Inhoud blog
  • en we vliegen met een zucht naar boven in de lucht...
  • Laatste dag Lima
  • Lima, garua alom
  • 7 augustus: terug in Lima
  • afscheid van de jungle
    Berichtje voor Peru

    Druk oponderstaande knop om ons te e-mailen.

    Archief per week
  • 06/08-12/08 2012
  • 30/07-05/08 2012
  • 23/07-29/07 2012
  • 16/07-22/07 2012
  • 09/07-15/07 2012
  • 16/08-22/08 2010
  • 09/08-15/08 2010
  • 02/08-08/08 2010
  • 26/07-01/08 2010
  • 19/07-25/07 2010
  • 12/07-18/07 2010
  • 28/07-03/08 2008
  • 21/07-27/07 2008
  • 14/07-20/07 2008
  • 07/07-13/07 2008
  • 30/06-06/07 2008
  • 23/06-29/06 2008
  • 26/09-02/10 2005
    Peru 2012
    Nieuws voor het thuisfront
    04-08-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Jungle, dag 2
    Dag thuisfront,

    Eerst en vooral (met uitstel evenwel want waar we zaten op 4 augustus was geen wifi) een heel gelukkige verjaardag voor Pit, mijn broertje die momenteel met de familie in Frankrijk vertoeft. Altijd leuk je verjaardag in andere kontrijen vieren. Binnenkort zien we elkaar weer. Ik kijk er naar uit. Klein presentje zit al in de rugzak.

    Voor een tweede opeenvolgende dag dienen we heel vroeg op te staan. Wie dieren wil zien moet immers vroeg uit de veren. Dat is wat Marco, de gids, voortdurend herhaalt. Vandaag nemen we de boot om even verderop opnieuw aan te leggen langs de Tambopata. Samen met twee Britse toeristen installeren we ons bij een claylick. Voor de niet ingewijden: een claylick is een mineraalrijke slijkmuur langs de rivier. Daar komen veel vogels op af. Die eten namelijk veel planten en sommige daarvan zijn giftig. Om de vertering van deze planten te verbeteren komen de vogels mineralen halen uit zo'n claylick. We houden ons schuil in een vogelhut met zicht op de oever. Nu is het enkel nog wachten. En wachten, en wachten. Het duurt inderdaad eventjes voor de parkieten, papegaaien en macaws (ara's) het aandurven om de kleimuur te benaderen. Uiteindelijk komen ze dan toch. We moeten stil zijn want bij het minste geluid vliegen ze op. Ik probeer zo goed en zo kwaad het kan foto's te nemen. Maar het blijft een beetje frustrerend. Mijn 300 m lens blijkt ontoereikend. Slechts af en toe lukt een foto. En die zal ik nog moeten inzoomen op de computer zelf. 

    Eerlijkheidshalve blijft de claylick een beetje onder de verwachtingen. Er zijn veel spectaculairder claylicks maar die zitten niet in ons programma en daarvoor zouden we nog enkele uren verder moeten varen. De grote ara's laten zich vanmorgen niet zien. Wel enkele middelgrote papegaaien. Vooral de blauwkoppapegaaien zijn de moeite.

    Tijd om terug te keren naar de lodge voor het ontbijt. Om 10 uur al zijn we opnieuw op weg. Dit keer doen we een fikse wandeling richting Lago Cocococha. Onderweg zullen we afdrukken maken van diersporen. Marco heeft daarvoor was bij alsook een vuurtje. De wandeling begint spectaculair want we krijgen een brulaap te zien. Weliswaar hoog in de bomen, maar in het zonnetje zien we hem wel duidelijk oplichten met zijn mooie rosse vacht. Waarschijnlijk de laatste van een troep brulapen. Het geluid dat die beesten maken draagt kilometers ver.
    In mijn haast om de brulaap te fotograferen raak ik het dekseltje voor mijn lens kwijt. Dat is wel vervelend, hopelijk lukt het om de lens krasvrij te houden. En de brulaap is me trouwens te snel af. Geen foto.

    De wandeling gaat verder. Je mag zo'n excursie echt niet onderschatten. De hitte zorgt ervoor dat je binnen de kortste keren lekt van het zweet. Zolang je blijft wandelen gaat het nog, maar van zodra je stilstaat zijn er ook nog die vermaledijde muggen. Het gezoem vlak bij je oren is heel vervelend. Iedereen staat voortdurend met de handen rond het hoofd te wapperen. Enkel Marco is dat gezoem gewoon. Hij blijft zoals steeds stoicijns kalm. Bovendien moet ie ook nog eens in de modder op zoek naar sporen. Na een tijdje vindt ie die ook. Sporen van tapir, pekari en een hert. Het duurt echter een tijdje eer hij al dat kaarsvet heeft gesmolten. Ondertussen worden we uitgezogen door de muggen.

    We wandelen nog verder, maar de mot zit er een beetje in. Maar dan gebeurt iets heel leuk. Plots zien we een aantal manakins. Drie mannetjes voeren een heuse show op voor 1 wijfje. Manakins zijn echt bijzondere vogels. Ze zijn in staat om geluid te maken met hun vleugels door die tegen een ongelooflijke snelheid te laten trillen. De exemplaren die wij zien zijn roodkopmanakins. Zwart met rode kop. Ze gaan helemaal op in het spektakel voor dat wijfje. We zijn erg blij dat we dat kunnen gadeslaan. Wat we zien is echt vrij uniek.

    Op de terugweg proberen we de sporen uit de grond te halen. Maar de was is niet heel stijf en helaas breken vele sporen. We zijn heel moe als we terug in de lodge arriveren voor de lunch. Om 10 na 6 gaan we nog kaaimannen spotten. Terwijl we op het duister wachten laten Arif, Mira en Anna nog een tattoo zetten met plaatselijk plantaardige kleurstoffen. De tattoo zou 8 dagen moeten blijven staan. Het is vooral even een leuk en rustig tijdverdrijf.

    Wanneer het duister valt stappen we in een volle boot om op zoek te gaan naar kaaimannen. Marco staat vooraan in de boot en met behulp van een straf zoeklicht gaat die de rivieroevers af op zoek naar kaaimanogen. Dat lukt vrij aardig. Een keer gaat hij zelfs aan wal op zoek naar een exemplaar van zo'n meter lang. Het beest is hem te snel af en roefelt als bezetene het water in. Een leuk moment ook als we 2 capibara`s kniehoog in het water zien staan. We kunnen heel dicht bij hen komen met de boot. Debbie slaagt er in om ze te filmen. De capibara is het grootste knaagdier ter wereld en wij zien 2 erg grote exemplaren op enkele meters afstand.

    Na deze duistere tocht slepen we ons naar het avondeten. Mira dient wel wakker gemaakt te worden vooraleer we aan wal kunnen gaan. De dag was lang en erg vermoeiend. Ontzettend leuk ook. Het avondmaal is echter pas rond half negen. Dat is zelfs voor ons volwassenen wat laat. Vlug eten en gaan slapen. Gelukkig gaan we morgen pas om 9 uur op pad.

    Thomas

    Bijlagen:
    Blue headed parrots.jpg (180.9 KB)   
    Claylick.jpg (141.6 KB)   
    Manakin.jpg (96.6 KB)   
    Manakins.jpg (107.3 KB)   

    04-08-2012 om 00:00 geschreven door pelemansmeulders


    03-08-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Inotawa lodge

    Goeiemorgen

    De ochtendstond geeft zweet in de mond. Overnachten in de jungle is een door weightwatchers aanbevolen methode. In een soort dolby surround systeem hoor je veel geluiden, vooral veel geluidjes die je totaal niet kan thuisbrengen. Onderdeel van dit concerto zijn o.a. knaagdieren (?) die, ondanks de waarschuwing om geen eten op de kamers te laten, komen eten van de koekjes bij Thomas en Christel. Ik hoor vooral veel getippel (kakkerlakken? hagedissen?, muizen? Arif die naar het toilet moet?).

    Om 4u30 rollen we uit ons bed. Wie veel wildlife wil zien moet daarvoor vroeg opstaan. No pain, no game! Dieren verlaten 's morgensvroeg hun huisjes om eten te zoeken. Hét moment om ze te ontmoeten en een klappeke mee te doen. We drinken snel een tasje koffie/thee en wandelen naar de lobby. 

    Marco, onze gids, is een stipte gast en staat ons dus al op te wachten. We wandelen naar de aanlegsteiger, stappen in de boot en varen stroomopwaarts op de Tambopata. Een paar bochten verderop meren we aan.
    Vanaf nu gaat het even te voet. Vogels horen we in overvloed, vogels spotten is door de dichte vegetatie, een stuk moeilijker. Na een halfuurtje door het woud langs een breed pad, arriveren we aan het oxbow lake. Er ligt voor ons een catamaran klaar. Enfin, die is niet direct gebruiksklaar. Het roer is in 2 stukken en de boot maakt water. Ondertussen worden we gepasseerd door 2 groepen toeristen die aankomen, aan boord van hun catamaran gaan en het meer opvaren. We staan er een beetje knullig, maar geduldig naar te kijken. Gelukkig is Mac Gyveros in de buurt en na wat schepwerk en macramé aan het roer kunnen we vertrekken. 

    Oxbow lake is de woonplaats van de reuze rivierotter (Los Lobos del Rio - "de wolven van de rivier"). In het wild leven er nog zo'n 5000  exemplaren. 1 otterfamilie woont in dit meer. Na 5 minuten dobberen duiken er 6 otters op. Ze jagen op vis en kibbelen om de vangst.
    Ze zwemmen op 6 meter van onze catamaran. Goed dat we zo vroeg zijn opgestaan. De otters blijven  nog een tijdje in onze buurt om daarna verder weg te zwemmen naar een deel van het meer dat ontoegankelijk is voor bezoekers. Achteraf zal blijken dat we veel geluk hebben gehad. De otters hebben zich de rest van de week bijna niet meer laten zien. In de bomen spotten we ook nog een hoatzin, toekan en macaws.

    In dit meer zwemmen ook wel wat piranhas. Er wordt een kleine viswedstrijd georganiseerd. Met een in stukken gesneden biefstuk, een stok en draad met vishaakje haalt eerst Mira en daarna Anna een piranha binnen. De boys slagen er niet in een visje op te halen. Snelle beestjes die piranhas. Piranha fishing evolueerde naar piranha feeding. Vanop de boot zien we nog een zwarte kaaiman voorbijdrijven.

    We keren te voet en met de boot terug naar ons basiskamp Inotawa. We rusten uit; nemen een koude douche, bengelen wat in de hangmat, lezen een boek (Cement garden - Ian Mac Ewan, Open stad - Teju Cole, het goud van Thomas Vargas-Isabel Allende,...).

    Over de middag eten we een hapje (We krijgen hier ook 's middags een warme maaltijd). Vanaf 15 uur  (jaja, strak schema) worden we opnieuw in de lobby verwacht voor een wandeling naar de lokale boerderij. Dat blijken de buren te zijn die een plantage met veel fruit hebben. We krijgen wat info over de fruitsoorten,  de landbouwtechnieken en proeven van wat rijp is. Arif en William mogen elk met een machete een bananenboom omhakken.  

    Tegen valavond keren we terug naar de lodge. We eten iets en kruipen in ons nestjes. 

    Morgen is er een andere dag.

    Bart

    Bijlagen:
    Bananen.jpg (177.6 KB)   
    Lago Treschimbadas.jpg (106.2 KB)   
    Piranha.jpg (95.3 KB)   
    Reuzenotters.jpg (135.2 KB)   

    03-08-2012 om 00:00 geschreven door pelemansmeulders


    02-08-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Wifi af, einde GSM-bereik – into the bush.

    Dag lieve mensen in België,

    Vandaag is de dag dat we eindelijk vertrekken naar de jungle. Technisch gesproken zijn we er al, maar Puerto Maldonado is nog altijd een stuk van de bewoonde wereld. Dat zal nu anders worden, want ik verwacht niet dat er zendmasten in de jungle zullen staan.

    Vooraleer het zover is moeten we echter nog pakken, douchen, ontbijten en de kinderen vertrekkensklaar krijgen. Dat brengt altijd wat hectische situaties met zich mee. We zijn bijna te laat voor het ontbijt  – normaalgezien tot 9 u 30 in Tambopata Hostal – maar dat uur hebben we net overschreden en er is niemand meer te bespeuren in de keuken. Bijna besluiten we om aan de overkant van de straat te gaan ontbijten wanneer we ze van’t Hostal met broodjes komen binnengestormd – 5 more minutes please and breakfast will be ready…

    Ik loop snel nog even naar de winkel voor een grote voorraad water en koekjes (we verwachten dat dit duur zal zijn in de lodge) en om 11 u komt iemand van Inotawa ons halen om te vertrekken. Er staat een bus voor de deur (stijl collectivo) en ene Marco stelt zich voor als onze gids. We kunnen niet meteen vertrekken, want er moeten ook nog andere mensen opgehaald worden aan de luchthaven  en hun vluchten hebben vertraging dus dat kan nog eventjes duren. Ze stellen voor dat we naar het bureau rijden – een kleine 10 minuten buiten Puerto -  om de rest van het bedrag te betalen dat we hen verschuldigd zijn. Het is er al direct een pak groener en dichtbegroeider.

    Cristina Weybrauch verwelkomt ons als de eigenares van Inotawa. Het is met haar dat ik eerder contact had. Ze zegt dat ze oorspronkelijk met haar ouders uit Zwitserland gekomen is, maar zich nu eerder Peruviaanse voelt. Bart en ik denken wel dat ze zo vlak naar de oorlog verhuist moet zijn… en dat Zuid-Amerika voor bepaalde mensen een goeie bestemming was toen. Wat de reden van de verhuis ook geweest moet zijn, maakt nu niet meer uit – je bent niet verantwoordelijk voor wat je ouder uitrichtten hé.  Cristina is vriendelijk en ze heeft een geweldige zwarte hond die zo lief is als Lisa (hond van ouders van Thomas) en die kwispelend zijn balletje komt brengen naar de kinderen. Na een half rondje Uno komt er een Amerikaans gezin toe van de luchthaven; ook zij zullen moeten wachten op de laatste groep (vlucht). De twee gidsen stellen voor om terug naar Puerto te rijden en daar een ijsje te gaan eten om het wachten wat aangenamer te maken, dus hup – iedereen opnieuw de bus op. Op de bus spelen we ons rondje Uno uit en laten we de kaarten zien aan  Marco. Hij ziet kaart van de Manakin (Bart heeft hem voor de grap ‘Okapi’ genoemd) en hij vraagt welke vogels we graag zouden zien. ‘Zo’n Manakin wil ik wel zien’ zeg ik, en ik zie aan zijn gezicht dat hij dat niet echt kan beloven. Manakins zijn nu eenmaal niet zo eenvoudig te spotten. Ze zitten meestal diep in het bos en dan ook nog eens redelijk hoog. Dat weet ik wel, maar ik kan toch wel hopen niet?

    De ijssalon aan de Plaza van Puerto is gelukkig open. We bestellen allemaal een potje met twee bollen… de Peruvianen kunnen ook ijs maken. Ondertussen vertelt Marco wat meer over zichzelf - dat hij eco-toerisme studeerde en zijn thesis maakte over één bepaalde vlindersoort (de naam ben ik kwijt); dat hij binnen een maand en half papa wordt, maar dat zijn vrouw een Nederlandse is en hij er niet bij zal zijn als de baby geboren wordt. ’t Lijkt me niet echt een makkelijke situatie om de halve wereld tussen een relatie te hebben.

     Tegen een uur of half twee zitten we eindelijk op de bus om richting Inotawa lodge te vertrekken. We passeren nog een keer langs het bureau, tekenen er het reglement van de lodge… kaarsjes uitblazen voor het slapengaan, wc-papier in de mandjes en niet in het toilet, geen koekjes in de kamers bewaren tenzij je knaagdiertjes op bezoek wil, stil communiceren omdat de lodge redelijk open gebouwd is, etc… We zijn benieuwd.

    Ze hadden vooraf gezegd dat de rit naar de boot lang zou duren, minstens een uur. Maar na een twintigtal minuten zijn we er al… later zal blijken dat tijdsbesef en afstandsbesef hier toch iets anders werkt dan het onze. De bagage wordt door personeel van Inotawa in de boot geladen. Al wat wij dienen te doen is netjes instappen in een lange rivierboot met afdakje en plek voor een twintigtal mensen.  We worden verplicht een reddingsvest om te gespen, wat het moeilijker maakt om te bewegen en te eten. We krijgen vrij snel een lunchpakket… een vegetarische rijstmaaltijd die verpakt is in een bananenblad, een banaan, koekjes, water en koekjes. Allemaal prima verzorgd.

    Onderweg zien we het eerste ‘wildlife’: schildpadden met vlinders op hun kop, een witte kaaiman,  een eenzame capibara, (grootste knaagdier ter wereld), gieren, verschillende reigers en de eerste Macaw’s (ARA’s) die overvliegen. De tijd vliegt ook, want na wat in werkelijkheid meer dan een uur en half varen is, lijkt slechts een kwartiertje. We meren aan langs de oever van de Tambopata, aan een houten trap die recht de jungle in loopt. Ook nu moeten we onze bagage niet dragen, die worden voor ons in onze hutten afgezet.

    Wat eerst opvalt zijn de geluiden van cicaden, vogels en wie weet wat nog meer. We wandelen langs een pad door het woud naar Inotawa en verwonderen ons over de vegetatie en de reuzen ijzerboom die we onderweg passeren. De lodge staat volledig op palen en heeft twee gemeenschappelijke gedeelten. We worden verwelkomd door de gastvrouw Patricia met stervruchtlimonade in het eerste gedeeltje – de lobby, waar je in hangmatten kunt liggen of in een van de bamboezeteltjes kunt luieren. Er staan twee lange tafels opgesteld met allerlei schedels van zoogdieren, een immense kaaimannenschedel en een aantal diertjes op chloroform.

    Achter het zitgedeelte loopt een gang waarlangs verschillende kamers liggen. Ze hebben geen deuren, maar eenvoudige gordijntjes. Er is weinig privacy, vandaar de vraag om niet te veel lawaai te maken in die kamertjes. Aan het einde van de gang splitst het palenpad; een deel loopt recht naar achter waar de eetruimte en de bar is. Het andere deel buigt links af naar de tuin waar verschillende bungalows op palen staan. Debbie en Bart krijgen twee bungalows voor hun gezin aan het einde van het eerste palenpad. Ons gezin krijgt er ook twee, ietsje verder in de tuin. Ik zie in de struik bij ons huisje een mooie Trogon zitten (niet de makkelijkste vogel om te spotten) – dit belooft goed te worden, ze zitten gewoon in den hofJ.

    Het hele complex is gebouwd met  veel oog voor detail. Onze bungalows zijn eenvoudig maar smaakvol ingericht, en alles is enorm netjes. Voor de ramen zit muggengaas, maar verder is alles redelijk open. Er is enkel koud water, maar dat kan echt geen kwaad – je zweet je hier met momenten kapot en hebt behoefte aan een (frisse) douche na elke vorm van activiteit. Marco vertelt ons dat we in de eetruimte altijd fruit, koekjes, water, thee en koffie kunnen nemen – dat zit allemaal in de prijs inbegrepen (dus onze enorme voorraad water was eigenlijk niet nodig). Het water komt uit de rivier maar wordt gezuiverd met chloride. Het water om te douchen mogen we niet drinken. Het is ondertussen half vier, tijd om ons op te frissen en aangepaste kledij aan te trekken voor ’s avonds (lange mouwen). We mogen nog even rondwandelen in den hof, maar om 18 u 15 worden we verwacht in de lobby om onze eerste activiteit aan te vangen… the noctural walk.

    Die avondwandeling is een geweldige eerste activiteit. We moeten uitkijken voor kogelmieren; een beetje van die centimeterlange beestjes geven je 24 uur pijn en koorts (goed om weten, want ook die zitten gewoon in den hof en wandelen wel eens langs op het trapje van ons huisje). Marco zet vervolgens redelijk snel zijn lamp op het hol van tarantula. Hij haalt haar er terug uit met een stokje als ze snel naar binnen wil glippen. Ze knelt even haar poten om de stok en we krijgen allemaal ruim de tijd om te kijken. Niemand is bang… niet nodig – ze ziet er best mooi en indrukwekkend uit. Even later krijgen we een piepkleine slang te zien - (red clea). We zien nog een tarantula met baby’s, een gifgroene salamander en heel wat insecten. En als Marco ons vraagt alle lichten uit te doen en even stil te zijn, zijn we allemaal eventjes onder de indruk van het geluid van de ‘natuur’… en dus ook van de muggen die rond mijn kop zoemenJ - toch beter in beweging blijven.

    Na de wandeling mogen we aanschuiven aan het buffet. Er wordt gevraagd niet meer te nemen dan we willen eten; anderzijds staat het je vrij te kiezen en combineren wat je wilt… ’t is goeie fret. Als dit zo 3 keer per dag aangeboden wordt, hebben we goed gekozen. Tijdens het eten zegt Marco dat we morgenvroeg om 4 u 45 op moeten, want om 5 u verwacht hij ons in de eetzaal. We mogen dan fruit, water en koekjes meenemen voor de eerste expeditie… naar the Oxbow Lakes. Daar zullen we hopelijk Reuzenotters zien en pirañas vissen.

    We stoppen de kinderen én onszelf snel in bed – ook al is het pas 9 u – steken overal de muskietennetten onder de matrassen en zijn klaar voor de eerste nacht in de jungle. 

    Groetjes vanuit the bush,

    Christel

    Bijlagen:
    Capibara.jpg (181.3 KB)   
    Nocturne.jpg (72 KB)   
    Schedels.jpg (158.5 KB)   
    Schildpad.jpg (155.2 KB)   

    02-08-2012 om 00:00 geschreven door pelemansmeulders


    01-08-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.1 augustus - aankomst in Puerto Maldonado
    Hallookes,
    Zoals Thomas al zei, gisterennacht vertrokken om 21u in Cuzco met de nachtbus; aangekomen vanmorgen om 7u in Puerto Maldonado. In de bus al goe warm, geen airco en plots wordt het toch kouder tegen 5u: ze hebben de airco gevonden. Echt niets voor mij in een bus slapen: Arif ligt half op mijn schoot, hij slaapt redelijk, ik zie elk uur passeren .... 
    Waar het vorige week in Puno 's nachts rond het vriespunt lag, zitten we nu echt in de tropen: zelfs om 7u 's morgens als we uitstappen, is het al wreed warm! Bij het binnenrijden in Puerto valt direct de andere 'sfeer' op,want ik voel me precies in Afrika kweet niet waarom, het broeierige? meer dorpssfeertje? we worden opgepikt aan de bushalte door tuc tucskes: met ons 8 en de bagage hebben we drie tucs nodig en een lawaaierige en trillerige rit later, arriveren we in hostel Tambopata waar we ons over 3 kamers verdelen. We zijn wat vroeg om in te checken dus hangen we in de zetels voor de TV om naar de Olympische spelen te kijken; we proberen de Belgen te volgen, maar hier laten ze vooral de zuid-amerikaanse sporters zien.
    Enfin, we ontbijten en installeren ons in de kamers. Iets na de middag slenteren we naar de Plaza en naar het haventje. Christel en Bart ontdekken nog enkele mooie vogels maar wat hier direct opvalt zijn de ontelbare vlinders! heel mooi en nog maar een voorproefje van wat we in de jungle gaan zien! ik ben benieuwd, ze zijn alleen zo verdomd moeilijk te fotograferen, ze zitten niet allemaal zo vastgeplakt als die atlasmot op mijn trui in Machu Picchu!
    Na een ijsje en genoeg drinken (want het zweet loopt van ons lijf  - het is echt wel 35 graden); ga ik met de jongsten terug naar de hostel want die willen gewoon wat in de hangmat hangen, het is te warm voor hen. Thomas, Christel, William en Bart wandelen nog verder naar de markt, kopen lekker fruit en maken voor iedereen een lekkere fruitsla. Christel en ik gaan  nadien nog op zoek naar het bureau van Taca, want we willen de vliegtuigtickets die we maanden geleden gekocht hebben (om op 7/8 van Puerto terug te vliegen naar Lima), bevestigen. Alles blijkt in orde te zijn, toch een geruststelling.

    Voila, we hebben net gegeten, kinderen onder de muggennetten, malariapillen nemen we 's morgens op een gezamenlijk vast moment (2 dagen op voorhand beginnen en tot 7 dagen nadat we uit de jungle zijn!) en we zijn klaar voor ons 4 daags verblijf in Inotawa aan de Tambopata rivier.
    Thomas heeft het al gezegd, we kunnen dus even geen nieuws meer bloggen: 6 augustus zijn we in de namiddag (voor jullie avond dus) terug in Tambopata Hostel en we zullen zo snel mogelijk iets laten weten!

    Ciaokes, bye
    Debbie

    Bijlagen:
    Bootjes.jpg (145.7 KB)   
    Puerto Maldonado.jpg (211.7 KB)   
    Rio Madre de Dios.jpg (181.1 KB)   
    Road to Brazil.jpg (130 KB)   

    01-08-2012 om 00:00 geschreven door pelemansmeulders


    31-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Laatste dag Cusco, 31/3
    Vandaag onze laatste dag in Cuzco. Een laatste keer het ontbijt met broodjes en confituur op het dakterras. De groep wordt opgesplitst, William, Bart en ik besluiten om nog enkele zaken te bezichtigen in de stad. Christel, Debbie, Arif, Anna en Mira gaan hun eigen chocolade maken in het museum voor chocolade. We hebben geen haast dus we trekken eerst nog samen naar dat museum. Het chocolade maken vindt plaats tussen 11 en 13 uur. Met z'n drieën gaan we eerst een aantal winkeltjes af. Op zoek naar een leuk voetbalshirtje. Dat van de Peruviaanse nationale ploeg valt in de smaak, maar wanneer William ergens de nationale outfit van Angola vindt is Bart meteen verkocht. Daarvoor kom je immers toch voor naar Peru. Pogingen om een muziekhandel te vinden draaien op niets uit. Dus ik weet niet of ik er in zal slagen de gevraagde muziek mee te brengen. We hebben nog een kans in Lima.

    Vervolgens trekken we naar het Inca-museum. Daar krijgen we een mooi overzicht van enkele pre-Inca culturen maar het gaat uiteraard in hoofdzaak over de Inca's. Veel terracotta, mooi textiel, foto's van Hiram Bingham, mummies uiteraard. Eigenlijk hadden we het museum beter bezocht vóór we naar Machu Picchu trokken, maar geen nood. Op de binnenplaats zitten enkele lokale vrouwen te werken aan hun weefgetouw. Op een rek liggen enkele prachtig geweven stukken. De grote doeken zijn erg prijzig. terecht ook want elk stuk is uniek. Op kaartjes kan je niet enkel de kostprijs zien maar ook wie het stuk heeft gemaakt en in welke stijl. Het geeft een extra kwaliteit aan de stukken. De grote doeken zijn niet voor mijn portemonnee maar ik laat me maar wat graag verleiden tot aanschaf van een prachtige sjaal in 100% alpaca.

    Het is ondertussen bijna 13 uur dus tijd om naar onze chocoladeliefhebbers te gaan. Eens daar blijkt dat die nog duchtig bezig zijn. Het is duidelijk dat ze zich goed amuseren. Debbie won bvb een zak chocoladethee (jawel dat bestaat blijkbaar). En het is lekker ook. dat stellen we zelf vast wanneer we spontaan een kopje aangeboden krijgen. Rond half twee kan de chocolade in de koelkast. Voor half zes moeten we die gaan ophalen. We zijn benieuwd naar de kinderen hun creaties. Aangezien we gisteren niet in het museum van natuurwetenschappen zijn geraakt haasten we ons daar nu naar toe. Dat draait echter uit op een teleurstelling want ook vandaag staan we voor gesloten deuren. We zijn een half uur te laat. Dat vinden we toch wel jammer. Ok, het gaat grotendeels om opgezette dieren maar we zouden zo een mooi overzicht krijgen van de fauna in de jungle. 

    Veel enthousiasme om nog iets anders te bezoeken is er niet meer. Enkel Debbie en ik willen nog een bezoekje brengen aan het klooster van La Merced. De anderen gaan de chocolade halen. We hebben alvast geen spijt van ons bezoekje. We komen op een bijzonder mooie kloostergang terecht. Rijk versierd met houten plafonds en schilderijen. De tuin is ook prachtig en op de koop toe krijgen we bezoek van een bijzonder mooie kolibri die zich maar wat graag laat fotograferen. Jammer voor Christel en Bart, die toch bekend staan als de grootste vogelliefhebbers.

    In het chocolademuseum blijkt de chocolade nogal naar de fondantkant uit te vallen. En daar zijn de kindjes niet zo zot van. Maar toch leverden ze uitstekend werk af. Zo hebben we nu hopen donkere chocolade. Op het San Blasplein gaan we nog iets drinken en in de late namiddag trekken we naar de Ierse pub van Paddy. Daar kunnen we immers de tijd doden en ons avondeten nuttigen. En op groot scherm toch een beetje naar de Olympische Spelen kijken. Een beetje beachvolley, basketbal, zwemmen. Maar geen Belgen. Buiten Van Snick hebben we nog niet te veel gepresteerd blijkbaar.

    Oh ja voor alle duidelijkheid. Vanavond trekken we met de bus naar Puerto Maldonado. Wanneer je de kaart van Peru bekijkt zal je vaststellen dat die stad in geheel ander landschap ligt dan Cuzco. We trekken naar de jungle. Temperatuur aldaar: 34 °C. Vanuit Puerto Maldonado trekken we naar een lodge midden in de jungle. 3 uur varen op de Tambopata rivier. We kunnen nu al met zekerheid zeggen dat we een aantal dagen niet zullen bloggen wegens geen internet. Toch even melden. We willen niet dat jullie op het thuisfront denken dat ons iets is overkomen. Van zodra het kan zijn we terug online.

    Om 21 uur vertrekken we dan uit Cuzco. Met de nachtbus naar Puerto Maldonado. In het pikdonker kijk ik uit het raampje van de bus. Ik zie niks, maar mijn oren vertellen me dat we flink aan het dalen zijn. Meer nieuws vanuit Puerto Maldonado van Christel. We vermoeden toch dat we daar nog internet zullen hebben.

    Groetjes, Thomas

    Bijlagen:
    Chocolade.jpg (139.1 KB)   
    Kolibri.jpg (94.8 KB)   
    La Merced klooster.jpg (268.1 KB)   
    weefgetouw.jpg (203.8 KB)   

    31-07-2012 om 00:00 geschreven door pelemansmeulders


    30-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.30 juli: Pisac - Cuzco / Soundtrack:

    Amigo's en amiga's

    Vandaag wordt het een korte overgangsetappe in onze Tour de Peru. Een etappe met één licht euforisch moment.
    Vanuit Pisac reizen we terug naar Cuzco. In Pisac stappen we in een collectivo (= busje voor 12 tot 20 pers.) en verlaten definitief de heilige vallei. Na een korte rit nemen we opnieuw onze intrek in Hostel Resbalosa.
    We doen onze vuile was binnen en relaxen. We zien een Noord-Koreaan Olympische kampioen worden in het gewichtheffen. Via de sporza website kunnen we de sportprestaties van onze jongens volgen.

    Na een korte wandeling naar de Plaza de Armas ondernemen we een zoveelste poging om via de bankcontact ons geld uit die muur te krijgen. Hip hip hoera, Christel doet een vreugdedansje en de handjes gaan in de lucht. Er komt weer geld uit!! (een voorlopig einde aan de episode: Lenen bij Mevrouw Nys is lenen bij een vriendin). Met dat geld eten we broodjes en kopen nog wat souvenirs voor de familie.

    Met onze boleto turistico bezoeken we het museo popular (niet veel soeps) en gaan nog langs in het centre of native art. Dit centre is in feite een zaal met podium waarop traditionele muziek en dans wordt opgevoerd. Best wel leuk. 

    Daarmee hebben we voor de laatste keer onze  boleto gebruikt ("No more boletooooooooooooooo's")

    Ondertussen is het 22u30 en dus bedtijd voor Bonzo.

    Slaapwel.

    Bart

    30-07-2012 om 00:00 geschreven door pelemansmeulders


    29-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.29 juli 2012 - Terrasje doen in Pisac

    Ola amigos,

    Uitslapen is er in Peru gewoon niet bij… ofwel is er al vroeg lawaai, ofwel moeten we vroeg op omdat we nu eenmaal een druk programma voor de boeg hebben, ofwel komen ze lossen en laden vlak onder mijn raam, zoals vandaag. Maar dat is geen probleem, het weer ziet er schitterend uit, dus ik kan niet langer dan tot tien voor acht blijven liggen luisteren naar wat er buiten gebeurt.

    De kinderen mogen uitslapen vandaag – en die schijnen nooit eens last te hebben van wat er buiten gebeurt. Ondertussen kan ik wassen, douchen, oprommelen. Tegen negen uur zitten we wel met z’n allen aan het ontbijt. Een Americano deze keer… dat betekent voor iedereen twee gepocheerde eieren (ik denk dat we deze maand al allemaal veel te veel eieren gegeten hebben- goe om allemaal nen arekop te krijge). Daarna is het tijd om te gaan metten. In Pisac is het drie keer per week markt en niet geheel toevallig voor ons ook op zondag.  We besluiten om de volledige voormiddag met z’n allen souvenirs voor ons eigen en voor neefjes en nichtjes te gaan kopen. Ik leen geld bij de bank = Debbie. De enige die hier makkelijk geld kan afhalen (we hopen op beterschap na het weekend in Cusco).

    Het hele marktplein en een aantal straatjes rondom zijn verbouwd tot markt. Het aanbod is divers en immens (Ik ga uiteraard niet verklappen wat we voor diverse familieleden aanschaffenJ). Maar voor elk van ons is er wat wils. Thomas voegt zich later bij ons – hij wil eerst wat  bloggen – en fotografeert en fotografeert… mensen, stoffen in alle formaten en kleuren, groenten en fruit. Tegen de middag houden we het even voor bekeken; we eten in een vegetarisch eethuis vlak bij ons Hospedaje. We moeten immers wat bijtanken vooraleer we de ruïnes van Pisac gaan bezoeken. Maar vooraleer we vertrekken willen Debbie en Bart toch nog even terugkeren naar de markt. Ze willen een tafelkleed kopen… of tenminste een lap die daarvoor zou kunnen dienen. Ze twijfelen lang over het formaat en over het doel van de lap stof. Doeken in overvloed en allemaal erg mooi, maar waarvoor gebruik je zo’n ding? Als tafelloper, als doek om over de zetel te hangen, of hang je zoiets tegen de muur? Na veel overleg en afdingen gaan ze voor het zetelformaat… iedereen die wel eens bij hen op bezoek gaat zal er weldra kunnen tegen leunen of hangen.

    Ondertussen is het voorbij enen en wordt het tijd richting ruïnes, alias ‘the citadel’ te trekken. Normaalgezien kun je te voet naar de ruïnes die 700 meter hoger en een dikke 90 minuten klimmen verderop liggen. Maar gezien het voorbije klimwerk op Machu Picchu en in Ollantaytambo – met stijvigheid is sommige van onze kuiten tot gevolg – besluiten we ons naar boven te laten voeren door een taxi om dan later te voet af te dalen.

    Al gauw blijkt dat het leven van de taxichauffeur niet simpel is in Pisac. Je hoort bij de club of je hoort er niet bij. In het laatste geval word je weggejaagd door de taxichauffeurs die wel in de club zitten. En als je er dan al bijzit, krijg je stress omdat er plots 8 toeristen vervoerd moeten worden en er maar 4 in je auto gaan. Stel dat je dan geen belkrediet hebt om een collega te bellen, dan moet je snel een publieke telefoon zoeken om te kunnen bellen en heb je weer stress omdat een ander met je clientèle aan de haal zou kunnen gaan. En als er dan eindelijk een collega opdaagt, blijkt dat er al andere mensen in zijn taxi zitten. Je probeert het clientèle te overhalen om toch in de auto te stappen; desnoods duwen we er wel eentje in de koffer… maar dan is de maat vol. Wij – het clientèle - houden voet bij stuk, en eisen dat de gestresseerde chauffeur ons in twee keer naar boven brengt… we maken duidelijk dat we zeker zullen wachten en dat z’n tweede vrachtje niet zal gaan lopen. Een 45 min later zijn we allemaal eindelijk boven – hé, hé.

    De citadel blijkt een enorme stad te zijn (geweest), langs de verschillende flanken van de puntige bergen rond Pisac. Eens je boven bent zie je overal waar je kijkt de restanten van huizen, immense Incaterrassen. In de rotachtige wanden aan de overkant van de vallei zien we honderden gaten in de rotsen. Hier begroeven de Inca’s hun mummies – door de verrekijker ontwaren we zelfs nog een schedel en een ribbenkas.

    Als je één pad volgt en denkt dat je het eenmaal gehad hebt, blijkt er na de volgende helling nog een stukje stad te liggen. Machu Picchu was in vergelijking echt maar een buitenverblijfje (maar dan wel eentje in een schitterende omgeving). We genieten van prachtige panorama’s en volgen de pijlen die ons uiteindelijk naar de andere kant van de berg brengen om uiteindelijk terug te kunnen afdalen naar Pisac. Daar breken de marktkramers hun kraampjes op en wordt de Plaza stilaan weer een leeg plein – vol afval en viezigheid. Wij voelen ons ook vuil en vettig van de wandeling. Er stond daarboven een stevige wind en we plakken bijgevolg vol stof – een douche doet echter wonderen en een dik uurtje later zitten we alweer gezellig aan tafel… met een lekkere Alpacasteak, een Aji de Gallina of een zalmforel met passievruchtensaus. We drinken een Pisco Saur con Maracuja op jullie ginder in het verre België en op geweldige dag - schol!

    Veel liefs, Christel

    Bijlagen:
    Markt Pisac 2.jpg (180.8 KB)   
    Markt Pisac.jpg (303.3 KB)   
    Queña.jpg (108 KB)   
    Sluitingssysteem.jpg (189.4 KB)   

    29-07-2012 om 00:00 geschreven door pelemansmeulders


    28-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Van Ollanta naar Pisac

    Zoals gezegd na 2 nachten Ollanta, vertrekken we naar de andere kant van de heilige vallei, richting Pisac, bekend voor zijn grote inka-ruine en voor de grote markten 3x per week.

    Gisteren was een rustige dag en we zouden toch graag nog proberen onderweg te stoppen aan de Salinas de Maras – de bekende zoutpannen – en de site Moray. Misschien wat moeilijk te organiseren met al onze bagage, maar we zien wel.

    We zijn onze straat nog niet uit en krijgen al een aanbod (als je met 8 door de straat loopt met rugzakken op en handbagages,  loop je wel in de kijker en bieden ze je allerlei trips aan) ; voor 250 soles naar de beide sites met een busje – hij wacht telkens een half uur tot 1 uur tijdens ons bezoek en rijdt ons dan naar Pisac.  We laden in en opeens wordt het 300 soles; na wat gediscussieer houden we het op 270 en vertrekken rond 10u.

    Na 3 kwartier rijden door de vallei is het even verschieten – je weet wel dat je er bijna bent, aan die zoutpannen, maar toch, na een bocht word je opeens verblind door een “witte vallei” : 4000 terrasjes waar nog steeds aan zoutwinning gedaan wordt door de bevolking, indrukwekkend. Als je goed begint te kijken, is het zeker niet allemaal wit, maar hebben de verschillende terrasjes verschillende kleuren, van lichtbeige over donkerbruin, gelig, groenachtig, … en op enkele terrasjes zijn bewoners bezig met zout te scheppen en in zware zakken te laden. We wandelen er even rond en kopen enkele zakjes zout als aandenken.

    Onze chauffeur brengt ons wat verderop naar de site Moray – een bizar zicht : 3 ‘putten’ die bestaan uit concentrische cirkels van terrassen. Blijkbaar verbouwden de inca’s op elk terras verschillende gewassen en dit op verschillende hoogtes zodat ze konden testen op welke hoogte welke gewas het beste groeide . We wandelen er rond en enkelen zelfs helemaal naar beneden – ik niet aangezien mijn kuiten nogal pijnlijk zijn na de wandeling op Wayna Picchu J  

    De 2 sites waren in elke geval nog de moeite om te bezoeken!

    Na nog een uurtje rijden arriveren we in Pisac – we hebben hier nog geen verblijf, dus trekken de hoofdstraat in waar we al direct aan aanbod krijgen. We gaan even kijken maar gaan toch voor iets vlakbij,   Kinsa Cocha, gezellig met een binnentuintje.

    Naar dagelijkse gewoonte weer op zoek naar een geldautomaat waar we weer niets kunnen afhalen – probleem aangezien we niet veel cash geld meer op zak hebben. Met mijn visa lukt het wel, maar het hangt iedereen zijn keel stilaan uit : soms gaat het wel, dan weer niet als je het nodig hebt – ik zou toch andere reizigers aanraden om, goed verstopt,  meer dollars mee te nemen naar peru!

    De inwoners liggen er niet wakker van vandaag – het is nationale feestdag! Op het plein zie je mensen in groepjes zitten : elk groepje heeft zijn ‘totem’, er wordt in het midden van de groep gedanst, elke groep verschilt in kledij en elke groep heeft een hoge stapel bierbakken staan – met flessen van 1 liter!  Ben benieuwd hoe lang dat hier gaat duren en wat wij hier morgenvroeg op straat gaan  vinden.

    We besluiten de dag met eten in Horno traditional – hier hebben ze cuy – de peruviaanse cavia die Christel, Bart en William willen proeven. We hadden het in een vorig restaurantje al eens gezien maar persoonlijk vind ik dit niet zo appetijtelijk – een geroosterde cavia met kop en tandjes en al op je bord! De 3 peuzelen en zoeken naar vlees – veel  is er niet aan – en besluiten dat het de textuur heeft van kip, smaak moeilijk thuis te brengen. In elk geval niet zo’n succes en we gaan nog een dessertje eten in een nabijgelegen koffiebar.

    Hopelijk slaapwel (tussen de live-muziekjes door)

    Debbie

    Bijlagen:
    Inca-zoutmijn.jpg (194.2 KB)   
    Moray 1.jpg (202.8 KB)   
    Moray 2.jpg (197.5 KB)   
    Zoutmijn.jpg (189.1 KB)   

    28-07-2012 om 00:00 geschreven door pelemansmeulders


    27-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Lazy on a Friday afternoon

    Na alle pracht van gisteren besluiten we het vandaag heel rustig aan te doen. Slechts vier van ons halen het ontbijt van half negen, de anderen slapen verder. Ontbijt dus voor Bart, Christel, Arif en ikzelf. We installeren ons daarna in de tuin. Tijd om wat aan de blog te werken, een beetje lezen, voetjes omhoog in het zonnetje. Ondertussen zoeven kolibries voorbij en doe ik ampele pogingen om die snelle vogeltjes te fotograferen. Ze zijn letterlijk vliegensvlug en schieten van de ene bloem naar de andere. De voormiddag passeert op aangename bedaarde wijze.

    Tegen de middag zijn ook de andere expeditieleden wakker. Debbie, Mira, William en Anna gaan ontbijten aan de overkant van de straat. Lunch annex middagmaal dus. Eens dat achter de kiezen besluiten we een wandelingetje te maken in Ollantaytambo zelf. Het stadje werd door de Inca’s gebouwd om dienst te doen als administratief centrum en heeft een plattegrond dat gebaseerd is op een maiskolf. Het was de poort naar het Amazone-gedeelte van het Inca-rijk. Na Ollantaybo wordt de vegetatie subtropisch. Dat hebben we gisteren zelf vastgesteld in Machu Picchu.

    Uiteraard waren hier al beschavingen voordat de Inca’s arriveerden. Niet vergeten dat Peru echt wel meer te bieden heeft dan alleen de Inca’s. Vele volkeren hebben over het ganse grondgebied tal van prachtige steden nagelaten. Hier in Ollantaytambo zijn dat de Chanapata (800 – 300 v Christus), de Qotacalla (500 – 900) en de Killki (900 – 1420). Ok, die Inca’s zijn er dan in geslaagd dat immense rijk te stichten. Van Quito in Ecuador tot in het zuidelijke Chili. En veel van hun geschiedenis is beschreven door de Spanjaarden. Vandaar hun allesoverheersende bekendheid.

    In Ollantaytambo leden de Spanjaarden een van hun zeldzame nederlagen in hun veroveringstocht tegen de Inca’s. De rebellerende Inca Manco trok zich hier terug naar een onsuccesvol beleg van Cuzco in 1536 - 1537. Hij werd achterna gezeten door Hernando Pizarro, broer van Francisco. Deze werd vergezeld door zo’n 70 ruiters, 30 voetsoldaten en groot contingent inlandse krijgers. Toen ze hier arriveerden ontdekten ze niet alleen dat Manco een rivier had omgelegd, waardoor de vallei onder het Inca-fort ontoegangkelijk werd maar dat de Inca-stijdkrachten massaal werd uitgebreid met troepen uit de jungle. Na ontelbare pogingen het fort in te nemen dropen de Spanjaarden stilletjes af onder dekking van de nacht. Een knappe overwinning voor Inca Manco

    Helaas kwamen de Spanjaarden later dat jaar terug met 4 keer zoveel manschappen en Manco moest vluchten om uiteindelijk in het beroemde  Vilcabamba, een vesting in de jungle, nog stand te houden en guerilla te voeren.

    Het fort laten we even links liggen en we wandelen naar de Urubamba, de rivier die Ollantaytambo doorkruist. Het is al namiddag en te laat om Moray of de Salinas (zoutmijnen) te bezoeken. We lunchen op het plein en enkel Debbie en Christel zien het nog zitten om het fort te bezoeken. Bart, William en Arif kopen op de markt een voetbal en begeven zich naar een voetbalterrein, waar ze een matchke 5 tegen 5 spelen. Ik keer terug naar het hotel met Mira en Anna. Daar stellen we vast dat de openingsceremonie in Londen op tv te zien is en we gaan er lekker voor zitten.

    ’s Avonds een hapje eten, plannen voor morgen (vroeg opstaan, pakken, vervoer regelen naar de Salinas, Moray en Pisac) en onze ‘rustdag’ zit erop.

    Thomas

    Bijlagen:
    Analfabetisme.jpg (132.9 KB)   
    Kleur.jpg (120.5 KB)   
    Rustdag.jpg (220.5 KB)   
    Vesting Ollantaytambo.jpg (193.9 KB)   

    27-07-2012 om 00:00 geschreven door pelemansmeulders


    26-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Donderdag 26 augustus: Machu Picchu / Soundtrack: iets van “Los Hijos del sol”

    Laten we hier maar met de deur in huis vallen: Machu Picchu is één van de hoogtepunten van onze reis.

    Ja, het kost geld en veel moeite om er te geraken (geen wonder dat die Spanjaarden niet tot daar boven geraakten), maar het gaat hier dan ook om één van de belangrijkste archeologische sites in de wereld en één van de klassieke 7 wereldwonderen. Ondertussen staat MP ook op de lijst van bedreigde sites. Niet dat er een Inkavloek op rust , wel dat de site wordt bedreigd door z’n eigen succes (ondanks de beslissing om het aantal toeristen per dag te beperken tot 2400).

    Hoe er te geraken?

    Door de grote belangstelling voor een bezoek aan MP is het eerst en vooral een kwestie om op voorhand ingangstickets te kopen. Nog vóór we één voet op Peruviaanse bodem hadden gezet, hadden we onze tickets al gekocht (met dank aan onze Edegemse-Peruviaanse connectie/” Muchos gracias a Luc, Violetta e Ruby”). We kochten tickets voor een beklimming van de Huayna Picchu en een bezoek aan MP zelf.

    In Peru zelf begint de voorbereiding al 2 dagen voor het bezoek aan MP zelf. We moeten daar zien te geraken. In Cuzco kopen we treintickets van Ollantaytambo tot in Agua calientes bij Incarail (de uren zijn interessanter dan bij Perurail). MP is alleen te bereiken via trein (of helicopter). De exploitatie  van deze treinverbinding is in handen van (monopolie) enkele maatschappijen. Ze hebben het monopolie en vragen dus eigenlijk wat ze willen of wat de consument (wij dus) bereid is te betalen voor een bezoek aan MP.

    Gisteren vetrokken we dus met een busje van Cuzco naar Ollantaytambo (ong. 2 uur rijden). Vanuit Ollanta vertrok onze trein naar Aguas Calientes (1u30m) en vandaag staan we in Aguas Calientes klaar om per bus naar MP te vertrekken. Een dag op voorhand is handig, want dan kan je vroeg arriveren in MP en heb je de ganse dag om de site te bezoeken.  Aan de bushalte staat om 6u15 al een lange rij Mp liefhebbers. Blijkbaar gaan er vandaag 2500 bezoekers toegelaten worden.

    Bussen brengen ons in 30 minuten naar boven. We klimmen met de bussen steil naar boven (de haarspeldbochten lijken een beetje op Alpe d’Huez) langs een nog onverharde weg, maar te midden van een subtropischer vegetatie dan we tot nu gezien hebben (palmbomen, bananenbomen, veel bamboe,…).

    Wij geraken met onze picnic en flesjes en rugzakken door de ‘controle’ en stappen door (er was overal aangekondigd dat je niet met flesjes drank, eten en grote rugzakken binnen mocht). Deze namiddag  nemen we de tijd om de site grondig te bezoeken, maar eerst-stappen we in snel tempo door de site om aan de andere kant te geraken tot aan de voet van de Wayna Picchu (Huayna Picchu).  Daar begint het eerste deel van ons bezoek. (Wayna Picchu is de berg die je op alle foto’s  van MP ziet. Het is de berg die hoog oprijst achter de site). Je kan bij de aankoop van je tickets enkel kiezen voor de site Machu Picchu of ook toegang en wandelen op de Wayna Picchu – wat wij dus via Violetta gekocht hadden.

    Op weg naar de Wayna Picchu krijgt de rug van Debbie nog bezoek van een Atlasmot. We klimmen omhoog via uitgehouwen trappen en langs steile afgronden. Best wel lastig op deze hoogte. Iedereen klimt of kruipt (Gollem? Smeagol?) naar boven. Het laatste stukje loopt via een nauwe spleet in een grot en boven vormen een aantal willekeurig op elkaar gegooide rotsblokken de top. Van hier heb je uitzicht op MP, maar ook op de weider omgeving en een aantal besneeuwde topen van de Andes.  Je hebt hier ook uitzicht op een Chileense vrouw die gedurende een halfuur de toprotsblok kronkelend in beslag neemt. Ze kirt en vindt zichzelf redelijk fantastisch en wij overwegen haar ego een “duwtje” te geven. Ze lost zichzelf op. Gracias.

    We beslissen om er nog een goeie lap op te geven en kiezen voor een extra wandeling naar een grot. Die wandeling loopt in eerste instantie opnieuw naar beneden om dan rond de Wayna Picchu terug te komen.  Stevige wandeling, maar koekjes, belegde sandwiches zorgen voor een stimulans. Na een wandeling van nog eens 2 uur komen we opnieuw in het zicht van MP zelf.

    Na een sanitaire stop en een drankje starten we met het bezoek aan de archeologische site zelf. MP is geen ceremonieel centrum geweest, geen landingsplaats voor ET’s, maar eerder een buitenverblijf voor de inkakoning Pachacutec en z’n gevolg.

    Het bestaat uit een hoger en lager gelegen wijk. Wij beginnen onze wandeling bovenaan. Het is van hieruit dat alle klassieke, iconische panoramafoto’s van MP worden getrokken.  Waarom is MP nu zo speciaal en zijn mensen bereid om veel geld en tijd te besteden om het te zien?

    Het is een uitgestrekte site gelegen op een fantastische plek, omgeven met groen steile bergen /rotsmassa’s. Er doen ook veel mythische verhalen de ronde. Iedereen heeft wel een interpretatie klaar. Maar vaak neemt de fantasie het over van de realiteit. Kortom: MP spreekt tot de verbeelding.

    Soit, we doen de grote wandeling op de “oude berg” en wandelen doorheen de volledige site. We blijven tot laat in de namiddag ter plaatse en de grote massa is ondertussen ook al huiswaarts gekeerd. We zien nog een chinchilla en besluiten om naar Aguas Calientes terug te keren. De familie Peleman-Nys neemt de bus, de familie Smeulders-Poelemans wandelt terug.

    In Aguas calientes eten we nog iets, ontmoeten er nog oude bekenden (zie foto), halen onze bagage op en stappen op de trein naar Ollantaytambo. Daar checken we in in hospedaje  Munay Tika. We zijn moe en gaan slapen.

    Ter info: een bezoek aan MP (en Wayna Picchu) kost voor 1 volwassene: 150 euro. (inkom- trein-bus).

    Bart

    Bijlagen:
    Atlasmot.jpg (129.2 KB)   
    Bart en Arif.jpg (191.2 KB)   
    Huizen.jpg (159 KB)   
    Machu Picchu.jpg (185.2 KB)   
    Oude bekende.jpg (203.4 KB)   

    26-07-2012 om 00:00 geschreven door pelemansmeulders


    25-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.A ticket to ride
    Ola Belgica,

    We spenderen een laatste halve dag in Cusco, voor we richting Ollantaytambo zullen reizen. We staan voor de gelegenheid iets vroeger op - anders is de voormiddag er dadelijk door en kunnen we beter meteen naar het busstation  rijden. Ik maak Anna als eerste wakker - een erg gevaarlijke onderneming (enkel op eigen risico), omdat ik vind dat ze een keer moet douchen. Dat wordt hier wel eens uitgesteld, wegens te koud water, te heet water, te slaperig 's avonds. Gevolg - er zit er nadien eentje met een serieus ochtendhumeur aan tafel. We eten in de 'orangerie' van het hostal :) ons ontbijt en nadien stockeren we onze baggage in het achterkot van het hostal.

    Bart, Debbie en Thomas willen graag de kathedraal aan de Plaza de Armas gaan bezoeken. 't Steekt er naar 't schijnt vol schatten en krijgt in de verschillende gidsen 'een de moeite waard' gequoteerd. Ik ben niet in een kerkenstemming en stel voor om met (kinder)liefhebbers naar het plaatselijke chocolademuseum te trekken. Uiteindelijk gaan alle kinderen met me mee. Het kleine museum is gevestigd op de tweede verdieping van een mooi koloniaal huis met een plankenvloeren loopgang aan de Calle Garcilaso. In het museum worden we verwelkomd met een chocoladethee - lekker! We mogen het museumpje zelf rondgaan. Ik vertaal voor de kinderen de belangrijkste zaken: De Maya's dronken hun chocolade gemengd met water en koud en liefst erg pikkant. De Azteken veroverden de Maya's en leerden op die manier chocoladebonen kennen. Zij vonden het zo'n fantastisch product dat ze het verwerken ervan perfectioneerden (om te kunnen vervoeren over een grotere afstand) en ze gebruikten de bonen zelfs als betaalmiddel. De Spanjaarden ontdekten (Columbus zelfs nog in Honduras) chocolade op hun beurt begin 1500... Azteken moesten al hun bonen aan hen geven. Via de Spanjaarden kwam chocolade naar Europa. Zij mengen de drank voor het eerst met suiker, voegden ook gember en kaneel toe (maar hielden het nog steeds pikkant). Pas in 1600 is ene Hans...en nog iets er melk gaan bij doen en werd de chocolademelk geboren. Daarna werd chocolade vervoerd naar andere delen van de wereld waar het ook verbouwd kon worden. Pas in de 20ste eeuw is chocolade een product voor de massa geworden...

    In de keuken van het museum kun je een workshop volgen. Van het pellen van de bonen - tot je eigen stukje chocolade. De les begint om 11 u; jammer genoeg moest je op voorhand inschrijven, en duurt de cursus ook 2 uur. Anna en Mira zouden erg graag meedoen en vragen of ze niet mogen inschrijven voor de dag dat we terugkomen naar cusco. Het is 50 soles voor een kind. Ik zeg dat ik het zal bespreken met Debbie. Aan het einde van ons bezoek kiezen we 3 stukken chocolade (prijs zal ik maar niet vermelden) - een donker stuk met coca erin verwerkt, melkchocolade met zout van de Salinas de Maras en een gewoon stuk melkchocolade.

    Het is ondertussen half twaalf voorbij, dus neem ik de kinderen terug mee naar het hotel, waar we om twaalf u afgesproken hebben met Bart, Debbie en Thomas. W proeven allemaal van de chocolade op het dakterras van hostal Resbalosa en genieten nog heel eventjes van het uitzicht over Cusco. Dan is het tijd om op te stappen - we stappen de de steile trapjes af naar de Plaza, nemen een taxi naar de plek waar we een kleine collectivo kunnen nemen naar Ollantaytambo. Daar staan de busjes gewoon te wachten. Er is nog net plaats voor 8 op één van de collectivos. Voor 10 sol elk mogen we mee - de rugzakken worden snel op het dak gesmeten (sommige met, en andere zonder badge tegen de regen) de man van de bus vindt de badges maar onnozel... 't gaat toch niet regenen vandaag'. 

    Op de bus krijgen we tips van een oudere Peruaanse dame (Sonja)... over eten in Aguas Callientes; over waar we water en eten moeten kopen om mee te nemen naar Machu Picchu en over wat er te zien is in de dorpen en stadjes onderweg. Naast Thomas zit een Argentijns koppel die een korte citytrip naar Cusco en Machu Picchu doen... zij moeten inderdaad maar 4 u vliegen naar Lima natuurlijk. Ze denken er even over om een trektocht naar Choquequirai te doen, maar we leggen uit dat dit vanuit Abancay moet en een tocht van 65 km is over verschillende dagen. Misschien toch niet doenbaar op een tiendaagse trip. Next time dan maar.
    Onderweg zien we het landschap veranderen - 't wordt steeds groener en de beplanting meer en meer tropisch. Het gebied van de heilige vallei is immers grotendeels subtropisch. Uiteindelijk rijden we Ollantaytambo binnen, een klein stadje met een bescheiden plein en kleine straatjes, waar dan al de bussen doormoeten met toeristen die de trein willen nemen naar Aguas Calientes. Fijn voor dat dorp :) 
    We worden afgezet aan het treinstation, waar we allemaal koeken (zonder cacao) eten. De kinderen hebben reuzenhonger. Thomas en ik gaan - we hebben toch nog een uurtje de tijd - even op zoek naar een verblijfplaats in Ollantay voor de 26ste en de 27ste. We doen er niet te lang over. In Hotel Munay Tika hebben ze nog 2 tripples en een matremonial - we reserveren voor twee nachten. De rest van de tijd wachten we in een klein café-eethuis aan het station en werken snel nog wat empanadas naar binnen.

    Dan is het moment aangebroken om onze dure treinticketten te gebruiken. Incarail komt netjes op tijd. Het is een gedrum van jewelste op het perron - al die toeristen hé. Onze grote rugzakken moeten op het perron blijven staan - die worden achteraf in de trein gezet. Er is echt geen plaats om die grote zakken tussen onze benen te plaatsen. De trein vertrekt en rijdt door een ongelofelijk mooi landschap. Bergen foto-graferen lukt jammer genoeg niet, daarvoor schudt de trein te veel. We houden ons dan maar bezig met het raden van de nummers die instrumentaal gecoverd werden met een panfluit...; en we krijgen koffie en sapjes van de stuard en stuardess. Chique:)

    Het Perron in Aquas is nog een grotere troep. Het staat vol met gillende mensen van hostals op zoek naar welbepaalde toeristen. Ook Angie van Supertramp staat ons op te wachten. Ze neemt ons mee door Aguas naar het hostal... niks anders dan winkeltjes, en kraampjes, zoals we wel verwacht hadden. We krijgen een dormitory voor 8 op de tweede verdieping - ziet er wel in orde uit. We zullen hier ook maar een korte nacht doorbrrengen.
    Iedereen kan nu nog aan een ding denken... iets gaan eten en dan gaan slapen. We eten in restaurant Treehouse... een beetje duurder, maar met de ganrantie op lekker en proper bereid eten.  Eenmaal terug in de dorm, zetten we alarmen en sporen we kinderen aan om snel te slapen... de wekker staat op 5 u 15, want Machu Picchu staat op het programma.

    Slaapwel, Christel

    Bijlagen:
    Mars.jpg (236.4 KB)   
    Op weg naar Aguas Calientes.jpg (129.2 KB)   
    Stukje chocolade.jpg (148 KB)   
    Trein.jpg (168.5 KB)   

    25-07-2012 om 00:00 geschreven door pelemansmeulders


    24-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Cuzco, dag 2

    24 juli – ruines Cuzco

    In Cuzco zelf zijn er op zich niet veel grote Inca-overblijfselen, buiten verschillende muren verspreid over de stad. Buiten Cuzco zijn er wel een aantal te bezichtigen en aangezien die allemaal in onze dure boleto turistica inbegrepen zitten en ze echt de moeite zijn volgens de gids, gaan we hier een hele dag aan besteden. Na een lekker ontbijt – we hebben zelf wat vlees, fruit en yoghurt gekocht om eens iets anders te eten dan broodjes confituur – nemen we 2 taxi’s op de plaza armas en laten we ons 8km hoger buiten de stad afzetten ,aan de hoogste site Tambomachay. Zo hadden ze het in de gids aangeraden: de 4 sites liggen allemaal achter elkaar langs de baan naar Pisac, dus laat je afzetten aan de bovenste en wandel naar beneden terwijl je alles bezoekt.

    Tambomachay dus: een badplaats – buitenverblijf voor de Inca-koningen. In het voor hen heilige water werd ritueel gebaden; de gidsen verschillen wat hier. Mooie terrassen en ruïnes en met wat fantasie zal dit wel een mooi buitenverblijf geweest zijn. Wat verderop, 200m,  langs de baan, ligt een kleinere site Puka Pukara, “het rode fort”, een verdedigingsvesting geweest en opslagplaats voor Tambomachay. Na een kilometer verder wandelen langs de baan, worden er tot grote vreugde van de kinderen paardenritten aangeboden. Ze waren ervoor een offensief begonnen tegen de ouders om “nog eens iets leuks te doen” en met dit aanbod konden we hier toch al aan tegemoet komen. De kinderen en Bart voor 30 soles per persoon dus met de paarden naar de volgende site Qenko. Een leuk tochtje, de 3 anderen al fotograferend ervoor en achter ‘hollend’, een mooie wandeling langs de heuvels ipv langs de baan. De kinderen vonden het in elke geval heel plezant, Anna had een briesend paard!

     Qenko (“labyrint”)  is dan weer iets speciaals: niets spectaculairs gebouwd door de Inca deze keer maar een religieuze tempel uitgehouwen in de rotsen. Op de terrassen van Qenko hebben we dan even gerust en uno gespeeld om dan aan de laatste en grootste site te beginnen Sachsahuaman. Pachutec heeft hier dit grote verdedigingsfort laten bouwen. 2 lange zigzaggende muren waarvan de voorste steen van elke “zigzag” een gigantisch blok was van wel 3 ton! Er konden hier tot 1500 mensen in wonen, er was  een groot plein waar de koning naar wedstrijden en parades keek, maar waar de Inca een bloederige nederlaag hebben geleden tegen de spanjaarden. Een prachtig zicht op Cuzco.   We zakken  vanuit deze site nog wat af langs de weg en wandelen de stad terug in naar ons hostal. We beslissen om terug te gaan eten waar het gisteren zo goed was. Een fijne dag, morgen vertrekken we naar Aguas Calientes!

    Groetjes, Debbie

    Bijlagen:
    Aardappelen.jpg (349.6 KB)   
    Paardrijden.jpg (195 KB)   
    Sacsayhuaman.jpg (184.7 KB)   
    Tambo Machay.jpg (272.5 KB)   

    24-07-2012 om 00:00 geschreven door pelemansmeulders


    23-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Cuzco, dag 1
    Na de vermoeiende reis van gisteren doet het deugd om eens wat langer te slapen. Het nieuws dat het ontbijt tot half 10 wordt geserveerd werd gisteravond goed ontvangen. Tijdens een vakantie zoals wij ze momenteel beleven is er niet altijd gelegenheid tot uitslapen. We hebben al vele kilometers afgelegd en vaak moeten we vroeg opstaan.

    Vandaar dat we om 10 uur nog op het terras aan het ontbijt zitten. Er moeten wat tafeltjes bijgezet worden, we zijn immers met z'n achten. Prachtig zicht op de Plaza de Armas en het zonnetje schijnt. Maar toch is het zo'n zeldzame dag, zo'n dag die je slechts 1 keer hebt in die lange reis die je samen maakt. Iedereen een beetje moe en iedereen wat kribbig. Kinderen mopperen en volwassenen niet al te best gehumeurd. Des mensen he.

    Reizen zoals wij het doen impliceert ook dat er tijdens de reis nog dingen moeten worden geregeld. We zijn hier niet met een all-in formule en vandaag willen we de trein van Ollantaytambo naar Aguas Calientes in orde krijgen. Dat betekent eerst geld afhalen, ons dagelijks ritueel, inlichtingen inwinnen bij het toeristisch informatiebureau. Vervolgens lang aanschuiven bij Peru Rail om daar te horen dat er geen plaats meer is. Dan wachten bij Inca Rail om daar uiteindelijk erg hoge prijzen te krijgen voor de treintickets. Ter informatie Aguas Calientes is de laatste halte voor Machu Picchu. Het is geen bijzondere plek. Slechts een verzameling hotels en restaurants, maar je moet er nu eenmaal heen als je naar Machu Picchu wil. De treintickets zijn erg duur en jammer genoeg moeten Anna en William ook de volle pot betalen. Het is echt wel even slikken, maar we hebben onze entree voor Machu Picchu al betaald vanuit België. Dus even door de zure appel heen en gaan betalen. 

    Terwijl wij zitten te vitten over die hoge prijzen loopt een demonstratie over de Plaza de Armas. Politie met schild en knuppels zijn prominent aanwezig en zien toe op een betoging van studenten en arbeiders, vakbonden. Er heerst duidelijk ontevredenheid over het eerste jaar van Ollanta, de huidige president (voor 5 jaar verkozen). Hij deed veel beloftes en veel Peruanen zijn ongeduldig en willen vooruitgang zien. Ollanta wordt tijdens de demonstratie herhaaldelijk een leugenaar genoemd.

    Na alle administratieve poespas kunnen we eindelijk beginnen aan onze geplande stadswandeling. Die brengt ons door de drukke starten van Cuzco. We doen even de markt aan en kopen naast voor ons bekend fruit ook pepito's. Smaakt naar meloen en ze worden met enthousiasme onthaald door de kinderen. Cuzco is een mooie stad omringd door bergen. En het is natuurlijk de Inca-hoofdstad. Vandaag zijn we daar getuige van. Heel veel fundamenten van koloniale gebouwen zijn immers van Inca makelij. De Spanjaarden zorgden ervoor dat de Inca-tempels bedekt werden met kerken om zo de Inca-cultuur te muilkorven. Desalniettemin zie je hier heel veel straten en steegjes die bestaan uit originele Inca-muren. Hoe die Inca's die stenen op elkaar kregen blijft bijzonder, geen metselwerk en elke steen gaat naadloos (nou ja) in elkaar over. Indrukwekkend. Uiteraard zie je in die steegjes de obligatoire vrouwen in klederdracht met een lama. Sommigen onder hen worden zelfs door de stad betaald om te poseren voor toeristen. Vele anderen vragen een kleinigheid wanneer je hen op de foto wil zetten. Overal zie je ook mensen die typisch Peruviaanse waren aan de man willen brengen. Veel truien, sjaals, mutsen, wanten, al dan niet van baby alpaca. Vrouwen nestelen zich dan op de stoep en hopen zo al breiend hun breiwerk te slijten. Veel meer dan elders in Peru word je aangesproken met de vraag een kleinigheid te kopen.

    De wandeling brengt ons naar het Koricancha paleis (Zie foto), eerst een belangrijke plaats voor de Wari (pre-Inca) en later voor de Inca-koningen. De Spanjaarden roofden eerst het paleis leeg en bouwden er dan een klooster annex kerk op. Koricancha betekent gouden omwalling. Toen de Spanjaarden in Cuzco arriveerden konden ze hun ogen niet geloven. Het enorme bouwwerk had muren die bovenaan volledig met goud bedekt waren. Bovendien bevond er zich in het complex een zonneschijf, uiteraard ook weer in puur goud. Onder het tempelcomplex was er een artificieele tuin die bestond uit gouden planten, bloemen, lama's, bomen. Alles gemaakt in goud en zilver en bedekt met edelstenen. Hongerig naar goud waren de Spanjaarden er als de kippen bij om al die rijkdom te plunderen. Voor de Inca's had goud een andere betekenis. Ze vonden het gewoon een mooie kleur hebben.

    In een straat verderop vinden we de beroemde Steen der Engelen, een enorme steen met 12 hoeken. Een knap staaltje van Inca-architectuur. Heden ten dagen de plek om een foto te nemen en bewaakt door een 'Inca' die gromt wanneer je de steen durft aan te raken.

    Stilletjes aan eindigt onze wandeling bij de Plaza San Blas. Maar eerlijkheidshalve doen we wel erg lang over het laatste stukje daarnaartoe. Er zijn immers leuke winkeltjes en we geven onze ogen de kost. En we houden het uiteraard niet enkel bij windowshopping. Altijd is er wel iets leuk om te kopen. Zo koop ik een prachtig geweven doek. Geen idee wat ik daar mee ga doen, maar ik kon niet weerstaan aan het vakmanschap waarmee de doek werd vervaardigd. Hecho a mano natuurlijk, zoals zoveel spullen hier. Uiteraard is er ook veel 'toeristenrommel'. 

    We sluiten de wandeling af met een bezoek aan een leuk restaurant waar William zich als eerste waagt aan de cuy (cavia). Het beest belandt echter niet integraal op zijn bord maar in stukjes. Dat is natuurlijk een beetje valsspelen. Bart en Christel hebben immers de intentie om het beestje in zijn volledigheid te veroberen. Geloof me dat is geen vrolijk zicht. Zoals zoveel restaurant in Peru wordt ook dit etablissement 'overvallen' door een drietal muzikanten. Ik ben daar meestal verre van enthousiast over maar deze drie kerels zijn echt de moeite. Met een aanstekelijke vrolijkheid brengen ze een viertal nummers ten berde. Geen 'El Condor Pasa' maar andere minder bekende nummers. De samenstelling is vrij uniek want een van hen is een accordeonist uit Toulouse. Dat geeft een leuke combinatie. Instrumenten van dienst: dubbele panfluit, een blokfluit-achtig instrument, de cajón (kistvormig instrument waar je opzit en met vlakke hand ritmes produceert), kleine gitaar, belletjes en ratels. Een mooie afsluiter voor een eerste dag Cuzco.

    Thomas
      

    Bijlagen:
    Bushalte.jpg (165.2 KB)   
    Inca-muur.jpg (369.3 KB)   
    Korikancha.jpg (194.9 KB)   
    Steen der Engelen.jpg (184.1 KB)   

    23-07-2012 om 00:00 geschreven door pelemansmeulders


    22-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zaterdag 22 juli Puno-Cuzco / Soundtrack: Agurk Players - The bus

    Ola Todos

    Aangezien Peru nogal een groot uitgevallen land is (40x België) en wij toch graag zo veel mogelijk willen (af)zien, spenderen we wel wat tijd in een taxi, collectivo (kleine busjes), bus, vliegtuig, tuk-tuk,…

    De meest aangewezen manier om hier afstanden op een comfortabele en relatief goedkope manier af te leggen is een bus nemen. Het bus netwerk is vrij goed uitgebouwd met een ruim aanbod aan busmaatschappijen die op regelmatige tijdstippen rondrijden. Met 8 reizigers zijn we echter wel genoodzaakt om op voorhand bustickets te regelen.

    Vandaag kozen we Transzela.  Zij zulllen ons van Puno naar Cuzco brengen. Het wordt een dagetappe van 6 uur (voor langere afstanden kiezen we voor nachtbussen, zie Lima-Arequipa en binnenkort Cuzco - Puerto Maldonado).

    Na een kleine, valse start (Debbie moest vanuit de busterminal nog even naar het hotel om wat vergeten  bezittingen op te pikken: knuffeluiltje van Mira, tandenborstel Bart en de teensletsen  van Willam – die zich niet echt bewust was van deze vergetelheid) stappen we op de bus.

    We zitten bovenin (dubbeldekkers) vooraan in comfortabele zetels (we kunnen die naar achter leggen met een extra voetsteuntje). Mira en Anna zitten zelfs helemaal voorin met een panoramisch zicht van 180° (Celsius zal later blijken wanneer de zon vol op hun raam scheen). Op deze bus echter geen airco, TV-animatie en warm eten. Voor animatie en eten zorgen we zelf (zoals thuis werd gezegd:”gezelligheid mokt te zelf héé”)

    Vanuit Puno reizen we via Ayaviri en Sicuani tot in Cuzco. We rijden door de altiplano (hoogplateau/hoogvlakte) en het landschap veranderd van een open, dorre vlakte naar een meer gesloten, steiler en  groener landschap (De Spanjaarden hebben hier massaal veel eucalyptus bomen geïmporteerd).

    Na een busreis van 7 uur arriveren we in Cuzco. We nemen een taxi naar Hotel Casa Helena. Zij hadden via mail laten weten dat er nog plaats was voor 8 pers. Bij aankomst blijkt echter dat alles al verhuurd is. Blijkbaar had ze onze laatste mail  ter bevestiging niet ontvangen. Bullshit. Over naar plan B: Debbie en Thomas gaan te voet op zoek naar een andere huisvesting.

    Uiteindelijk kunnen we terecht in Hospedaje Resbalosa. Een eenvoudig hostal met,  vanop het dakterras, een mooi uitzicht op de plaza de armas.

    We eten nog iets en kruipen dan in onze nestjes. Morgen verkennen we Cuzco.

    Bart

     

    Bijlagen:
    Grens.jpg (182.7 KB)   
    Plaza de Armas.jpg (163.6 KB)   
    Tussenstop.jpg (203.2 KB)   
    Zicht hotel.jpg (247.8 KB)   

    22-07-2012 om 00:00 geschreven door pelemansmeulders


    21-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.21 juli 2012 - Viva Belgica - vanuit Puno en vanop het Titicaca meer

    Dag lieve luitjes thuis,

    Er kan alweer een nieuwe dag beginnen in het zonnige Peru. We trekken jassen aan van 's ochtends. Hoewel ik een goeie nachtrust gehad heb - in een extra slaapzak en onder een paar kg dekens - klagen Bart en Debbie van te veel lawaai op straat. Er wordt geroepen, gefeest en  het verkeer zorgt zoals gebruikelijk ook voor de nodige decibels. Anna vraagt zich vooral 's ochtends af waarom we tijdens onze zomervakantie - geassocieerd met warm weer (al hoor ik dat het niet vet is in België) - net in de kou moeten zitten.
    Maar tegen dat we vertrekken is iedereen goedgezind :) en kunnen we genieten van het frisse maar zonnige Puno. We wandelen langs het postkantoor om onze kaartjes te posten. en daarna zetten we koers naar de haven, waar we hopelijk de Yavari kunnen bezoeken, een oud Brits stoomschip uit de 19e Eeuw dat ze in stukken over de Andes hebben vervoerd - vandaag ingericht als museum. Bart heeft echter een afspraak met Ivo (kennis van iemand die Bart in België ken en die in Puno woont) aan wie hij een pakje uit België moet bezorgen; hij komt later naar de Yavari. De rest vertrekt naar Yavari. Daar aangekomen merken we dat de stoomboot een paar km verder op langs het meer ligt en dat we dat stuk onmogelijk te voet kunnen afleggen. Wat zullen we nu doen? Wachten op Bart aan de pier en hopen dat hij niet gewoon een taxi naar de Yavari neemt. Zelf een taxi naar de Yavari nemen en hopen dat Bart hetzelfde doet? Er ontstaat een beetje verwarring en ondertussen worden we op de pier door verschillende mensen aangesproken om ons met de boot naar Uros te brengen, of een tochtje te maken, of om iets te verkopen. We ontmoeten ook een zekere Roberto. Hij toont ons zijn boot en zegt dat hij ons best een uurtje wil rondvaren op het meer (dan hebben we toch een tocht op het beroemde meer gemaakt hé); hij kan zelfs voorbij de Yavari varen. Maar waar is Bart? Debbie besluit een eindje terug te wandelen en hem te gaan op wachten. Ze denkt er aan dat Bart met haar GSM naar Ivo gebeld heeft, en slaagt erin hem te bereiken. Bart was nog aan 't keuvelen met Ivo; we mogen hem subiet, binnen 10 minuten, direct verwachten...
    En dan maken we samen een tocht in de boot van Roberto voor 60 sol. Hij vaart ons naar een klein eilandje in het meer dat vol vliegen en muggen zit...omdat er ook 3 varkentjes wonen. Oké, we konden niet meer naar Uros (dat zien we wel heel in de verte liggen). Iedereen klimt wat op rotsen, geniet van het uitzicht, of van de vogels op het water en in het riet. Na een kwartiertje klimmen we terug in de boot en vaart Roberto ons netjes terug naar de haven. Het is ondertussen half twee en tegen twee uur zouden we worden opgepikt aan het hotel voor een trip naar de Sillustani graftombes. We wringen ons snel in enkele tuktuks en snorren naar het hotel... 'die van Thailand waren een pak sneller,' beweert William.
    We hebben amper tijd om nog iets te wisselen in het hotel, een empanada naar binnen te werken of we worden al geroepen door de man van het reisbureau en de gids van de tour. een vol programmaatje kun je 't noemen.  De busrit naar de archeologische site in Sillustani duur ongeveer 45 minuten. Onderweg stoppen we een keer om het uitzicht over Puno aan het Titicacameer te kunnen fotograferen.
    De gids biedt alweer uitstekende service. Hij moet twee busjes (+/- ongeveer 30 mensen samen) gidsen in het Engels en het Spaans; beslist geen gemakkelijke klus. Ik zou jullie de hele santakraam kunnen herhalen... maar dan zit ik vast tot vannacht te bloggen, dus hou ik het bij de belangrijkste zaken:
    De Chullpa tombes van Sillustani zijn verschillende graftombes uit het pré-Incatijdperk (+/- 500 jaar oud) gebouwd door het Colla-volk; hoewel sommige stukken al in samenwerking met de Inca gebouwd werden ('t is beter samen te werken dan te blijven vechten zeker - want gevochten hebben ze zeker). De graftorens van de belangrijkste overledenen waren het grootst en mooist... steeds gebouwd in de vorm van een enorme fallus. De doden werden in foëtushouding in een binnenconstructie begraven. Betekenis: moeder aarde en de zonnegod zorgen samen voor een nieuw leven voor de dode = reïncarnatie eigenlijk. Soms werden ook anderen geofferd als er een belangrijke persoon doodging. Met gehandicapte kinderen hadden ze er minder moeite mee het offer sneller te brengen als bij anderen. De bouwwerken werden gebouwd met Sillar en vulkanisch gesteente. Vooral de Sillar (witte steen) zorgt voor problemen om de tombes te bewaren (te poreus). Na een grondige uitleg kunnen we de site nog eens rondwandelen en van een panoramisch uitzicht over het hoofd van het meer ( lake Umayo) genieten. Dit laatste ligt hoger dan Titicaca en smaakt minder zout.
    Op de terugweg naar de bus zit een jongentje met een kleine alpaca te wachten tot toeristen hem willen fotograferen. Hij palmt Mira en Anna helemaal in. Ze aaien de Alpaca en het jongentje vraagt wat het vreemde ding rond mijn nek is. Ik laat hem kijken door de verrekijker en zijn verwondering is minstens zo groot als de interesse van Mira en Anna in de Alpaca. We nemen en foto... en dat kost ons een centje voor zijn melk, zegt hij. Geen probleem uiteraard.
    Tegen de tijd dat we terug in Puno arriveren is de zon onder en dat voelt onmiddellijk veel kouder aan. We gaan een hapje eten in een lokale pub voor Peruvianen en spelen Uno tot lang nadat alle koffie en thee op is. Daarna trekken we naar het hotel. We checken de mail om te zien of er reacties zijn op onze reservatievragen voor verblijf in Cusco... slechts eentje blijkt vrij te zijn. 't Is een iets duurdere zaak - maar iedereen kijkt uit naar Peruaans ontbijtbuffet en lekker warme douches, dus bevestig ik 'Casa Elena'. 
    En dan snel in onze koude bedjes, want morgen moeten we vroeg op. We hebben een busreis van 6 uur voor de boeg die ons naar cusco zal brengen. Maar dat verhaal zal Bart jullie vertellen.

    Groetjes, Christel

    PS - alles kits in het thuisland? 


    Bijlagen:
    Boot.jpg (164.5 KB)   
    Bruidsstoet.jpg (139.1 KB)   
    Sillustani.jpg (162.5 KB)   
    Vermoeidheid.jpg (108.2 KB)   

    21-07-2012 om 00:00 geschreven door pelemansmeulders


    20-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Met de bus naar Puno, 20 juli

    Hallo,

    We zijn ondertussen vrijdag 20 juli, 7u en 2 taxi’s brengen ons naar het busstation, waar we voor de eerste keer een minder aangename kant meemaken van de reisbureau’s: Wonderland Peru had ons wel een ontvangstbewijs gegeven voor de betaalde busrit van Arequia  naar Puno, maar er “vergeten” bij te vertellen dat we wel de tickets zelf nog hadden moeten ophalen!  Enfin, snel naar de andere kant van de straat voor de tickets, de plaatsen waren gelukkig nog niet doorverkocht, en dan met de bagage ingecheckt. We hadden al een wantrouwen bij dat mens van Wonderland en dat bleek dan toch uitgekomen: ze probeerde nogal hard tickets aan te prijzen voor de toeristenbus maar  die vertrok pas om 13u zodat we na 6u rijden laat in Puno zouden zijn, dan liever een busmaatschappij die we niet zo kenden (Julsa) maar wel om 20u vertrok. “het is niet zo te vertrouwen, let op je bagage, er zijn geen toiletten aan boord,…” allemaal leugens dus, zo bleek ….

    Na een busrit van 6u komen we dus aan met enige vertraging aan in Puno rond 15u, ondertussen had een man ons 2 hotelletjes aangeprezen en belanden we dus in hotel Europa. Onze bustickets voor Puno-Cuzco voor 22 juli hadden al we bij Colca Trek gekocht (en die hadden wel gezegd dat we nog de echte tickets in Puno moesten ophalen bij een bevriend bureau) worden ons door het bureau zelf gebracht en de man probeert ons wat trips voor de dag nadien aan te prijzen. De ‘tourist-trap’ – een boottocht naar Uros, het drijvende eiland, slaan we af (we zoeken morgen zelf op de één of andere manier op het Titicacameer te varen)  maar de uitstap naar Sillustani, een site op een landtong met zicht op het meer en de bekende graftombes van de Colla-bevolking (pre-inca) nemen we aan. Morgen gaan dus tussen 14u30 en 18u naar deze  plaats, ik ben benieuwd …

    Groetjes, Debbie

    20-07-2012 om 00:00 geschreven door pelemansmeulders


    19-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Laatste dag Arequipa, 19 juli

    Belangrijkste feit vandaag. Nadat gisteren met de antibioticakuur is begonnen is Arif weer helemaal de oude. Na de 2 prachtige maar ook vermoeiende dagen in de Colca Canyon beginnen we onze laatste dag in Arequipa erg rustig.  We gaan zo laat mogelijk ontbijten. Mira krijgt een aanvalletje van voedselheimwee. De broodjes met confituur vinden niet langer genade. Ook Arif spreekt al enkele dagen van een Lange Jan met frietjes, hij heeft er zelfs al over gedroomd.

    Vandaag op het programma. Geld afhalen, alweer. Dat blijkt echt wel een probleem. Voor al wie ooit van plan naar Peru te reizen: neem veel cash geld mee. We dachten makkelijk geld te kunnen afhalen (in Zuid-Afrika was dat alvast geen probleem), maar heel vaak is er iets mis met de bankautomaat en als we geld kunnen afhalen is dat beperkt tot enkele honderden soles. Als je dan bedenkt dat je telkens een commissie moet betalen dan zijn we daar al flink wat euro’s aan kwijt. Heel vaak kunnen we ook niet betalen via een kredietkaart. Dus kampen we voortdurend met cashflowproblemen.

    Deze morgen verliezen we toch weer tijd met het afdweilen van bankautomaten. In de voormiddag passeren we nog een laatste keer langs het bureau van Colca Trek om daar onze bustickets van Puno naar Cuzco te regelen. Cuzco is immers een erg populaire bestemming en we willen niet voor voldongen feiten komen te staan (lees geen bus naar Cuzco).

    Na de financiële en transportperikelen begeven we ons met de hele ploeg naar het universiteitsmuseum. Want aldaar vinden we de wereldberoemde Juanita, het meisje van Ampato, de ijsprinses. In 1995 barstte de vulkaan Sabancaya uit. Algauw werd een expeditie uitgestuurd naar de vulkaan Ampato om vandaaruit de erupties gade te slaan. Deze expeditie onder leiding van Johann Reinhard vond toen boven de 6000 m het perfect bewaarde lichaam van een Inca-prinses. Het meisje was door de vulkaanuitbarsting losgekomen en het ijs waar ze in was bewaard was gezakt.

    Haar gelaat was wel getaand door de felle zon tijdens de dagen dat ze daaraan werd blootgesteld, maar de huid op haar lichaam was griezelig goed bewaard. Bovendien werden op dezelfde vulkaan nog 3 andere ‘mummies’ gevonden. Deze kregen echter minder prozaïsche namen: meisje 2, meisje 3 en jongen 1.

    In het museum krijgen we eerst een film te zien, gemaakt door National Geographic. Dat is een mooie opbouw naar het eigenlijke bezoek en geeft de nodige duiding. Vervolgens bezoeken we enkele zalen waar alle voorwerpen gevonden bij Juanita worden tentoongesteld. Daaruit werd het verhaal rond het meisje afgeleid. De Inca-prinses werd onder begeleiding tot bijna bij de top van de Ampato gebracht om daar te worden geofferd aan de berg. Ze was om en bij de 12 jaar en van adel. De reis begon waarschijnlijk in Cuzco dus het gezelschap (priesters) moeten weken onderweg geweest zijn. Waarschijnlijk kreeg ze daar een verdovend brouwsel te drinken en vervolgens werd ze met een klap tegen de schedel ter dood gebracht. Vermoed wordt dat ze al erg onderhevig was aan hoogteziekte. Ze moet erg bang geweest zijn maar ook trots. Ze zou immer als halfgodin mogen plaats nemen tussen de berggoden.

    Helemaal op het einde zien we dan uiteindelijk Juanita zelf. In een erg donkere en koude kamer wordt ze bewaard in een glazen kast bij -20 graden. Het is een erg fascinerend beeld. Helaas zijn foto’s niet toegelaten. Dus wil je een beeld dan moet je ze even googlen.

    Na het museum bezoeken we de markt van Arequipa. Erg leuk, erg kleuurijk ook. We kopen fruit en brood voor de trip van morgen. Ook een groot stuk kaas. We proeven voor het eerst een exotische vrucht van Peru. Chirimolla. Ik ben niet zeker van de schrijfwijze maar dat het lekker is weet ik wel. Blijkbaar is er op de markt ook een afdeling ‘geneesmiddelen’. Heel veel kruiden uiteraard, sommigen heel bekend andere weer niet. Maar vooral de gedroogde lamafoetussen vallen erg op. Op de markt worden ook levende dieren verkocht, waaronder natuurlijk cavia’s.

    Na de markt wandelen we naar een restaurant ‘Tradicion Aruiquipeña’. Dat staat in de gids aangeprezen als etablissement waar je streekgerechten kan proeven. Het is echter een heel eind wandelen en de zon steekt nijdig. Het voordeel is dan wel dat je door de straten buiten het centrum wandelt en dan kan je je ogen weer de kost geven. Het restaurant zelf is wat prijzig maar het eten is lekker. Oh ja, voorlopig wagen Christel en Bart zich nog niet aan de cavia, ook al staat die op het menu.

    Morgen naar Puno, een stad aan het Titicaca meer. Met 3810 meter het hoogst bevaarbare meer ter wereld. Dus ijle lucht, warm overdag, erg koud ’s nachts, droge neuzen, gesprongen lippen, de huid die afziet. Maar we willen het voor geen geld van de wereld missen.

     Thomas

    Bijlagen:
    Geluksbrenger.jpg (151.8 KB)   
    Markt Arequipa.jpg (213.8 KB)   

    19-07-2012 om 00:00 geschreven door pelemansmeulders


    18-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Colca Trek dag 2 - soundtrack: Simon and Garfunkel El Condor Pasa
    Dag 2 van onze Colca-"trek". Het strak tijdschema blijft van kracht. Fris en monter verschijnen we aan de ontbijttafel. Iedereen heeft lekker geslapen (Viva el Diamox, viva el Enterol, viva el magistrale bereiding tegen hoogteziekte) . We starten met een korte wandeling vanuit Cabanaconde naar enkele miradors (= nen belvédère in schoon Nederlands).
    Het eerste deel loopt langs de "hoofdbaan" en is dus niet bijster boeiend. Daarna wijken we van de weg af en bewandelen we zandweggetjes langs de canon. Terwijl we genieten van de mooie vergezichten op de canon, doceert onze gids over de culturen in de Colca canon.
    Ik geef 1 voorbeeld van  een cultureel gebruik mee aan de trouwe lezers van deze blog/ Je kan er dan altijd eens mee uitpakken bij den bakker of op een trouwfeest om een vervelende, pijnlijke stilte in een  gesprek mee op te vullen.
    Wist je dat?...
    de bewoners van de colcacanon hun schedels uittrokken. Van jongsaf aan werd met hout een soort van bekisting rond de schedel gemaakt. Dat werd strakker en strakker opgebonden zodat de schedel langer werd gemaakt. In de dorpen waar de top van de vulkaan (bv. Ampato-vulkaan) puntig was, werd de schedel puntig uitgerokken, in de dorpen waar een platte vulkaan centraal stond in hun leefwereld werd de schedel afgeplat. Het soort vulkaantop bepaalde dus de vorm van de schedel. Dit gebruik werd door de Spaanse kolonisator verboden.
    Om de conversatie bij den bakker wat vlot te trekken kan je nog vermelden dat ook in het Noorden van Congo, bij de Azande en Mangbetu deze schedelvervorming gebeurde.

    We stappen verder richting mirador cruz del condor. Deze mirador is het bekendste uitkijkpunt in de canon. Vanop dit punt kan je de condors zien opstijgen uit de canon. Daarvoor maken zij gebruik van de thermiek (s'morgens warme luchtstromen wanneer de zon opkomt). Bij aankomst aan de mirador staan er reeds 150 mensen te koekeloeren. Een persoonlijke audiëntie bij de condors zal er dus niet in zitten. Dat hoeft ook niet echt, aangezien er al een jonge condor af en toe boven deze massa scheert; hij voert zijn nummertje op en vliegt op 10-20 meter boven onze hoofden. Het gaat om een jonge, bruine condor (volwassen condors zijn zwart met wit). Dit is een machtige vogel: 1,20 meter groot, 3,30 meter spanwijdte, 15 kg zwaar. Iets verderop vliegt er ook nog een volwassen exemplaar.     
     
    Na een halfuurtje "condors kijken", rijden we verder met ons busje. Volgende halte zijn de thermische baden van Yancay. een warmwaterbron waarin je kan ontspannen. En dat doen we. De kinderen nog het meest.
    We eten nog in Chivay (Peruvaans buffet), nemen afscheid van onze Canadese kennissen en keren alleen terug naar Arequipa. Onderweg stoppen we nog even om watervogels te bekijken, maar na een vlotte busrit (zonder persoonlijke ongemakken) zijn we opnieuw in hotel Casa Del Sillar.

    Iedereen is ondertussen bijna volledig hersteld. Hoogte ziekte werd/wordt bestreden met de juiste pillen. Ook Arif is weer beter. 

    Bart  


    Bijlagen:
    Condor.jpg (51 KB)   
    Ezel.jpg (243.9 KB)   
    terrassen.jpg (232.3 KB)   
    Warm bad.jpg (207.6 KB)   

    18-07-2012 om 00:00 geschreven door pelemansmeulders


    17-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.17/07/2012 - Canyoning the Colca - Colca the Canyon - veel wauw en oh's

    We springen te zevenen uit ons bed, letterlijk. Om half acht MOETEN we ontbijten, want vanaf 8 uur zou het busje van ‘Colca Tours’ al aan de deur kunnen staan. Met de kinderen is dat niet altijd makkelijk. Je moet ze aansporen om op te staan, snel te douchen, mee te helpen om hun rugzakken te pakken en erop toezien dat ze niks laten liggen. Maar, finaal eindigen we netjes op tijd aan tafel en zijn we bijna klaar op het ogenblik dat ‘Ruswell’ onze gids aanbelt. We smijten de grote rugzakken en alle bagage die we niet mee willen nemen in een stockageruimte van ‘Casa del Sillar’ en lopen door het steegje de deur uit en hoppen op de bus. Daar zit al een Canadees koppel in uit Quebec (tijd om wat contacten te leggen voor de volgende bestemming binnen twee jaar misschien hé).  Er komen nadien nog twee mensen bij uit Duitsland, en dan rijdt onze chauffeur ‘Jorgé’ richting Colca.

    Ruswell legt uit dat we eerst zullen stoppen in het ‘Reservas Nacional de Agua Salinas’, dat we regelmatig stops zullen maken om de drie grote vulkanen te bekijken (El Misti, Chanchani en Pichu-Pichu) alvorens door te rijden naar het hoogste punt - 4910 meter (= hoger dan de top van de Mont Blanc - daar heb je een goed zicht op Hualca-Hualca  en op El Misti, waaruit de Amazone ontspringt) om dan opnieuw te dalen naar Chivay (3600 m).

    ’t Is een goeie gids die met onmiskenbaar veel liefde voor zijn land, behalve info over de natuur en de omgeving, ook politieke, economische en culturele informatie geeft over Peru. Hij vertelt dat de Pueblos Nuevos – nieuwe dorpen in sneltempo groeien rond Arequipa, maar dat de huizen ondanks het feit dat ze er al 20 jaar staan nog steeds geen stromend water hebben. Mensen staan alle dagen om 5 u op om water te komen dat in grote containers rondgebracht wordt (60 l voor 1 Sol = 3.21 €). 27 % van de bevolking van Peru is heel arm. Dwz, ze leven van +/- 300 sol per maand (bedenk dat de prijs van één trip naar de Colca voor 1 volwassene 380 Sol bedraagt en dat we gisteren Lomo gekocht hebben tegen 22 Sol/kg).  In ieder geval Ruswell hoopt dat de nieuwe president ervoor zal zorgen dat – zoals hij beloofde voor de verkiezingen – elke Peruviaan binnen 5 jaar zal voelen dat de economische toestand verbeterd is. Ollanta zal binnen een jaar de oude contracten met verschillende buitenlandse mijnbedrijven moeten heronderhandelen… vandaag betalen de US, Candada, Noorwegen, Duistland, … bv nog steeds evenveel taksen op het koper dat ze ontgonnen dan in de jaren 90 – terwijl de koperprijs enorm gestegen is ondertussen. Ik hoop met hem dat de nieuwe president zijn beloftes inderdaad weet na te komen…

    Na een uurtje en half en na het landschap te hebben zien veranderen in een mooie en uitgestrekte woestenij rijden we het Reservas Salinas binnen… daar merken we voor het eerst de vicuñas op, een van de twee wilde kameelachtigen van Zuid-Amerika. (later zullen we de gedomesticeerde Lama en Alpaca nog tegenkomen. Van de wilde Huanaco echter geen spoor – van hen lopen er nog slechts enkele duizenden rond in Peru en ze komen nooit dicht bij de weg). De Vicuñas grazen langs de kant van de weg, met op de achtergrond - ik weet al niet meer de welke – vulkaan. Een mens geraakt gedesoriënteerd op den duur door al dat draaien en keren en stijgen.  We kunnen allemaal een sanitaire stop maken aan de ingang. De toiletten spoelen niet door… de toiletafvoer is bevroren. Vanaf nu trekken we om uit te stappen een warme trui of zelfs een jasje aan. Vreemd, want de zon steekt enorm.

    Kort na de inkom rijdt Jorgé van de weg af; we rijden nu over een hobbelig pad door het woestijnachtige landschap tot we op het punt gekomen zijn dat we te voet verder moeten. We maken een klein wandelingetje om enkele bijzondere rotsformaties te bekijken. Die worden gevormd door de wind en naar beneden stromend water (tijdens het regenseizoen). De bodem ligt bedekt met vulkanische as van toen de vulkaan Chachani nog eens buikpijn had… lang geleden hoor.

    Ruswell is onze tijdsbewaker, hij drijft zijn kudde tijdig samen als het tijd is om naar de bus terug te keren. Maar valt dat tegen. De lucht is ijler en de inspanning van 500 meter naar boven stappen voelt aan alsof ik al km’s gestapt heb. ‘En nu gaan we stijgen naar 4900 m’, zegt Roswell. Van daar heb je een fantastisch uitzicht. Kan wel zijn, maar ik voel me toch minder en minder happy worden. Ik vraag de anderen hoe ze zich voelen. Maar zij schijnen zich niet even duizelig en mottig te voelen. Ik voel de druk achter mijn ogen, krijg het erg benauwd en kan nog net het afvalzakje van onder mijn stoel trekken… zakje vol, vreselijk gevoel. Daarna stoppen we aan het uitkijkpunt en bekijken we nog een bijzondere plant die alleen boven 4000 meter hoogte voorkomt en op een rots lijkt (als je erin snijdt komt er een soort hars uit dat gebruikt wordt om artritis te behandelen). ’t Is prachtig, maar ik heb nu ook nog hoofdpijn. Dit is nu Soroché – hoogteziekte; ik neem onmiddellijk een Diamox-pilletje en hoop op beterschap.

    We dalen tot 3600 meter en lunchen in Chivay (een fantastisch Peruviaans buffet). Ondertussen blijken ook Debbie, Anna en Mira wel wat last te hebben van hoofdpijn. Arif voelt zich al een paar dagen slapjes, maar dat hoeft niet noodzakelijk van de hoogte te zijn. Voor de zekerheid geven we Mira, Arif en Anna een halve Diamox. Debbie neemt het preparaat dat zij door het tropisch instituut voorgeschreven kregen.

    In de namiddag rijden we door naar Cabanaconde (we zullen slapen op 3700 m). Maar voor we daar arriveren maken we nog verschillende stops. Het landschap is prachtig. De terrassen van de Wari (pré-incacultuur) zijn nog steeds in gebruik. Roswell geeft veel uitleg (gelieve zelf eens op te zoeken op Wikipedia, hé – iedereen lacht me nu al uit over mijn lange en gedetailleerde verslaggeving). Hij toont ons de Waritombes die heel hoog tegen de rotsen gebouwd werden. We zien verschillende soorten roofvogels én een Viscacha of twee.

    Na deze stop, hebben we nog een kleine wandeling voor de boeg. Die gaat naar Mirador Cruz del Condor. Hopelijk zullen we daar voor het eerst Condors zien. We stappen uit en lopen langs een pad op de rand van de Colca Canyon. Ik vind geen woorden om de schoonheid van dit landschap te beschrijven; het zit hier vol vogels. Ik had ze graag allemaal kunnen opzoeken in mijn veldgids, maar de inspanning op deze hoogte speelt me alweer parten. Ik voel me opnieuw even mottig als voorheen en stap erg traag naar de Mirador. Onderweg zie ik de Kolibri’s fladderen en zoemen, groene parkieten in flocks voorbij scheuren en voel ik me teleurgesteld over het feit dat ik me net nu zo ziek moet voelen. Met de Mirador in zicht zien we ook grote schaduwen langs de rotsen in de verte bewegen. ‘Condors’ zegt Roswell. Hier zijn ze dan, die grote majestueuze koningen van de Andes. Ik kijk een paar keer door de verrekijker en probeer me daarna zo goed als mogelijk te handhaven tot aan het busje.

    ‘ ’t Is niet ver meer’, zegt Roswell. ‘Binnen een kwartier zijn we in Cabanaconde.’ Vlak voor aankomst moet ik een tweede keer braken. Ik begeef me zo snel ik kan naar mijn hotelkamer en kruip in bed. We eten pas om 19 u 30, ik heb een uur en half om een beetje te bekomen. De anderen installeren kinderen en bestellen eten – ik laat hen maar begaan. Thomas neemt de kinderen mee naar het feest dat op dat moment aan de gang is in Cabanconde (Fiesta del Virgen Carmen) – ze komen super enthousiast terug met geweldige foto’s en filmpjes.

    Dat dutje heeft me goed gedaan en aan tafel was het best gezellig. Bart en Debbie praten met de Canadezen en ik en Thomas babbelen met het Duitse koppel over cultuur, reizen, politiek, kinderen en andere koeien en kalveren. Morgenochtend zullen we mailadressen uitwisselen zowel met die van Canada als met de Duitsers.

    Ik kijk uit naar morgen. Het is hier immers zo bijzonder mooi dat ik dit voor geen geld van de wereld zou willen missen, met of zonder Soroché.
    Liefs, Christel,

    PS - aan iedereen thuis dikke kussen en knuffels - ook van de kinderen. Hopelijk alles in orde met Opa?

    Bijlagen:
    Berg.jpg (178.4 KB)   
    Lama.jpg (202.9 KB)   
    Sumbay.jpg (132.8 KB)   
    Vicuñas.jpg (298.2 KB)   

    17-07-2012 om 00:00 geschreven door pelemansmeulders


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Bezoek aan Santa Catalina klooster, 16 juli
    Ola,

    Na een goed nachtje slapen in casa de sillar, blijf ik bij de kinderen en gaan Christel, Thomas en Bart nog bij eens reisbureau checken en de knoop doorhakken. Arif is nog steeds niet goed, diarree - hevige buikkrampen en vorige avond tot 38,5° koorts; nu is hij al beter dan de vorige avond, William is beter. We houden het voorlopig bij enterol en paracetamol voor de koorts en houden het goed in het oog.
    Na een tijd komen de anderen terug. Aangezien de meeste reisbureaus blijven voorstellen om op een onmenselijk uur (3u!) te vertrekken, hebben ze geboekt bij Colca Trek - ze pikken ons morgen op rond 8u30 en rijden dan richting Chivay voor de lunch, met stops onderweg bij interessante natuurfenomenen, maar daarover zal Christel meer vertellen. Het kost ons wel 380 sol pp (ong. 125€) maar hier is dan ook alles inbegrepen van overnachting, 2 lunchen, 1 avondmaal en 1 ontbijt, tot de inkomprijzen voor de vallei, de warmwaterbronnen en water en snacks op de bus.
    We vertrekken rustig aan naar het centrum om het Santa Catalina klooster te bezoeken. Dit gigantisch klooster herbergde in de vorige eeuwen tot 300 vrouwen (zusters en hun dienstmeiden) en is een wirwar van straatjes en'cellen', elke zuster had een eigen cel die bestond uit een slaapkamer, keuken, altaar en een 'bed' voor hun dienstmeid, vaak hebben ze ook een mooi binnentuintje. Rijke families stuurden 1 van hun dochters met bruidschat naar het klooster. We wanen ons een beetje in de Provence aangezien het eerste deel van gangen en de kloostergang helblauw geschilderd zijn. Het volgende deel is dan weer oker-bruin en de straten zijn genoemd naar Spaanse steden! Er is hier een beroemde bewoonster geweest, Ana , die in 1985 heilig werd verklaard; de paus heeft toen ook beslist dat de zusters vanaf dan mochten praten, iets wat ze tot dan niet mochten! Er is ook een uitkijkpunt vanwaar we de straatjes van het klooster, de stad errond en de verschillende vulkanen in de verte goed kunnen zien. We eten iets klein in de gezellige cafetaria, de kids kaarten of spelen UNO elke keer ze de gelegenheid hebben. Het was een mooi bezoek, de moeite waard.  
    We wandelen richting plaza Armas en bezoeken ook de jezuïtenkerk op de hoek van het plein; Thomas gaat met de kinderen terug richting hostel en wij gaan nog even wat eten halen om zelf te koken. Dit blijkt niet zo gesmaakt: de pasta hier heeft een wat rare, melige smaak en de lomo stukjes die we gekocht hebben zijn wat taai, waren waarschijnlijk beter in een stoofpotje dat uren kan opstaan. Soit, iedereen eet wat en dan moeten we al wat pakken: we laten onze grote bagage hier achter en stoppen reservekledij en zwemgerief in kleinere rugzakken om morgenvroeg te vertrekken naar de Colca Canyon.

    groetjes aan iedereen !
    Dachny: groetjes van je neef en nicht - ze zijn benieuwd naar je verhalen en foto's over de filmste van twilight!

    Debbie

    Bijlagen:
    La Compania.jpg (218.6 KB)   
    Santa Catalina 1.jpg (148.6 KB)   
    Santa Catalina 2.jpg (158.6 KB)   
    Santa Catalina 3.jpg (147.2 KB)   

    17-07-2012 om 00:00 geschreven door pelemansmeulders



    >

    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs