Amai, is er iet te doen vandemorgen, misschien? zo vraag ik als ik al een hele bende zie staan op het kerkplein. Lap, zegt Danny, nu gaat de gemiddelde leeftijd weer verschrikkelijk naar omhoog en de schoonheidsgraad weer de dieperik in. Zou je wel meerijden, Mario?
Danny, zeg ik, ik vraag toch ook niet aan jou om niet mee te rijden zodat het gemiddelde IQ weer met een ruk naar omhoog zou gaan. Zo zijn we weer vertrokken voor een ritje mekaar uitschelden. Johan neemt nog afscheid van het vrouwke, dat straks met de Bs meerijdt. Met twaalf. Ja, in plaats van alleen maar 50 plussers, staan er vandaag plots vier jonge snaken. Nils Troch, Gert Verhoeven, Davy Poelman, en ene Geoffrey, die nog geen 20 is.
Dat de ouderdom toch begint toe te slaan, is te zien aan Luc Krick. Die rijdt met steunkousen. Dat doet er me op denken dat ik deze week nog zijn vrouwke tegen kwam in de Aveve bij Etienne Rogiers & zoon. Ja, zei ze, Luc zit weer zonder incontinentiepampers, het is weer wreed de laatste tijd. Gelukkig pakt hij nog die pillen waarvan hij s nachts niet uit zijn bed rolt en s morgens niet op zijn pantoffels plast, anders zou ik er niet veel meer aan hebben.
Wat die daar allemaal verkopen in de Aveve, daar verschiet ge toch soms van.
Niet ver van de Kruiskapel komt Gert me voorbij gestoken en dat begint daar nu ineens toch verschrikkelijk te stinken, zeker. Het pakt op een mens zijn asem. Toch spijtig van Gert. Op zich geen lelijke jongen, maar zó! stinken, niet te doen. Bijna even erg als Danny, dan weet ge het wel. Maar dan valt mijn frank dat we juist bij de nertsenkwekerij aldaar passeren. En dan reed Danny ook nog eens in de buurt.
Rudy DC heeft weer alle boswegels in Moerbeke en omstreken aan mekaar genaaid. Hoe die daar overal zijn weg kent, niet te doen. Eén foutje slechts, als we in een maïsveld verzeild geraken. Waar is Axel als je hem nodig hebt? Hij kon wat maïs ge-axeld hebben. Wat? Rijden we naar Axel?, vraagt Davy zo ver? Op het eind van het veld moeten we dan nog door tingels op een talud. Ik vraag dat de dikke eerst zouden gaan zodat die tengels al goed plat liggen voordat de rest er door moet. En ja, Danny vertrekt als één van de eerste. Toch een bovenste beste gast eigenlijk, als ge hem nodig hebt. Nog een geluk dat ik de route niet had uitgestippeld, of ik had het weer mogen horen.
We rijden op de terugweg weeral over de kronkelweg langs het golfterrein van Puyenbroeck. Daar waar enkele weken geleden een buizerd zich een aap verschoot toen hij bijna tegen de gewaxte kop vloog van de grootste uil die hij ooit gezien had, op een velo dan nog. Daar zit zo een schrikkelijk ambetante bocht in die wegel: iedere keer mis ik hem en moet ik vol in de remmen. Staat er daar toch weer een wandelaarster van jetje te geven, zo van: Dat is hier alleen voor wandelaars, hé! Ik zie dat Jo zich nog juist kan inhouden om haar niet overhoop te rijden. Wat mij betreft kon het anders wel, want we hadden vandaag toch nog geen enkele wandelaar omver gereden. Als ik goed kan tellen. Maar het blijkt dat het als grap bedoeld was. Het is Davys ma die daar aan het wandelen is. Terwijl echtgenoot en een zoon gaan fietsen, gaat madam gaan wandelen, om hen te ambeteren. Die Poelmannen toch! Vroeger, toen Davy en zijn broernog kleintjes waren, noemde men hen de Poeltjesmannen. Of was het de Poelmannekes?
Ik heb het gedacht dat Geoffrey op het einde toe een beetje begint te kraken. Maar zie, wie komt ons daar allemaal voorbij gevlogen op Bontinck brug? Het is toch wel den Geoffrey zeker.
Aan de Beize wint Gert de sprint en Rudy R wint de sprint van de 50-plussers. Hij had een rustdagje gepakt. We hadden vandaag toch weeral 70 km aan 26.5 gemiddeld.
Mario
Hoe, ik heb Ivan, die ook meereed, niet vermeld? Jawel hoor, lees nog maar eens goed.
Zondag 27 mei 2018. Zelzate. Of toch een toertocht aldaar. Met 8: Danny, Ivan, Rudy DC, Jo Roels, Johan, Axel, en Luc, naast natuurlijk mijzelf.
Jo Roels zit weer van de eerste meter tot de laatste kilometer te sleuren. Geven, geven en blijven geven. Er komt geen eind aan die mens zijn krachten. De mensen vragen zich soms af hoe het komt dat Marc Krick zoveel geld verdient. Dat is simpel. Dat komt door Jo Roels. Die rijdt de laatste weken de pannen van het dak. Volgens mij krijgt hij premies van dakwerken Marc Krick. Wat is Jo zijn geheim? Ook heel simpel: Elke avond vijf pinten bier. In plaats van gelijk vroeger: elke avond 10 pinten bier. Wat een beetje ree-zjiemen met een mens kan doen, hé.
Johan zijn ketting valt voortdurend af. Daardoor stuikt hij bij de passage door een droge beek van zijne velo. Gelukkig zonder veel erg, voor de beek. Wat te weinig olie op de ketting?zo merken wij schamper op. Maar neen, zegt Johan, ik heb hem deze morgen nog gewaxt. En inderdaad, bij nadere inspectie blijkt dat hij niet liegt: geen enkel haartje op die ketting!
Op de terugweg pakt Ivan de kop in het golfterrein van Puyenbroeck. Daar waar de vorige keer een buizerd op een haar na Ivan zijn kop miste. Gezien Ivan zijn kruin ook al gewaxt is, was een haar nog veel gezegd. Naar het schijnt zijn er bij Danny ook sommige onderdelen gewaxt, maar meer wilt ge echt niet weten. Gelukkig is dat bij Danny, gezien de beperkte omvang van die onderdelen, niet zoveel werk.
We worden nog bijgehaald door Patje Roels, die in het gezelschap van Geoffrey Maes rond rijdt, juist toen ik wat de rol had moeten lossen. Zo word ik zonder enige inspanning mooi terug in het wiel gebracht, net op tijd voor de stop in t Kapelleken inDoorslaerdorp alwaar Rudy DC trakteert met Augustijn van het vat, voor zijn 56° verjaardag, bij één van de beste cafébazen ter wereld. Daarna neemt Luc nog eens over en geeft er nog een laatste lap op, al wil Jo zich niet laten kennen en die doet er toch nog een schepje bovenop. Danny wist nog een kortere weg, en daarom rijdt hij er dus op zijn eentje nog 5 km extra bij. Wij klokken af op 75 km aan 26.5 per uur, wat er ook weer mag zijn.
Nog wat heuglijk nieuws: de volgende weken zit Axel in Martinique. Daar moet ie voor zijn werk een cinemazaal gaan bekleden. In Martinique, begot. Naar het schijnt bevordert dat de stoelgang, euh, de akoestiek. Dat hij daar maar eens een beetje van zijne cinnema maakt, dat gaat hem deugd doen. En ondertussen hebben wij er geen last van. Mario.
Zondag 20 mei 2018. China. Met elven aan de kerk. Waarheen gaat de rit vandaag?, zo vragen wij. Naar China, is het antwoord. Gewoon vijf weken aan één stuk goed doorterten en ge zijt er. Probleem is wel dat we tegen vanmiddag terug in de Beize moeten staan, want zowel Danny als Ivan trakteren voor hun verjaardag, en alles wat gratis is, dat willen wij als West-Vlaming niet missen. Gelukkig blijkt China gewoon de Kalkense uitspraak voor Sinaai te zijn, dat toch ook zomaar eventjes 21 km uit de weg ligt.
Zo gezegd, zo gefietst. We zijn weg met zijn tienen, aangezien de elfde gewoon blijft staan, want dat blijkt de nieuwe electrische auto-oplaadpaal te zijn. Ik had al willen zien dat die daar gelijk zonder velo stond. Volgens Ivan wordt Kalken daarmee de eerste deelgemeente van Hussevelde die over zo een paal beschikt. De Grote Roerganger en Jo Roels nemen het voortouw en witte Krick als naar gewoonte het achtertouw. En eer we in Sinaai aankomen, hangt de helft al in de touwen.
Inschrijven, even wachten op Patje, die naar goeie gewoonte zijn grote boodschap nog moet doen, en ondertussen zijn Krick en Axel Troch al 4 minuten vertrokken. Toen waren we nog met 8. Rudy, Jo, Stefan, en ikzelf ook, mag ik toch wel zeggen, leggen er stevig de pees op. Ik doe dat louter uit vriendschap voor Ivan, zodat we zeker op tijd terug zouden zijn voor zijn traktatie.
Als Jo en Stefan eens 30 meter voor liggen, pakken ze links, terwijl er een grooote pijl toont dat het naar rechts is. Onbegrijpelijk gewoon. Ze zijn te ver weg om nog te roepen. En zelf ook verkeerd rijden om hen bij te halen, dat ziet Rudy niet zitten en ik ook niet zulle. We zullen ze pas aan de aankomst terug zien, want ze missen ook nog de bevoorrading en Stefan komt nog serieus ten val. Jo, die sukkel, zit nu de hele morgen met Stefan opgescheept. Wat ik nu ga schrijven, beste lezer, zal voor mensen die Stefan van uitzicht kennen, als onvoorstelbaar, ongeloofwaardig en onmogelijk overkomen, en toch is het zo: die gast is dus NOG dwazer dan hij er al uit ziet. In familiekring wordt hij soms het Uitschot der Imschoten genoemd, maar hou dat voor uzelf, want ik heb het ook nog tegen niemand durven vertellen.
Toen waren we nog met 6, maar na 10 minuten tevergeefs wachten op Jo en Stefan, aan de bevoorrading, komen Luc en Axel weer aansluiten. Zij hadden nog 7 km meer gedaan dan wij. We razen weer verder over stoffige wegels. Wie ook geen krimp geven, ondanks het moordende tempo, zijn Nils, de heroptredende snotneus, en Johan, de ouderdomsdeken - met slechts enkele maanden ouder dan uw verslaggever. Johan heeft eindelijk de knop omgedraaid en durft sinds kort met de A-kes meerijden.
Het blijkt dat we vermoedelijk de langste en snelste rit ooit gereden hebben, want terug in de Beize, het is dan al 10 na 12, telt Ivan op zijn meterke: 88 km aan 28 per uur. Eigenlijk had het nog rapper gekund, want over het hele parkoers kruisen we honderden wandelaars en zij kruisen honderden mountainbikers. Slechte timing van zowel de organisaties van de wandelaars als van de fietsers. Je zou denken dat mensen die gaan wandelen daar rustig en vrolijk van worden, maar we zien niet te veel opgewekte wandelaars. Tja, de hele tijd in het opwaaiend stof moeten wandelen en moeten oppassen voor de voorbijrazende fietsers, ik kan me voorstellen dat ze hun rustige, ontspannende, zonnige wandeling anders hadden voorgesteld. Maar anderzijds, op die hele tocht rijden wij met ons tienen, hoop en al, ochgottekes slechts zes wandelaars omver en slechts een stuk of vijftig moeten op het laatste moment wegspringen in de berm of in de beek duiken. En de beken staan toch overal droog. Dus ja, gevaar, gevaar, ge moet het ook niet overdrijven hé. Wij moeten ook in dat stof rijden en ons hoor je niet klagen. Een ervaren wandelaar zou toch al moeten weten dat hij altijd zijn stofmasker en stofbril moet mee hebben en dat hij fit en alert aan elke wandeling moet beginnen. En steeds het goed humeur behouden! Beste wandelaars, de goedwil moet een beetje van de twee kanten komen, hé, zou ik zeggen.
Ivan is na de rit zodanig van zijn melk, dat hij zichzelf begint te interviewen.
En?, vraagt Ivan aan zichzelf: Ivan man, zo elke zondagmorgen gaan fietsen, gij doet dat toch graag, zeker?
Maar neen gij! Zijde gij zot?, antwoordt Ivan.
Je doet het toch als hobby, Ivan?
Belange niet, antwoordt Ivan,
Maar dan wel om gezond te blijven?, zo vraagt Ivan verder luidop aan zichzelf.
Gezond? Ik voel me zo ziek als een hond. Bijna 90 km vlammen gelijk zotten, noem je dat gezond?.
Dan toch om bij de vrienden te zijn, Ivan?
Vrienden!? Vrienden?? Hoe bedoel je, vrienden?? Welke vrienden? Waar vrienden?, raaskalt Ivan.
Ik red Ivan uit zijn ge-ijl. Ivan, we zitten al 10 minuten op het terras van de Beize, in het zonnetje, zeg ik, en je hebt het weer maar eens overleefd. Volgende week weer van dat. En vooral, vergeet zeker niet van te trakteren, want het was je verjaardag, weet je nog? Je hebt geluk trouwens, want we zijn maar met 20, want al de B-kes zitten hier ook al met grote dorst.
Tenslotte doet Danny, die met de B-kes reed, een warme oproep om opnieuw allemaal te helpen met de Modderfokker avondrit op vrijdag 22 juni. Na zijn laatste reis naar Thailand en na de hoogdringende herstellingen aan zijn jacuzzi, en ook door de zeer hoge vergoedingen die Danny als penningmeester meer dan terecht zo vindt hij zelf ook mag opstrijken, staat de kas van de Modderfokkers weer eens in het negatief en wordt het hoog tijd dat we weer allen gezamenlijk de handen uit de mouwen steken! Mario
Rudy V. stuurde me onlangs een jeugdfoto van zijn schoonbroer, Danny (Foto 1). Van toen Danny nog bij het leger was, zo te zien.
Foto 1. Danny vroeger
Voor wie Danny nu kent als de strak afgetrainde atleet die hij nu is (Foto 2), is dat bijna niet te geloven, hé. Als hij nu nog leert luisteren als ik de weg uitstippel, komt het nog helemaal goed met Danny.
Zondag 29 april. Baaigem.Ik ben wat nieuwe wegels gaan bestuderen in het land van Rode, tistezeggen langs de kanten van Munte, Makegem en Baaigem. We vertrekken met zessen, in alfabetische volgorde: Stefan, Danny, Ivan, Kenneth, Axel en ikzelf, voor een uitgestippelde rit van 60 km in miezerig weer, zoals het de ganse dag gaat blijven. En, wat is de eindbestemming vandaag? vraagt Stefan, die pas op het laatste gat is komen aansluiten. De Beize, zoals altijd, antwoord ik. Alhoewel, de Woesten heeft een nieuw terras gelegd, dus ook de moeite om eens te gaan bezoeken. Naar ik heb horen zeggen, zou het terras zelfs volledig legaal zijn aangelegd! Kenneth rijdt eens mee met ons omdat de meesten van de b-ploeg allemaal op fietsweekend zijn.
We vertrekken langs Laarne, Melle, Lemberge en Bottelare, en alles gaat goed, behalve Danny die meteen zijn eigen wegels begint op te dringen, in plaats van gewoon mee te volgen, de ongehoorzame pipo. Ik ga het zelf zeggen: het is daar machtig schoon, licht heuvelend, vol nog nooit of zelden door ons gereden wegels, en af en toe een beetje technisch, waar vooral Danny en Kenneth soms moeite mee hebben. We zijn al bijna op de terugweg als de miserie begint. Midden het mooiste afdalingske, lost de gps van mijn stuur en rolt de zijkant in. Ja, mijn gps-houder is versleten, ik ga een nieuwe moeten kopen. Ik moet mijn gps nu verder in mijn hand houden, wat niet makkelijk is om te rijden en het spoor te volgen op mijn gps, en daarenboven duw ik ongewild op knopkes die het schermuitzicht van de gps veranderen, zodat ik ook mijn kluts kwijtraak. Ja, mijn klutshouder is versleten. Als we ergens niet opletten en een stuk verkeerd rijden het was wel een schoon stukske en de moeite om verkeerdte rijden, verliezen we weer tijd door stil te staan, te discussiëren en rond te rijden. Dan vinden we het spoor terug, maar even verder zijn de batterijtjes van mijn gps dan weer plat, juist nadat we het vuilste stuk van de dag achter de kiezen hebben. Geen nood, ik heb altijd reserve-batterijtjes mee. Wel oppassen bij het vervangen, want ik ben zo al eens mijn chip (die achter de batterijtjes zit) kwijtgespeeld. Ik haal de ouwe batterijtjes er uit, en zie, mijn chip is er al uitgevallen! Niet meer te vinden! Danny zoekt nog in mijn achterzakken van mijn truitje, maar ook daar is ie niet. Natuurlijk niet, anders zou die chip vanuit mijn gps in mijn achterzak moeten springen hebben. Dan maar de kortste weg naar huis gepakt, wat toch nog op 63 km uitkomt.
We komen serieus zwart en bemodderd in de Beize aan en daar laat Stefan zijn gps vallen: kapot!Ik zoek naar mijn overtrekmouwtjes en vind er maar eentje. Ik haal alles uit mijn achterzakken van mijn truitje, ook mijn twee handschoenen, en als ik ze weer wil wegsteken, vind ik maar één handschoen meer. IS DAT HIER BETOVERD VANDAAG OF WAT IS DAT? Hoeveel pech kan een mens hebben. Zijt gerust, nog veel meer, dus wees blij dat het maar een chip, een overtrekmouw en een handschoen is, die ik vandaag al kwijt ben. Ik haal ook nog een powerbar uit mijn achterzak, maar kijk nu, er is maar de helft van over. En ik weet zeker dat ik er zelf niet in gebeten heb. Alhoewel, op den duur durft een mens niets meer voor zeker aannemen. WAT GAAT DAT HIER NOG ALLEMAAL ZIJN VANDAAG?
Dan geven Stefan en Axel mijn vermiste handschoen terug die ze eventjes verstopt hadden. Haha, grappig toch altijd, die twee. Altijd gieren, lachen, brullen met die twee. Dan bedankt Danny mij voor mijn lekkere powerbar, waarvan hij de helft had opgepeuzeld toen hij onderweg mijn achterzak doorzocht. En thuisgekomen zie ik dat ik mijn vermiste overtrekmouwtje nog rond mijn arm hangen heb. En met een nieuwe chip in de gps te steken, is die 5 minuten later ook weer hersteld.
En zo kwam alles toch nog goed. Volgende keer, met schoon weer, en met een goed vastzittende gps, gaan we dat toerke nog eens doen. Zeker weten dat het één van de mooiste ritten op ons palmares wordt. Mario
PS 1. Nog een raadseltje: Hoe ga ik gratis een week fietsen in Spanje?
Antwoord: Ga mee met de modderfokkers naar Mojacar en betaal daarvoor 800 Euro. Krijg daarna 2 keer (zowel in heen als terugvlucht) meer dan 3 uur vertraging door technisch mankement van het vliegtuig en wordt daarvoor 2 keer 400 Euro schadevergoeding terugbetaald. Hoeveel hebben we dus betaald voor ons weekje fietsen in Spanje: 0 euro. OK, je moet natuurlijk wel 500 euro drank de man bijrekenen.
Reeds wakker om 6.00u en wat hoor ik? Pletsregen, t zal toch niet waar zijn hé. De weerman die het weer juist voorspeld heeft. Om 8.00u nog steeds watergieten, met zon weer toch maar efkes afwachten. Buienradar er bijgehaald en iets voor 9.00u zou het stoppen met regenen en daarna niets van regen meer tot zeker na de middag. Efkes een berichtje gestuurd naar een medemodderfokker om eventueel om 9.00u te vertrekken. Maar er zijn blijkbaar modderfokkers die maar 1 keer in de week hun modderfokkertenueke mogen aandoen, want ik krijg bericht terug dat het tenueke al terug uit is en dat het voor volgende week zal zijn.
Om negen uur dan maar naar het kerkplein om me bij de meisjes te voegen, maar wat blijkt? Ze zijn er ook niet! Dan maar alleen op pad. Overal veel water op de baan, maar voor de rest aangename temperatuur en geen regen meer. Waar rijdt ge zo naartoe als ge alleen op pad zijt? Via de Vaart naar Den Aard en dan naar Wetteren, Melle en zo naar reeds bereden wegen naar ik weet niet waar overal, want ik heb meestal geen tijd om te kijken waar we rijden omdat ik meestal tussen mijne kader hang. Ik maak er een goed vetverbrandingsritje van, t schijn dat ge dat nadien in de Beize ook nog kon ruiken. Op de terugweg neem ik er den Balei nog bij en dan via Vlierzele, waar ik mij toch in enkele veldwegels waag, maar die laatste had ik beter er niet bijgenomen. Via Oordegem naar Massemen en Wetteren en omdat ik te vroeg in de Beize zal zijn draai ik aan de Schelde rechtsaf naar Schellebelle om zo via Wichelen door de meersen terug naar Kalkendorp te komen. Ondertussen is de zon beginnen schijnen en is het zon 13 graden. Meer moet dat niet zijn. Afgeklokt op 62km.
In de Beize zitten er toch enkele dames: Annemie, Nancy, Els en Johan P, maar dat is geen dame zeker? Zij zijn om 9.30u vertrokken, al snappen ze zelf niet direct waarom zo laat, want om 9.00u al geen druppel regen meer.
De afwezigen hadden ferm ongelijk, want het was prachtig weer om te fietsen. Er waren ook afwezigen die er niet konden zijn omdat ze onderweg waren naar Spanje. Volgens de fotos die ik al gezien heb, zijn ze daar niet zo gelukkig. Naar eigen zeggen wegens heimwee. En die zijn daar nog tot volgende week hé.
Hopelijk volgende week wat meer volk. Regen is geen reden om niet te fietsen, zegt Els altijd. En gelijk heeft ze!
Ps; In het verslag van vorige week heb ik ook opgemerkt dat er modderfokkers zijn die van enkele centimeters een halve meter maken. Zijn er nog altijd mensen die daar in trappen?
De goede voornemens voor het nieuwe jaar beginnen zo stillekes aan te verwateren. Daar waar we de vorige weken meestal met zon man of 10 waren, zijn we nu maar met 3. Axel, Mario, en ikzelf. Het moet wel gezegd worden, het is beirrekoet. -5° en een snijdende Noordoostenwind, gezellig is anders. Bij afwezigheid van de grote (b)roerganger, die aan het werk was in Kuurne-Brussel-Kuurne hadden we al een ritje gepland naar de Zelzaatse bossen, maar de vaste gids voor deze rit, dienen andere Rudy van t Hussevelde had dus ook zijn kat gestuurd. Dan maar vertrouwen op ons eigen parcourskennis. We besluiten het ons extra moeilijk te maken en de rit in omgekeerde richting te rijden, kwestie van voor de meeste tegenwind beschutting te zoeken in de beboste stroken. De eerste bosstrook is die van domein Puyenbroeck. Voor modder hoeven we niet te vrezen, want alles ligt keihard bevroren, dat bolt wel goed, maar de stampen moeten we erbij nemen. Voorbij het zwembad sluiten we aan met het gravel wegeltje langsheen het golfterrein, waar we een tiental meter voor ons een buizerd zien opvliegen. Enkele ogenblikken later scheert er een tweede over mijn hoofd. Volgens Axel op enkele centimeters maar ik hou het op een half meterke. Toch indrukwekkend, zon beest met een spanwijdte van zeker een meter. De volgende beschutte strook is Rudy zijne Sidmarbos, en deze in omgekeerde richting te rijden zal het nodige puzzelwerk vragen, maar toevallig passeert er net een groep locals die ons uitnodigen om te volgen voor hun ingestudeerd toerke. Zo gezegd, zo gedaan, en het was best wel een leutig en technisch ritje, maar dat van onze gids is toch schoner. Als we terug de weg op komen besluiten we dat het stilaan welletjes is en dat het tijd wordt om ons een beetje te gaan warmen in De Beize. Het is lang wachten op de rest van de Macadamfokkers**, zo lang zelf dat we niemand meer zien. Achteraf horen vertellen dat het zo rond 1uur was als ze aangekomen zijn, en rond deze tijd zit ik al graag aan tafel voor mijne zondagse diner.
**Macadamfokkers zijn Modderfokkers die in voorbereiding van een fietsstage binnen enkele weken nu al de baan verkiezen boven het veld. In dit geval zijn ze vertrokken om 8u om een stuk van de Omloop Het Nieuwsblad te verkennen.
Een weekje later, zondag 4 maart, is het al een stuk minder koud maar de opkomst blijft mager. De zelfde 3 als vorige week aangevuld met Dirk De Boever. Vandaag mag Mario een ritje uitstippelen en hij leidt/lijdt ons via Wetteren, De Bommels in Heusden, over Melle, Gontrode richting Bottelaere, Oosterzele en omstreken. Een typisch Mario ritje met af en toe enkele typisch Mario wegeltjes, die er zo slecht bij liggen dat ze eigenlijk de naam wegeltjes niet waardig zijn. Dus noemen we ze gewoon Mariookes. Eigenlijk wel heel toepasselijk want het zijn ook allemaal ambetanterikken. Alle Mariookes buiten beschouwing gelaten was het toch een heel schoon ritje, zelfs den Blauwe Steen op het einde van de rit lag er al bij al nog vrij goed bij. Aangekomen in De Beize krijgen we deze keer wel het gezelschap van de dames Annemie, Nancy, Sabine, Els en Nadine met hun begeleiders Johan en Davy P en Guy R. Kenneth was er ook bij, maar die was al eerder afgehaakt. Rudy DC vertegenwoordigt de groep der overslapers en reed op zijn eentje. De Macadamfokkers krijg ik opnieuw niet te zien wegens te vroeg vertrokken en te laat terug.
P.S. Sorry Mario dat ik mij een beetje heb laten gaan, maar het was sterker dan mijzelf. Volgende keer moogde gij opnieuw op mijn kap zitten.