Dag 62: Captieux - Bourriot-Bergonce - Roquefort-de-Marsan - 29 km
We staan vroeg op, samen met de anderen. Ons trio haast zich weer naar buiten en zijn snel op stap. Ze gaan vandaag weer heel ver wandelen. 40 km of zo, ze weten het nog niet. Wij en de Nederlanders doen het rustig aan. We hebben een redelijke afstand af te leggen, maar alles is vlak. De Nederlanders gaan maar tot in Bourriot-Bergonce waar ze een gite gereserveerd hebben. Ze vragen of we daar ook willen overnachten, want er zijn 2 kamers. Wij willen echter verder stappen om op schema te blijven. Het is nog wat fris 's morgens, maar de zon is toch al van de partij. Het wordt een lange en eenzame tocht door de Landes met maar één dorpje op het traject. We moeten dus voldoende water en eten mee nemen. Bij het verlaten van Captieux komen we al snel terug op de oude spoorlijn. Dat wandelt goed en het is vlak. Maar halverwege gaat het voornamelijk over witte zandwegen tussen de pijnbomen en eiken. De Landes op en top. We lunchen op een bankje langs de weg en na een tijdje komen de Nederlanders ook al aan. Ze gaan hier ook lunchen. Wij stappen verder, want er zijn nog een pak kilometers af te leggen. Nele heeft terug heel veel pijn aan haar voeten. Ik begrijp niet hoe ze het vol houdt. Nele is een echte doorzetter. We babbelen veel onderweg en dat doodt de tijd en de kilometers. In Bourriot-Bergonce is onze enige kans om een cafeetje te vinden. En we vonden het. Jammer genoeg gesloten. Maar het is een mooi gebouwtje met een leuk overdekt terras vol bloemen. We zetten ons aan een tafeltje en kijken wat we nog in de rugzak hebben. Als we terug willen vertrekken, gaat de zaak open. We bestellen dus een biertje. De dame van het café is helemaal niet vriendelijk, maar dat is haar probleem. Wij genieten. Het laatste stuk is vrij zwaar. We moeten nog door een bos met een camping en zwemvijver en dat duurt nog even voor we de bebouwing van Roquefort-de-Marsan bereiken. Dan is het nog een heel stuk tot aan de herberg van de Societé Landaise des Amies de Saint-Jacques. In een klein straatje vinden we de réfuge. Een mooi opgeknapt plekje met moderne uitrusting. Pierre, de hospitalier en vrijwilliger, ontvangt ons met open armen. En raad eens, ja, ons trio zit hier ook al wijn te drinken. Dat waren dan een heel kleine 40 km. Nele en ik vinden hen toch opschepperig, maar goed, iedereen doet de weg zoals hij of zij wil. Pierre maakt nog avondeten voor ons. Worst met boontjes en nadien nog yoghurt en kaas en wijn. Best ok. We gaan vroeg slapen omdat het trio ook weer snel in bed ligt.