|
1/7 God vertelde mij over augustus 2022 - Troy Black
Het is altijd waard om bij de Heer te zijn, en dat het een
offer of inspanning vergt. Maak tijd om intiem te zijn met God. Het is op de
intieme verborgen plaats in jezelf met God. Er is altijd een beloning als je
God ijverig zoekt. Hij is het waard. (Noot Claudia: Voor Katholieken kan dit de
aanbidding voor het H. Sacrament van het Altaar zijn.)
De Heer vroeg me dit te lezen: Jeremia 23:13 en verder: Ik
heb gezien wat de profeten van Samaria deden. Ze profeteerden namens hun goden.
Zo bedrogen ze Mijn volk Israël. Dat vond Ik vreselijk. Maar wat de profeten
van Jeruzalem doen, is nog afschuwelijker. Ze zijn ontrouw aan hun vrouw. Ze liegen
en bedriegen. Ze doen mee met misdadigers. Maar ze zeggen niet tegen de mensen
dat zij Mij weer moeten gaan dienen. Ze zijn allemaal net zo slecht als de
bewoners van Sodom en Gomorra. Daarom zegde de Heer van de Hemelse legers over
deze profeten: Let op, Ik zal hen bittere kruiden laten eten.
Ik zal hen
bittere gal laten drinken. Want de profeten van Jeruzalem hebben hun leugens
door het hele land verspreid. (
) Maar wie van hen is bij Mij geweest om te
horen wat Ik wil zeggen? Let op, Ik laat een storm komen, een wervelstorm, de
storm van Mijn woede. Die storm barst los over alle mensen die zich niets van
Mij aantrekken. En Mijn woede zal niet overgaan, totdat Ik heb gedaan wat Ik
van plan was. Ooit zullen jullie dat duidelijk zien. Ik heb die profeten niet
gestuurd. Toch zijn zij gegaan. Ik heb niet tegen hen gesproken. Toch hebben
zij geprofeteerd. Maar als ze bij Mij waren geweest, zouden ze tegen Mijn volk
Mijn woorden hebben gesproken. Dan zou het volk gestopt zijn met de slechte
dingen die ze doen en bij Mij teruggekomen zijn.
Er zijn mensen die boodschappen meedelen, maar het zijn
niet Gods woorden. Het zijn dingen vanuit hun hart en verlangens. God heeft
profeten gezonden, maar niet deze profeten. Maar deze profeten zijn niet intiem
met God. Het is duidelijk te zien omdat deze profeten mensen niet van zonde
afbrengen. We zien nu een scheiding komen waar er profeten zijn die Gods woord
brengen, en de anderen hun eigen verlangens en hart.
De
Heer zei: Augustus 2022 zal
een seizoen zijn van hongersnood, dat leidt tot gebrek en wanhoop, specifiek
voor bedrijven die aan agricultuur doen. Maar nog meer zal een spirituele
hongersnood evident worden in Mijn Kerk in Mijn Lichaam. De Heer vraagt of
we zouden nadenken of we namens Hem spreken of dat we onze slechte daden
rechtvaardigen. We moeten om onderscheidingsvermogen vragen om onderscheid te
maken.
De
Heer zegt in Amos 8:11 en verder: In die tijd zal Ik honger in
het land laten komen. Geen honger naar brood, geen dorst naar water. Nee, de
mensen zullen honger en dorst hebben naar het woord van God. Ze zullen van
zee tot zee zwerven en van het noorden tot het oosten. Overal zullen ze naar
mijn woord zoeken, maar ze zullen het niet vinden. De jonge mensen die
zweren bij de afgodsbeelden in Samaria zullen neervallen van de dorst. De
mensen die zweren bij de god van Dan en de mensen die de god van
Berseba aanbidden, zullen neervallen en nooit meer opstaan.
Het gaat hier over de Israëlieten, niet over de heidenen.
Het zal in deze tijd gaan over de Christenen. De Israëlieten deden hun rituelen
wel, maar waren toch ver van God verwijderd.
Hongersnood
(uit:theologie.nl)
Beeldspraak
en symboliek
1. In de
verhalen van de aartsvaders neemt hongersnood een opvallende plaats in. Abram,
Isaak, Jakob en de zonen van Jakob worden er allemaal door bedreigd. Zie
Genesis 12:10, 26:1 en 41-47. Het is niet overdreven om te stellen dat
hongersnood in het plot van deze vertellingen een essentiële rol is toebedeeld.
Honger lijkt hier meer te betekenen dan gebrek aan voedsel. En dat wekt onze
nieuwsgierigheid.
Als de honger toeslaat trekt Abram weg naar Egypte; Isaak,
die hetzelfde overkomt, zoekt onderdak in Filistea; Jakob, ook geteisterd door
gebrek aan koren, stuurt zijn zonen naar Egypte, alwaar door wijs beleid van de
doodgewaande Jozef voldoende graan is.
Van de vele prachtige motieven in deze verhalen, stippen we
er slechts drie aan. In de eerste plaats: hongersnood drijft de aartsvaders uit
het beloofde land; het bewonen en bezitten daarvan is duidelijk niet
vanzelfsprekend. Het moet als het ware telkens bevochten worden. In de tweede
plaats: hongersnood voert tot vreemdelingschap. Van alle aartsvaders en
aartsmoeders geldt dat ze als vreemdeling hebben geleefd. Israël heeft er weet
van dat zij gered zijn door de gojiem, hoewel dat redden kan
omslaan in verdrukking (Egypte).
In de derde plaats:
hongersnood stelt het thema leven en dood op intense en omvattende manier aan
de orde. Het leven in het beloofde land en de dood in Egypte zijn minder
absoluut dan we denken; leven en dood lopen soms bijna onontwarbaar door
elkaar. Kortom: hongersnood lijkt de rode draad te zijn in de verhalen van de
vaders en moeders van Israël, waarbij vervreemding van land en familie
(wanhoop) en uiteindelijk eenheid met land en familie (hoop) de clou vormen.
Hierbij sluit het verhaal van Ruth goed aan. Ook daar zien we een familie
vluchten vanwege hongersnood, nota bene uit Betlehem, dat o ironie! volgens
de volksetymologie huis van brood betekent. Dezelfde motieven komen hier
terug: verlaten van het beloofde land, leven als vreemdeling, de strijd tussen
leven en dood, uiteindelijk samenvoeging van wie en wat bij elkaar hoort.
Op de achtergrond van al deze vertellingen staan de grote
themas verdrukking en uittocht, ballingschap en terugkeer.
2. Honger en dorst zijn primaire verlangens
naar noodzakelijke levensbehoeften. Evenzo kan de mens hongeren en dorsten naar
geestelijke behoeften. De hongerende mens is beeld voor sterk verlangen naar de
diepere dingen van het leven. Met dit woordgebruik drukt men dan de heftige
hunkering naar iets uit. Zonder dit hartstochtelijk verlangen valt er niet te
leven. Als honger en dorst samen worden genoemd, is dat verlangen nog intenser.
In de Bergrede prijst Jezus mensen die hongeren naar gerechtigheid gelukkig, dat
wil zeggen, mensen voor wie gerechtigheid bovenaan staat (Mat. 5:6). Het
verschil tussen fysieke honger en spirituele honger komt helder tot uiting in
Amos 8:11 (vgl. Mat. 4:4): God zal, als daad van gericht, honger in het land
zenden; geen gewone honger, maar honger en dorst naar woorden van de Heer. Er
zullen dagen komen dat Israël wanhopig zal zoeken naar een goddelijke
openbaring, naar woorden die echt troosten. De profeet beseft in
zijn strijd tegen ongeoorloofde rijkdom, dat er meer is dan letterlijk brood.
Johannes speelt op een bijzondere wijze met de begrippen honger en dorst, brood
en water. Hij tilt de letterlijke betekenis op het niveau van het spirituele:
verbondenheid met Jezus stilt alle verlangen, in Hem komt de mens tot volheid.
Zie Johannes 4:14-15; 6:35 en 7:37-38. In Sirach 24:21 spreekt de
gepersonificeerde wijsheid: wie mij eenmaal heeft geproefd, zal altijd naar mij
hongeren.
3. De
droom van Israël en de eerste volgelingen van Jezus was, dat er ooit aan alle
honger en dorst een einde zou komen. In het Oude Testament staat die droom in
de context van de ballingschap; in het Nieuwe Testament in de context van de
verdrukte gemeente. De schrijvers van het laatste hebben zich duidelijk laten
inspireren door die van het eerste. Honger en dorst worden in die droom, die
tegelijk belofte is, als beeld gebruikt voor alle pijn en moeiten (Jes. 49:10;
Op. 7:16; vgl. 21:4).
4. De
hongerige is in enkele teksten synoniem voor de onderdrukte, naakte, bedrukte,
gevangene, gebogene en arme (Jes. 58:6-10). Het gaat hier soms om meer dan
materiële honger. De hongerige duidt de
mens aan de rand van het leven, en degenen die met ellende zijn omgeven.
5. Van de
onrechtvaardige mens wordt gezegd dat het onheil overdrachtelijk naar hem
hongert (Job.18:12). Het onheil als personificatie van de ondergang. Hierin
schuilt het boemerang-motief: het kwaad waaraan hij zich heeft uitgeleverd,
dreigt nu hemzelf te gronde te richten.
6. Interessant
is de rol van de honger in de parabel van de twee zonen (Luc. 15:11-32). De
jongste zoon doet een schokkende honger-ervaring op in het verre land. Ik kom
hier om van de honger
, roept hij uit. Honger is hier niet puur gebrek aan
eten. Honger staat in dit verhaal voor leegte, vervreemding, dood.
Hoedanigheden die kennelijk eigen zijn aan het verre land. Honger functioneert in dit verhaal als metafoor voor leven zonder God.
En het thuisland, waar de vader is achtergebleven en wacht op de terugkeer?
Welnu, daar is brood in overvloed. Het begin van de ommekeer breekt aan op
het moment dat de zoon zich bewust wordt van de honger, de leegte. Uiteindelijk
leidt dat tot de terugkeer in het land van de overvloed.
7. In een
van zijn visioenen aanschouwt Johannes een lijkkleurig paard dat bereden wordt
door de Dood (Op. 6:8). Deze Dood heeft de macht om te doden door het zwaard,
met de honger, met de pest en door de wilde dieren. Waar deze vier middelen om
te doden samen worden genoemd, brengt de auteur concentratie van onheil en
verderf tot uitdrukking. Naast elkaar zijn deze middelen symbool van de dood in
zijn meest bizarre vorm. Die apocalyptische wijze van spreken
bedoelt dus niet zozeer een precieze aankondiging van concrete gebeurtenissen
in de geschiedenis te zijn, maar zij vraagt om een symbolische interpretatie.
Johannes heeft dit niet van zichzelf. Al eerder hadden Ezechiël en later de
dichter van de Psalmen van Salomo zich op ongeveer dezelfde manier uitgedrukt
(Ez. 5:17; 14:21; Ps. Sal. 13:2). Uiteindelijk, en dat tot troost voor allen
die lijden, zal de doodsbeweging zelf te gronde gaan, en goeddeels door haar
eigen wapenarsenaal (Op. 18:8).
Honger en andere afschuwelijke massale doodsoorzaken
treffen we herhaaldelijk aan in de profetische en apocalyptische vergezichten
van het Oude en Nieuwe Testament (Deut. 28:48; Mar. 13:8). De hoorder begreep
door dit krachtige en tegelijk angstwekkende spreken meteen de ernst van de
boodschap. Met andere woorden: ook de compositie van de tekst heeft een
verkondigend karakter, vaak juist vanwege de symboliek die daarin schuilgaat!
8. De houding
van verzadigden tegenover hongerigen, is bepalend voor de kwaliteit van de
geloofsgemeenschap en de samenleving. Op grond van Gods omzien naar hen (Ps.
146:7; Luc. 1:53; Barnabas 3:3) en op grond van de identificatie van Christus
met hen (Mat. 25:37, 42), wordt de gemeenschap opgeroepen om te zien naar de
hongerigen. Zij moet hen beschermen (Sir. 4:2), zij zal haar brood met hen
delen (Tobit 4:16); zelfs de hongerige en dorstige vijand zal men eten en
drinken geven (Spr. 25:2122; Rom. 12:20). Zo is de plaats van de hongeri-gen in
Israël en de kerk de spiegel waarin zij zichzelf zien.
9. Hongersnood
is in de meeste gevallen een theologisch begrip. Het verwijst naar de
werkelijkheid achter onze zichtbare werkelijkheid. Het onthult de crisis in de
relatie tussen de Heer en zijn volk. Nu eens bezigen de profeten hongersnood
als een dreiging: Als jullie niet terugkeren op de weg van het verbond,
dan
'(Lev. 19:1920, 26; Deut. 11:17; Zach. 14:17). Dan weer geldt hongersnood
als straf voor ontrouw aan het verbond (Am. 4:6-8; Bar. 4:2). Ontrouw roept door Gods hand verstoring van
de natuurlijke trits zaaien-groeien-oogsten op (Hos. 2:1122). Maar het blijft
niet bij bedreiging en straf. Hongersnood wil tot bezinning en uiteindelijke
tot ommekeer brengen. Hongersnood zegt: het moet anders, en roept op: het roer
moet om. Hongersnood is teken van grote crisis, crisis op het raakvlak van
leven en dood.
10. Natuur
en geschiedenis zijn in de visie van de bijbelschrijvers met elkaar verweven,
zonder dat ze volledig in elkaar opgaan. Dat de Heer de hand heeft in het
ontstaan en ophouden van hongersnood laat zien, dat zijn handelen geschiedt
binnen de verstrengeling van natuur en geschiedenis. Binnen die samenhang heeft
de vraag naar Israëls identiteit een plaats: Welke God aanbidden wij? Wie is de
God die over leven en dood beschikt (1 Kon. 17-18).
**
De
Heer zegt in Amos 8:9-10: In die tijd zal Ik de zon op klaarlichte
dag verduisteren. Midden overdag zal het in het hele land donker
worden. Ik zal ervoor zorgen dat jullie rouwkleren aantrekken in
plaats van feestkleren. Jullie zullen treurliederen zingen in plaats van
feestliederen. Iedereen zal rouwkleren aantrekken en zijn hoofd
kaalscheren als teken van verdriet. In het hele land zullen de
mensen zo diepbedroefd zijn alsof hun enige zoon is gestorven. Het zal een
verschrikkelijke tijd zijn.
We moeten ons afvragen of we Jezus horen, als we Hem niet
horen is het omdat we geen relatie met Hem hebben, geen echte overgave aan Hem.
Geen overgave van onze wil aan Zijn Wil. Wij moeten elke dag ons leven
neerleggen zodat Jezus door ons kan leven.
Ik zag een visioen met een heuvel met drie kruisen en een
pad ernaartoe. Toen zag ik een wijnglas op het pad dat overhelt op het pad. De Heer zei: de wijn van Mijn Bloed. Terug
naar het Kruis. Wanneer spirituele hongersnood aanbreekt moet men terugkeren
naar de plaats waar het brood en de wijn werden gegeven. Keer terug naar de
plaats van zege en genade. De plaats waar Ik Mijn volk heb bevrijd. Vrijheid wordt
gevonden in Degene te kennen die jullie heeft gekocht, die alles voor jullie
heeft gegeven. Degene die Zijn leven heeft geofferd opdat jullie vrij zouden
zijn. Ik verklaar de vrijheid voor Mijn volk op dit moment. En zodat jullie
deze vrijheid aan anderen zou kunnen geven.
Het gaat hier van vrijheid van zonde. Het is een vrijheid
van de ketenen van zonde. Vrijheid van slavernij van zonde.
Men hoeft niet bang te zijn om God te verliezen, want
doordat men vervuld is van de H. Geest volgt men het pad van rechtvaardigheid.
Hij leidt je verder.
We moeten er rekening mee houden dat we geen valse genade
krijgen omdat we luisteren naar valse profeten. Zij kunnen geen echte genade
geven, zoals deze van God. Ware vrijheid kunnen we alleen krijgen door Gods
genade. Zijn genade is bovennatuurlijk.
Er
zal onderscheid gemaakt worden tussen degenen die van de Heer horen en degenen
die in een spirituele hongersnood zijn en die genade manipuleren. Er zullen
steeds meer grenzen worden getrokken. En degenen die Zijn genade niet hebben
ervaren, zullen erom smeken door woorden en daden. Dit is geen dreiging, maar
God zegt dat dit zal gebeuren.
Wij
hebben de waarheid, wij wandelen met Jezus in een intieme relatie. Je hebt Zijn
genade ontvangen. Je kent de waarheid. Je hebt een kostbare parel in handen.
Mensen hebben dit nodig.
Efeziërs 2:8-11: Want omdat God zo
liefdevol en goed is, heeft Hij jullie gered door jullie geloof. Jullie hebben
niet jezelf gered, maar God heeft jullie gered. Het is Zijn geschenk. Jullie
zijn dus niet gered doordat jullie zelf zo goed je best deden om goede mensen
te zijn. Want Hij wilde niet dat jullie over je redding zouden kunnen
opscheppen. Want God heeft ons gemaakt. En Hij heeft ook Zelf in Jezus Christus
nieuwe mensen van ons gemaakt. Nu kunnen
we voor Hem de goede dingen doen die Hij van tevoren al voor ons had
bedacht. Bedenk dat jullie vroeger niet bij Gods volk hoorden. Want jullie
waren niet zoals de Joden besneden. Jullie werden onbesneden genoemd door de
mensen die wel besneden waren.
Genade
krijgen we dus, we kunnen niet onszelf redden. We kunnen onszelf niet tot
redding praten, het is aan God. We moeten toelaten dat Jezus in ons leeft en
werkt.
Over het vers van de
besnijdenis:
deze besnijdenis is door mensen uitgevoerd. De besnijdenis was in het Oude
Testament dat ze Gods volk waren. De besnijdenis in het Nieuwe Testament is een
besnijdenis van hart. Het is een innerlijke verandering dat het teken is. Dat
de H. Geest in je woont. Het probleem is dat sommigen in de Kerk proberen die
innerlijke verandering teweeg te brengen in het vlees door mensenhanden. Maar
dit werkt niet omdat je Gods genade nodig hebt.
Het
moet een bovennatuurlijke verandering zijn. God moet het bewerkstelligen. Dit
hindert ons om God te horen. Het is de gedachte als ik er hard aan werk dat ik
mezelf kan veranderen, maar je moet God het laten doen. Als je hard wil werken,
begin dan hard te werken aan je geloof in Jezus. Denk aan dat Hij mens is
geworden, dat Hij voor ons gestorven is aan het Kruis, dat Hij verrezen is
Hij
is je Hoop, je vreugde, je vrede.
God: De agricultuur in de
VS zal een schok krijgen. Het zal een tijd zijn van herstructurering, het
werken om nog een schok te voorkomen. Er is een parallel tussen wat er met het
voedsel zal gebeuren en het proces erachter, en de Katholieke Kerk en hoe de
mensen de bediening krijgen.
God: Ik ben bezig met iets nieuws,
nieuwe ontdekkingen in de wetenschap, maar ook in de manier waarop Mijn volk
het evangelie deelt. Een nieuwe beweging in de richting van de
natuurwetenschappen die wijst op Christus en Zijn Kruisiging. Nieuwe
ontdekkingen die het verhaal van Mijn Zoon vertellen vanuit een legitiem
wetenschappelijk perspectief.
Ik
ben de resultaten van Roe vs. Wade aan het kneden, die worden teruggedraaid. De
goddelozen zetten de rechtvaardigen onder druk als voorbereidend werk voor de explosieve
groei in Mijn Koninkrijk. Nieuwe bewijzen voor waarom abortus strafbaar moet worden
gesteld. De goddelozen kunnen de waarheid niet met hun mening bestrijden, maar
ze zullen het proberen. Het is een feit versus gevoelens dilemma. Daarom is er
zoveel woede en haat omdat ze het niet op een andere manier kunnen
rechtvaardigen. Er is geen rechtvaardiging behalve dwaasheid.
Als
de bewijzen worden gegeven zullen ze inzien hoe ernstig dit was en kan zijn.
God komt niet naar degenen die aan abortus hebben meegewerkt in toorn, het is
geen onvergeeflijke zone. Jezus is ook voor deze zonde gestorven.
|