Vol 2 - 4/7/1899 Jezus spreekt over onrust.

Vanmorgen hernieuwde Jezus in mij de pijn van de Kruisiging; onze Koningin Mama was ook aanwezig, en Jezus, sprekend over Haar, zei: Mijn Koninkrijk was in het Hart van mijn Moeder, en dit, omdat Haar Hart nooit ook maar een klein beetje werd verstoord; zozeer zelfs dat in de immense zee van het Lijden, ze enorme pijnen leed en haar hart werd doorboord door het zwaard van smart, maar ze kreeg niet de minste adem van onrust. Daarom, aangezien Mijn Koninkrijk een Koninkrijk van Vrede is, was Ik in staat om Mijn Koninkrijk in haar te leggen , en vrij te regeren zonder enig obstakel.

Jezus bleef andere keren komen en ik, toen ik mezelf vol zonden zag, zei tegen Hem: 'Mijn Heer Jezus, ik voel dat ik helemaal bedekt ben met wonden en met doodzonden. Oh alsjeblieft! Ik smeek U – heb medelijden met deze ellendige!” En Jezus: Wees niet bang, want er zijn geen doodzonden; en bovendien moet men afschuw hebben van de zonde, maar niet verontrust raken, want onrust, waar die ook vandaan komt, doet de ziel nooit goed. Toen voegde Hij eraan toe: Mijn dochter, jij bent de offerziel, net als Ik - laat al je werken schijnen met dezelfde intenties als de Mijne, zuiver en heilig, zodat Ik, terwijl Ik Mijn eigen beeld in jou vind, vrijelijk de invloed van Mijn genaden kan uitstorten, en ik mag je, op deze manier getooid, aanbieden als geurig offer voor de Goddelijke Gerechtigheid.