Het derde punt dat de Heer zei: Politiek wordt de manier waarop we Gods plan voor de toekomst (willen) kennen.

We denken dat bv. een situatie in een land zal veranderen door een politieke leider, en we denken dat dit het antwoord is. Natuurlijk plaatst God goddelijke mensen op plaatsen van autoriteit. Natuurlijk moeten we vechten voor Gods waarheid en rechtvaardigheid. Maar de duivel gebruikt angst voor de toekomst dat we zouden twijfelen aan Gods plan te midden van chaos en duisternis. We mogen geen politiek of politiekers verafgoden.

God bevrijdde dikwijls Zijn volk door een herder in plaats van een prins of koning. David was lang een herder vooraleer hij koning was. Bij Jezus was het hetzelfde. De discipelen vroegen Hem: Wanneer komt het Koninkrijk. Wanneer ga je opkomen en de natie overnemen, en ons bevrijden van Rome. Maar Jezus kwam als de Goede Herder. Hij was geen aardse koning, maar een spirituele koning.

Marcus 12:13-17: De leiders stuurden een paar Farizeeën en dienaren van koning Herodes naar Jezus toe. Die moesten proberen om Jezus iets te laten zeggen dat strafbaar was. Ze kwamen bij Jezus en zeiden: Meester, U spreekt altijd de waarheid. U zegt geen andere dingen om mensen een plezier te doen, of omdat U bang bent. U vertelt altijd precies wat God van ons wil. Zeg eens, mogen wij belasting betalen aan de keizer of niet?

Maar Jezus wist dat ze met die vraag een slechte bedoeling hadden. Hij zei: Jullie willen Mij in de val laten lopen! Vooruit, laat Mij eens een geldstuk zien. De Farizeeën en de dienaren gaven Hem een geldstuk. Toen zei Jezus: Wie staat er op deze munt? Ze antwoordden: De keizer. Toen zei Jezus: Geef aan de keizer wat voor de keizer is. En geef aan God wat voor God is. Hun mond viel open van verbazing over dat antwoord.

De Farizeeën dachten Hem klem te praten door van Hem een politieke uitspraak uit te lokken. Maar Hij had hen door. Ze konden Hem niet beschuldigen van opruiing van het volk.

De Heer: De keizer komt van kant, afhankelijk van de harten van Mijn volk. Waar je hart is, daar zal je schat zijn.

We moeten daarom Jezus ons hart, ons leven, onze liefde, onze gehoorzaamheid, onze aanbidding geven. Dat behoort tot God. Het verschil is dat het volk gedwongen was zich te onderwerpen aan de keizer. Maar je moet aan God de dingen geven die Hij vraagt, hoewel Hij je niet dwingt. Hij heeft je de keuze.

Het spreekt natuurlijk vanzelf dat je, als je gaat stemmen, niet op politiekers stemt die de doodscultuur steunen.

De Heer: Keer terug naar Mij en ontdek goede dingen in Mijn aanwezigheid. Vind de vreugde in Mij te kennen. Het is een genot boven de rest. Ik roep een compagnie Davids op, die bereid zijn weg te lopen van de wereldse strijd met de koning en die bereid zijn de waarheid, gerechtigheid en zuiverheid te verdedigen, zelfs als Ik ze een woestijn laat lopen. Op dezelfde manier sneed David alleen een stukje van Sauls mantel af. Sta je me toe je hand tegen te houden wanneer dat nodig is?

De H. Geest: Zul je Mij de controle geven?

David handelde niet op wat hij wilde doen. Hij wilde Saul niet doden, hoewel hij het kon. Hij volgde de Heer en hij ging de gezalfde van de Heer niet treffen. We moeten luisteren naar de H. Geest en hem de controle geven. Zelfs al zien we zelf een grote kans om te handelen.