45ste STER: GENADE
in de laatste weken en dagen van
Zijn leven ontmoette Jezus onverschilligheid, woede, lafheid en verraad.
Stormen pakten zich samen rond Hem en martelende dreigementen kwamen dichter.
Als de Heer naar Zijn einde leefde, Hij had alle reden om zich verbitterd en
verontwaardigd te voelen jegens het menselijk ras. Een onvermijdelijk en
ongeremd hoogtepunt van vijandigheid was doelbewust, toen al het brute geweld
op de Liefde Zelf werd gestort.
Wat was de reactie van de Liefde?
Ondoorgrondelijke genade. Jezus trok zich niet terug van het toneel om ziedende
wrok te koesteren. Terwijl Zijn geliefde volk, voor wie Hij gewillig duizend keer
de dood zou willen ondergaan, verpletterden Hem met radicale afwijzing. Nooit was
Zijn pijn op Zichzelf gericht. Op geen enkel moment tijdens het Lijden ging Jezus
op in Zijn eigen ervaring, vroeg Hij erkenning of eiste Hij rekenschap van de
mensheid. We ontmoeten Hem nooit tegen terwijl hij zout in de wonden van Zijn
frustraties wrijft of de bitterzoete vrucht van zelfmedelijden voelt - alsof er
geen andere realiteit in de wereld is dan Zijn falen, of alsof de geschiedenis alleen
op basis van Zijn eigen ongeluk moet worden beoordeeld.
Ook al was Hij het oog van de
storm, zien we zien in het Evangelie dat Hij helemaal niet zelfbewust was en altijd
de anderen een reikende hand gaf. Wij waren de reden voor Zijn lijden, en toch
waren wij Zijn enige zorg.
Jezus had een bezorgd woord over voor
Zijn vriend, die een verrader werd: ´Judas, verraad je de Mensenzoon met een
kus?" (Lucas 22:48). Hij toonde zich bezorgd dat Zijn discipelen niet
hetzelfde lot zouden ondergaan als Hij: ´Als u Mij zoekt, laat deze mannen dan
gaan¡ (Johannes 18:8). Toen Hij werd weggevoerd om te worden gedood, genas Hij
welwillend het rechteroor van de dienaar van de hogepriester (Lucas 22:51). Op
Petrus, verstrikt in menselijke zwakheid wierp Hij een verlossende blik (Lucas
22:61). Op weg naar het Kruis gaf Hij een oprechte waarschuwing aan de vrouwen van
Jeruzalem die om Hem weenden (Lucas 23:28). Stervend aan het Kruis, sprak Hij tot
de goede dief woorden die ieder van ons verlangt te horen: "Amen, Ik zeg
u, vandaag zult U met Mij in het Paradijs zijn" (Lucas 23:43).
In de smeltkroes van onpeilbare
pijn bood Hij een teder gebaar van bescherming en kinderlijke toewijding, en
liet Hij Zijn Moeder achter aan de zorg van Zijn geliefde Apostel Johannes (Johannes
19:25-27). En op het hoogtepunt van Zijn onuitsprekelijke fysieke pijn en
zielsangst, maakte Jezus zich het meest zorgen over Zijn vijanden: ´Vader, vergeef
het hun, ze weten niet wat ze doen¡ (Lucas 23:34).
Daarom, als navolgers van Degene
Die onder ons leefde en voor ons stierf, wat voor reden hebben we dan om
weigeren lief te hebben? En welk excuus hebben we om niet genadig te zijn?
46ste STER: ONTZAG
(één van de 7 gaven van de H.
Geest)
Beeld je de Hemel in. Denk aan
het meest vreugdevolle moment dat je leven heeft gesierd, en vermenigvuldig dat
met een miljard. Toch kan deze kostbare flits in de tijd niet tippen aan de
kleinste details van het Paradijs. Eenmaal daar voel je je zo gezegend, vredig
en gelukkig dat je alleen maar kunt lachen.
Stel je voor dat al je verdriet
is uitgewist, al je verwachtingen worden overtroffen, al je verzoeken
beantwoord zijn, al je wensen uitkomen. Jezus, Maria en alle Heiligen die je
zijn voorgegaan, zijn daar - zij waarvan je hun leven hebt bestudeerd en anderen
die je voor het eerst ontmoet. Om je heen in vervoering zijn myriaden van
zielen die je hebt liefgehad en die van je hebben gehouden. Samen met hen en
een wolk van Engelen en Aartsengelen, vlieg je door het eeuwige Koninkrijk en
bewonder je Gods wonderen, en je komt tot begrip van het gejubel van de Vader
in Zijn scheppingswerk.
Stel je voor dat al het goede dat
je ooit hebt gekoesterd binnen handbereik is. Beeld je in dat elke man, vrouw,
kind en dier zielsveel van je houden. Overweeg gezond en gelukkig te leven voor
een miljoen jaar. Stel je voor dat alles wat je proeft je gehemelte verblindt,
alles wat je aanraakt je verrukt, alles je bedwelmd van ontzag. Overweeg dat je
alles weet en niets anders kent dan Liefde. Disharmonie met jezelf, anderen, de
wereld, is verdwenen.
Stel je het leven zo voor
een
miljoen keer groter dan dat, en je kunt nog steeds niet de grootte van de eeuwige
heerlijkheid bevatten. Visualiseer een oneindige vermenigvuldiging daarvan, en
je kunt nog steeds de geneugten van het Paradijs niet zien.
Elke ziel in de Hemel
weerspiegelt Gods onmetelijke Liefde, en daarom wanneer jij en een inwoner van
de Hemel naar elkaar kijken, zijn jullie verrukt door de Heilige Geest en zelfs
nog meer in extase verheven. En op het punt dat je gelooft dat je alle vreugde hebt
bereikt die je ziel maar kon wensen, vervult de Vader je met nog meer vreugde.
Je wordt een verblindend licht dat steeds feller brandt. Je komt tot het begrip
dat dit nooit zal eindigen. Het zal alleen maar groeien, aangezien de Vader een
eindeloze voorraad Liefde heeft waarvan Hij geniet het te delen.
Terwijl je jouw Heilige metgezellen
bij de hand neemt en naar de pracht van de Almachtige staart, explodeert je
geest als een vuurwerk van extase. Zoals het licht van je geest wordt gestreeld
door degenen rond je heen, verenigt elke ziel en geest zich om één te worden
met God, en dan voel je wat je nooit voor mogelijk hebt gehouden.
Verenigd in de zalige aanschouwing,
één met de glorierijke Drie-eenheid, voel je alle Liefde in eeuwigheid in je
komen. Je voelt en ziet alle goede dingen die er zijn gebeurd sinds het begin
van de tijd. Je wordt er een deel van en één met elke liefdevolle gedachte of
handeling die door de mensheid en onder de Engelen wordt gedeeld. Je smelt in
elke adem van Liefde die er ooit was, is of zal zijn. En dan begrijp je wat de Hemel
werkelijk is.

"Luister goed mijn kind naar wat
ik zeg en laat het doordringen in uw hart: laat niets u schrik aanjagen of
verdrietig maken. Laat uw hart niet in verwarring brengen. Vrees die ziekte
niet en geen enkele andere ziekte of angst. Ik ben er toch, ik die je moeder
ben! Wees niet bedroefd om de ziekte van uw oom, hij zal niet sterven. Je mag
gerust zijn en weten dat hij al genezen is."
- OLVrouw aan Juan Diego
TOEWIJDINGSGEBED AAN MARIA in overeenstemming met de toewijding aan Maria's Mantel met de sterren erop:
Het gebed van Paus Johannes
Paulus II tot Onze Lieve Vrouw van Guadalupe, gegeven in Mexico-Stad in januari
1979, tijdens een bezoek aan haar basiliek tijdens zijn eerste buitenlandse
reis als Paus:
O Onbevlekte Maagd, Moeder van de
ware God en Moeder van de Kerk!, die vanuit deze plaats uw clementie en uw
medelijden aan iedereen die om uw bescherming verzoekt, het gebed aanhoort dat
we met kinderlijk vertrouwen tot u richten, en het voorlegt aan uw Zoon Jezus,
onze enige Verlosser.
Moeder van Barmhartigheid,
lerares van verborgen en stille opoffering, aan u, die komt om ons zondaars te
ontmoeten, we wijden ons op deze dag toe met ons hele wezen en al onze Liefde.
Wij wijden ook aan u toe: ons leven, ons
werk, onze vreugden, onze zwakheden en ons verdriet.
Geef vrede, gerechtigheid en
welvaart aan onze volkeren; want we vertrouwen alles wat we hebben en al wat we
zijn aan uw zorg toe, Onze Lieve Vrouw en Moeder. We willen helemaal de uwe zijn
en met u wandelen op de weg van volledige trouw aan Jezus Christus in Zijn
Kerk; houd ons altijd vast met uw liefdevolle hand.
Maagd van Guadalupe, Moeder van
de Amerika's, we bidden tot u voor alle Bisschoppen, opdat zij de gelovigen
mogen leiden langs wegen van intens Christelijk leven, van Liefde en nederige
dienst aan God en zielen. Overweeg deze immense oogst, en bemiddel bij de Heer,
opdat Hij in het hele Volk van God een honger naar Heiligheid kan inboezemen,
en schenk overvloedige roepingen van Priesters en Religieuzen, sterk in Geloof
en ijverige verspreiders van Gods mysteries.
Schenk aan onze gezinnen de
genade van het liefhebben en respecteren van het leven vanaf het begin, met
dezelfde Liefde waarmee in uw schoot het leven van de Zoon van God werd verwekt.
Heilige Maagd Maria, bescherm onze gezinnen, zodat ze altijd verenigd mogen
zijn, en zegen de opvoeding van onze kinderen.
Onze hoop, kijk ons met mededogen
aan, leer ons om voortdurend naar Jezus te gaan en als we vallen, help ons dan
weer op te staan, om tot Hem terug te keren, door middel van de belijdenis van onze
fouten en zonden in het Sacrament van de Biecht, dat vrede geeft aan de ziel.
We smeken u om ons een grote Liefde
te schenken voor alle Heilige Sacramenten, die als het ware, de tekenen zijn dat
uw Zoon ons op aarde heeft nagelaten.
Daarom, Allerheiligste Moeder,
met de vrede van God in ons geweten, met ons hart vrij van kwaad en haat,
zullen we in staat zijn om aan allen ware vreugde en ware vrede te brengen, die
tot ons komen van uw Zoon, onze Heer Jezus Christus, die met God de Vader en de
Heilige Geest, leeft en heerst voor eeuwig en altijd. Amen.
|