Rozenkrans met overweging bij elk Weesgegroet
(Bron: Marypages: grotendeels
overgenomen)
Kruisteken - Geloofsbelijdenis
- De namen van Jezus, Maria en Jozef
moeten zijn gezegend:
van nu af tot in de eeuwigheid. - O mijn Jezus, vergeef ons onze zonden, behoed
ons voor het vuur van de hel, neem in uw paradijs alle zielen op vooral
diegenen die uw barmhartigheid het meest nodig hebben - O Jezus van Goddelijke Barmhartigheid, hoor
mijn smeekbeden aan U, want ik ben hier om Uw Wil te doen. - Onze Vader - Ik groet
u, Dochter van God de Vader, Weesgegroet - Ik groet u, Moeder van God de Zoon,
Weesgegroet - Ik groet u, Bruid van God de H. Geest, Weesgegroet
Blijde
geheimen
Glorie zij - O mijn Jezus - O Jezus van Goddelijke Barmhartigheid - Heilige Aartsengel Michaël, met uw licht, verlicht ons. Heilige Aartsengel
Michaël, met uw vleugels, bescherm ons. Heilige Aartsengel Michaël, met uw
zwaard, verdedig ons. Heilige Engelbewaarder, verdedig ons, bescherm ons,
bewaar ons. H. Jozef, bid voor ons. Al Gods Heiligen, help ons en zegen ons.
1 De Aankondiging (nederigheid)
De namen van Jezus, Maria en
Jozef moeten zijn gezegend van nu af tot in de eeuwigheid. - Onze Vader - Na
elke overweging het Weesgegroet
1.De tijd van de Menswording is
nabij 2. Van alle vrouwen bereidde God Maria van haar Ontvangenis voor, om
Moeder te worden van het Mensgeworden Woord 3. De engel Gabriel kondigt aan: "Wees gegroet, vol van genade! De Heer is met u." 4. Maria schrok bij deze
begroeting en vroeg zich af, wat die groet kon betekenen 5. De engel verzekert
haar: "Vrees niet, Maria, want u hebt genade gevonden bij God, u zult in uw
schoot ontvangen en een Zoon baren." 6. Maria hoe dit kan geschieden, want ze
heeft een gelofte van maagdelijkheid afgelegd 7. De engel antwoordt dat ze zal
ontvangen door de kracht van de H. Geest, en haar Zoon zal de Zoon van God worden
genoemd 8. De Menswording wacht op Maria's instemming 9. Maria antwoordt: "Zie
de dienstmaagd des Heren, mij geschiede naar Uw Woord." 10. Het Woord is mens
geworden en heeft onder ons gewoond.
Glorie zij - O mijn Jezus - O Jezus van Goddelijke Barmhartigheid - Heilige Aartsengel Michaël, met uw licht, verlicht ons. Heilige Aartsengel
Michaël, met uw vleugels, bescherm ons. Heilige Aartsengel Michaël, met uw
zwaard, verdedig ons. Heilige Engelbewaarder, verdedig ons, bescherm ons,
bewaar ons. H. Jozef, bid voor ons. Al Gods Heiligen, help ons en zegen ons.
2 Het bezoek (naastenliefde)
De namen van Jezus, Maria en
Jozef moeten zijn gezegend van nu af tot in de eeuwigheid. - Onze Vader - Na
elke overweging het Weesgegroet
1.Maria's nicht Elisabeth heeft
ook een zoon ontvangen in haar ouderdom, want niets is onmogelijk bij God 2.
Naastenliefde beweegt Maria zich te haasten om Elisabeth te bezoeken in tijd
van nood 3. De tocht naar het huis van Elisabeth duurt ongeveer vier tot vijf
dagreizen 4. Hoewel lang en lastig, is de tocht vreugdevol, want Maria draagt
in haar het Mensgeworden Woord 5. Bij Maria's begroeting, wordt Johannes de
Doper geheiligd in de schoot van zijn moeder 6. Elisabeth roept uit: "U bent de
gezegende onder de vrouwen, en gezegend is de vrucht van uw schoot!" 7. Elisabeth: "Wat
valt mij te beurt, dat de Moeder van mijn Heer naar mij toekomt?" 8. Elisabeth: "Zalig
zij, die geloofd heeft, want wat haar namens de Heer is gezegd, zal worden
vervuld." 9. Maria antwoordt: "Mijn ziel prijst groot de Heer, Mijn geest
jubelt van vreugde in God, mijn Redder." 10. Maria helpt haar nicht drie
maanden lang in alle nederigheid tot de geboorte van Johannes de Doper
Glorie zij - O mijn Jezus - O Jezus van Goddelijke Barmhartigheid - Heilige Aartsengel Michaël, met uw licht, verlicht ons. Heilige Aartsengel
Michaël, met uw vleugels, bescherm ons. Heilige Aartsengel Michaël, met uw
zwaard, verdedig ons. Heilige Engelbewaarder, verdedig ons, bescherm ons,
bewaar ons. H. Jozef, bid voor ons. Al Gods Heiligen, help ons en zegen ons.
3 De geboorte (armoede van geest)
De namen van Jezus, Maria en
Jozef moeten zijn gezegend van nu af tot in de eeuwigheid. - Onze Vader - Na
elke overweging het Weesgegroet
1.Jozef en Maria gaan naar
Bethlehem om te voldoen aan het besluit van keizer Augustus 2. Toen ze daar
waren brak de tijd van haar moederschap brak aan, maar er is geen plaats in de
herbergen 3. In de stilte van de nacht, wordt de Redder geboren in een stal,
Maria blijft Maagd 4. Ze wikkelt Hem in doeken en legt Hem in een kribbe 5. In
onuitsprekelijke vreugde houdt ze de Bloem van haar maagdelijkheid aan haar
borst vast 6. Jezus komt in de wereld in armoede om ons de les te leren van
onthechting aan aardse dingen 7. De engel kondigt aan de herders aan: "Heden is
u in de stad van David een Verlosser geboren, Christus de Heer!" 8. Engelenkoren
zingen: "Glorie aan God in den Hoge, en vrede op aarde onder de mensen van
goede wil!" 9. De herders komen naar de stal om het Kind Jezus te prijzen 10. De
Koningen-Wijzen komen om het Heilig Kind te aanbidden en bieden Hem geschenken
aan
Glorie zij - O mijn Jezus - O Jezus van Goddelijke Barmhartigheid - Heilige Aartsengel Michaël, met uw licht, verlicht ons. Heilige Aartsengel
Michaël, met uw vleugels, bescherm ons. Heilige Aartsengel Michaël, met uw
zwaard, verdedig ons. Heilige Engelbewaarder, verdedig ons, bescherm ons,
bewaar ons. H. Jozef, bid voor ons. Al Gods Heiligen, help ons en zegen ons.
4 Opdracht van Jezus in de Tempel (zuiverheid
van lichaam en geest)
De namen van Jezus, Maria en
Jozef moeten zijn gezegend van nu af tot in de eeuwigheid. - Onze Vader - Na
elke overweging het Weesgegroet
1.Volgens de wet van Mozes brengen Maria en Jozef naar de Tempel in Jeruzalem om Hem op te dragen aan de Heer God. 2. Volgens de Wet moet het eerstgeboren mannelijk kind van elk gezin
toegewijd worden aan de Heer 3. Maria draagt haar Zoon op aan de Vader, en betaalt
de offerprijs betaald door de armen 4. Jezus is niet onderworpen aan de wet van
Mozes, maar om gehoorzaamheid te leren, onderwerpt Hij zich eraan 5. Maria is
niet onderworpen aan de wet van zuivering, maar in haar nederigheid onderwerpt
zij zich eraan 6. God heeft aan Simeon geopenbaard dat hij niet zou sterven
voordat hij de Messias had gezien 7. Hij herkent het Kind en bidt: "Nu laat U,
O Heer, uw dienaar gaan, in vrede naar Uw woord. Want mijn ogen hebben Uw heil
aanschouwd." 8. Simeon: "Dit Kind is bestemd tot
val en opstanding van velen in Israël en tot een teken van tegenspraak." 9. En
aan Maria openbaart Simeon: "Een zwaard zal ook uw eigen ziel doorboren." 10.
Nadat ze de wet hebben vervult keren ze terug naar Nazareth.
Glorie zij - O mijn Jezus - O Jezus van Goddelijke Barmhartigheid - Heilige Aartsengel Michaël, met uw licht, verlicht ons. Heilige Aartsengel
Michaël, met uw vleugels, bescherm ons. Heilige Aartsengel Michaël, met uw
zwaard, verdedig ons. Heilige Engelbewaarder, verdedig ons, bescherm ons,
bewaar ons. H. Jozef, bid voor ons. Al Gods Heiligen, help ons en zegen ons.
5 Terugvinding van Jezus in de Tempel
(gehoorzaamheid)
De namen van Jezus, Maria en
Jozef moeten zijn gezegend van nu af tot in de eeuwigheid. - Onze Vader - Na
elke overweging het Weesgegroet
1.Wanneer Jezus twaalf jaar is
gaat hij met Zijn ouders naar Jeruzalem voor het feest van Pesach 2. Na het
feest van Pesach, vertrekken Jozef en Maria terug naar Nazareth, maar zonder
het te weten is Jezus er niet bij 3. Op het einde van de eerste dagreis
ontdekken ze dat Jezus vermist is 4. Zijn ouders keren onmiddellijk terug om
Hem te zoeken 5. Zijn verlies veroorzaakt onuitsprekelijk verdriet en angstige
bezorgdheid in de harten van Maria en Jozef 6. Op de derde dag vinden ze Jezus
in de Tempel tussen de Wetsgeleerden die verbaasd waren over Zijn wijsheid 7.
Maria: "Mijn Kind, waarom hebt U ons dit aangedaan? Zie, je vader en ik zoeken
in doodsangst naar U." 8. Jezus: "Waarom hebt u Mij gezocht? Wist u dan niet,
dat Ik in het huis van Mijn Vader moet zijn?" 9. Jezus ging met hen naar
Nazareth terug en was hun onderdanig 10. Maria bewaarde dit alles in haar hart
Bid na de Blijde geheimen het Salve Regina.
Droevige
geheimen
Glorie zij - O mijn Jezus - O Jezus van Goddelijke Barmhartigheid - Heilige Aartsengel Michaël, met uw licht, verlicht ons. Heilige Aartsengel
Michaël, met uw vleugels, bescherm ons. Heilige Aartsengel Michaël, met uw
zwaard, verdedig ons. Heilige Engelbewaarder, verdedig ons, bescherm ons,
bewaar ons. H. Jozef, bid voor ons. Al Gods Heiligen, help ons en zegen ons.
1 Doodsangst in de tuin van Gethsemane (Gods
Wil geschiede)
De namen van Jezus, Maria en
Jozef moeten zijn gezegend van nu af tot in de eeuwigheid. - Onze Vader - Na
elke overweging het Weesgegroet
1.Jezus komt met Zijn Apostelen
in Gethsemani: "Blijf hier, terwijl Ik ginds ga bidden." 2. Hij gaat de tuin
binnen met Petrus, Jacobus en Johannes en Jezus bidt: "Mijn ziel is dodelijk
bedroefd, blijf hier met Mij waken." 3. Jezus ziet de zonden van de hele mensheid,
wiens schuld Hij op Zich neemt. 4. Hij ziet de toorn van de Vader dat Zijn
lijden moet verzachten 5. Zijn doodsangst is zo groot dat Zijn zweet als
druppels bloed op de grond vallen 6. Een engel uit de Hemel verschijnt om Hem
te versterken 7. Jezus: "Mijn Vader, indien het mogelijk is, laat deze kelk Mij
voorbijgaan; maar niet zoals Ik wil, maar zoals U het wilt." 8. Hij vindt de
Apostelen in slaap: "Konden jullie dan niet één uur met Mij waken?" 9. Jezus
wordt door Judas verraden, wordt vastgebonden en op wrede wijze weggeleid. 10.
Vader, door de verdiensten van Jezus' doodsangst in de Tuin, heb medelijden met
ons en met de hele wereld.
Glorie zij - O mijn Jezus - O Jezus van Goddelijke Barmhartigheid - Heilige Aartsengel Michaël, met uw licht, verlicht ons. Heilige Aartsengel
Michaël, met uw vleugels, bescherm ons. Heilige Aartsengel Michaël, met uw
zwaard, verdedig ons. Heilige Engelbewaarder, verdedig ons, bescherm ons,
bewaar ons. H. Jozef, bid voor ons. Al Gods Heiligen, help ons en zegen ons.
2 Geseling aan de zuil (versterving aan de
zintuigen)
De namen van Jezus, Maria en
Jozef moeten zijn gezegend van nu af tot in de eeuwigheid. - Onze Vader - Na
elke overweging het Weesgegroet
1.Jezus wordt voorgeleid bij de
Hogepriester waar Hij vals wordt beschuldigd, geslagen en beledigd 2. De Joodse
leiders leiden Jezus voor bij Pilatus, waar hij enkel nog de doodstraf kan
opleggen 3. De rover Barabbas wordt verkozen boven Jezus 4. Pilatus kan geen
kwaad in Hem vinden, maar om de Joden te kalmeren, beveelt hij Jezus te laten
geselen 5. De gesel is gemaakt van lederen snoeren waar kleine scherpe
ijzerstukjes aanhangen. 6. Jezus wordt aan een zuil gebonden en op wreedaardige
wijze gegeseld tot Zijn hele lichaam bedekt is met diepe wonden 7. Het Lam van
God offert Zijn lijden voor de zonden van de mensheid van alle tijden 8. Jezus
lijdt zoveel in Zijn Heilig vlees om vooral te voldoen voor de zonden van het
vlees 9. De profetie van Jesaja wordt vervuld: "Hij is om onze overtredingen
verwond, om onze ongerechtigheden is Hij verbrijzeld." 10. Vader, door de
verdiensten van Jezus in Zijn pijnlijke geseling, heb medelijden met ons en met
de hele wereld.
Glorie zij - O mijn Jezus - O Jezus van Goddelijke Barmhartigheid - Heilige Aartsengel Michaël, met uw licht, verlicht ons. Heilige Aartsengel
Michaël, met uw vleugels, bescherm ons. Heilige Aartsengel Michaël, met uw
zwaard, verdedig ons. Heilige Engelbewaarder, verdedig ons, bescherm ons,
bewaar ons. H. Jozef, bid voor ons. Al Gods Heiligen, help ons en zegen ons.
3 De doornenkroning (Heerschappij van Christus
in ons hart)
De namen van Jezus, Maria en
Jozef moeten zijn gezegend van nu af tot in de eeuwigheid. - Onze Vader - Na
elke overweging het Weesgegroet
1.Pilatus vraagt: "Bent U de
koning der Joden?" en Jezus antwoord: "Mijn Koninkrijk is niet van deze
wereld." 2. In het Pretorium maken de soldaten een doornenkroon, en zetten het
met geweld op Zijn Hoofd 3. Ze werpen een paarse mantel om Jezus om te spotten
met Zijn bewering dat Hij Koning is 4. In Zijn gebonden handen plaatsen ze een
rietstok, als een scepter, om te spotten met Zijn Koningschap 5. Knielend voor
Hem in bespotting, spuwen ze op Hem en roepen: "Wees gegroet, koning der Joden." 6. Ze rukken de rietstok uit Zijn hand en slaan Hem ermee op Zijn Hoofd, en
duwen de doornen nog dieper op Zijn Hoofd 7. Pilatus brengt Jezus voor het
volk, hopend op medelijden met Zijn aanblik en hij zegt: "Zie de mens." 8. Hun
antwoord is: "Aan het Kruis, aan het Kruis met Hem!" 9. Onze Heer wordt
onderworpen aan deze verschrikkelijke vernedering om eerherstel te bieden voor
onze trots 10. Vader, door de verdiensten door deze pijnlijke vernedering, heb
medelijden met ons en met de hele wereld.
Glorie zij - O mijn Jezus - O Jezus van Goddelijke Barmhartigheid - Heilige Aartsengel Michaël, met uw licht, verlicht ons. Heilige Aartsengel
Michaël, met uw vleugels, bescherm ons. Heilige Aartsengel Michaël, met uw
zwaard, verdedig ons. Heilige Engelbewaarder, verdedig ons, bescherm ons,
bewaar ons. H. Jozef, bid voor ons. Al Gods Heiligen, help ons en zegen ons.
4 Het dragen van het Kruis (dragen van
beproevingen)
De namen van Jezus, Maria en
Jozef moeten zijn gezegend van nu af tot in de eeuwigheid. - Onze Vader - Na
elke overweging het Weesgegroet
1.Eens ter dood veroordeeld door
kruisiging wordt Jezus gedwongen het Kruis te dragen tot de plaats van executie
2. Het Lijden van Jezus is intens want het Kruis wordt op Zijn gekneusde en
gewonde rug en schouder gelegd 3. Zwak en uitgeput door bloedverlies, honger en
rust, valt Jezus drie keer onder het Kruis 4. Jezus ontmoet Zijn gekwelde
Moeder en veroorzaakt onuitsprekelijke kommer en kwel in de Harten van Zoon en
Moeder 5. Het aanblik van Jezus is vervormd met bloed en zweet, met stof en
spuwsel 6. Veronica veegt Zijn gezicht schoon, en laat op haar doek de
afbeelding van Zijn gezicht achter 7. De soldaten die vrezen dat Jezus zou
kunnen sterven onderweg, dwingen Simon van Cyrene om het Kruis te helpen dragen
8. Jezus spreekt tot de wenende vrouwen: "Dochters van Jeruzalem, ween niet
over Mij, maar ween over uzelf en over uw kinderen." 9. Jezus: "Als iemand Mijn
volgeling wil zijn, dan moet hij zichzelf verloochenen, zijn kruis opnemen en Mij
volgen." 10. Vader, door de verdiensten van deze pijnlijke tocht naar Calvarie,
heb medelijden met ons en met de hele wereld.
Glorie zij - O mijn Jezus - O Jezus van Goddelijke Barmhartigheid - Heilige Aartsengel Michaël, met uw licht, verlicht ons. Heilige Aartsengel
Michaël, met uw vleugels, bescherm ons. Heilige Aartsengel Michaël, met uw
zwaard, verdedig ons. Heilige Engelbewaarder, verdedig ons, bescherm ons,
bewaar ons. H. Jozef, bid voor ons. Al Gods Heiligen, help ons en zegen ons.
5 De Kruisiging (vergeven van aangedane kwaad)
De namen van Jezus, Maria en
Jozef moeten zijn gezegend van nu af tot in de eeuwigheid. - Onze Vader - Na
elke overweging het Weesgegroet
1.De handen en voeten van Jezus
worden aan het Kruis genageld in aanwezigheid van Zijn gekwelde Moeder 2.
Jezus: "Vader, vergeef het hun, want ze weten niet wat ze doen." 3. Jezus: "Voorwaar, Ik zeg u: heden zult u met Mij zijn in het paradijs." 4. Jezus tot
Zijn Moeder: "Vrouw, ziedaar uw zoon." En tot Zijn geliefde leerling: "Ziedaar
uw Moeder." 5. Jezus: "Mijn God, Mijn God, waarom verlaat U Mij!" 6. Jezus: "Ik heb
dorst." 7. Jezus: "Het is volbracht." 8. Jezus: "Vader in Uw handen beveel Ik
Mijn geest." 9. De zijde van Jezus wordt doorboord met een lans. Zijn lichaam
wordt van het Kruis genomen en in de armen van Zijn Moeder gelegd 10. Vader,
door de verdiensten van de Kruisiging en dood van Jezus, heb medelijden met ons
en met de hele wereld.
Bid na de droevige geheimen het Salve Regina.
|