1/4 Hemel en aarde beven - de zon wordt duister

Jezus: Ik zegen jullie allen met Mijn bedekking van bescherming die alleen kan worden bereikt binnen de grenzen van Mijn Heilig Hart. Dit is de tijd om de wereldse dingen, die je spirituele wandel met Mij belemmeren, van je af te werpen. Er moet een ware bekering plaatsvinden in je hart als jullie je volledig aan Mijn Heilig Hart toewijden. Zoek Mijn Goddelijke Barmhartigheid die voor jullie wordt uitgestort. Het is laat, kom onder Mijn beschutting van bescherming, de hand van God de Vader kan niet worden tegengehouden. Zijn Toorn zal eindigen in duisternis.

De zon wordt zwak omdat de  zonsuitbarstingen zijn begonnen. De hemelen worden geschud en wijken terug, terwijl een bedekking van duisternis neerdaalt. Waak en bid dat Mijn Wil geschiede. Kom, volg Mij, IK BEN je enige verlossing. Ik hou van jullie en wens dat niemand verloren gaat. Zo spreekt de Heer.

Maria: Mijn kinderen, het is zeer dringend dat jullie mijn rozenkrans bidden. Bid voor de bekering van zondaars. Het uur is laat. De duisternis is begonnen op de aarde neer te dalen. Mijn Rozenkrans van Licht is een baken van hoop dat helder schijnt en de verlorenen richt naar mijn Zoon, wiens genade wordt uitgestort voor de hele mensheid. Bedankt dat je op mijn oproep hebt gereageerd. Mijn kinderen, denk altijd aan mijn beloften en bid onophoudelijk. Zo spreekt je liefhebbende Moeder.

Als de vederen van vleugels mij overschaduwen, hoor ik de H. Aartsengel Michaël zeggen: Als Prins van de Hemelse Heerscharen, schenk ik jullie de trinitaire zegeningen van onze Heer: van Geloof, Hoop, Liefde en Bescherming. Volk van God, het is zeer dringend dat jullie terugkeren naar Gebed. Verlaat de Rozenkrans van Licht van Onze Koningin niet, het is een baken van hoop voor deze generatie die verdwaald is in de duisternis.

HEMEL EN AARDE WORDEN GESCHUD

terwijl de Toorn van God de Vader blijft worden uitgestort. De aarde beeft en barst als de zeespiegel begint te zwellen en op het droge land stijgt. Hemelse storingen tasten de elementen van de aarde aan. Het onberouwvolle hart van de mensheid zal de Toorn van de Almachtige God ondergaan, die is ontketend.

DE ZON WORDT DUISTER

nu de uitbarstingen op haar oppervlak zijn begonnen. Een negende planeet is het zonnestelsel binnengekomen en brengt een spoor van puin mee dat als vuur op de aarde zal neerregenen. Voordat de duisternis neerdaalt, zal er Licht aan de hemel verschijnen. De mensenharten zullen falen als ze deze dingen zien.

VOLK VAN GOD, WEES WAAKZAAM EN BID

Het is laat en de trompetten zullen spoedig weerklinken. Bid voor de bekering van zondaars. Bid voor alle naties en voor alle volkeren.

DE GEEST VAN DE ANTICHRIST BEHEERST HET HART VAN DE WERELDLEIDERS

Er komt oorlog aan jullie grenzen, terwijl een waanzin het hart van de mensheid treft, van degenen die Gods Liefde niet kennen. Ze hebben de waarheid van God de Vader verworpen en zullen nu een sterke misleiding ondergaan.

VOLK VAN GOD, HONGERSNOOD EN VOEDSELTEKORTEN KOMEN ERAAN

Bereid je voor om je veilige toevluchtsoord binnen te gaan. Bereid je voorzieningen voor en vertrouw op onze Heer en Redder voor je behoeften. Erken je Beschermengelen die je naar veiligheid zullen leiden. Moge de beschutting van het Heilig Hart van onze Heer je bedekken, terwijl ik klaar sta, met menigten Engelen, om jullie te verdedigen tegen de slechtheid en valstrikken van de duivel, wiens dagen er maar weinig zijn. Zo spreekt je Waakzame Verdediger

De Heer drukte mij op het hart om de lezing van Jesaja 24 opnieuw te delen. Dank je voor jullie gebeden en steun. Wees waakzaam en bid. Bid de Rozenkrans van Licht van onze Gezegende Moeder. Bid onophoudelijk. Veel liefs van de H. Drie-eenheid.

Jesaja 24: Oordeel over de aarde

De Heer verwoest de aarde en slaat haar kaal, Hij ontwricht haar en verstrooit haar bewoners. Priester en volk treft hetzelfde lot, meester en slaaf, meesteres en slavin, verkoper en koper, wie te leen krijgt en wie te leen geeft, schuldenaar en schuldeiser. De aarde wordt geheel verwoest en volkomen leeggeplunderd - want de Heer heeft aldus gesproken.

De aarde treurt en verwelkt, de wereld verwelkt en kwijnt weg. Ook de groten der aarde kwijnen weg. De aarde is door haar bewoners ontheiligd: zij hebben de voorschriften overtreden, zijn aan de wetten voorbijgegaan en hebben het eeuwig verbond verbroken.

Daarom verslindt een vloed de aarde en moeten haar inwoners boeten; daarom wordt hun aantal zo klein en blijven er nog weinig mensen over. De wijn is verdroogd, de wijnstok kwijnt weg. De vrolijke feestvierders zuchten. De roffelende trommels zwijgen, het feestgedruis sterft weg, de jubelende lier verstomt. Men drinkt de wijn zonder lied, de drank smaakt de drinker bitter.

De stat is één grote woestenij, de toegang tot ieders huis is versperd. Op straat wordt luid gejammerd om de wijnoogst. Alle blijdschap is gesmoord, de vreugde van de aardbodem verdwenen. Wat van de stad rest, is verwoesting, troosteloos is de vernielde poort. Het zal de aarde en al haar volken vergaan als bij het leegschudden van een olijfboom, als bij het nalezen van een wijngaard.

Daarginds barst men uit in gejuich, vanaf de zee bejubelt men de majesteit van de Heer. Prijs daarom de Heer in het land van de dageraad, de naam van Israëls God op de eilanden in de zee. Van het einde der aarde horen wij zingen: "Hulde aan de rechtvaardig!" Maar ik verzucht: "Wee mij! Verloren, verloren ben ik! Verraders plegen verraad, hoe verraderlijk is het verraad van verraders."

Verschrikking, valkuil en vangnet wacht jullie die de aarde bewonen. Wie vlucht voor de verschrikking, zal vallen in de kuil, wie uit de kuil weet te klimmen, raakt gevangen in het net. De sluizen van de hemel worden geopend, de grondvesten van de aarde beven. De aarde kraakt en barst open, de aarde schokt en schudt heen en weer, de aarde kantelt en wankelt vervaarlijk. De aarde zwalkt en waggelt als een dronkaard, ze zwaait heen en weer als een hut in de storm. Haar opstandigheid drukt zwaar op haar, ze valt en staat niet meer op.

Op die dag zal de Heer afrekenen in de hemel met de machten van de hemel, en op aarde met de vorsten van de aarde. Dan worden zij bijeengedreven, gevangen in een kuil, opgesloten in een kerker. En na lange tijd zullen zij hun straf ontvangen. Dan zal de heldere maan zich schamen, de stralende zon van schaamte verbleken. Want de Heer van de Hemelse machten heerst op de Sion, in Jeruzalem wordt Zijn luister getoond aan de oudsten van Zijn volk.