Schrijf, zever, filosofeer, breek af waar U zin in heeft !
01-06-2007
Verloren seconden
Goedenamiddag,
Terwijl ik doelloos de stad doorslenterde merke ik op dat ik steeds moeizamer vooruitkwam. Het was alsof ik door een soort modder ploegde. Hijgend stopte ik. Bekeek mijn voeten. Die waren niet meer zichtbaar door de brij die ze omringden. Mijn voeten en knieën waren opgeslorpt. Ik bekeek de materie die mijn onderste leden omringden en herkende ze niet. Vooroverbuigend nam ik een deeltje van wat mij tot vertragen dwong tijdens mijn wandeling. Nieuwsgierig bekeek ik wat ik in mijn hand hield, het was een seconde. "seconden?" "Ik wist niet dat die er zo uitzagen." Omdat het stappen mij nu bijna onmogelijk was ging ik maar zitten op die berg seconden. Het was alsof ik in een ballenbad zat zoals die je kan vinden in kinderspeeltuinen. Ik kon zwemmen in die hoop tijd. Toen begon ik mij af te vragen wie verantwoordelijk was voor die immense hoop weggegooide of verloren seconden. Zou het kunnen dat we allemaal samen zo een enorme hoop tijd verliezen dat die ons heel stil en listig besluipt tot we erin stikken? En dat we dan de laatste seconden die ons resten denken : "Shit, was dit het?" Ik vrees van wel, want ik wandel er dagelijks door, door die hoop seconden. En iemand heeft ze daarachter gelaten. Mijn grootste ongerustheid is dat ook ik duchtig meehelp om die brij te laten groeien.
Vriendelijke groet van de Spaanders voor de Vlaanders
Terwijl ze aan haar pint lurkte bekeek ze met waterige ogen haar vierjarig dochtertje. Deze vrouw hield de hand vast van de zoveelste vriend die ze afgelopen jaren had gehad. Een grote kerel met een groot bakkes die meende joviaal te moeten doen tegen de rest van het cafe. Hij kende er veel mensen en was fier dat ook hij nu eens een vriendin had.
Men kon aan de vrouw zien dat het haar eigenlijk allemaal koud liet, behalve het feit dat ze iemand had die voor haar pinten betaalde. Ook denk ik dat ze een klein beetje gezelschap kon gebruiken, al was het dan maar van één of andere totaal waardeloze figuur. Overdonderd bekeek ik het mens. Zoals zij het kleine wicht haar gang liet gaan. Van moedergevoelens was niets te bespeuren, zelfs niet toen het kind vervaarlijk op een barkruk balanceerde. De uitdrukking op haar gezicht bleef gewoon zonder gevoel. Ik had de indruk dat ze spijt had van dit dochtertje ooit op de aardkloot gegooid te hebben. Mischien wenste ze wel dat het kind gewoon wegging of doodviel. Na nog een biertje maakte dochterlief op vrij onzachte wijze contact met moeder aarde met een huilbui als gevolg. De reactie van de moeder kwam traag op gang, maar eenmaal ze tot bij haar dochter was geraakt gaf ze haar een muilpeer die kon tellen. Zonder zich verder te bekommeren om haar huilende kroost ging ze terug zitten en bestelde de zoveelste pint. Het wezenloos voor zich uit staren ving opnieuw aan.
Vriendelijke groet van de Spaanders voor de Vlaanders