12/3/2021 Interview met Aartsbisschop Viganò van
Radio Spada (Zwaard Radio) over het Tweede Vaticaans Concilie en de Crisis in
de Kerk Robert Moynihan (Insidethevatican)
Robert Moynihan: Ik heb de aartsbisschop vandaag, 12 maart,
telefonisch gesproken. Hij vertelde me dat hij in goede gezondheid verkeert en
een positieve spirit heeft. Tijdens ons telefoongesprek erkende Viganò dat hij
een tijdje "enigszins stil" was, tijdens deze Vasten, na het
schrijven van essays en het geven van interviews in een bijna hectisch tempo in
2020, schijnbaar bijna wekelijks. Nu, voegde hij eraan toe, is hij in staat
geweest om zijn intellectuele en spirituele "batterijen" een beetje
op te laden. Ik vroeg hem wat hij nu van plan is te doen.
"Wat ben ik van plan nu te doen?" antwoordde de Aartsbisschop.
´Hetgeen wat ik heb gedaan. Ik wil zeker
van niemand de leider zijn. Ik wil gewoon de leer van het Evangelie herhalen.
" Dat is het huidige plan van Viganò. Ik interpreteer dit als zijnde dat
de Aartsbisschop nu van plan is terug te keren naar de frontlinie van de
huidige strijd om onze Kerk en cultuur.
Maar wat is deze strijd eigenlijk? Een strijd om het gezin?
Voor de pro-life zaak? Voor een meer rechtvaardige samenleving? Om een einde
te maken aan corruptie in de Kerk?
Wat staat er nu echt op het spel, in deze dagen, weken en
maanden die voor ons liggen? Het gaat niet alleen om corruptie in de Kerk, om
menselijke wandaden en zonden. Nee, het is meer dan dat.
Wat op het spel staat, is het Geloof zelf
het ´Goede Nieuws¡
van Jezus Christus, dat - kort samengevat - Hoop geeft aan de wereld. Wat op
het spel staat, is de verkondiging van dat nieuws aan de wereld, onvervalst
door enige menselijke agenda, door enige wereldse visie. We moeten kijken,
zoals de Kerkvaders altijd keken, zoals Emeritus Paus Benedictus XVI altijd
keek, naar ´dat wat van Boven is'. Op weg naar dat wat Eeuwig is, dat boven de
wisselvalligheden van de tijd uitstijgt, zoals de Mt. Everest boven alle kleinere
toppen van de Himalaya uitstijgt.
Wat op het spel staat, is het Nieuwe Leven, de "tweede
geboorte", het "bovennatuurlijke" Leven, dat Leven dat Jezus
bracht door Zijn werk, Zijn Woorden, Zijn daden, Zijn Offer, Zijn
verbazingwekkende Verrijzenis. Wat op het spel staat, is precies de redding van
de wereld, en de toegang tot de ware vrijheid om te leven en te zijn waarvoor
we geboren zijn
het antwoord op de diepste verwachtingen van alle mensen,
niets minder. Die redding heeft werkelijk plaatsgevonden. Jezus ging dezelfde
tijdelijke wereld binnen als we nu bewonen - hoewel we hier geen blijvende woonst
hebben - en Hij redde het van binnenuit,
wat de enige manier was waarop het kon worden gedaan. Zo werden de ware
menselijke waardigheid en vrijheid werkelijk in onze wereld gebracht, in ruimte
en tijd, door Christus, Zoon van Maria.
In een gevallen wereld - onze wereld - is werkelijk een Redder
gekomen. Zijn Heiligheid, Zijn Liefde, Zijn Offer, Zijn Goddelijkheid brachten
werkelijk de mogelijkheid van genezing van elke zonde, van genezing van alle
zonden die de mensheid in een staat van verwarring, frustratie, verlatenheid en
dood hadden achtergelaten. De Katholieke "ecclesia" (Kerk) werd
belast met het nieuws van deze "gebeurtenis", dit vertrappen van de
dood door de dood, deze overwinning die behaald werd door de Zoon van David,
waardoor Jezus werd geopenbaard als Koning der Koningen, Heer der Heren. De
Katholieke Kerk brengt dit nieuws over deze Christus ("gezalfde",
Messias).
Het brengen van dit nieuws en het brengen van de persoon en
aanwezigheid van Christus, brengen Hoop en schenken vergeving aan alle mensen.
Daaruit moeten we besluiten dat de belangrijkste, meest fundamentele, van alle
menselijke instellingen, alle menselijke gemeenschappen - de Kerk de enige
"essentiële" instelling is van allemaal.
Dit is des te meer waar, omdat de mysterieuze aard van de
Kerk niet alleen een menselijke instelling is, maar meer: een Mystiek Lichaam,
het Lichaam van Christus zelf dat door de tijd heen blijft bestaan, en daarom alle
aardse categorieën te boven gaat.
Viganò wordt van veel dingen beschuldigd, bekritiseerd
vanwege een aantal van zijn uitspraken en standpunten, en sommige Katholieken
en anderen hebben hem de afgelopen maanden willen categoriseren als een soort
marginale figuur, maar feit is dat Viganò in wezen gericht is op ´het herhalen
van de Leer van het Evangelie'. Een Leer die de wereld niet graag hoort, omdat
ze spreekt over dingen die boven de wereld uitstijgen. Om deze reden zou ik
willen beweren dat Viganò in wezen wordt bezield, niet door persoonlijk ego,
persoonlijke bitterheid en persoonlijke wrok, niet door een gevoel van
verlangen naar persoonlijke wraak vanwege waargenomen verwondingen, maar eerder
door een diepgaande en gepaste pastorale
zorg, een zorg die eigen is aan elke Priester, elke herder, elke Bisschop
in de Katholieke Kerk. Met dit als een kort voorwoord bied ik de vertaling aan
van Viganò's laatste interview over de gevaren waarmee het geloof in onze
huidige tijd wordt geconfronteerd.
Het interview is een impliciete oproep van Viganò aan zijn
medebisschoppen om hun situatie en plicht te overwegen, om anderen die gezag
hebben als Priesters van de Kerk op te roepen om het Geloof van alle tijden te
verdedigen tegen elke dubbelzinnigheid of verandering, altijd in een gepaste
geest van nederigheid. en naastenliefde - want elk talent van intellect, van
analyse, van welsprekendheid, gegeven aan mensen is slechts een gave, gegeven
door God voor de voorspoed van Zijn Koninkrijk, zodat waarheid en gerechtigheid
kunnen heersen op deze blauwgroene aarde, terwijl ze heersen in Gods Eeuwige Rijk,
waar ons burgerschap ligt, verworven door het doopsel. Er is geen speciaal
paspoort nodig, omdat het hier en nu reeds onze ware thuis is
Radio
Spada: Goedemorgen Excellentie, We danken u voor de dialoog die we zullen
voeren.
Laten
we beginnen met Galleria neovaticana [de titel van het boek kan misschien
vertaald worden als 'Degenen die deel uitmaken van het Nieuwe Vaticaan'], een
nieuw boek van Marco Tosatti waarvoor u het voorwoord schreef .
Sta
ons toe u een anekdote te vertellen: slechts een paar uur na het nieuws dat het
boek zou worden gedrukt, verscheen er een Twitter-bericht, alleen gebaseerd op
de omslag en titel van het boek, uiteraard met de vraag in hoeverre het in
overeenstemming was met het Evangelie om een boek te publiceren dat gewijd is
aan schandelijke beschuldigingen en feiten die niet altijd opbouwend zijn.
[Opmerking: met andere woorden, wat suggereert dat het liefdadiger en
christelijker zou zijn geweest om het boek helemaal niet te publiceren.]
Wat
zou u op dit bezwaar antwoorden?
Viganò: Sta mij toe hier te herinneren dat Benedictus XVI,
in de maanden voorafgaand aan zijn besluit om de enkelvoudige titel van "Paus
Emeritus" aan te nemen [dwz in de maanden vóór zijn ontslag uit het Pontificaat in 2013], een commissie instelde van Kardinalen, voorgezeten door Kardinaal
[Julian] Herranz, en samengesteld uit Kardinalen [Jozef] Tomko en [Salvatore]
De Giorgi, met als taak een grondig onderzoek uit te voeren naar de
vertrouwelijke informatie die werd verspreid in de "Vatileaks"
-affaire [in 2011].
Bij die gelegenheid moest ik Kardinaal Herranz meer dan
eens verzoeken om mijn getuigenis te mogen toevoegen, aangezien het niet zijn
bedoeling was mij te ondervragen, ook al was ik persoonlijk betrokken als
auteur van vertrouwelijke documenten bestemd voor de Paus, die werden gestolen
en werden afgeleverd bij de pers.
Ik gaf ze een substantieel dossier waarin ik alle
disfuncties uiteenzette [van de Romeinse Curie] en ik het netwerk van corruptie beschreef dat ik te
weten was gekomen en waarmee ik te maken kreeg als secretaris-generaal van het
Gouvernement van het Vaticaan. [de regering van Vaticaanstad].
Bij mijn dossier was een begeleidende brief waarin ik onder
andere het volgende schreef [de volgende alinea, samengesteld door Viganò,
maakte deel uit van het dossier dat door Viganò werd overgedragen aan het
speciale Vaticaanse onderzoek 2011-2012 , waarvan de dossiers de "witte
doos" vulden die wordt afgebeeld tussen Paus Benedictus en Paus Franciscus
tijdens hun eerste ontmoeting na de Pauselijke verkiezing, in Castel Gandolfo,
op 23 maart 2013):
´Ik ben erg bedroefd over de ernstige schade die de Kerk en
de Heilige Stoel hebben geleden door het lekken van zoveel vertrouwelijke
documenten ...
Als er sommigen zijn die verantwoordelijk zijn voor
dergelijke onbezonnen daden, is de schuld van degenen die verantwoordelijk zijn
geweest voor zoveel corruptie en morele degradatie in de Heilige Stoel en in
Vaticaanstad veel erger, en veel erger is de schuld van sommigen Kardinalen, Prelaten
en leken die, ondanks het feit dat ze (van deze dingen) wisten, er de voorkeur
aan gaven met zoveel smerigheid te leven, hun geweten in slaap te wiegen om de
machtige overste te behagen en een Kerkelijke carrière te maken.
Ik hoop dat in ieder geval deze Commissie van Kardinalen,
uit Liefde voor de Kerk, trouw zal zijn aan de Heilige Vader en alle
noodzakelijke zuiveringswerkzaamheden zal uitvoeren die door hem gewenst zijn
en niet zal toestaan dat dit initiatief van hem opnieuw wordt bedekt...
Talrijke journalisten uit verschillende landen hebben
contact met me gezocht... Ik zweeg, uit Liefde voor de Kerk en de Heilige
Vader. De kracht van de waarheid moet van binnenuit de Kerk komen en niet van
de media...
Ik bid voor u, Kardinalen, dat u de moed zult hebben om de
waarheid aan de Heilige Vader te vertellen; en ik bid voor de Heilige Vader,
dat hij de kracht mag hebben om de waarheid in de Kerk aan het licht te
brengen."
[Opmerking: het lijkt gepast op te merken dat deze kritiek
op de corruptie in de Kerk werd gemaakt door Viganò in ongeveer 2011, onder Paus
Benedictus; dit plaatst wat Viganò schreef in zijn Getuigenis van 25 augustus
2018 in een nieuw licht. De Getuigenis van 2018 was duidelijk niet de eerste
keer dat Viganò probeerde licht te werpen op de interne corruptie van de Kerk;
hij had zeven jaar eerder geprobeerd in een intern onderzoek licht te werpen.]
Die massa aan informatie, samen met het andere bewijsmateriaal
dat door de drie Kardinalen werd verzameld, zou een zuiveringsoperatie mogelijk
hebben gemaakt: alles werd verborgen gehouden! En het kan alleen maar een nieuw
element van chantage vormen voor de namen die erin staan en een gelegenheid bieden
om degenen in diskrediet te brengen die, aan de andere kant, trouw de Kerk en
de Heilige Stoel hebben gediend.
Necesse est enim ut veniant scandala; verumtamen vae homini
per quem scandalum venit (Mt 18:7). [´Het is onvermijdelijk dat er mensen ten
val worden gebracht, maar wee de mens die de valstrik zet!'] Het aan de kaak
stellen van corruptie van geestelijken en prelaten heeft zich opgedrongen als
een gebaar van naastenliefde jegens de gelovigen en een daad van
rechtvaardigheid jegens de gekwelde Kerk, omdat het enerzijds het volk van God
waarschuwt tegen wolven vermomd als lammeren en hen laat zien voor wat ze zijn,
en aan de andere kant laat het zien dat de Bruid van Christus het slachtoffer
is van een kleine groep samenzweerders, van machtswellustelingen, een groep
die, eenmaal verwijderd (uit machtsposities in de Kerk), de Kerk kan terugkeren
naar de verkondiging van het Evangelie.
Het is niet degene die de schandalen aan het licht brengt
die zondigt tegen Evangelische naastenliefde, maar degene die die schandalen
uitvoert en ze verdoezelt. De Woorden van de Heer zijn op dit punt heel
duidelijk.
Radio
Spada: Zoals we weten, als we verder gaan dan het morele thema, is het
onmogelijk om in de doctrinaire ineenstorting niet het scharnier van de huidige
crisis in de Kerk te zien.
In
verband hiermee heeft u bij een aantal gelegenheden scherpe kritiek geuit op het
Tweede Vaticaans Concilie. Op dit punt vragen wij u om een nadere
specificatie.
Sprekend
met (Italiaanse Vaticanist) Sandro Magister, zei u: "De prachtige fabel
van de hermeneutiek [dwz het gebruik van een bepaalde methode van tekstuele
interpretatie (" een hermeneutiek van continuïteit ") om mogelijk te
maken dat dubbelzinnige passages in de documenten van het Tweede Vaticaans
Concilie geïnterpreteerd worden als volledig in overeenstemming met de eeuwige doctrinaire
leer van de Kerk; dat wil zeggen, als de orthodoxe leer] hoewel het
gezaghebbend voor de auteur ervan [d.w.z. voor Paus Benedictus XVI]- blijft het
niettemin een poging om de waardigheid van een Concilie te geven aan een echte
hinderlaag tegen de Kerk."
[Paus Benedictus heeft altijd erkend dat veel passages in
de conciliaire documenten, als ze op een bepaalde, progressieve manier worden
geïnterpreteerd, de indruk kunnen wekken dat ze iets 'nieuws' leren in plaats
van wat de 'traditionele' leer is; toch heeft Benedictus altijd volgehouden dat
het Concilie kan worden 'gered' van een dergelijke beschuldiging van het
onderwijzen van 'nieuwigheden' (dat wil zeggen, het onderwijzen van heterodoxe
doctrines), en dus kan worden opgevat als volkomen orthodox, als de
conservatieve hermeneutiek van continuïteit wordt gebruikt, in plaats van de
meer radicale "hermeneutiek van breuk "]
Mogen
we daarom verduidelijken dat het probleem niet alleen sinds het Tweede
Vaticaans Concilie kan worden gezien, maar IN het Tweede Vaticaans Concilie? Met
andere woorden: had het revolutionaire proces een keerpunt IN het Concilie en
niet alleen na het Concilie? Om niet alleen de postconciliaire Geest van het
Tweede Vaticaans Concilie te beschuldigen, maar ook de letter van de
Conciliedocumenten zelf?
Viganò: Ik zie niet in hoe men kan volhouden dat er een
verondersteld orthodox Tweede Vaticaans Concilie is waar jarenlang niemand over
heeft gesproken, verraden door een geest van het Concilie die ook door iedereen
werd geprezen. De geest van het Concilie is wat het bezielt, wat zijn aard,
bijzonderheid en kenmerken bepaalt.
En als de geest heterodox is, terwijl de conciliaire
teksten niet doctrinair ketters lijken, moet dit worden toegeschreven aan een
slimme zet van de samenzweerders, aan de naïviteit van de Concilievaders en aan
de medeplichtigheid van degenen die liever ergens anders keken, vanaf het
begin, in plaats van een standpunt in te nemen met een duidelijke veroordeling
van doctrinaire, morele en liturgische afwijkingen.
De eersten die zich heel goed bewust waren van het belang
om de hand te leggen aan de Conciliaire teksten om ze voor hun eigen
(toekomstige) doeleinden te kunnen gebruiken, waren progressieve Kardinalen en
Bisschoppen, met name de Duitsers en de Nederlanders, met hun experts.
Het was geen toeval dat ze erin slaagden de voorbereidende
schema's van het Heilig Officie te verwerpen en de desiderata (de gewenste
dingen) van de Bisschoppen van de wereld te negeren, inclusief de veroordeling
van moderne dwalingen, in het bijzonder van het atheïstische Communisme; ze
slaagden er ook in de verkondiging van een Mariale dogma te voorkomen, omdat ze
daarin een 'obstakel' zagen voor de oecumenische dialoog.
|