Een aflaat van 7 jaar en 7
quarantines elke vrijdag, als ze naar de H. Communie gaan en 5 Onze Vaders, 5
Wees gegroeten en 5 Glorie zij bidden op die dag ter ere van het Heilig Lijden.
Een aflaat van drie jaar en
evenveel quarantines, door een half uur te mediteren over het H. Lijden.
(Quarantine is een term die vaak wordt gebruikt bij het verlenen van aflaten, en
betekent een strikte kerkelijke boetedoening van veertig dagen, uitgevoerd
volgens de praktijk van de vroege Kerk. Vandaar dat bijvoorbeeld een aflaat van
zeven quarantaines de kwijtschelding van zoveel tijdelijke straffen inhoudt als
zou worden uitgewist door de overeenkomstige hoeveelheid Kerkelijke
boetedoening.)
Een aflaat van 200 dagen wordt
verleent om met berouw het rode Scapulier te kussen en dit schietgebed te
bidden: We smeken U, om Uw dienaren te helpen, die U hebt verlost door Uw
Kostbaar Bloed.
Op 21/3/1848 werd ook een volle
aflaat verleent voor elke vrijdag die de leden van het H. Lijden, die nadat ze
hebben beleden en gecommuniceerd, vroom het Lijden van onze Redder een tijdje
overwegen en bidden om vrede en eenheid onder de Christelijke landen, de
uitroeiing van ketterijen, en de verheffing van onze H. Moederkerk.
De Generaal overste van de
Congregatie der Missie heeft voor alle Priesters verkregen om dit Scapulier
te zegenen en te verlenen. Deze bijzondere zegeningen zijn voorbehouden voor de
gelovigen in dit Scapulier. Devotie tot het Lijden, Liefde van Jezus en de
deelname aan Zijn Lijden, in navolging van het Onbevlekte Hart van Maria,
Moeder van Liefde en Smarten, zijn de eerste en bijzondere vruchten die uit
deze Kruisboom van Calvarie kunnen verkregen worden, dit nieuwe middel van
Heiliging. Dit wordt uitgedrukt door de kleur en de vermeldingen op het
Scapulier. Het materiaal is uit rode wollen stof om het uitstorten van het
Kostbaar Bloed van onze Goddelijke Verlosser in herinnering te brengen, en de
onuitsprekelijke Liefde die het oneindig Offer op de Calvarieberg tot stand
bracht.
De Gekruisigde Jezus: vertegenwoordigt Jezus als gekruisigd op dit Kruis
omringd door de instrumenten van Zijn Lijden om in herinnering te brengen dat
door Zijn lijden en dood, de mens die sterfelijk werd door doodzonde, wordt
verheven tot bovennatuurlijk leven. Het was door de onderwerping aan de
Kruisiging dat Zijn krachtige hand onze ketenen brak, de poorten van de Hel
sloot en deze van de Hemel opende. Op
de andere kant van het koord staat:
Het Goddelijk Hart: Geheel in
vlammen toont het de vurige Liefde van Jezus voor ons, sterfelijke zielen.
Oneindige Liefde was hetgeen Hem op het Kruis dreef en vastnagelde. Vanop het
kruishout van onze verlossing roept Hij op om onze verharde harten te
verzachten, en met zachte dwang Hem onze Liefde te betuigen voor Zijn Liefde.
Hij wil dat we dit teken van Zijn
tederheid op ons hart dragen, opdat het een mysterieus zegel is die onze ijver
bezield, en in ons een verlangen opwekt naar alle goede werken.
Hij toont ons de verschillende instrumenten van
Zijn Lijden, opdat we Zijn Lijden zouden overwegen en zo door een dagelijkse
herinnering aan Zijn Heilig Lijden Zijn wonderbaarlijke Leer te waarderen, en
ervan overtuigd te zijn dat een discipel niet beter behandeld zou mogen worden
dan zijn meester en dat we uiteindelijk zouden deel hebben met de verheerlijkte
Jezus, door deel te nemen aan ons lijden en het op te dragen met het Lijden van
de Gekruisigde Jezus.
Het Kruis is de weg naar de Hemel, de lamp dat
verlicht, de sleutel dat de Hemelse poort opent en het H. Zegel dat de
uitverkorenen van Jezus onderscheid.
Maar we kunnen ons niet aan deze Kruisboom van
leven hechten, of niet zijn heerlijke vruchten van redding verzamelen, vooraleer
de onuitsprekelijke naastenliefde, dat het Hart van onze Goddelijke Meester
ontvlamt, ons hart doet ontvlammen. We zullen nooit weten hoe te lijden, als we
niet weten hoe lief te hebben.
Jezus leert ons deze verheven les,
en tegelijk toont Hij ons het voorbeeld van genereuze Liefde, in het doorboorde
Hart van Zijn Gezegende Moeder, dat
naast het Zijne is geplaatst.
In het beeld van het kleine kruis, tussen de
twee H. Harten, als behoorde het kruis van allebei, wordt dezelfde Liefde met
elkaar verenigt, door hetzelfde offer zijn ze geslachtofferd: het Kruis.
Vandaar dat ze onverbrekelijk verenigd zijn.
Maria alleen hield meer van Jezus dan alle
schepselen tezamen. Daardoor was haar leed bitter en leed ze onder de
doodsangst en kwelling van Zijn Lijden en Dood.
Maar door deze deelname in de smarten van
Jezus, was Maria Medeverlosseres met de Goddelijke Verlosser in de redding van
het menselijk ras. Aan de voet van het Kruis werd ze het kanaal van Goddelijke
Barmhartigheid, Moeder van Christenen, Toevlucht van zondaars en de universele
Middelares van de mensheid.
Als we dan werkelijk onze Gezegende
Verlosser liefhebben, laten we dan deze liefde aan het gloeiende Hart van zijn
Verheven Moeder navolgen. Als we verlangen te lijden met de Gekruisigde
Christus, laten we dan kracht verzamelen uit de overweging van Mariaÿs
generositeit en heldhaftigheid, onder het Kruis op Calvarie. Bekleed met het
rode Scapulier van het H. Lijden, laten we door overweging van Zijn Lijden ons innerlijk
bekleden met deze Gekruisigde God. Overweging aan Zijn doodsangst, kwelling en
dood en overweging van de Kruisweg waar Zijn Kostbaar Bloed ons het spoor toont
deze afgelegde Kruisweg.
Laat ons uit Liefde voor Hem al onze slechte
neigingen en hoogmoed uit ons hart bannen. Kom ´laat ons de berg van de Heer
beklimmen, en met Hem sterven.' Laat ons, toegewijden aan de H. Lijden, ons
verenigen met Maria, Moeder van Smarten, en Koningin van Martelaren. Laat ons
haar vergezellen, samen met Jezus, naar Calvarie. Laat ons binnengaan in de
gevoelens van haar H. Hart, opdat haar voorbeeld ons sticht, haar generositeit
ons bezielt, haar Liefde ons hart ontsteekt en haar krachtige bescherming ons
na deze afmattende pelgrimstocht in onze Thuishaven van eeuwige rust. Amen.
H. Maria, prent in ons hart de wonden van de
Gekruisigde Jezus! O Maria, zonder zonde ontvangen, bid voor ons die onze
toevlucht tot u nemen!
|