Shekhinah
Shekhinah
of Sjechina
(Hebreeuws שְׁכִינָה əḵīnā) komt van het
Hebreeuws en betekent "(in)wonen" of "woonplaats" en duidde
in het jodendom op de aanwezigheid van JHWH, God aan
op een plaats. Als bijbetekenis kon het duiden op "rust",
"geluk", heiligheid" of "vrede".
De Hebreeuwse Bijbel noemt
verschillende plaatsen waar de aanwezigheid van God werd gevoeld en ervaren als
een Shekhinah, inclusief het brandende braambos en de wolk die op de berg Sinaï
rustte.



Je ziet duidelijk dat de
wolk de top van de berg verteerde in as. Dit is de echte Berg Sinai of Jebel
of Jabal Maqla in het Jebel/Jabal al-Lawz-gebergte in de buurt van Al Bad,
Saoedi-Arabië - zo'n 130 km ten oosten van de traditionele plek op het
Egyptische schiereiland Sinaï.
De Shekinah werd vaak
afgebeeld als een wolk of als een vuurkolom en werd de glorie van God genoemd.
Men nam ook aan dat de Shekinah aanwezig was in de tabernakel en de tempel in
Jeruzalem, en zat aan de rechterhand van God.
Tabernakel: Dit was de ontmoetingstent, een verplaatsbare tent die
dienstdeed als plaats van aanbidding voor de Israëlieten en symbool voor Gods
verblijf in hun midden.

Joodse tempel: Deze stond in Jeruzalem en was het
middelpunt van de ceremoniële Joodse eredienst. De naam die in
de Tenach gegeven wordt voor het tempelgebouw is Beit Adonai vertaald
'Huis van Adonai'. Om de naam van God niet onnodig uit te
spreken, is de gebruikelijke Hebreeuwse naam voor de tempel Beit
Hamikdash, 'Huis van het Heiligdom' (alleen de tempel te Jeruzalem wordt zo
genoemd).
Volgens de joodse
overlevering waren er twee tempels, die beide waren gebaseerd op het ontwerp
van de tabernakel en beide werden verwoest. De eerste tempel of tempel van
Salomo werd verwoest in 586 v.Chr. door de troepen van Nebukadnezar
II, koning van het Babylonische rijk.
De tweede tempel in 70 n.Chr.
door de troepen van Titus, keizer van het Romeinse rijk. De
respectievelijke verwoestingen van de twee tempels worden beschouwd als de
belangrijkste keerpunten in de Joodse geschiedenis. Beide verwoestingen worden
herdacht op Tisja beAaw. Het enige restant, de Westmuur of Klaagmuur, is
van de archeologisch bewezen tweede tempel.

De toekomstige derde tempel
zoals beschreven in het Boek Ezechiël:

Het woord shekinah komt niet
voor in de Bijbel en is te vinden in de Talmoed en Midrasj, maar niet in de
Misjna.
Manifestatie
De
profeten maakten talloze verwijzingen naar visioenen van de aanwezigheid van
God, vooral in de context van de tabernakel of de tempel, met figuren zoals
tronen of gewaden die het heiligdom vulden. Deze visioenen worden traditioneel
toegeschreven aan de aanwezigheid van de shekhinah.
In
de hele rabbijnse literatuur wordt naar de shekhinah verwezen als manifest in
de tabernakel en de tempel in Jeruzalem.
Toen
de tabernakel gereed was, daalde de shekhinah neer
over de tent waarin de ark van het Verbond stond. Later was de shekhinah aanwezig
in de tempel als een vuurgloed boven de ark. Volgens joodse legenden verdween
de shekhinah kort voor de verwoesting van de tempel (in 586 v.
Chr.) en is er nooit meer teruggekeerd. Ook van de ark van het verbond werd
niets meer vernomen en het is niet zeker of hij verwoest is of ergens verborgen
door de tempelpriesters. Volgens de Joodse traditie verdween de shekhinah omdat de zonden en
ontrouw van de Israëlieten zo erg waren geworden dat God het land verliet. Pas
als de messias opstaat en de tempel herbouwt, zal de shekhinah daar
weer zijn intrek nemen.
Volgens
de traditie was in de tweede tempel nooit de ark van het verbond, met de shekhinah,
aanwezig, terwijl deze toch essentieel was voor het jaarlijkse zoenoffer voor
het gehele volk. Volgens orthodoxe joden is de reden hiervoor dat de Tempelberg waar
het Heilige der Heiligen was, sinds de Babylonische ballingschap nooit
meer onder volledig onafhankelijk joods bestuur, onder het huis van koning
David, is geweest. Het is volgens de Tenach en de Talmoed namelijk
noodzakelijk dat de plaats van de tempel onder het soevereine gezag staat van
het joodse volk onder de leiding van een afstammeling van koning David. Als de
tijd van het hernieuwde koningschap van David, in de persoon van de messias,
aanbreekt, zal God de schuilplaats van de ark openbaar maken zodat deze in de
eveneens hernieuwde tempel zijn plaats weer kan innemen. Hierna zal de
shekhinah de ark opnieuw bekleden.
Er
wordt ook gemeld dat het aanwezig is in andere contexten:
Terwijl een persoon (of meerdere personen) de Thora bestuderen, is de shekhinah
onder hen.
"Telkens wanneer er tien zijn verzameld voor het gebed, rust daar de shekhinah."
"Als er drie als rechter zitten, is de shekhinah bij hen."
Gevallen van persoonlijke nood: "De shekhinah woont boven het hoofdeinde
van het bed van de zieke man", "Waarheen ze ook werden verbannen, de shekhinah
ging met hen mee."
"Een man en een vrouw - als ze het verdienen, is de shekhinah tussen hen.
Zo niet, dan verteert vuur hen." Volgens een interpretatie van deze bron
is de shekhinah het hoogste van zes soorten heilig vuur. Wanneer een getrouwd
stel deze manifestatie waardig is, worden alle andere soorten vuur erdoor
verteerd.
De
Talmoed stelt dat "de shekhinah niet op de mens rust door somberheid, noch
door luiheid, noch door lichtzinnigheid, noch door gepraat, noch door ijdel
gebabbel, maar alleen door een kwestie van vreugde in verband met een
mitswa."
Relatie met de
Heilige Geest
Het
concept van shekhinah wordt ook geassocieerd met het concept van de Heilige
Geest in het Jodendom (ruach ha-kodesh).
In het Christendom
Het
concept is vergelijkbaar met dat in het evangelie van Matteüs 18:20, "Waar
twee of drie in mijn naam samenkomen, daar ben Ik in hun midden." Sommige
christelijke theologen hebben het concept van shekhinah verbonden Griekse term
parousia, "aanwezigheid" of "komst", die in het Nieuwe
Testament op een vergelijkbare manier wordt gebruikt voor "goddelijke
aanwezigheid".
In de Bijbel over de wolk/vuurkolom:
Het volk Israël begon aan
haar exodus uit Egypte. Exodus 13:21-22: De Heer ging voor hen uit. Overdag was Hij in een
grote, hoge wolk om hen de weg te wijzen. 's Nachts was Hij in een wolk van
vuur om hen te verlichten. Zo konden ze dag en nacht verder reizen. Aldoor
bleef overdag de grote, hoge wolk en 's nachts de wolk van vuur voor hen uit
gaan.
Exodus 24:16-18: De stralende aanwezigheid van de Heer was op de
berg Sinaï. De wolk bedekte de berg zes dagen lang. Op de zevende dag riep Hij
Mozes vanuit de wolk. De aanwezigheid van de Heer leek op een laaiend vuur
op de top van de berg. Alle Israëlieten zagen het. Mozes ging de
wolk in toen hij de berg op geklommen was. Hij bleef 40 dagen en 40 nachten op
de berg.
Later sprak God weer uit
dezelfde wolk, nadat deze was neergedaald op de tabernakel. Exodus 33:9-10: Zodra Mozes in de tent
kwam, daalde de grote, hoge wolk neer en bleef bij de ingang van de tent staan.
Dan sprak de Heer met Mozes. Als de mensen de grote, hoge wolk bij de
ingang van de tent zagen staan, knielden ze neer bij de ingang van hun tent.
De shekhinah
vertegenwoordigt de eigenlijke aanwezigheid van God, de wolk versluierde Zijn
heerlijkheid. Deze wolk leidde Zijn volk Israël, zoals de Heilige Geest
vandaag ook Zijn gemeente leidt.
Als Ezechiël het moment
beschrijft dat God zich terugtrekt uit de tempel naar de Hemel zien we opnieuw
de wolk die de heerlijkheid van God vertegenwoordigt (Ez.10:4 ev.)
|