
Dag 2: H. Rita, die een grote genegenheid had
voor de armen
Kruisteken
Job 31:16-22: Onthield ik aan de armen ooit waar ze om vroegen,
liet ik de ogen van weduwen versmachten? At ik mijn brood alleen, deelde ik het
niet met wezen? Hadden zij van kindsbeen geen vader in mij, stond ik weduwen
niet van jongs af bij? Als ik een zwerver zag die geen kleren had, een
verschoppeling die zich met niets kon bedekken, zegende hij mij dan niet met
heel zijn hart, wanneer hij zich warmde met de wol van mijn schapen? Als ik
mijn vuisten tegen wezen heb gebald, omdat de rechters in de poort mijn vrienden
waren, mogen mijn schouders dan ontwricht worden en mijn arm doormidden breken
bij de elleboog.
Gebed
O God, bewaarder van
naastenliefde, U hebt Uw toegewijde dienares Rita gestuurd om ons de weg naar Heiligheid
te tonen. Haar leven is een lofzang op Hoop en vasthoudendheid in beproevingen.
Door het wonder van de bijen die
in haar mond kwamen zonder haar zelfs maar te steken, wilde U dat zij van jongs
af aan het teken van de hoogste erkenning van Uw almacht zou krijgen.
Vanaf haar jeugd onderwierp ze
zich aan Uw wil door onvermoeibaar naastenliefde te beoefenen jegens haar
naaste.
Sta mij toe, glorierijke Redder,
op haar voorspraak om onder alle omstandigheden en bij alle gelegenheden met
deze geest van naastenliefde te vervullen jegens anderen en vooral jegens mijn
vijanden en degenen die mij laten lijden.
(vermeld je verzoek)
Schenk mij in tegenspoed de gave
van naastenliefde, en moge deze naastenliefde jegens mijn naaste mij helpen moeilijkheden
en ontmoediging te overwinnen. Amen.
Heilige Rita, die een grote
genegenheid voelde voor de armen, bid voor ons!
3 x Onze Vader, 3 x Wees gegroet,
3 x Glorie zij
Leven van Rita of
Cascia
Het jonge stel vestigde zich in
Roccaporena. Rita was huisvrouw en moeder van een tweeling: Giangiacomo
(Giovanni) Antonio en Paulo Maria, en voedde hen op in het Christelijk geloof. Terwijl
Paolo als bewaker voor de stad werkte. In Cascia bestond, net als elders, een
grote rivaliteit tussen twee populaire politieke facties, de Welfen en de Ghibellijnen.
Noot: De Welfen waren een van
oorsprong Frankisch adellijk geslacht dat grote macht en veel bezittingen
had in het zuiden van Duitsland en in het noorden van Italië. In het Duits
werden ze Welfen, in het Italiaans Guelfi genoemd. Hun voornaamste
tegenstanders waren de Ghibellijnen (van Waiblingen of Ghibellini). De Ghibellijnen waren
een laatmiddeleeuwse, Noord-Italiaanse politieke stroming die zich
keerde tegen de wereldlijke macht van de paus. Ze waren aanhangers van de
keizers van Duitsland en gezworen tegenstanders van de Welfen.
Ghibellijnen beschouwden zichzelf over het algemeen als oude landadel in
de steden, en waren overwegend voor een scheiding van kerk en staat, deels
om zelf de regerende macht te kunnen opeisen.
Als minderjarige ambtenaar van de
stad voelde Paolo zich vaak betrokken bij het conflict, en de spanning die dit
veroorzaakte. Bovendien beledigde hij Rita, misbruikte hij haar lichamelijk en
was haar ontrouw. Rita was daarentegen nederigheid, vriendelijkheid en geduldig.
Het huwelijk duurde 18 jaar, waarin ze wordt herinnerd vanwege haar
Christelijke waarden als modelechtgenote en –moeder die zich inspande om haar
man van zijn misbruik te bekeren.
|