Toewijdingsgebeden aan
God de Vader, het H. Hart van Jezus en het Onbevlekt Hart van Maria
Uit:
www.maria-domina-animarum.net
TOEWIJDING
AAN DE EEUWIGE VADER (Myriam
van Nazareth)
Beminde
Eeuwige Vader,
Uit de Bronnen der Eeuwige Liefde in Uw Hart ben ik voortgekomen, in diezelfde
Bronnen ligt ook mijn bestemming.
Om één reden en voor één doel hebt U mij geschapen: om een leven te leiden in
dienst van de vervulling van Uw Heilsplan voor de hele Schepping, de
grondvesting van Uw Rijk van Vrede en Liefde op aarde, de voltooiing van de
harmonie die U tussen al Uw schepselen hebt verlangd sedert het begin der tijd.
Daarom geef ik mij nu één en onverdeeld aan U door het volmaakt vlekkeloos Hart
van Maria, de Dochter van Uw welbehagen, door U verheven tot Koningin over al
het geschapene wegens Haar volmaakte vruchtbaarheid in de dienst aan Uw Plannen
en Werken.
Zie, ik geef U mijn hele wezen, alles wat ik ben en alles wat ik heb, opdat ik
naar al mijn medeschepselen toe een levend teken moge zijn voor Uw
Tegenwoordigheid, Uw volmaakte Liefde en de onoverwinnelijkheid van Uw Licht in
elke ziel die de duisternis in haar hart heeft gekruisigd uit Liefde tot U, Uw
Plannen en Uw Werken.
Ik geef U elk ogenblik van mijn leven, al mijn dagen en nachten en al mijn
innerlijke gesteldheden vanaf het uur van mijn ontvangenis tot en met het uur
waarop Uw Wijsheid mij tot U terug zal roepen, opdat ik korenvelden van Hemels
voedsel van Liefde aan mijn medeschepselen kan nalaten, opdat zij in mij de
Belofte van Uw Tegenwoordigheid en van Uw Plannen en Werken bevestigd mogen
zien.
Met Uw kracht, o Vader van het Verbond der Eeuwige Liefde, verzaak ik van harte
aan alle kwaad en elke neiging die de duisternis in staat zou stellen, via mij
haar werken tot vrucht te brengen. Wil daarom in mij de kracht ontsluiten van
de kiem van heiligheid die U ook in mijn ziel hebt gelegd,
opdat ik in al mijn doen en laten, in alle gesteldheden van mijn hart en in al
mijn bestrevingen elk ogenblik van mijn leven U, en U alleen, moge toebehoren,
en mijn hele leven voor U een positief verschil moge maken.
Ik stort in de Vuuroven van Uw liefhebbend Hart tevens elk ogenblik van mijn
verleden waarop ik Uw Plannen op welke wijze dan ook niet volkomen heb gediend,
opdat alle duisternis waaraan ik deel heb gehad, nu nog ontkracht zou worden,
en mijn hele leven een getuigenis moge zijn van de definitieve overwinning van
Uw Licht en Liefde over elke kracht die niet met U verenigbaar is.
Op kracht van dit heilig verbond smeek ik U om de voltooiing van mijn
Verlossing door de volmaakte eenwording van mijn wil met de Uwe, opdat ik voor
niets anders meer zou leven dan voor de vervulling van het Plan dat U met mijn
leven op aarde hebt gekoesterd.
In deze geest leg ik mij voor altijd neer aan de voeten van de Koningin van
Hemel en aarde en Meesteres van alle zielen door Uw uitverkiezing, om door en
in Haar voor eeuwig van U te zijn, en in het uur van mijn overgang uit dit
leven door U te worden opgenomen in het Paradijs.
Moge dit heilig verbond van toewijding worden bekrachtigd in al mijn innerlijke
gesteldheden, elk ogenblik van mijn leven, in de naam van de Vader, van de Zoon
en van de Heilige Geest (maak het kruisteken).
TOEWIJDING
AAN HET HEILIG HART VAN JEZUS (Myriam van Nazareth)
Goddelijke
Verlosser Jezus Christus, onvergankelijk Teken van Gods eeuwigdurende
Tegenwoordigheid bij elke ziel,
U hebt als God-Mens op aarde geleefd om door Uw Lijden, Uw Wonderwerken en Uw
Voorbeeld de menselijke natuur opnieuw vruchtbaar te maken voor het koren van
de Ware Liefde.
Tijdens de voltooiing van Uw Kruisoffer hebt U mij Uw Moeder gegeven als
volmaakte Brug tussen Uw Hart en het mijne. Door Haar machtige ondersteuning
sluit ik nu met U een heilig verbond van navolging, want mijn koren is nog niet
tot de rijpheid gekomen om door God te worden opgenomen in de Graanschuur
waaruit Hij Zijn Genaden verlangt te bereiden. O Jezus, Brood van Eeuwig Leven
bent U, doch hoe zelden heeft mijn hart U waarlijk gegeten.
Ik stort mijn hart en al mijn diepste gesteldheden, mijn hele gevoelsleven en
de meest verborgen en onbewuste kwellingen van mijn gemoed uit in Uw Hart, Bron
van de Goddelijke Liefde, opdat in mij alles moge sterven wat mijn ontvankelijkheid
voor het Ware Leven belemmert, want hoe zou ik U in alles navolgen zolang in
mijn hart niet alle bloemen bloeien, die de Schepper erin heeft gezaaid?
Ik verlang zozeer naar een ware eenheid van hart met Uw diepe gesteldheden,
want deze zijn het, die de zielen hebben verlost. Zij zijn het, die Uw Lijden
tot Verlossend Lijden hebben gemaakt en die daarom het
Goddelijk Leven in mij tot volle bloei kunnen brengen, want zij maken elk spoor
van duisternis onwerkzaam in een hart dat oprecht voor God alleen wil slaan.
Daarom geef ik U in diep verlangen en in diepe rouwmoedigheid elke
verontreiniging van mijn hart die mij verhindert om waarlijk één te worden met
Gods Wil, in volkomen overeenstemming met de Goddelijke Wetten te leven en
mijzelf totaal te verloochenen.
O Jezus, hoe kan Uw Hart, de Motor van alle Leven, in mij kloppen zolang ik Uw
gesteldheden van onvoorwaardelijke Liefde niet van harte eet en Uw vurige Wil
tot volkomen zelfverloochening voor alles wat leeft niet van harte drink?
Open dan, o Hart van God, Vuuroven die alles verteert wat niet Ware Liefde is,
en neem mij restloos in U op, opdat mijn hele wezen in U moge smelten tot
voedsel van Leven voor zielen die het Vuur van de Ware Liefde hebben
verloochend voor de koorts der bekoring, die alle Leven doodt. Wil daartoe
beschikken over mijn hele wezen, want uit Gods Hart ben ik geschapen, en in
Zijn Hart wil ik voor eeuwig worden begraven om niet meer zelf te leven, doch
voorbij de horizont van mijn levensweg voor altijd met Hem één te zijn.
TOEWIJDING AAN HET ONBEVLEKT HART VAN MARIA (Myriam van Nazareth)
Lieve
Moeder Maria, Gods verheerlijkt Getuigenis voor de volmaakte heiligheid van de
mensenziel die elk ogenblik van Haar leven onverdeeld één met de Eeuwige Liefde
heeft willen zijn.
Tot U kom ik vanuit de beklemming van mijn verleidbaarheid voor de vele
vermomde inspiraties der duisternis die als stormen op mijn hart inbeuken, want
God heeft mij dit ene leven gegeven opdat ik zaad van Heil zou uitstrooien over
alle velden doorheen dewelke Hij mijn levensweg heeft willen leiden.
O laaiend Vuur uit Gods Hart, Vlam waaraan geen enkel werk van duisternis ooit
weerstand kon bieden, geen hart was ooit in staat om Gods volmaakte Liefde,
Draagster van alle Leven en Heil, zo vlekkeloos en onveranderd doorheen de
Schepping te helpen leiden als het Uwe. Nooit stroomde Uw maagdelijk Bloed door
een andere kracht dan door de hartenklop van God Zelf. Uw handelingen werden
niet beademd door de winden der hartstochten, doch door de zachte bries van de
Eeuwige Wijsheid.
Geen ziel werd ooit op elk ogenblik van haar aardse dagen en nachten zo totaal
gedreven door Gods verlangens en de gesteldheden van Zijn absolute, genezende
en zalvende Liefde dan de Uwe. Geen hart werd zo volmaakt gedreven door het
verlangen om aan Gods verwachtingen te voldoen als het Uwe.
O Hart dat onbevlekt is gebleven door de onverzettelijke Wil om volmaakt vrij
te blijven van elke besmetting door elk spoor van duisternis, en dat begreep
hoezeer elke afwijking van Gods verlangens slechts ellende over de wereld
brengt, in U stort ik mijn eigen hart uit, dat zo zwaar wordt bedreigd door de
talloze manipulaties van hem die alle Werken van Liefde zoekt te verwoesten.
Hoeveel schaduwen werpt hij op de door God beschenen bodem van mijn hart, opdat
de bloemen van mijn Liefde niet zouden ontluiken.
In Uw navolging wil mijn hart zich ongeremd openen voor het zaad van de Ware
Liefde, dat zo vaak ongemerkt in mij wordt uitgestrooid, en zich slechts
sluiten voor elk spoor van haat, nijd, jaloersheid, wrevel, wrok, onvrede,
onverdraagzaamheid, protest tegen de Beschikkingen van Gods Voorzienigheid, en
elke uiting van de geest der wereld die slechts innerlijke onrust zaait en mij
verdrinkt in de illusie dat God Zich van mij heeft afgekeerd.
In Uw navolging wil ik elke indruk uit mijn omgeving de kans ontnemen om de
diepste gesteldheden van mijn gevoelsleven te ondermijnen, want ik ben niet in
de wereld gezonden om de werken der wereld te dienen en de plannen der
duisternis tot bloei te brengen, die in de velden van Gods Schepping talloze
bloemen van Liefde hebben vervangen door onkruid dat harten verstikt en de
bodem van zielen afsluit voor de stralen van Gods Licht.
O machtige Burcht van Liefde, innerlijke Vrede en rust, zachtmoedigheid en
gelijkmoedigheid, in U is mij de gouden weg naar de volkomen bloei van mijn
ziel geschonken, een gouden sleutel op de Poort van het Rijk der Eeuwige
Gelukzaligheid en het geheim van de grootste vruchtbaarheid voor mijn leven in
dienst van de grondvesting van Gods Rijk van de Ware Liefde.
O Hart dat zelfs de Bron van alle Wonderen heeft betoverd, open toch de ogen
van mijn ziel, opdat ik de verrukkingen moge zien die God heeft verborgen in de
eenwording van mijn wil met de Plannen van de Eeuwige Liefde, want deze
eenwording is het, die U heeft gemaakt tot de enige Bloem Die nooit door de
wereld werd aangetast, omdat in Haar alles één wilde zijn en blijven met het
Hart van Haar Schepper.
|