De H.
Maagd Maria in het Koninkrijk van de Goddelijke Wil Luisa Piccarreta
Dag 12: De Hemelse Koningin in het Koninkrijk
van de Goddelijke Wil verlaat de wieg, zet haar eerste stapjes en met haar
kinderlijke handelingen, roept ze God om neer te dalen op aarde, en roept ze de
Schepselen op om te leven in de Goddelijke Wil.

De ziel tot de Kleine Hemelse Koningin: Ik kom terug naar U, mijn Lieve Kleine Baby, in het
huis van Nazareth. Ik wil toeschouwer zijn van Uw jonge leeftijd. Ik wil U mijn
hand geven als je je eerste stapjes zet en spreekt met Uw moeder, de H. Anna en
met Uw vader, de H. Joachim. Klein als je bent wandel je, nadat je borstvoeding
hebt gekregen, en help je de H. Anna met kleine taken. Mijn kleine Mama, wat
bent U me genegen. O alstublieft! Geef mij Uw lessen, opdat ik Uw kinderjaren kan
volgen en van U kan leren, ook in kleine menselijke handelingen, om in het Koninkrijk
van de Goddelijke Wil te leven.
Les van de Kleine Hemelse Koningin: Mijn lieve dochter, het is mijn enige verlangen om
mijn dochter bij mij te houden. Zonder jou voel ik me eenzaam en heb ik niemand
aan wie ik mijn geheimen kan toevertrouwen. Het zijn dus Mijn Moederlijke
Zorgen, die ik in mijn Hart bewaar, die ernaar streven mijn dochter bij me te
hebben, om je mijn Lessen te geven en je zo te laten begrijpen hoe je in het
Koninkrijk van de Goddelijke Wil kan leven.
De menselijke wil komt in het Koninkrijk van de
Goddelijke Wil binnen, maar ze blijft verpletterd en ontvangt voortdurend de
dood voor de aanwezigheid van het Licht, de Heiligheid en de Kracht van de
Goddelijke Wil. Maar denk je dat de
menselijke wil gekweld blijft omdat de Goddelijke Wil ervoor zorgt dat deze
voortdurend sterft? Ah, nee, nee ze voelt zich eerder gelukkig dat de Goddelijke
Wil na zijn stervende wil wederom geboren wordt en zegevierend opstijgt, en
vreugde en geluk brengt zonder einde. Het is voldoende om te begrijpen, lieve
dochter, wat het betekent om je erdoor te laten beheersen en het te ervaren, dat
de mens haar wil zo verafschuwt, dat ze zich liever aan stukken laat scheuren
dan uit de Goddelijke Wil komen.
Luister nu naar mij: ik ben
alleen uit de Hemel vertrokken om de wil van de Eeuwige te doen; en hoewel ik
mijn Hemel in mij had - wat de Goddelijke Wil was - en ik onafscheidelijk was
van mijn Schepper, genoot ik toch van mijn verblijf in het Hemelse Vaderland.
Te meer sinds de Goddelijke Wil in mij is, voelde ik mijn rechten van dochter
om bij Hen te zijn, om mij te laten wiegen als een kleintje in Hun Vaderlijke
Armen en om deel te nemen aan alle Vreugde en Geluk, Rijkdom en Heiligheid, die
Zij bezaten, voor zoveel ik er maar van kon nemen, en om mij zoveel te vullen,
dat ik niet meer in staat was om nog meer te bevatten. En de Allerhoogste
genoot ervan om te zien dat ik, zonder angst, maar eerder, met Hoogste Liefde, mij
vulde met Hun Goeds. Ik was ook niet verbaasd dat Ze me alles lieten nemen wat
ik maar wilde. Ik was Hun dochter - één was de Wil die Ons bezielde; wat Zij wilden,
wilde ik ook. Daarom voelde ik dat de eigenschappen van mijn Hemelse Vader de
mijne waren. Het enige verschil is dat ik klein was en niet al Hun Goeds kon omvatten
of nemen. Zoveel als ik zou nemen, zoveel was nog over, en ik was niet in staat
om ze te bevatten, omdat ik altijd een schepsel was; terwijl de Goddelijkheid Groot
was - immens, en in één enkele Handeling Het Alles Omvatte.
Maar desondanks, op het moment
dat Ze mij wilden laten begrijpen dat ik mij van Hun Hemelse Vreugde en de
Zuivere Omhelzingen die We elkaar gaven, zou beroven, verliet ik zonder aarzelen
de Hemel en keerde ik terug temidden van mijn lieve ouders. Ze hielden veel van
mij. Ik was vol Liefde, Opvallend, Vrolijk, Vreedzaam en Vervuld van
Kinderlijke Genade, om zo hun genegenheid voor mij nog groter te doen worden.
Ze waren vol aandacht voor mij - ik was hun juweel. Toen ze mij in hun armen
namen, voelden ze ongebruikelijke dingen, en een Goddelijk Leven dat klopte in
Mij.

Dochter van mijn Hart, je moet weten dat toen mijn
Leven hier beneden begon, de Goddelijke Wil Zijn Koninkrijk uitbreidde in al
Mijn Handelingen. Daarom waren mijn
gebeden, mijn woorden, mijn stappen, het eten, mijn slaap, de kleine taken
waarmee ik mijn moeder hielp, bezield door de Goddelijke Wil. En aangezien ik
je altijd in mijn Hart heb gedragen, heb ik je in al mijn Handelingen geroepen als
mijn dochter. Ik riep je handelingen op om samen met de mijne te zijn, zodat
ook in jouw handelingen, zelfs onverschillige, het Koninkrijk van de Goddelijke
Wil zich zou kunnen uitbreiden.
Luister naar hoeveel ik van je
heb gehouden: als ik bad, riep ik je gebed in het mijne, zodat het jouwe en het
mijne dezelfde Waarde en Kracht zouden ontvangen - de Waarde en Kracht van een
Goddelijke Wil. Als ik sprak, riep ik jouw woord; als ik liep, riep ik je
stappen; en als ik de kleine menselijke handelingen deed, onmisbaar voor de
menselijke natuur - zoals water halen, vegen, mijn moeder helpen door haar hout
te geven om vuur aan te steken, en vele andere soortgelijke dingen - riep ik
dezelfde handelingen van jou, opdat zij de Waarde van een Goddelijke Wil zouden
ontvangen, en opdat, zowel in mijn handelingen als de jouwe, Zijn Koninkrijk
zich zou kunnen uitbreiden. En terwijl ik jou in elk van mijn Handelingen riep,
riep ik het Goddelijke Woord om op aarde neer te dalen.
O! Hoeveel heb ik van je
gehouden, mijn dochter. Ik wilde je handelingen in de mijne om je gelukkig te
maken en om je samen met mij te laten heersen, en - O! Hoe dikwijls heb ik jou
en je handelingen geroepen, maar tot mijn grootste verdriet bleven de mijne
geïsoleerd, en ik zag vreselijk om te zeggen- dat jouw handelingen alsof ze
verloren waren in je menselijke wil, het koninkrijk vormden, geen goddelijk,
maar een menselijk: het koninkrijk van hartstochten, het koninkrijk van zonde,
van ongeluk en tegenslagen. Je Moeder huilde om je ongeluk. Voor elke handeling
van de menselijke wil die je doet, ken ik het ongelukkige koninkrijk waar ze je
naartoe leiden, en stromen mijn Tranen nog steeds, om je het grote kwaad dat je
doet, te doen begrijpen.
Luister daarom naar je Mama: als
je de Goddelijke Wil doet, zullen vreugde en geluk je als rechtmatig worden
gegeven; alles zal gemeenschappelijk zijn met je Schepper; zwakheden, ellende,
zullen van u worden verbannen. En dan zal je de liefste van mijn kinderen zijn.
Ik zal je in mijn zelfde Koninkrijk houden, om je altijd van de Goddelijke Wil
te laten leven.
De ziel: Heilige Mama, wie kan weerstaan U te zien huilen en niet naar Uw Heilige
Lessen te luisteren? Ik beloof met heel mijn hart, ik zweer het, dat ik nooit
meer mijn wil zal doen - nooit meer. En U, Goddelijke Mama - laat me nooit in
de steek, zodat het Rijk van Uw Aanwezigheid mijn wil kan verpletteren, om mij
altijd te laten heersen - altijd in Gods Wil.
Klein Offer van de dag: Eer mij vandaag door mij al je handelingen te geven
om mij gezelschap te houden gedurende mijn jonge leeftijd, en drie Aktes van
Liefde te bidden als herdenking aan de drie jaar die ik bij mijn moeder, de H.
Anna leefde.
Akte van Liefde: Mijn Heer en mijn God, ik bemin U bovenal, uit
geheel mijn hart, uit geheel mijn ziel en uit al mijn krachten, omdat U
oneindig volmaakt en alle liefde waardig zijt. En ik bemin mijn naaste gelijk
mijzelf, uit Liefde tot U. In deze Liefde wil ik leven en sterven. Amen.
Schietgebed: Machtige Koningin, neem mijn hart in bezit, om het in Gods Wil te
sluiten.
Gebed tot de Hemelse
Koningin
Onbevlekte
Koningin, mijn Hemelse Moeder, ik kom op Uw Moederschoot om mij over te laten
in Uw armen als Uw lieve dochter/zoon, om U met de vurigste verzuchtingen in de
grootste genade te vragen in deze maand die aan U is toegewijd: dat U mij
toelaat dat ik in het Koninkrijk van de Goddelijke Wil leef.
Heilige
Moeder, U die de Koningin van dit Koninkrijk bent, laat mij toe erin te leven
als Uw dochter/zoon, dat het Rijk niet langer verlaten is, maar bevolkt door Uw
kinderen. Daarom, Hoogste Koningin,
vertrouw ik mij aan U toe, opdat U mijn stappen in het Koninkrijk van de
Goddelijke Wil kan leiden; en terwijl ik Uw Moederlijke Hand stevig vasthoud,
zal U mijn hele wezen leiden om het Eeuwig Leven te leiden in de Goddelijke
Wil. U zal mijn Moeder zijn, en aan U, als mijn Moeder geef ik mijn wil, zodat
U het kan ruilen met de Goddelijke Wil, en zo ik er zeker van kan zijn dat ik
niet uit het Koninkrijk van Gods Wil ga. Ik bid U daarom mij te verlichten,
zodat ik begrijp wat ´Gods Wil' betekent.
Klein offer gedurende de hele maand:
Laten we elke morgen, middag en nacht - drie keer per dag
op de schoot zitten van onze Hemelse Moeder en haar zeggen: 'Mijn Mama, ik zie
je graag; en jij ziet mij graag. Geef een slokje van de Goddelijke Wil aan mijn
ziel. Geef me je zegen, dat ik al mijn handelingen kan doen onder je
Moederlijke blik.'
(vertaling van het boek
The Virgin Mary in the Kingdom of the Divine Will website luisapiccarreta.me)
|