in dit intense trio is het veel meer nog ...het is het knappe resultaat van een geslaagd project geworden dat vrije creatieve inbreng en respekt voor verschillende tradities knap integreert en zich niets aantrekt van muzikale dogma's en muziek-racisten en bovenal het cliché en de voorgeschreven indeëenn van anderen over wat die traditie wel moet zijn om " echt " te zijn , als ballast kan en mag dumpen en dat vanwege hun schitterende demonstratie van de eigen concepten ...
Backback maakt jazz met een stevige rock-inslag : Stevig geënt in de jazz-traditie: de loeiharde improvisaties, het intelligente begeleidingswerk van Giovanni Barcella en de herkenbare thema's hebben relatief weinig van doen met de rock-muziek van vroeger of nu. Back back is juist een lofzang aan het adres van de improvisatie en de onuitputtelijke inspiratie die de muzikanten elkaar geven. Saxofonist Marc de Maeseneer bouwt een concertlange solo op, heel secuur en vol ingehouden kracht.en erg (ook fysisch) moeilijk op het logge instrument dat de baryton is
De sax van Marc de Maeseneer vertolkt af en toe een soort pijn, maar het blijft hoe hoe dan ook dan op heupenwiegen en dansvoeten inwerken ... Even later wordt het een zenuwslopende solo die de blazer met volle intensiteit uit zichzelf sleurt;
Muziek met dikwijls een wild karakter maar afgewisseld met experimenteler insteken , maar dankzij de stevige rock-ritmes van Giovanni Barcella en het transparant gehouden geluids geheel nog steeds erg bevattelijk. De emoties worden rauw en eerlijk op tafel gegooid , geen poepas ... Het resultaat is vaak snedig maar helaas ook dikwijls met een opkomende verveling die nogal vlug leidt tot het abrupt afbreken van de gevolgde piste wanneer ze zich dat realiseren . Backback maakt een soort punk -jazz dat in het Belgische jazz-landschap al te vaak afwezig blijft.
De enige die ik ken die in dat genre ooit bekend was , is de betreurde engelse meester altist Xero Slingsby
Zonder enige pretentie stellen Wauters, de Maeseneer en Barcella een meeslepend, spannend verhaal samen dat bruist en borrelt . Wie zich op sleeptouw laat nemen en kopje onder gaat in de stevige jazz van Backback, komt er gegarandeerd met een fris hoofd terug uit. Gespierde, verstaanbare muziek, ook voor rock-fanatici!
Maar er valt nog veel meer over te zeggen dan datgene wat ik ervover heb gelezen ...
Het life gebeuren dat wordt aangeboden lijkt meer op een happening performance dan uitgedokterd festival-concert ... uitgebracht op een zeer gedegen manier .. Niets mis mee natuurlijk , maar die aanpak leid vlug tot de altijd op de loer liggende verveling bij het publiek . Dat is aartsmoeilijk om vermijden in dat genre ...zeker als je speelt voor een luisterpubliek ;
Pluspunt , het over het algemeen zich kwetsbaar opstellen door resoluut te kiezen voor het onzekere van het avontuurlijke en momentane en de interactie met de andere protagonisten als de hoofdmoot van het inspiratie- materiaal
Het geheel deed me meermaals terug denken aan de vroegere happening concerten van ene John Surman die ook een dergelijk projekt met succes , tijdens de europese free van de 80-jaren , wist op de been te houden Vooral 'smans toenmalige taktieken om de verveling valkuil te vermijden schieten me te binnen ...
Misschien was toch deze formule baryton/ guitaar /drums wat te lang uitgesponnen ...het conceptueel materiaal dat werd uitgemolken , leek me ook iets te krap ...te ééntonig
Ik vond het vooral te betreuren dat de saxofonist bleef zweren bij de moeilijke en logge baritonsax als het meest in het oog spingende front en leading soloinstument (2)... een paar viriele tenor en of snelle sopraanswitchen en kronkellijnen ( dus geen eenvoudig "dubben " ) zouden het palet wel degelijk hebben opgeluisterd ...Ik zat er op te wachten , het kwam dus niet ..
John Surman deed dat vroeger ook al(baryton inruilen voor sopraan en vice versa ) ; het verhinderd namelijk tijdens een happening concert het wegzakken in de verveling van " ja ,we hebben die baryton nu al gehoord "
Voor alle duidelijkheid : collectieve Improvisatie -Muziek en goed samenspel denken vertrekkend vanuit het instrument ( anders dan haar geijkte rol) is aartsmoeilijk ... (De boutade die Ike Quebec ooit gaf " ik speel tenor , geen muziek "is illustratief )
Ik heb groot respect voor musici die bij dit concept als belangrijkste uitgangspunt blijven zweren ...ze zijn op zoek naar een uitbreiding van de mogelijkheden van het instrument , het samenspel en zitten steeds dicht de grenzen van het fysisch en technische mogelijke ...
Uiteraard heeft een drummer-percussionist als G. Barcella daar geen last van ...daarvoor is de man té intensief, té gepassioneerd en té creatief ; dit is geen eenvoudig "begeleider " maar een boeiende stem .. Een "leader " die net zoals zovele van zijn collega's tot in hun vingertoppen hun instrument vergevorderd exploreerden ( en nog steeds exploreren ) en die uiteindelijk de richting aangegeven zoals dat gebruikelijk is in minstens alle stijlen die afstammen van of verwantschap vertonen met de "great black music " en waar de ritmiek en de percusiie het primair ordenende principe leveren
En het begon bakken water te gieten , tijdens dat concert ... het einde van de"jazzkes" dacht ik maar stevige punk-jazz bllijft ook daaronder overeind
(1) Ik ben een groot liefhebber van fluiten en ( goedgebrachte )fluitmuziek( wat niet gemakkelijk is ) ... in tegenstelling tot veel mensen die dat erg vervelende ,storende en kinderachtige speelgoed- instrumentjes en muziekjes vinden ... dikwijls ook weinig"viriele "mietjes-flut (2) De enige grote meneer die zulk een afwisselende en voordurend de spanning erin houdende set kon spelen met dat logge instrument en die ik ooit kreeg te zien als jonge snaak ( in het hazewindstraatje van 40 jaar geleden ) in een meer conventionele ( vooral ook met een bluesachtige soul insteek( zoals ook het back back ensemble als verzamelpunt en baken gebruikt )combo en bij hem natuurlijk gekruid met erg veel bebop insteek ) was afkomstig uit de bigband van Dizzy Gillespie ; Cecil Payne . ( Het zal wel onnodig zijn te zeggen , dat die man op mij als beginnend jazz liefhebber en pril aspirant muzikant een diepe indruk maakte ... ) Overigens was dat ook een fysieke reus en wel eentje zonder vooringenomenheid tegenover o.a. free en toenmalige avant garde musici ( hij verscheen veel later zelfs op een Byg plaat in het gezelschap van de toen furore makende Archie Shepp ) Ja natuurlijk was de setting helemaal anders dan die van back back ; de man speelde daar immer met een in die tijd onontwijkbaar triootje dat je tegenwoordig slechts een beter cocktailtrio zou noemen en waarvan minstens de bassist heel wat meer toonbeeld van een sectair muzikaal purist was dan de solist ____de drummer was toen wijlen Al Jones ooit ook al een Dizzy Gillespie side man ...
Een Belgisch en uitzonderlijk hoogtepunt te vergelijken met de Tristano-Lee konitz richting van improviseren en musiceren ... Uitgerijpte ECLECTICI langdurig op elkaar ingespeelde en met elkaar muzikaal vergroeide topchefs aan het werk in de keuken
Epistrophy , off minor , Ballad voor johny , Monk , Johny hodges het staat er allemaal ,schijnbaar moeiteloos : maar het zijn geen citerende tributes of imiterende reconstructies ... of routineuze klussen .....Het is eigen edel-gesmede Lyriek en romantiek zonder ooit te verzieken in kleverige confituur ...
Johny hodges sound zoals hij zou kunnen zijn gespeeld door een Benny Carter temperament ...maar hier dus met de zekerheid en de briljante aanpak van het uniek talent van een topsaxofonist ...
Het genie van "Monk " ? jazeker , net zoals ook steve lacy voordeed hoe een blazer daar zijn voordeel en onze verukking kan mee doen
Soms ook een lichte aarzeling ,vanwege het ongewone en erg op het scherpnvan de snede balancerende , in het obligate voorgeschreven materiaal ... vandaar een paar (vrijwel onmerkbare en vermeende )opduikende moeilijkheden om (bijvoorbeeld) samen terug tijdig op " thema"te komen ; interesssant om te horen hoe die " fout "werd opgelost en omgesmeed tot een voordeel ...inspelen op het onverwachte( maar toch onvermijdelijke ) en er je voordeel mee doen; je moet het maar eens doen ... (H)eerlijke muzikanten zijn het en blijven ze /die vooral hoge eisen stellen aan zichzelf en daarom om mogen aan anderen hoge eisen stellen ...
Eric Vermeulen /Ben Sluys, alles wat ze spelen is uitstekend en van henzelf ( uiteraard de vele eigen stukken )....maar ook de stukken van anderen krijgen dat onmiskenbare cachet opgestempeld ...
Het kan niet op Ze hebben dat alweer prachtig en onomstotelijk voor altijd bewezen ...
En ze kunnen dat overal doen ; aan de noordpool in de drijfnatte hitte of tijdens een zondvloed ...dat heeft daar allemaal geen vat op Ze hebben niet langer een speciale niche en een verwittigd publiek nodig om aan te slaan
LANDWIJNTJE en toen kwam de gevierde percussie-guru
The Chris Joris Experience edition number 3
Net als dat het geval is met succesrijke films ...editions 3 alweer : oftewel een vervolgproductie dat het succes verder tracht uit te melken ? (Tsja je moet je dure projecten wel én betaalbaar én verkoopbaar houden , anders heb je dus geen tijd en geld meer om daaraan verder te blijven bouwen )
Goed dat gezegd zijnde ; het is de eerste maal dat ik deze mensen life bezig hoor en zie Ik kèn hun reputatie en de superlatieven waarmee ze worden gepromoot , maar hun werken zijn me (persoonlijk) grotendeels onbekend gebleven ... De bovenstaande opmerkingen , speelden ook wel mee in mijn achterhoofd om toch maar te blijven zitten in die koude kille laatavond ... Razend benieuwd dus , wat het zou worden ; ik zat bovendien in het goede gezelschap van een kenner/insider ter zake ,voor wie zeker de blazers geen" ver van het bed show" , waren ....
Een babbeltje vooraf van de leader dat ons op het einde van het concert een zangeresje( Britney Dhondt ) beloofd en de interpretatie van een argentijns smarten-lied ... eerst moeten we de volledige set uit zitten vertelde hij er fijntjes bij ...
En met reden want na het tweede nummer wist ik al hoe laat het was ... (Of misschien was ik wel acuut luistermoe geworden na een volle dag ononderbroken chronische festivalitis _____ zou ook kunnen ...)
Vakkundige en erg professionele muzikanten , dat allemaal wel ... Maar het helpt niet om allerlei exotismen te mengen of te adopteren/ aan e passen als je front line niets anders te vertellen heeft ( of mag vertellen ?) in de improvisaties daarop , dan het aaneenrijgen van geijkte bigband acrobatiek , pyrotechniekjes en arrangement likjes waarover je ook in het eerste het beste show- orkest valt ... allemaal erg efficient welsiwaar maar zo dood als een pier , vind ik ...als oubollig muzikaal entertainment voor chique recepties is het beslist nog lang inzetbaar( en dat zal deze groep ook wel wéten )
Geen enkel eenvoudig japans toonladdertje ( hoe mooi en interessant ook )vermag daar iets aan te veranderen ...Ook niet als je dat laat brengen door kunstfluiters ;zelfs het raku -verhaaltje dat achter de titel steekt die voor dit "stuk" is gebruikt,maakt het niet beter ... ( ik herinner me trouwens het gemakkelijk exotisme van een enkel pop-nummertje /liefdesliedje dat ik ooit hoorde op de radio = "Japanese boy" gedrenkt in de " couleur locale" foefjes ) Zie trouwens hieronder de appendix voor japanse "toonladdertjes" ...
Jammer voor het aanwezige potentieel enzo , enzoverder ... Maar het komt er dus niet echt uit ...he ... er is duidelijk te weinig ingespeeld op de geest van het repertoire zelf ... enfin het is maar mijn mening .... (1)
Toch nog veel heel erg mooie momenten in dollar brand achtige stukken ... de alt klinkt bij momenten als een Carlos Ward maar speelt op veilig ( in tegenstelling tot wat Carlos altijd deed ) en op Phil Woods achtige virtuositeit( ook een mooie keus en een dijk van een compliment ) ;mooi beschaafd , knap, goeie keus maar niettemin toch door(mijn) langdurig bekendheid ermee( en het nog steeds beluisterbare origineel ,) verworden tot zageventerij en notendebiet alsof er een taximeter aan de sax meetikt die telt hoeveel gepselde noten er al moeten worden uitbetaald ...Vandaag dus gebracht door een ster-sax die een "archeologisch verantwoorde" en heel goede reconstructie weggeeft van een nog net niet tot artefact verworden amerikaanse ster-solist en aanbeden rolmodel voor een high-shool showband en dito arrangement schriftuur ... Het blijft echter wel een uitstekend muzikant ... De trompettist is heelwat boeiender maar af en toe is het ook wel eens van dat dik bigband- hout zaagt men planken, gelukkig erg spaarzaam ...
Toffe Trompet en toffe Peer chris joris
Een uitstekende pianist en bassist en ook de leader zelf met al zijn kwaliteiten en zijn zeer efficient percussiewerk Dus ben ik toch gebleven .... ook al voor het mooie en moedige zangeresje, maar dat heb ik heilaas niet meer kunnen of willen uitzitten ...ook vanwege de te koud geworden invallende nacht Bovendien is een scheut kleinkunst niet datgene wat ik op een jazzfestival verwacht ... Mijn compagnon de route , had al vroeger zijn hielen gelicht ...misschien werd hij afgeschikt door mijn eigenste ouwe mannen gezaag , kan ook zijn ...
= Het kan wel zijn dat Chris Joris een goede soort muziek-ethnoloog is geworden maar of dat verder reikt dan het meesleuren van een omgebouwde (?) handdrum (een bass-djembe ?) als een soort "legitimatie"of als trofee , durf ik op grond van de korte ( en professioneel gave ) interventie op dat prachtig ogende instrument toch niet te zeggen ...Begrijp me goed ; ik wil dus niet beweren dat hij geen goede eigen dingen deed op dat instrument .. maar het lijkt me eerder dat hij een "afrikaanse "(?)percusie muziek speelt van eigen vinding ...niet dat zoiets verkeerd zou zijn ___ dan doen afrikaanse master drummers immers ook ... maar dan wel in de context van percussie-ensembles van minimaal 3 uitvoerders en met inbegrip van alle ( traditionele en persoonlijke varianten op ) support en lead afspraken als bindende elementen en steunpunten = de zeldzame momenten waar leader , bass en piano juist dàt patroon het dichts benaderden , riep onwillekeurig het concert van het Randy Weston trio op ,vorig jaar op Gent jazz
Duidelijk ook dat melodische stemmen( wanneer het dan toch gaat over de "geest" van afrikaanse muziekjes en de daarbij horende verrukking die dat bij mij steeds opwekt ) dan maar beter ostinati patrone(het afrikaanse equivalent van rifjes en bepaalde melorythmische patterns ) en/of vooral aan modale improvisaties ( vooral de lijnmatige recht toe rechtaan - aanpak van een Sonny Rollins bijvoorbeeld ) doen of ook wel eens hun discours baseren op de verschillende mogelijke voicing van een paar gebroken akkoorden, al dan niet geaccentueerd en of gelardeerd met power chords en/ of grote far out interval sprongen
:Ik had dus duidelijk iets anders verwacht : maar ik ben dan ook erg verwend geweest wat het life beluisteren van afrikaanse rithmiek betreft ... Ik bedoel ook dat bijvoorbeeld : Het spaans dat Jommeke spreekt is ook geen 'echt' spaans , het lijkt er alleen maar een beetje op ....
Ja ,ik weet nu ook wel dat "wereldmuziek "een vlag is die erg veel muziekjes dekt waaronder ook erg veel pop bullshit maar ik bedank wel altijd voor de "wereldmuziek sterren " genre plaatselijke " zangeres zonder naam" of locale "Eddy wally's"
Het gevaar van het eclectisisme en mengvormen
Jazz, die ik beschouw als de eerste wijd bekende vorm van wereldmuziek, is in staat de betere roots en wereldmuziek te assimileren maar dat wil nog niet zeggen dat je ook meteen alle platte clichés van een zwarte of chinese bobejaan Shoepen moet gaan overgieten met een jazzy sausje ...of dat je net eventjes Will Tura gaat spelen op zijn "mozarts " of bach laat ver-swinglenen door een françois Glorieux ...
"Jazz kan wel alles gebruiken als kapstok voor een improvisatie ", zelfs reklamejingles en straatdreunen ala albert Ayler, is een veelgehoorde en juiste opmerking ...Niet het uitgangsmateriaal is belangrijk of zelfs het themaatje ; maar wél de impro die het hoofdingredient moet zijn ..... Alleen moet je improvisatie zelf niet alweer uitsluitend aaneenhangen van de makkelijkste geleende truuks en stijlfiguurtjes uit een of ander "jazzke", hoe goed die ook mogen (verondersteld)aanwezig (te) zijn in het collectieve muziekgeheugen van je publiek ...
Ach wat ... de volgende keer dat die mensen langkomen ga ik toch maar weer luisteren ... je weet maar nooit Ik ben ook niet alle dagen even fit of "geinspireerd " of goebezig ...of zelfs niet met muziek bezig Zeker niet in een koude nacht valt het niet mee om daar te moeten staan toeteren ( terwijl je eigenlijk liever Tv had gekeken ? ) en opboksen tegen de bakken regen en windstoten , het zuidpark waardig , die de aandacht ook dwingend opeisen Ook de meest fijne en goed geconstrueerde afrikaanse rythmen en de eigen virtuoze varianten daarop , moeten daarin verzuipen ....
P.S. Thuis had mijn echtgenote nog maar eens een replay opstaan van de eurovisiesongfestival ; hé , net hetzelfde ... Strictly voor liefhebbers van het genre dus ... Duizend in een dozijn Waar heb ik dergelijke muziekjes nog gezien ? Juist ja ... jaren geleden op de verpauperde kuiperskaai ; Olv een uit conventionele prietpraat muziekjes opgetrokken Dave Pike die als grote merite heeft gehad ,tijdens zijn korte verblijf in onze stad ,dat hij enkele jonge lokale talenten ( en niet van de minstens )een speelmogelijkheid en een gel:egenheid tot het opdoen van enige routine gaf Maar of dat allemaal belangeloos was en hij uiteindelijk het hazepad koos toen de schatkist en spaarpot van een aankomend jazz zangeresje dat een TV- zangwedstrijd had gewonnen , leeg was , weet ik nog steeds niet .... Man je kan wel wat beleven en leren , hoor ,met en van jazzcats , ook buiten de scene ... het zijn ook soms waanzinnigen net als die plastische japanse kunstenaars die chris Joris moest vermelden ...."raku "of zoiets geloof ik
APPENDIX
Courant gebruikte Pentatonisch gebaseerde Japanse toonladders ( ook in de westerse muziek )
Disclaimer : Most used (modern)scale equivalent in western piano tuning concert pitches can differ and according to followed ethnic tunings and/or based on natural harmonics ,if there is no obligate piano
Nota : de Yo en Minyo toonladders ( = de m7 sus4 , wat Hal Singer de " modal pentatonic scales " noemde in alle mogelijke voicing posities ) worden zeer veel gebruikt in (minstens ) de west-afrikaanse muziek ... Prachtige voorbeelden daarvan zijn zeer goed te volgen in de concerten van bijvoorbeeld Oumo SANGARE Trouwens ook altijd voorzien van erg veel goede (Malinese ) en populaire djembe- en (Bikutsi)percussiepartijen
Anecdote : -Het zijn trouwens dezelfde toonladders die Dizzy Gillespie gebruikte als vertrekpunt en die hem als werknemer in big bands gegarandeerd het verwijt opleverden "chinese music " te spelen .. dat leide zelfs tot gewelddadige reacties
-reine kwart en /of reine kwint opeenvolgingen ( op de kwintencirkel)van diezelfde vijf tonen zijn trouwens ook de beroemde Miles Davis approach
Juli na de Gentse feesten en de eerste week van augustus is gewoonlijk een dieptepunt wat betreft het aanbod aan creatieve muziek in onze stad ....
Gelukkig is er nu (al het tweede jaar op een rij)een meer dan welkome invulling ; De wonderlijke kelder van de "Reserva " , waar het gratis verorberen van stijlvolle muziek , inclusief experimentele avant gardistische vrije improvisatie , goede minimalistische insteken (die hoorbaar NIET dienen als schaamlap voor onkunde en ideeenarmoede ) en zachtaardige ( maar wel potente en beslist geen gemompel van ) meditatieve "free"die NIET obstinaat blijft uitgaan van het adagio " let mij fingers go " allerlei enerverende luide hoest en struikel soli in overdrive ,het totale toeval en de anarchie ... Wel altijd "sfeertjes " blijven maken
Er is natuurlijk gypsy-jazz ; de muzikale geest van de familie De Cauter is hier immers thuis Ook wat betreft de instrumenten die kunnen komen spelen , kent het huis ,naar mijn weten ,geen veto's ... Alhoewel , mandoline , doedelzak , hawaaiaanse guitaar en allerlei percussionisten-instrumentaria uit de wijde wereld ,zijn nog niet meteen hier aan bod gekomen .( althans voor zover ik weet )..maar dat zal wél gedeeltelijk liggen aan het ontbreken van geschikte muzikanten in die genre's ....Oh ja er zullen er wel veel goede instrumentisten -muzikanten tussen zitten , maar de meesten van die specialisten willen meteen rijk worden
Maar ook de betere (plaatselijke )mainstream jazz komt aan bod ... en die brengen ook goed en stijlvol de juiste schakeringen aan ( wat niet hetzelfde is als folkloristische en oudbollige "ambiance" maken ) ... Getuige (" in the Mood " van "The" Duke)= het eerste concert dat ik bijwoonde .. De mainstream "alive and well "blijft nog steeds erg genieten , zeker wanneer het door mensen word gespeeld als
Jan De Coninck(trp) , Marc Van Garsse(Bass) en guitaarwonder Dick Vander Harst
Eerst en vooral een persoonlijke anecdote : Ik meen dat deze Jan De Coninck __ ooit zo'n 40 jaar geleden , samen met Rudy Ballieu , gelegenheids lesgever was tijdens een workshop in Genval , georganiseerd door wijlen Juul Anthonissen .... Daar mocht ik de allereerste keer kennis maken met het leren spelen van enige jazzmuziek en wel als komplete beginneling... ___Ook radioman Marc Van Hoof( die toen bij Willie Roggeman tenor en sopraan speelde )en drummer Jean Pierre Van Lommel ( Later met o.a Gentse legende Filip Venneman )waren op die cursus aanwezig ___ Op datzelfde vakantie-schooltje kwam ook een antwerps Freejazz trio( een altist) een demonstratie geven... wat toch wel veel laatdunkende opmerkingen uitlokte ...maar die gasten maakten wel heel veel indruk ....Vooral Jan De Coninck was toen al erg open en minder "purist"in het beoordelen van andere stijlen/scholen /richtingen en vooral "anders " improviserende muzikanten . Vandaar dus dat ik perse dit concert wilde bijwonen
Jan is en blijft een uitstekende trompet die me deed denken aan Bill Coleman
Vandaag was dat veel Slim Gaillard- achtig discour, maar daar is niets mis mee ... het wordt immers allemaal technisch en artistiek ongelofelijk knap , neergezet
Een trio zonder drums( en dat is zeker voor mainstream een zeer belangrijk referentiepunt Maar de verschillende phraserende rythmische benaderingen van de drie kompanen leverden als totaalresultaat minstens een helder polyritmisch geheel op dat onstaat door het door elkaar weven van drie afzonderlijke stemmen ...
Wat de repertoire keuze betreft : geen verrassingen , maar dat hoeft ook niet ...
Jazz is immers vooral dat wat er wordt gedaan met het materiaal, niet het materiaal zelf en dat is niet alleen maar interpreteren .... Natuurlijk heb je beter "goed "materiaal in handen : dergelijke soliede start of stucturerende basis , is net als een interessant gesprekstof-onderwerp ___dat kan evengoed een pakkende en /of gevatte zin /flyer of een jingle zijn( een meme bijvoorbeeld ) ____Maar er bestaan ook vele triviale onderwerpen waar je moeilijk lang en zinnig over kunt doorzeuren ( bijvoorbeeld over de "natheid" van water ) of erger nog, slechte startpunten en thematiek (zoals "aangebrand" eten of bedorven oesters ) behoort tot de niet bruikbare niet recycleerbare afval : Slechte startpunten leveren veel moeilijker goede resultaten ...
Datzelfde procédé ( maar dan op basis van vrije impro en de zelf geconstrueerde ontwikkelde en ingestudeerde cliche's van eigen vinding ,en avantgardistische know how en concept keuze )zorgde voor een boeiend concert van de rawfish boys +gast
RAWFISH BOYS + Peter Evans / http://en.wikipedia.org/wiki/Peter_Evans_(musician)
Evans speelt op Middelheim , met een workshop ....vertelde hij mij achteraf aan de bar van de club
De eerste groep op deze derde dag van Middelheim, Le Pragmatisme du Barman, is een project van het Antwerpse conservatorium. Enkele (oud-)studenten, aangevuld met docent (en drummert)Teun Verbruggen, werden een week lang gecoacht door de Amerikaans trompettist Peter Evans in aanloop naar dit concert.
Evans is een virtuoze trompettist en een belangrijke speler in de New Yorkse improvisatiescène. Met zijn fantastische techniek en exploratiedrang werpt hij zich op als een van de belangrijke vernieuwers in de hedendaagse jazz.
Het concert van Le Pragmatisme du Barman draaide vooral om interactie en verkenning. Het spelen met klankkleuren wisselde af met hoekige grooves, waarbij de groepsklank steeds centraal stond en er gezamenlijk een geweldige spanning werd opgebouwd. De nummers, composities van verschillende groepsleden, werden aan elkaar geweven door middel van vrije improvisatiemomenten, en zodanig werd de energie het hele concert lang opgebouwd tot een bijzonder intense finale.
Peter Evans wierp zich allerminst op als leider op het podium, maar droeg bij tot de sfeer met de bijzondere klanken die hij uit zijn instrument toverde en met enkele opzwepende solos. Alle groepsleden voelden zich prima thuis in het spelen met klanken en de collectieve improvisatie, waarbij zelden iemand echt het voortouw nam maar de bal voortdurend werd doorgespeeld, maar ook in de meer gecomponeerde passages met soms uitdagende maatwisselingen. Ook elektronica werd niet geschuwd als aanvulling op de groepsklank. Hoewel de groep in het begin misschien wat trefzekerheid miste en er duidelijk gezocht werd naar een gezamenlijke richting, kwam het op het einde toch tot een zeer meeslepende, knallende finale. Een veelbelovend begin voor een jonge groep.
Belgische jonge honden & een Amerikaanse ster in wording
Le Pragmatisme du Barman: Ruben Machtelinckx gitaar, Dries Laheye bas, Teun Verbruggen drums, Adriaan Vande Velde piano, Andrew Claes tenorsax en effecten, Peter Evans - trompet
Het kwintet kreeg van Jazz Middelheim de kans om enkele dagen samen te werken met de Amerikaanse trompettist Peter Evans, het soort muzikant waarvoor het woord fenomeen uitgevonden werd.
Van de set was op voorhand alleen het eerste en het laatste nummer bepaald. Wat er daartussen gebeurde, werd op suggestie van Evans overgelaten aan ingevingen van het moment. Dit kon resulteren in vrije passages, maar net zo goed in het plots inzetten van een compositie. Het was dan ook niet verwonderlijk dat het concert over en weer waaide tussen mistige themas, duidelijk gearrangeerde stukken, vrije improvisatie en psychedelische klanklandschappen.
Peter Evans (foto: Jos L. Knaepen)
Veel variatie dus, vaak zelfs te veel, want het zoeken van de groep resulteerde niet altijd in vinden. Ondanks de aarzelende opstelling van de jongste bandleden (bassist Dries Laheye, gitarist Ruben Machtelinckx en pianist Adriaan Van de Velde) was er geregeld te veel gaande, waardoor de muzikanten elkaar voor de voeten liepen en niemand een idee scheen te hebben waar het naar toe moest. De elektronicasaus die nu en dan over het geheel werd uitgekapt, was zelden een echte verrijking. Digitaal gefriemel en gefrutsel zijn anno 2010 immers zelden opzienbarend.
Halverwege de set dreigde het geluid even over te hellen naar dat van een jazzy kerstsingle, maar gelukkig was er een drone van Andrew Claes die het geheel van een welgekomen stoorzender voorzag. Dit niet willen settelen voor het voor de hand liggende, sierde het hele optreden: op geen enkel moment zakte de groep onderuit in gemakkelijke clichés en het mag gezegd worden dat het onvoorspelbare bij momenten prikkelend werkte.
Dat de meeste nationale podiumervaring en zelfvertrouwen in handen lag van Verbruggen en Claes werd meermaals duidelijk. Dat Peter Evans aan de basis lag van de beste momenten evenzeer. Zijn toon, articulatie, accurate uitvoering en muzikale ideeën straalden zoveel meester- en leiderschap uit dat hij ook het beste in zijn collegas naar boven kon halen.
Het abstracte duo met pianist Van de Velde en het stomende rockavontuur naar het einde van het optreden (beiden ontstaan uit een solopassage van Evans), vormden de muzikale hoogtepunten van een concert dat doorgaans te veel van links naar rechts zwalpte.
Wie zich trouwens meteen na het concert nog afvroeg wie de sterkste figuur op het podium was, kreeg daar enige seconden later een sluitende antwoord op, want zelfs het groeten gebeurde op aangeven van Evans.
Er was bij dit concert duidelijk een opkikker aanwezig ; de gast-trompettist Peter Evans brengt onstuitbaar en onomkeerbaar de boel aan het swingen ... Iets wat soms ontbreekt bij het duo zelf omdat er doorgaans veel te statisch en meditatief /( en vooral in zichzelf gekeerd , ) wordt gespeeld (Het is dan net alsof je de hele tijd een Indische "alap" zit te beluisteren en de bas nogal veel tergend langerekte bourdon speelt ) Dat is soms vervelend want te weinig afwisselend en te mager (zelfs wanneer het muziek voor muzikanten betreft ) Wel technisch puntgaaf , dat wél ... en ja het is natuurlijk mijn persoonlijke mening en smaak ...
Meer body dus : Trompetter Peter Evans speelt een erg "rythmische" stem , de klarinettist speelt veel versieringen en zijn gebruikelijke soepele en lyrische lijnen met een katachtige bewegelijkheid , maar ze blijven korter dan gewoonlijk ,ze worden afgewisseld met rythmische klakken en slaps , gegrom en veel lucht... de trompet speelt, gedempte kreetje, uitgebreide en onverwachte effekten ( ventielen worden gedeeltelijk ingedrukt ? en mondzettingen , met of zonder allerlei dempers ) riedels , luide lange rijke klanken en vette sound in het lage register met haarscherpe uithalen in het hoge register die eerder(onverwacht ) stil zijn en in filigraan lijken gemaakt Duidelijk een leader en erg knap improvisator die Evans ....
En dat schijnt ook de bassist te inspireren ... Vandaag geen "uitsluitend " introverte bourdon ( als nogal anonieme begeleiding van de gewoonlijk lang uitgesponnen soli carrousel van Badenhorst )maar erg veel afwisslend ; pizzicato , bourdon , ryhtmische knappe kommentaren en wezenlijke bijdragen aan de bewegelijke en voortdurend verschuivende polyritmiek ... Uitstekend en knap ... Zonder meer
Rawfishboys / Duo .......verenigt de Franse contrabassist Brice Soniano en de Belgische klarinettist Joachim Badenhorst. Die laatste is sinds enkele jaren erg actief bezig op de internationale muziekscène. Met contrabassist Brice Soniano brengt hij heel kwetsbare muziek
Kwetsbaar omdat het ook muziek is die als onderwerp de muziek zelf heeft ...en eigenlijk het best kan worden gesmaakt wanneer men zelf niet gespeend is gebleven van een zeker creatief-muzikaal inzicht Muziek voor muzikanten en kunstenaars ... maar wel met een toegevoegde gevoeligheid die ook de niet geschoolde luisteraar kan bekoren ...
En eerlijk vooral ...er zijn allerlei muzikale concepten die fungeren als zovele wisselende insteken en handgrepên ipv een uitgedokterd scenario Het is geen "pose " en het is geen organische afspeelapparatuur voor partituren van iemand anders Neen het zijn geen afgewerkte "stukken " ... je krijgt de gelegenheid om als luisteraar , het creatieproces zelf mee te maken net alsof je aan een bar zit te kijken naar de boeiende activiteiten in een open keuken , ipv een kookboek te lezen "Don't go into the kitchen if you can't (under)stand the heat "
Ware muziek is per definitie uitgevoerd en bijgevolg vluchtig ... Het concert is afgelopen , de muziek is weg Nog even zie je muzikanten staan met hun instrumenten in hun laatste greep nog , soms een paar rondslingerende partituren ....de rest is applaus en stilte of de terugkeer van het straat lawaai , andere heisa en muzakkerij Maar het concert zit wel gegrift in het geheugen van de luisteraar die is gebleven tot de laatste noot ... Daar kan geen CD-tje tegenop ; dat is slechts een souveniertje
Nog een toemaatje uit het internetarchief : J. Badenhorst op sax in een moderne mainstream setting ; Jazz in't Park 2007
Bart Marris en Stijn Bettens
En dan was er ook nog een paar dagen ervoor , Bart Maris samen met een accordeonist (het aangekondigde duo met Lode Vercamp heb ik dus gemist,maar niet getreurd ) ... een duo , zonder drums Maar wèl knap , avontuurlijk en vooral boeiend Het verwaterd nooit tot langgerekt gemijmer en tenslotte vervelend gezaag .... Het swingt als de beesten ...
Heb ik als afsluiter van dit blogartikel bewaard The last but not the least : integendeel ....Oh ja ik ben partijdig Maar dat mag toch bij zulk puik concert?
Ik hou tenslotte nog het meest van alles van "hot" gebrachte muziek ... Net als zwarte koffie ... sterk en heet en afrikaans gekruid/geinspireerd waar mogelijk Kunstige Bleekscheten die spelen als handige Zwarten , beter kan niet .... Verstandig , alert flitsend scherp en ad rem , ja .... maar zonder de "guts" en de intuitie te vergeten ....
Een accordeon als eenmans orkest ___soms een soort met de mond aangeblazen "accordeon " =echte "blowing " ipv van wat getrekzak ___waarop een meester-solist trompettist in goede doen allerlei buitelingen maakt en zijn instrument kompleet exploreert terwijl het materiaal (grotendeels impro , Instant composing met enkel uitgeschreven ankerpunten als navigatiekompas )wordt ontleed tot op het bot en vervolgens terug aan elkaar gepast /of kompleet omgegooit tot nog iets beter ..
Opvallend ook een polyrithmisch resultaat dat het resultaat is van een complexe hockett en micro-accentuering van de eigen vormen van phraseringen door beide kompanen én het vermengen van verschillende rythmische maatsoorten ( inclusief de onregelmatige accenten van samengestelde maatsoorten )en verschillende tempi ( bijvoorbeeld dubbel en triple tempo ) Uitwisseling van motiefjes (bijna)unisono of met paraphraseringen in herhalingen en met resulterende canonachtige effecten , overlap ook .. Nogal grote register kontrasten (waarbij verrijkte(kleur) akkoorden onstaan( in stapelingen boven het oktaaf van de grondtoon )
Een goed en boeiend gesprek om te beluisteren en om als een kaleidoscoop / universum te krijgen voorgepiegeld
Subliem
Stijn Bettens ; Studeerde aan het conservatoriurm van Gent: klassiek en Jazzafdeling - Kreeg les bij Philippe Thuriot & Ronny Verbiest - aktief als muzikant bij theatervoorstellingen/muziektheater -
"....Het is zowat onmogelijk om in de Belgische jazz/folkscene te doorkruisen zonder trompettist Bart Maris tegen te komen. Wat de man zoal uit zijn instrument weet te krijgen, mag met een gerust hart fantastisch genoemd worden en met zijn karakteristieke kop is hij niet weg te denken van eender welk podium waarop hij zijn opwachting maakt. ..."
Vooral na de gesmaakte demonstratie van Peter Evans , blijkt ook BartMaris nu overduidelijk iemand van minstens dezelfde wereld-klasse te zijn ... Het festival in de "Reserva " zette de laatste laatdunkende sneren daaromtrent ,definitief in de kast Zoals nu ook weer eens aangetoond : De afwezigen hadden ongelijk ...
APPENDIX Bart Marris liet de namen van accordeonist Guust Viseur en trompetist Guust De Loof ,vallen ....
(verzameld op het internet )
Gus Deloof ( foto Jean Robert archief) Gus Deloof, een Belgische trompettist, die bij Bernard Ette, een Duitse bandleider was begonnen.
Het lijkt er alweer op alsof Bart Maris een soort archeologische reis aan het maken is ... les pet't cons met zijn regelmatige verwijzingen naar de betere straatmuziekjes uit de syncretische world-stylen is al zo'n vingerwijzing : het grasduinen in de rijke ( maar heilaas vergeten) belgische jazzhistorie ....is vooral inspirerend voor uitstekend virtuose vinger"oefeningen " Bart Maris is op weg de Ry Cooder van de belgische impro en jazzmuziek te worden ?
Ham session2010/ Pet't Cons
en zoals steeds wacht ik op foto's van de ook in de Reserva af en toe aanwezige
Hieronder is in bijlage een interview met B Maris opgeslagen "De Componisten weten niet meer van welk hout pijlen gemaakt "
Nachtelijke Jamsessions op de Gentse feesten kon ik jammer genoeg ( door mijn wankele gezondheid ) niet meemaken
Maar alvast deze twee video's zijn te vinden op you tube Beide groepen waren zeker de moeite waard... ( en waarbij de deelnemers elkaar al langer muzikaal kennen dan vandaag )
25 juli Fulco Ottervanger 27 juli John Snauwaert en Bart Maris en met vooral tweemaal de zeer attentvolle en gewaardeerde drummer Simon Segers in zijn gebruikelijke spaarzame maar oh zo efficiente stijl
Leuk , spijtig dat ik er niet bij was maar uitgesteld is niet afgesteld ....
Snikheet en een slechte behandeling van het gewone / betalende publiek wat betreft komfort + een erbarmelijke geluidsversterking ( je was slechts sporadisch in staat iets te horen van het gebeuren als je buiten noodgedwongen plaats moest nemen op de ongemakkelijke huurstoeltjes ...) ,zorgen ervoor dat ik niet aanwezig kan zijn in de tent met uitsluitend staanplaatsen ....( ik ben een ietwat oudere liefhebber , die niet meer lang kan rechtstaan , wegens de medikatie die ik moet nemen )
De beren krijgen het dubieuze( maar beloofde obligate ) voorrrecht te mogen spelen voor een zestigtal mensen schijnt het Ook Koen de Cauter en co mag spelen voor mijn reincarnatie van Piet Snot
Gelukkig zullen die beide goede groepen later in het jaar nog optreden in concertzalen waar (hopelijk) wat meer aandacht zal worden geschonken aan het betalende publiek
En daar is ze dan ... buiten de tent met staanplaatsen iets beter te horen nu , dan die moedige mensen uit het voorprogramma van de over het paard getilde diva van het mossel noch vis muziek-genre in een enkele toonaard ... Een jazzfestival als een soort eurovisiesong-festival , moet kunnen ... toch ? Zeker met een amerikaans wicht , gespecialiseerd in muzak ....
Kijk , dat je een amerikaanse "zangeres " uitnodigd heb ik niets op tegen , maar bijvoorbeeld een Barbara Dex doet dat minstens evengoed (indien al niet beter )in de ( goede ) Dolly parton en andere country en western zwijmel , bovendien schuwt de vlaamse ook niet wat (oudere)Tina Turner-achtige en andere vettige zwarte muziek covers uit de kast te halen ... alleen kon je bij het optreden van die laatsgenoemde zangeres wel confortabel zitten ,zoals ik een paar dagen geleden in de Vooruit nog mocht meemaken ( en uitstekend kon horen ), maar dan wel voor een fractie van de prijs die hier werd gevraagd ...... Zijn geld zeker niet waard ....
Met name de plotse dissonanten, de schijnbaar verloren lopende riedels of de bruuske akkoorden en ritmes zijn duidelijk schatplichtig aan de meester van de muzikale koppigheid.
http://picasaweb.google.com/hekkefrontkok ..... Tsja , ze verdienden toch wel wat beter dan de leveranciers van tijdverdrijf te zijn , in afwachting van het intieme gestilp van de hoofdmus die allang door de bussiness vlot over het paard is getild als een select kanarietje ..... En er dan toch nog iets interessants blijven van maken : ....." Il faut le faire "
http://www.kwadratuur.be/reportages/detail/gent_jazz_-_dag_1/ .....een eerbetoon aan Django Reinhardt, de grote gitarist van de zigeunerjazz, die honderd jaar geleden geboren werd. Het octet van drie blazers, evenveel akoestische gitaren, bas en drums was geformeerd rond de familie De Cauter, reeds jaren de levende voortzetters van Reinhardts erfenis en meer. Wie naar dit soort tributes komt om verrast te worden, weet dat hij er in negentig procent van de gevallen aan zal zijn voor de moeite. Het gaat immers meestal om de geest en/of de muziek van de gevierde en dat was hier niet anders. Het gevolg was een dik uur elegantie en souplesse. De composities werden heel eenvoudig gearrangeerd, meestal louter door het thema te harmoniseren. Alleen in Reinhardts Le Grand Boléro werd aan de uitwerking iets meer aandacht besteed. De solos (met de meeste ruimte voor gitarist Fapy Lafertin) werden traditioneel kort gehouden en beperkt tot enkele per compositie, waardoor het optreden een eigen drive behield. De sfeer van finesse en speels gemak werd gehandhaafd in uptemponummers als Bernies Tune en Minor Swing en in intimistische, weemoedige stukken als Edvard Griegs Solveigs Lied (uit de twee Peer Gynt Suite) en Claude Debussys Rêverie.
Koen De Cauter (DjanGo! - foto: Jos L. Knaepen)
Fans van dit gestileerde jazzwerk kunnen alvast naar de platenwinkel lopen voor de cd die van dit project verscheen op het W.E.R.F. label, iets wat verschillende bezoekers na het optreden dan ook deden. Deze bezoekers waren overigens talrijk aanwezig in de tent. Of daarmee gezegd mag worden dat DjanGo! op grote belangstelling kon rekenen is een andere zaak. Een warm applaus dat wel, maar wie halverwege de zaal stond, moest heel wat goeie wil hebben om met de muziek bezig te zijn. Dit werd gênant duidelijk bij een stuk als Brassens Le Vieux Lion, waarbij de blazers en de drums zwegen en de muziek bijgevolg verzoop in het rumoer van het publiek.
Tweede dag : donderdag 8 juli
Wachten op Ornette
_Leuk , er zijn stoelen aanwezig in de concertzaal en ook het geluid is beter te pruimen _
Greg Houben Trio (foto: Jos L. Knaepen)
Greg Houben (trompet, zang), Sam Gerstmans (bas), Quentin Liégeois (gitaar)
Deze nieuwe generatie van jazzmusici, 30 jaar of iets ouder, houden hun oren open voor de hele jazzgeschiedenis. Ze bleven vooral stilstaan bij de meesterlijke trompettist Chet Baker, die ook zo graag in trio speelde. Naast die invloed klinkt een eigen stem, met persoonlijke composities en oprechte emotie.
Ze spelen zonder drummer, dat is een risico, want een drummer kan de temperatuur en de intensiteit flink doen stijgen. Het ritme wordt niet aangegeven door drums, de melodie staat voorop en de bassist smeedt alles mooi aan elkaar. Dit trio doet ook denken aan dat prachtige trio van begin jaren tachtig, dat werd gevormd door Chet Baker, Jean-Louis Rassinfosse en Philip Cathérine.
Op How Deep is the Ocean, de eerste cd van het Greg Houben Trio spelen ze originele composities, maar ook covers van standards als Daybreak en For Minors Only. Al klinkt een eigen compositie als Im a Good Time Guy bijna als een klassieke standard. In die standards speelt het trio op volle kunnen en vaak op het scherp van de snee, zoals ook Chet Baker graag deed. De vergelijking met Baker komt er ook omdat Greg Houben op een zeer natuurlijke en vanzelfsprekende wijze zingt.
Het is jazz van gisteren en van vandaag, waarin emotie en melodie niet ondergeschikt zijn aan technische bravoure en abstracte compositorische methoden. Jazz, kortom, zei Jean-Paul Schroeder, directeur van het Luikse Jazzmuseum.
Greg Houben is de zoon van de fameuze saxofonist en fluitist Steve Houben. Als jongeman probeerde hij diverse dingen uit, woonde een jaar in Brazilië en besloot zich toen aan muziek te wijden. Hij studeert aan het conservatorium van Maastricht en in Brussel bij Richard Rousselet. Daar leert hij ook Quentin Liégeois kennen. Gregory zingt ook graag en voelt dat het hem goed afgaat. Hij werkt ook mee aan theaterprojecten. Hij speelt op een intense en zachte manier, heeft een sobere en herkenbare sonoriteit.
Quentin Liégeois is een elegant gitarist met een vloeiende speelstijl. Hij kan prachtig begeleiden en heeft een uitstekend gevoel om een solo op te bouwen. Hij ontdekte de gitaar toen hij zes was en volgt een klassieke opleiding. Maar dan ontdekt hij de rock en even later de jazz. Hij studeert af in het Brussels conservatorium. Hij speelt onder meer met Philip Catherine, Toots Thielemans, Nathalie Loriers, Joe Higham en vele anderen. Hij won de Django dOr in 2009.
Sam Gerstmans is een soepele en fysieke bassist. Hij kan het ritme vasthouden en is een rots in de branding. Hij begon viool te spelen toen hij zes was. Maar dan ontdekt hij de elektrische bas en even later de jazz. Ook hij studeert af in het Brussels conservatorium bij Jean-Louis Rassinfosse. Hij duikt op in diverse bands, onder meer met Phil Abraham en Manu Hermia, speelt ook Braziliaanse muziek en werkt mee aan diverse theaterprojecten.
-Greg Houben speelt trompet en zingt wat ala Chet Baker -Publiek , musici en ook wel de instrumenten ,hebben last van de warmte(zegt hij zelf ) : een pianoloos triootje , guitaartje , basje speelt wat zachtaardige cool met een paar bossa nova uitstapjes tussendoor :
http://www.kwadratuur.be/reportages/detail/gent_jazz_-_dag_2/ Jammer dat het trio het hele optreden lang hetzelfde nummer leek te spelen. Standars als Daybreak en How Deep is the Ocean werden op identiek dezelfde manier benaderd als eigen stukken (Pet For Sale of From the Root to the Leaf). Dit in combinatie met het wel erg vlot binnen schuivende geluid deed alles wat spanning en verrassing had kunnen zijn snel verdampen. Het residu was gladgepolijste esthetiek met (te?) veel respect voor de traditie
Het is erg genietbaar wachten in de snikhete namiddag op ... vooral het instrument van de duivel ; de drums .... om enige schoppen in de kont van de lamlendigheid te geven ? ... De jongens bedanken hun publiek ( omdat het niet is voortijdig weggelopen ?)
Wél drums bij de zanger Kurt Eling, met waaier , maar dit soort zangerij is niet echt mijn dada op jazzfestivals ... Omdat ik bevooroordeeld ben onthou ik me verder van kommentaar over s'man prestatie : een set die ik toch wél heb uitgezeten.... en in het gezelschap van mijn oude kennis altist/pianist Francis Cromphout ,die dat beter wist te smaken ...
En het blijft alweer wachten op drums met sopraansaxofonist Pierre Vaiana en zijn mede italianen Salvatore Bonafede (piano) en gast Manolo Cabras (bass)... een verrassende kennismaking met siciliaanse muziek is het gevolg : Itinerari Siciliani = bijna byzantijns -oosters ( grieks ?)klinkt o.a. de aangrijpende rouwzang ...de klank van de sopraan vertolk een oerkreet met erg veel lyrische kleurenschakeringen en een sound om u tegen te zeggen ... Met de elegantie van een volksdans(Tarentella), de lyriek van volksliederen en operas en vooral de inventiviteit van rasimprovisatoren werd de Siciliaanse trip hun eigen muzikaal verhaal.
Salvatore Bonafede Bonafede voorzag de eenvoudig ingezette stukken snel van complexere akkoorden en Vaiana zocht melodisch even snel de minder volkse paden op, zonder daarbij de spontaniteit te verliezen. Sommige stukken werden kort gehouden, terwijl andere tot een echte suite uitgebouwd werden om een heel verhaal weer te geven. Vooral Vaiana ontpopte zich tot een echte verteller en sfeerschepper. In het Lied van de Gevangene ging hij net iets harder blazen waardoor zijn geluid klagend, net niet echt krakend werd en in Il Sogno del Mare del Sud scherpte hij zijn gekrulde melodielijnen aan als een Oosterse blaasinstrument. Welke dramatiek en feeërieke betovering het trio in huis had, werd duidelijk op het einde van de set. Met een hoog strijkende Cabras en een vrij bewegende Bonafede Il Sogno del Cuoco del Conservatorio zweefde het Siciliaanse verhaal naar haar einde: een eerste hoogtepunt van Gent Jazz Een trio om van te smullen : small and beautiful ; Goed gedaan jongens , nog van dat
De oerklanken stoppen die dag niet meer ; ze komen uiteindelijk ook uit de witte Selmer van Ornette Coleman (die altsax van Coleman bezit trouwens een langere schalbeker dan een gewone alto ; daardoor wordt het mogelijk ook de lage A te spelen , een halve troon lager dan de laagste sibemol op het standaard- instrument = dat is( in concert pitch ): de c onder de middle C op piano en een grote tersts onder de laagste toon (E)van de bass )
Komt dan eindelijk de drums ;maar het is wél de hyperkinetische conventionele drummelarij van " Denardo "Coleman behept met enige rock obsessies ; maar dat was te verwachten Mac Dowell op electrische bas maakt de muziek van Coleman meteen wat groovy ,iets dat ook nog eens versterkt werd door . Denardo Coleman, die duidelijk heimwee heeft naar de Prime Time-periode van einde jaren zeventig, met zijn drukke, door funk- en rockaccenten gestuurde stijl die meer dan eens deed denken aan die van Ronald Shannon Jackson. Het probleem was dat zn vreemd spel soms een opdringerig effect had en de muziek zijn sereniteit ontnam. Idem ook voor bassist MacDowell, die met zn gitaarsound wel virtuoze dingen uithaalde, maar weinig in te brengen had tegen de dominantie en expressieve klasse van Tony Falanga ( die door ekele critici dan weer werd beticht van" vals "spelen en vooral van vandalisme van het icoon Bach ) Maar Denardo Coleman drumde alweer vtij regelmatigals of hij lood in zijn polsen had. Zijn steevast van tempo verschuivende en vermoeide grooves klonken als moeizame, dubbelhands geslagen backhands op een gravel court. De noodzakelijke verfijning die zijn vader en de bassisten in hun werk legden, bleef bij hem spijtig genoeg vaak afwezig
Ornette Coleman: beetje voorspelbaar maar wel puntgaaf. Foto Alex Vanhee
http://www.kwadratuur.be/reportages/detail/gent_jazz_-_dag_2/ Met Ornette Coleman verscheen een grote naam uit de jazzgeschiedenis op het podium, maar dan wel één uit de categorie van diegenen die er anno 2010 nog steeds toe doen. Dat Coleman daar nog steeds thuishoort, komt niet alleen dankzij zijn voorvechterrol in de freejazz of de indrukwekkende rugzak aan memorabele composities die de man meesleurt. Melodisch blijft Coleman de spontaniteit zelve: zonder zich op de dringen vloeien de ideeën en ideetjes naar buiten. Vloeien, want de soepelheid waarmee hij zijn toon maakt en articuleert zou hem tot een ideale partner van Lee Konitz maken, al maakte hij in Gent even snel duidelijk dat hij melodisch en harmonisch met andere dingen in zijn hoofd zit.
(Festivalsite) Ornette Coleman (altsaxofoon, trompet, viool), Denardo Coleman (drums), Tony Falanga (bas), All MacDowell (bas)
In de nadagen van zijn carrière beleeft de 80-jarige jazzsaxofonist Ornette Coleman nog prachtige momenten. De jongste jaren gaf deze grote vernieuwer van de jazz nog meeslepende concerten. De man met de witte saxofoon blaast nog steeds onvergetelijke muziek.
Hij groeide op in Forth Worth, Texas, en verwierf zijn vaardigheden als teenager : Op zijn veertiende leerde hij zichzelf noten lezen en saxofoon spelen en een jaar later richtte hij zijn eerste band op. hij speelde ook met ruige rhythm and blues bands en ook wat bebop. Vroege inspiratie kwam van folkblues en hillbillymuziek alsook van Texaanse saxofonisten. Hij kreeg toen al zijn deel van het onbegrip en niet alleen om racistische redenen. Om zijn ongewone speelwijze werd hij zelfs een keer gemolesteerd en werd zijn saxofoon stuk geslagen. Hij settelde zich in Los Angeles en leerde er zichzelf meer over moderne jazz en harmonie. In de late jaren vijftig werkte hij geregeld met trompettist Don Cherry, bassist Charlie Haden en drummer Billy Higgins of zijn eerste grote kwartet. Hun opnamen veroorzaakten heel wat controverse, maar hij zette door en ontwikkelde een nieuwe jazztaal, weg van de heersende bebop. Platen als The Shape Of Jazz To Come en Change of the Century gaven de richting aan, waarbij meer op basis van de melodische lijn dan op de onderliggende harmonie wordt geïmproviseerd.
Pianist Paul Bley, die ook nog een tijd met Coleman speelde, noemde het de missing link tussen bebop en de vrije jazz van de jaren zestig. Opvallend waren de flitsende melodieën, de doordringende toon en het schijnbaar primitieve samenspel, waarbij geen vooraf vastgelegde akkoordenschemas golden. Als je vandaag naar die opnamen op het Atlantic-label uit 1959 tot 1961 luistert, kun je moeilijk geloven dat de swingende ritmesectie in combinatie met Colemans en Cherry's lyrische lijnen zo polariserend konden zijn. Daar zijn ook enkele klassiekers bij zoals Lonely Woman, Una Muy Bonita, Turnaround en Ramblin, die mijlpalen werden van een nieuw type jazz.
In de jaren zestig, na een periode van rust, vormde hij een trio met bas en drums en begon hij ook trompet en viool te spelen. Later vormde hij met saxofonist Dewey Redman een kwartet, waarin ook zijn zoon Denardo Coleman op drums speelde. Denardo is tot vandaag zijn manager en muzikale vennoot. Coleman begon ook ambitieuze werken te schrijven voor strijkers- en kamerensembles (Skies of America), speelde met de Marokkaanse meester-muzikanten van Jajouka en vormde een elektrische fusionband Prime Time. Hij componeerde ook muziek voor de film The Naked Lunch. Toen begon hij ook over zijn muziektheorie Harmolodics te praten. 'Harmolodics' is een synthese van harmonie, beweging en melodie. Niemand begrijpt het echt goed. Tenzij Coleman zelf. Zijn invloed reikt ver voorbij de jazz - The Stooges, MC5, Patti Smith en Lou Reed en Velvet Underground zijn zelfverklaarde fans. Sommigen noemen hem de Samuel Beckett van de jazz.
In 2007 gaf hij nog een weergaloos concert op Jazz Middelheim. Daar zei hij: If you follow the sound, well be all in the same room. Wat toen ook gebeurde.
Ornette Coleman, samen met Cecil Taylor de vaandeldrager van de vroege free jazz en de man die in 1959-1960 met vier (!) legendarische albums op het Atlantic-label (The Shape Of Jazz To Come, Change Of The Century, This Is Our Music en Free Jazz) een seismische schok teweegbracht in de jazz waar de traditionalisten nog steeds niet van bekomen zijn. Het luidde een esthetiek van vrijheid en experiment in die het gelaat van de muziek duchtig veranderde en tot op de dag van vandaag voelbaar is in de albums en concerten van de navolgers. Vanaf de jaren tachtig ging de productiviteit wat achteruit, maar de intussen 80-jarige muzikant maakte in 2006 een opgemerkte comeback met het goed onthaalde Sound Grammar.
Ornette Coleman op zijn "retour "? Tuurlijk niet ...Net als ( de meeste)andere belangrijke legendarische jazzmusici is hij ietwat een onbekende gebleven bij het grote publiek Hoe kan je nu op je "retour" zijn als je nog nooit op het voorplan stond van de jetset en de sociey-feestjes ?
Ooit was iedereen bang van Coleman's" muziek "( eigenlijk is iedereen in het begin bang van texaanse saxen : die weigeren namelijk alleen al door hun bijterige sound ,voor het behangpapier te spelen ) , nu niet meer. Coleman speelde uitsluitend vertrouwd materiaal, ( een greep uit zijn repertorium)dat hielp: 'Tomorrow is the Question', 'Peace ', 'The sphinx' 'turn around " 'Dancing in your Head', halfweg het bekende ommetje langs Bach (1) en als toegift de onsterfelijke en niet kapot te krijgen knaller compositie , 'Lonely Woman'. Voorspelbaar maar wel puntgaaf.( natuurlijk er ook rekening mee houden dat Coleman eigenlijk altijd een life- happening presenteert in plaats van een ingewikkeld concertmuziekje te zitten te samplen op een computertje en dat dan brengt als een ding waar je jaren ingetogen moet over zitten theoretiseren en estetetische canons uit moet distilileren )
Coleman was dus weer zijn minzame oude zelf: een schuchtere glimlach op een gerimpeld donker gelaat
.....de man stond verbazend sterk te spelen. De laatste jaren zijn er aardig wat coryfeeën gepasseerd, gaande van Archie Shepp en McCoy Tyner tot de onvermijdelijke Toots Thielemans, maar zelden hoorden we een tachtiger uitpakken met zon souplesse, spontaniteit en kracht. Zn trompetspel was eerder matig, maar nog steeds slaagt hij er in om uit die witte altsax een geluid te persen dat door merg en been gaat. Het is dan ook een mooi contrast om te zien: een bescheiden bejaarde die niets dan klasse uitstraalt en toch nog steeds in staat is om composities binnenstebuiten te keren en geïnspireerde solos te spelen waarbij de wenkbrauwen de lucht in gaan. Peace, The Sphinx, een gezapig bluesy Turnaround en het niet kapot te krijgen Lonely Woman (het eerste bisnummer), ze staan nog steeds fier overeind en werden gebracht in moeiteloos overtuigende versies.
Een prima concert dat liet horen dat er amper sleet te bespeuren valt op s mans muziek. Hij werd dan ook bedacht met een gepaste en ontroerende staande ovatie. Beter laat dan nooit.
Van een hoogbejaarde muzikant hoef je ook geen super- fenomenale concerten meer te verwachten. Ik vond hem wel nog muzikaal erg interessanter en technisch sterker dan pakweg Toots, die nog steeds tot op vandaag de hemel wordt ingeprezen door de nationale pers. Dan vind ik dat Ornette nog meer credits verdien Geef me maar een dergelijke Texaanse ouderling ipv een vogel die een zoveelste "klapke" doet op zijn mondharmonica ; (Natuurlijk is ook toots een topmuzikant( en ook al eens een van de slechtste , natuurlijk ) , het is namelijk één van de weinigen die op dat instrument " jazzkes" speelt := de topper en de prutsers in die instrumentencategorie zitten hier praktisch / onvermijdelijk dicht bij elkaar...). Coleman is een godfather van de free ( nog steeds ) en dat is zeker niet te vergelijken met een "nonkel bob " van de vaderlandse jazz, en natuurlijk doet dat niets af aan zijn "verdiensten " bij het inspireren en bemoedigen van lokaal talent
Natuurlijk klinkt een freejazz-group( een collectieve aanpak dus .....) altijd volgens de bijdrage van de zwakste schakel ...en dat is zeker niet altijd Coleman ....Integendeel , die kon zelfs nog behoorlijk zijn kroost terug in het gareel krijgen ..Denardo de drummer die ervoor zorgde dat het geheel bij momenten volledig de mist in werd geslagen .
Ach ja " collectief " zei ik ; Ornette en co is allang een solist /instant composer en interpreet ,begeleidt door een prpfessionele groep ..... Hoe kan dat anders, met een einzelganger,( noot A) hoe imponerend die ook is ..... Ornette is allang mainstream geworden net als A Shepp die in augustus op Middelheim komt invallen voor de geboekte en plots overleden hoogbejaarde Hank Jones ... Ook eentje die bijna tot op het einde op het podium bleef zitten spelen ....
Maar "het blijft merkwaardig hoe 's mans eigenzinnige klanken zich steeds opnieuw in het hoofd nestelen om nooit meer los te laten. "
De gestreken bas was een ander paar mouwen Die deed ook weer een beetje het obligate ommetje bij "heilige" koe Bach ( ja hoor , amerikaanse musici / en groepsleiders, moeten altijd opnieuw "bewijzen" dat ze ook wat afweten van europeese klassieke muziek : dat heb je zo een beetje met gedeeltelijke autodidacten... ook zanger K Elling moest dat eventjes doen ) Oh jee .....Schande toch ...? ( 1) Is dan weer overdreven : Dat men in het geijkte en overgeleverde entertainment van een bepaalde historische intellectuele elite , later"Grote kunst " meende te moeten ontwaren , is niet de verdienste van de uitvinders ervan maar is datgene wat herkauwende nostalgici en gevoelsarme randfiguren( die ervoor gestudeerd hebben om de muziektheorie "wetenschappelijk" en "esthetisch verantwoord " te analyseren , uiteraard )erin menen te kunnen ontdekken ...die roepen ook nogal gauw vanuit hun vastgeroeste hersenkronkels dat iets heiligschennis is ....(en vooral wanneer ze zichzelf de rol van kunstpaus aanmeten)als hun pied -de- stald stukjes worden geleend En net zoals ze ook een besnorde Gioconda slechts kunnen aanvaarden wanneer een ( eventueel) grote (algemeen ) aanvaarde kunstenaar (Marcel Duchamp, Salvador Dali bv.)dat "snorren opplakken "doet ...;
Ach wat muziek eigenlijk anders dan een leuk tijdverdrijf ? , Het is in de eerste plaats vooral "sfeertjes" scheppen ...;( of dat nu een wierook-, arty- of ander -sfeertje is ...doet er niet toe): Een" in the mood" creeren .... Inderdaad ,Ornette's trompetgetoeter en vioolgekras zijn geen "Grote "Kunst , en zeker niet het interessantste wat Coleman uitbraakt , maar het zijn slechts bijkomstige pretentieloze hulpmiddelen om sfeerjes te creeren ___ Ik heb trouwens al genoeg "Grote Kunst "te verduren gekregen de laatste dagen , maar dat geheel terzijde .... Coleman liet de trompet en de viool trouwens grotendeels voor wat ze waren en concentreerde zich op zijn altsax en de muziek werd daardoor voor het grootste deel straight gespeeld
Stereotiepe en clichematige alto uithalen( althans voor diegenen die het werk van de jonge coleman al kennen ) kon je ook meemaken ... alleen mag dat wél degelijk in dit geval : De man is immers zelf de uitvinder van die gerecycleerde en eigenzinnige maar prachtige cliche's ,en van enkele onsterfelijke composities bovendien die hij nog eens en publiek doornam en (soms) herwerkte als instant composer ...Coleman coverde en paraphraseerde zichzelf konstant
Mooi dat ik dit nog life mocht meemaken .... Natuurlijk is dat niet besteed aan al die bloedserieuze critici en zoekers naar het allernieuwste in de droogstoppelarij die nu al definitief (hersen)dood zijn ..... Maar dit soort herwerkingen en de ongelikte ,dadaistische en vooral eigenzinige en dwarse ambiance-makerij van coleman en co heeft nog steeds mijn voorkeur .... ' Niet eens " boze ouwe mannenmuziek " (dixit Coleman Hawkins in zijn nadagen ) ,....."Naive kunst "dat wél ( Net zoals boerenschilders uit oost europa)
We kregen uiteindelijk de laatste overblijfselen van enkele resterende gerijpte (bijna beurse ?)vruchten en vooraleer de boom voorgoed omvalt ) Stammend uit een tijd dat de meeste jazzmusici nog grotendeels autodidakten ( Coleman trouwens ook wat betreft de fijnere kneepjes van het moeilijke en eigenzinnig pad die zijn enig mogelijk weg/ leerschool , bleek te zijn voor zijn psychologisch persoonlijke muzikale ontwikkeling en artisanale kunde ) waren , maar toch koppig en recht voor de raap in staat bleken nieuwe dingen op poten zetten en een eigen unieke stijl te ontwikkelen ....de overlevenden spelen nog steeds hun goed ontwikkelde en voldragen ding op de best mogelijke manier ... ze zijn schatpluichtig aan niemand .... Ook Mister Coleman behoort nog steeds tot die elite , tot spijt van wie het benijdt ...
*(1)
"Melodie en harmonie zijn relatieve begrippen , maar als je ook de pitch(Noot = de toonvastheid naar europees model ? ) laat vallen , dan zijn we ver van huis (= is er niets meer) ..." merkte ergens een criticus van Knack op , toen hij het had over de gestreken bass die.... ohjee ..."Bach "verkrachte .... (Oh jawel ook pitch is relatief :vandaar dat ook allerlei indische , afrikaanse en tukse verdelingen van het oktaaf , verschuivingen binnen de gespeelde toongebieden geen Lawaai zijn ...net zoals graffiti echte schilderkunst is ) "Aan de manier waarop de prelude van Bachs cellosuite nummer 1 werd aangerand, heeft Peter Adriaenssens nog een flinke kluif aan ...." schreef die blogger criticus Bart Cornand nog -Blijkbaar is die Peter Adrieanssens de autoritiet die de mening van Cornand moet onderbouwen ?Heeft Cornand zelf dan geen argumenten Het is geen interpretatie van kklassieke muziek, hé neen het is geen Luistermuziekje ... Als je dat allemaal wél wilt bl;ijf dan thuis de cd'tjes draaien van uw geprefereerde interpreten van uw geprefereerde componisten en rolmodellen.... *Het "gewraakte" stukje Bach was het begin van een van 's mans cello-suites. Het gebruik ervan door het Coleman-quartet vond ik meer dan OK. Ach ja ... Les gouts et les couleurs ca ne se discutte pas ...
(Ja , de strijkende bassist deed soms aan een bedenkelijke intonatie, een euvel waarmee Falanga nog steeds af te rekenen heeft), maar verdwaalde later in de labyrinten van Colemans klankwereld. Zijn besluit om plots een heel andere toonaard op te zoeken dan zijn kompanen deed iets ontstaan dat aanvankelijk fout klonk, maar het zorgde enkele seconden later voor een caleidoscopisch effect: de luisteraar werd uitgenodigd om het ook eens van deze kant te bekijken en de horizon werd weer wat verder opengetrokken. Dezelfde methode werd met evenveel succes nog eens toegepast in Matador.)
Mijn laatste dag op Gent jazz ...vrijdag 9 . Mendoza groep :
Met vijf composities van Mendozas hand werd een uur gevuld met muziek die elke keer opnieuw door de vingers glipte. Door de composities en de geïmproviseerde commentaren van de bandleden veranderde het geluid permanent van vorm, waarbij de complexiteit en de finesse dicht in buurt kwamen van klassieke kamermuziek. Mendoza was creatief met canonstructuren en maakte gebruik van de mooie kleurwerking met fluit, altsax (Ben Sluijs), klarinet en tenorsax (Joachim Badenhorst), wat meteen een goed biotoop vormde voor het kleurrijke drumspel van Teun Verbruggen. ....Vreemde, chromatische melodielijnen en harmonisaties bij de blazers werden afgewisseld met repetitieve, riffachtige structuren die echos van Steve Reich lieten horen. ...
Na beschaafd te hebben genoten van een goede staalkaart van de schoolse maar doodernstige belgische "conservatorium" jazz ____en na alweer een bedankje te hebben gekregen van de muzikanten omdat het pubkliek uberhaupt toch was gekomen en niet voortijdig was weggeslopen tijdens de manieristische uitvoeringen ____gaan we over tot de twee hoofdgangen:
Gedaan met het verdienstelijke gepriegel en de pentekeningetje-muziek in filigraan of de minimalistische blazersoefeningen met de voet in de mond : tijd voor copieuzere dingetjes dan de hypergezonde "gezonde" aperitief hapjes ;
BACK TO THE ROOTS
Allereerst het echte tussengerecht ; Het Vijay Iyer trio
een verbazingwekkend robuust en als de beesten swingend piano-trio met stuk voor stuk drie samenwerkende krachtcentrales
Het Vijay Iyer Trio: de eerste stap in het " back to the roots" gebeuren .
Iyers naam valt meer en meer wanneer er gesproken wordt over de nieuwe lichting jazzpianisten. Terecht,. Iyer gaat niet over één nacht ijs. Met de muzikanten van zijn trio werkt hij al jaren samen. Met drummer Marcus Gilmore gaat hij zeven jaar terug en met bassist Stephan Crump niet minder dan elf, indrukwekkende getallen in de wetenschap dat Iyer zelf achtendertig is en Gilmore drieëntwintig.
Iyer kreeg de meeste soloruimte en voerde het hoogste woord, maar Gilmore en vooral Crump hadden duidelijk een eigen agenda, zonder daarmee die van de leider te doorkruisen. Gilmore zorgde voor een onderbouw die net wankel genoeg was om de muziek te kunnen laten kantelen. De meest onberekenbare factor was echter de bas van een zich doodzwetende Crump. Die speelde graag buiten de lijnen die de groepsleider vanachter de piano uitzette en hanteerde een schijnbaar heel eigen metrum en tempo. Het resultaat was een contrapuntisch spel waarbij de drie muzikanten samen vertrokken, loslieten, maar elkaar op het juiste moment weer troffen. Hoe perfect de wisselwerking tussen de muzikanten verliep, werd duidelijk in Cardio. Vlak voor het trio als een blok plots zachter begon te spelen, gaf Gilmore een moordende lel op de kleine trom, het soort signaal dat bij de minste fout in de timing voor hilariteit zorgt. Iyer zelf demonstreerde zijn fascinatie voor obsessieve, gebroken ritmes die meer dan eens een funky ondertoon genereerden en als een trein onder de bas en drums doorraasden. Daar tegenover stond dat hij er ook niet voor terugschrikte om leegtes te laten vallen, waardoor de muziek kon ademen en een geweldige dynamische kracht meekreeg. Naast eigen stukken kondigde Iyer dat hij ook enkele nummers van grote voorbeelden zou spelen. Stevie Wonders Big Brother lag voor de hand, wegens ook te horen op Historicty. Nieuw was Human Nature van Michael Jackson. Doorgaans is het spelen van pop- en soulcovers binnen een jazzcontext een gevaarlijke bezigheid, niet in het minst omdat dit repertoire vaak leidt aan harmonische armoede. Geen probleem voor Iyer, die niet alleen zijn songs goed kiest, maar ze ook helemaal naar zijn hand zet. Hij vijlt en slijpt aan het origineel en plakt en last de boel terug aan elkaar. Human Nature kreeg zo een hoekige ritmiek mee en Big Brother verscheen in dreigende gedaante, met een gortdroge drumparij, glissandi in bas en Iyer die veelal in het lage en middenregister bleef hangen.
Familierubrieken op jazzfestivals blijven doorgaans beperkt tot het bedanken van de aardse en/of de hemelse pa en ma. Zo niet voor Iyer. Bij zijn versie van Andrew Hills Smoke Stack maakte hij het publiek er op attent dat Hill dit nummer zelf opnam met Roy Haynes, drummer van de volgende groep op de affiche van Gent Jazz en grootvader van de drummer van Iyers eigen trio.
en stap twee : Chick Correa Freedom band als hoofdschotel , met de gasten waar ik speciaal voor ben gekomen : de fantastische en ongecompliceerde moord-altist Kenny Garrett ( god speelt waarschijnlijk niet veel beter saxofoon ) , en de krasse tachtigjarige legende Roy Haynes, die samen met de andere afro-amerikaan ; bassist C McBride , eens goed keet kwamen schoppen ; Die gasten beleven er duidelijk speel plezier aan .... in de muziek van die heren slaat voortdurend de vlam in de pan .. en een ouderwetse programmakeuze ...dat ook Beetje ballade ,een rifthemaatje , scheutje Billie Hollyday ,een blues...hard bebopjes ....perfect en veel ....erg veel improviseren en samenspel : eigenlijk echte "zwarte"jazz.... voorlopig nog
En erg vettige muziek ook ...lekkerder dan de "light "produkten van de schraalhansen , giechelkonten en de dieet-freaks
Corea benutte zijn schitterende techniek, zonder doelloos virtuoos te worden. Zijn intros waren van een fenomenale schoonheid, waarbij hij een ratelende ritmiek met melodisch souplesse wist te combineren. Hij pikte motiefjes van Kenny Garretts saxsolo op en ging er zelf, als begeleider, mee aan de slag.
Garrett (ook een verleden bij Miles Davis, maar dan in de minder heuglijke jaren 80) kon zich met zijn sappig altsaxgeluid perfect vinden in de klassieke setting, maar kreeg van zijn collegas meermaals het vuur aan de schenen gelegd. Hij schoof graag mee in hun opjuttende werk, waarbij hij slechts één keer teruggreep naar zijn bekend trucje: het repetitief blijven hangen in een hoog schreeuwd motiefje. De ritmetandem van de band verschilde niet minder dan zevenenveertig jaar. Bassist Christian McBride (met zijn achtendertig het broekje van het kwartet) domineerde zijn instrument niet alleen fysiek, maar ook muzikaal. Alsof het een onschuldige ukelele is plukt hij aan de snaren, met een ritmische drive en een groove waarop nieuwe Twin Towers gebouwd kunnen worden. Grootvader Roy Haynes had er niet de minste moeite mee en raasde mee met zijn drie jongere collegas (het verschil met Corea is nog steeds vijftien jaar): niet als het spreekwoordelijke vijfde wiel aan de wagen dat mee mag om een brave swing neer te leggen, maar als de permanente luis in de pels die, net als zijn kleinzoon, uitpakt met destabiliserende accenten en de drumpartij tot een volwaardig onderdeel van het groepsgeluid maakt.
Na goed anderhalf uur stond de eindscore op het bord: een hele set gevuld met slechts vijf nummers. Dat noemen ze waarschijnlijk je job graag doen.
Schitterend ...je zat constant op te schuiven naar het puntje van je (gelukkig nu wel aanwezige ) stoel
Als tweede bisnummertje en toemaatje ( het dessert dus ) een staaltje absurd circus , maar gekruid met erg leuk muziekjes showmanship : een jamsession met stand up comedians die zowaar doet denken aan de Gentse feesten van dertig jaar geleden .....ambiance ...ambiance... kolkend van levensvreugde
Dat het optreden uiteindelijk nog een half uur langer duurde, was de danken aan een frats van Haynes die door zijn tekstallusies op Sex Machine van James Brown McBride zo gek kreeg dat die de riff op piano begon te spelen. Ambiance gegarandeerd, zeker wanneer de anderen inpikken, van instrument wisselen, er extra volk op het podium verschijnt (o.a. het Vijay Iyer Trio) en McBride en Garrett in de rol kruipen van publieksmennende mcs. Heel leuk en ontwapenend, maar een half uur was toch wat te veel van het goede. Desalniettemin was het algemene niveau van Gent Jazz nog nooit zo hoog als op de derde dag. Een straffe programmatie die hier nog over gaat
Bedankt gasten .... Neen de" echte " jazzmanier van leven en spelen ' (2) is nog niet dood of hoeft nog niet te worden bijgezet in de musea en conservatoria Zet daar ondertussen maar veel van al die pretentieuze high brow "cool "stuff ; diep in de reserve-collecties/vergeetputten van de kelder ..
Overigens is het enthoesiaste vettige feestje ( alleen de polonaise ontbrak ) dat Chick en co na afloop opvoerden , ook nog eens wat anders dan de ergerlijke en vervelende wachtkamer muzak die dagelijks als jamsession werd gepresenteerd in een hotelkelder in de binnenstad ...
Een pianotriootje dat net als vorig jaar de godganse nacht de scene bezet houdt , iedereen frustreert en net als plamuurders alles opvult met de ene standaard na de andere ( al dan niet met versterking van enkele brave "tonalisten "die vooral bang zijn de strohalmen van de "real book" en de "tin pan alley"-shit te verliezen ) is misschien wel goed voor een cocktailparty maar heeft even weinig met een hedendaagse jazzjamsession te maken als een kat met een nachtuil of waakhond ... Professionele musici ...; voorwaar : maar dan van het soort die altijd garant staan voor : geen risico's, geen spanning ,niets avontuur , bang om fouten te maken , spelen op gemeenplaatsen en dus ook de scene zolang mogelijk bezet houden .....geen creativiteit :, originaliteit alleen maar klef gezeur ..... een soort frietkot arbeiders die zweren bij eenheidsworst en denken aan de voetbal die ze missen .... Nou ja , 't kan ook lekker zijn natuurlijk ... maar je moet toch niet doorlopend frieten serveren , wanneer ook eens naar een afwisselend menu wordt verlangd... Ik zeg nu wel niet meteen dat ook bespelers van de vuvuzela's op de scene moeten kruipen( of dat men de scene moet gebruiken als een publieksruimte voor een persoonlijke muzikale masturbatie ) ... begrijp me goed .... maar ook de(instrumentale ) reanimatie van ouderwets amusement en studie-materiaal uit de tijd van de crooners is niet erg gewenst meer...
- Ach ja ,al die pretentieuze jamsessions met exclusiviteitsclausules zijn een echte '"pain in the ass " aan het worden ...Ik vraag me zelfs af hoeveel muzikanten die deelnamen aan het festival achteraf nog zijn gaan jammen in dergelijke vervelende settings Wat moesten die dan wél komen doen in die kelder ... zich laten vollopen ? op het zweetbankje zitten ? Zijn er uberhaupt een paar van hen langsgelopen ?........en hebben ze ook meegespeeld ? ...ik weet het niet ... ik hield het de donderdag al na een paar uurtjes al voor bekeken ( zag wel een paar oude bekenden lokale musici binnenkomen toen ik vertrok )...... is het misschien erg noodzakelijk / interessant om nog te "genieten" van een echte beschimmelde douche na het nog nazinderende en indrukwekkende concert van ene Ornette Coleman ?( waar ik overigens zelf de (on)zin van krijgt om de eigen alto -sax een behoorlijk tijdje in de koffer te laten ) ...
Neen het gaat niet om mijn gefrustreerde ik , er zat wel degelijk een andere erg vakbekwame , tonaal onderlegde en uitstekende altist naast mij , maar ook hij vond blijkbaar de omgeving en het trio bepaald onvriendelijk .eigenlijk de moeite niet waard om nog veel internet electronen aan te besteden ...
De Gentse feesten zijn in aantocht en gewoonlijk bieden die ook een jazz luik aan Stip alvast de dagelijkse nachtelijke jamsessions aan van de conservatorium studenten club " flat nine " Hopelijk kunnen die gasten wel het " real book" loslaten ....
(1) jazz is een manier van leven : een levenskunst zelfs Ze is gegrondvest in de afro amerikaanse en afrikaanse kijk op de dingen : de klankkunst die men jazz noemt ... is een belangrijk uitdrukkingsmiddel van die cultuur en houding .... Velen menen dat " jazz " kan worden losgekoppeld van die achtergrond , kan worden ontsmet en daarna gebruikt als een troef achter de hand die men uit de mottebollen eventjes opduikt als een van de vele gimmicks uit de koffer van de estetisch verfijnde performer ...
WRIE WAAS : USEUM op verplaatsing Bestond o.a uit een paar muzikale acts op een (eerste )snikhete zaterdag en voor een bedroevend klein groepje publiek ....
*Goed optreden van Sureau(vlier) Je krijgt gewoon ongemerkt , maar een hardnekkig zich doorzettend uitstekend humeur van de performance van Jean Michel & co ....Net zoals je geruisloos een verkoudheid oploopt ....en echte impro-muziek krijg je er op de koop toe gratis bij ; een welkome verademing *Eventjes mocht de goedklinkende sopraninosax van Jj Duerinckx meedoen ... het was een staaltje dat beslist naar meer deed verlangen ... (Ik zal trouwens,zo goed enzo kwaad als mogelijk ,deze ( tot gisteren voor mij nog onbekend gebleven ) saxofonist uit Braine l'Alleud , in de toekomst trachten wat nader te volgen ...) Jean-Jacques Duerinckx http://enterpanopticon.blogspot.com/2008/06/jean-jacques-duerinckx.html
* De hoofdvogel was echter ( voor mij) Wasteland : het duo- Jan Marmenout ( slovaakse fujara(overtoonfluit) , (berber?)fluit , Berimbau met shakiri ...) en cellist Lode Vercampt speelden in de kelder (een welkome/koele en verduisterde omgeving )terwijl video-art(R. Baele project ?) op de muur werd geprojecteerd .... Indrukwekkend en bloedmooi ... Jan M is volgens mij geevolueerd tot ( en voorbij ) een erg kompleet percussionist die ook allerlei fluiten wist te integreren in zijn artistiek indrukwekkend discours ....
* het aangekondigde Duits-Franse Minimalisme van Sediments ,bleek in de prachtige en imponerende omgeving van een tropische serre stampvol met hoogstandjes van de natuur ( en vergezeld van het storende geluid van een klapperdeur en/of door de temperatuurverschillende knarsende infrastrucuren ) toch wat té minimaal om me te kunnen blijven boeien tot het einde ... Tsja ik ben nu eenmaal geen meditatie freak en ik gebruik ook geen chemische hulpmiddeltjes om dat kunstmatig te stimuleren en uiteraard is het mijn persoonlijke mening
*Ikzelf nam een paar blaasoefeningen en impro-routines(= concepten/ostinati) door ,gezeten naast een vijvertje in de bloedhete namiddag ...Indachtig de raad van wijlen Steve Lacy ... dat een onbegeleid solo optreden op een blaasinstrument (" an extended break") niet dient te verschillen van wat je thuis doorneemt .... (wel onder de invloed van mijn voorgeschreven medikamenten , dat weer wél) ......Ondertussen knielde eventjes een Nigeriaanse Bedouin op zijn bidmatje in het grasveld
Ik miste dus de solo- prestatie van Jj Duerincks die terzelfdertijd plaatsgreep in de tropische serre ....