De H.
Maagd Maria in het Koninkrijk van de Goddelijke Wil – Luisa Piccarreta
Dag 24: De Hemelse Koningin in het Koninkrijk
van de Goddelijke Wil. Een wrede tiran. De kleine Koning Jezus wordt door Zijn Moeder
en door de H. Jozef naar een vreemd land gebracht, als arme ballingen. De
terugkeer naar Nazareth.

De ziel tot haar Koningin, die overweldigd is
door Smart: Mijn Hoogste Mama, Uw kleine dochter voelt de
behoefte om op Uw Schoot te zitten om U een beetje gezelschap te houden. Ik zie
Uw gezicht bedekt met droefheid, en een paar vluchtige tranen uit Uw ogen vloeien.
De lieve kleine Baby huilt, en snikt. Heilige Mama, ik verenig mijn pijn met
die van U om U te troosten en het huilen van de Hemelse Baby te kalmeren. Maar O
alstublieft! mijn Mama, weiger niet om mij Uw geheim te onthullen. Wat maakt
mijn lieve kleine Baby zo droevig?
Les van de Koningin Moeder: Mijn geliefde dochter, vandaag is het Hart van je
Mama zozeer gezwollen van Liefde en Smart dat ik niet kan nalaten te huilen. Je
weet van de komst van de Wijzen, die een gerucht in Jeruzalem veroorzaakten
over de vraag waar de Nieuwe Koning Zich bevond. En de wrede Herodes gaf, uit
angst dat zijn troon zou worden omvergeworpen, de opdracht om mijn lieve Jezus,
mijn lieve Leven, samen met al de andere kinderen te doden.
Mijn dochter, wat een Smart! Hij,
die kwam om iedereen Leven te geven en om het Nieuwe Tijdperk van Vrede, Geluk
en Genade in de wereld te brengen, wilden ze doden! Wat een ondankbaarheid, wat
een verraderlijkheid! Ah! Mijn dochter, in hoeverre reikt de blindheid van
de menselijke wil! In de mate dat zijn wil woedend wordt, de handen van de Schepper
bindt en zich meester maakt van Degene die zijn wil heeft geschapen.
Geef me daarom je medeleven, mijn
dochter, en probeer het gehuil van de lieve Baby te kalmeren. Hij huilt vanwege
de menselijke ondankbaarheid, omdat ze Hem, als pasgeborene, willen doden; en
om Hem te redden, moesten we vluchten. De lieve H. Jozef had reeds van de
Engel te horen gekregen dat hij snel naar een vreemd land moest vertrekken. Mijn
geliefde dochter, vergezel ons; laat ons niet alleen, en ik zal je mijn lessen
blijven geven over het kwaad van de menselijke wil.
Je moet weten dat zodra de mens
zich terugtrok uit de Goddelijke Wil, hij brak met zijn Schepper. Alles was
door God op aarde geschapen - alles was van Hem; en de mens, door de Goddelijke
Wil niet te volgen, verloor hij alle rechten, en men kan zeggen dat hij geen
plaats had om zijn voet op te zetten. Daarom werd hij de arme banneling, de
pelgrim die geen permanente plaats kon bezitten; en dit niet alleen voor de
ziel, maar ook voor het lichaam.
Alle dingen werden veranderlijk
voor de arme mens; en als hij iets vluchtigs en vergankelijk heeft, was dat op
grond van de voorziene Verdiensten van deze Hemelse Baby. Dit omdat de hele
grootsheid van de Schepping door God was bestemd voor degenen die Zijn Wil
zouden doen en in het Koninkrijk ervan zouden leven. Alle anderen, als ze
erin slagen iets te nemen, zijn de ware kruimeldieven van hun Schepper; en met
reden: ze willen de Goddelijke Wil niet doen en willen het Goede dat bij de
Goddelijke Wil hoort!
Geliefde dochter, luister naar
hoeveel ik en deze Lieve Baby van je houden, want bij de eerste dageraad van
Zijn Leven gaat Hij in ballingschap en naar een vreemd land, om je te bevrijden
van de ballingschap waarin je menselijke wil je plaatst. En dit om je weer
tot Leven te roepen, niet in een vreemd land, maar in je Vaderland, dat je door
God werd gegeven toen je werd geschapen - dat wil zeggen, het Koninkrijk van het
Allerhoogste Fiat.
Dochter van mijn Hart, heb
medelijden met de tranen van je Moeder, en met de tranen van deze lieve Baby,
omdat we, huilend, je vragen nooit je wil te doen. Kom terug, bidden wij je, smeken
wij je, in de boezem van de Goddelijke Wil, die zozeer naar je hunkert.

Geliefde dochter, temidden van de
Smart wegens de menselijke ondankbaarheid, en temidden van de immense Vreugde
en Geluk die het Goddelijke Fiat Ons gaf, en dat de hele Schepping feestelijk maakte
voor de lieve Baby, werd de aarde weer groen en bloemrijk onder onze stappen,
om eer te bewijzen aan zijn Schepper. De zon vestigde zich op Hem, en terwijl
hij zijn lof zong met zijn Licht, voelde de zon zich vereerd om Hem zijn Licht
en warmte te geven. De wind streelde Hem; de vogels, streken neer in grote
aantallen, om ons heen en maakten met hun gezang de mooiste slaapliedjes voor
de lieve Baby, om Zijn huilen te kalmeren en Zijn slaap te bevorderen. Mijn
dochter, aangezien de Goddelijke Wil in Ons was, hadden Wij macht over alles.
Zo kwamen we aan in Egypte, en na
een lange tijd vertelde de Engel van de Heer aan de H. Jozef dat we naar het
huis in Nazareth konden terugkeren omdat de wrede tiran was gestorven. Daarom keerden
we terug naar ons geboorteland.
Egypte symboliseert de menselijke wil: een land
vol afgoden; en waar het kleine Kind Jezus ook voorbij kwam, sloeg Hij deze afgoden
neer en wierp ze in de Hel. Hoeveel afgoden bezit de mens - afgoden van
ijdelheid, eigendunk, begeerten en hartstochten die de arme mens tiranniseren. Wees daarom waakzaam. Luister naar je Moeder, want
ik zou alles opofferen om je nooit je wil te laten doen, en zelfs mijn leven
zou geven om je het Grote Goed te geven om altijd in de boezem van de
Goddelijke Wil te leven.
De ziel: Geliefde Mama, wat dank ik U om mij het grote kwaad van de menselijke wil
te laten begrijpen. Daarom bid ik U, ter wille van de Smart die U in Egypte in
ballingschap hebt geleden, mijn ziel uit de ballingschap van mijn wil te laten
gaan en mij terug te laten gaan naar het geliefde Vaderland van de Goddelijke Wil.
Klein Offer van de dag: Eer mij vandaag door je handelingen te verenigen met
de mijne, als een akte van dankbaarheid aan de Heilige Baby, en tot Hem te
bidden om binnen te gaan in het Egypte van je hart om het te veranderen in Gods
Wil.
Schietgebed: Mijn Mama, sluit de kleine Jezus in mijn hart, zodat Hij het helemaal
opnieuw kan ordenen in de Goddelijke Wil.
Gebed tot de Hemelse
Koningin
Onbevlekte
Koningin, mijn Hemelse Moeder, ik kom op Uw Moederschoot om mij over te laten
in Uw armen als Uw lieve dochter/zoon, om U met de vurigste verzuchtingen in de
grootste genade te vragen in deze maand die aan U is toegewijd: dat U mij
toelaat dat ik in het Koninkrijk van de Goddelijke Wil leef.
Heilige
Moeder, U die de Koningin van dit Koninkrijk bent, laat mij toe erin te leven
als Uw dochter/zoon, dat het Rijk niet langer verlaten is, maar bevolkt door Uw
kinderen. Daarom, Hoogste Koningin,
vertrouw ik mij aan U toe, opdat U mijn stappen in het Koninkrijk van de
Goddelijke Wil kan leiden; en terwijl ik Uw Moederlijke Hand stevig vasthoud,
zal U mijn hele wezen leiden om het Eeuwig Leven te leiden in de Goddelijke
Wil. U zal mijn Moeder zijn, en aan U, als mijn Moeder geef ik mijn wil, zodat
U het kan ruilen met de Goddelijke Wil, en zo ik er zeker van kan zijn dat ik
niet uit het Koninkrijk van Gods Wil ga. Ik bid U daarom mij te verlichten,
zodat ik begrijp wat ´Gods Wil¡ betekent.
Klein offer gedurende de hele maand:
Laten we elke morgen, middag en nacht - drie keer per dag –
op de schoot zitten van onze Hemelse Moeder en haar zeggen: 'Mijn Mama, ik zie
je graag; en jij ziet mij graag. Geef een slokje van de Goddelijke Wil aan mijn
ziel. Geef me je zegen, dat ik al mijn handelingen kan doen onder je
Moederlijke blik.ÿ
(vertaling van het boek
The Virgin Mary in the Kingdom of the Divine Will – website luisapiccarreta.me)
|