Boodschappen van God de Vader aan iemand uit de VS

1/3 God de Vader: je moet je vrije tijd gebruiken om te bidden.

17/3 Ik: Heer, ik mis het om bij U in de kerk te zijn. Ik mis U in de Aanbidding van het H. Sacrament. Ik denk dat ik er niet weerhouden wordt (Noot: van de maatregelen voor de Covid). Heer, zijn er boodschappen? Sorry dat ik niet zwijg als dat nodig is. Heer, kunt U me tenminste laten weten dat U het bent? Ik wil niet bedrogen worden. Ik ben zo moe.

Heer God Almachtige Vader: Mijn kleine dochter, altijd op zoek naar problemen. Heb meer vertrouwen, kind. Wees niet bang. Je hart is moe omdat je afstand neemt van Mij, van gebed en van tot Mij te spreken.

Ik: ik weet het. Ik heb er altijd spijt van, maar ik begrijp niet waarom ik het doe. Waarom, Heer?

Heer God Almachtige Vader: De ziel is gewillig, maar het vlees is zwak.

Ik: Hoe maak je het vlees minder zwak? Of de ziel meer gewillig? Ik weet al. Het antwoord is gebed, niet? Maar hoe bid ik meer, wanneer het lijkt dat ik tegen het bidden aan het vechten ben? Heer?

Heer God Almachtige Vader: Dochter.

Ik: Ja, Heer? Wat wil je dat ik schrijf?

Heer God Almachtige Vader: Ja, je moet je gedachten niet op je eigen behoeften richten. Dat is hoe zwak van vlees je bent. Kijk verder dan dat. Richt je gedachten op je broeders en zusters. Laat je door de H. Geest beroeren om met mededogen voor hen te bidden. Je kijkt naar je eigen zwakheden en beperkingen. Ik zeg je dat dit ongetwijfeld het werk van de duivel is. Hij brengt keer op keer de zwakheden in je geest naar voor. Hij is meedogenloos. Maar dit weet je beslist. Waarom val je zo gemakkelijk in zijn valstrikken? Je hebt de kracht om ze gewoon te vermijden. Hoe? Door te bidden! Het is je wapenrusting en burcht. Ik ben je God! Als je Mij kiest als je God en Redder, wat valt er dan te vrezen? Zelfs de dood heeft geen macht over Mij. Waarom val je dan voor gemakkelijke trucs en leugens van de vijand? Onderscheid! Jullie hebben veel gekregen, Mijn kinderen. Jullie hoeven je niet als bedelaars te gedragen. Gebruik je gaven. Gebed is de wierook om Mij te prijzen. Waarom zou Ik Mijn kinderen uit zwakheid vormen? Je ziet nederigheid als zwakheid.

Jullie zijn beslist krachtig als Mijn instrumenten van Liefde. De duivel wil dat je het vergeet. Hij wil dat je neerligt en slaapt. Maar zo mag het niet zijn! Vecht, Mijn (goede) Soldaten van het Licht. Verdedig Mij en Mijn Kerk. Jullie zullen dikwijls belachelijk gemaakt worden, maar jullie zijn niet zwak. Wees niet zwak in Geloof. Je vraagt ​​om veel hulp, dochter. Ik geef het graag wanneer het Mijn Wil uitkomt. Hoeveel anderen vragen nooit. Zeg je broeders en zusters te bidden om onderscheidingsvermogen en om genadegaven. Ik wil ze geven, maar je moet er om vragen. Niet alle gaven zijn gemakkelijk. Soms komt met onderscheidingsvermogen verdriet met zich mee. Herinner je je de jongeman die verdrietig wegging omdat hij veel bezittingen had? Sommigen zullen bedroefd zijn. Maar de waarheid is uiteindelijk vreugde. Begrijp je?

Ik: Nee. Niet echt. Maar ik begrijp dat het doen van Uw Wil bidden is en om genade vragen, maar dat het kan zijn dat ik verdrietig ben. God? Als er vreugde in ons hart moet zijn, hoe kan ik dan ook verdrietig zijn?

Heer God Almachtige Vader: Kijk naar Maria. Kijk naar de droevige en vreugdevolle mysteries die vervlochten zijn met de glorierijke. Het is zoals de H. Drie-eenheid, hoe kunnen Drie Eén zijn en Eén Drie? Dit gaat je kleine verstand te boven. Vertrouw erop dat het zo is.

Ik: Ok. Dank U. Wees zowel vreugdevol als bedroefd. Maar glorierijk? Alleen U bent glorierijk!

Heer God Almachtige Vader: Mijn lieve dochter, heel Mijn Schepping is glorierijk, en dat geldt ook voor jou. Deze kennis is een gave die ik je vandaag geef. Velen zijn verdrietig. Deze truc van de duivel om te geloven dat je niets waard bent, wordt vernietigd in de wetenschap dat het glorierijke ook in jou kan worden gevonden, aangezien je Mijn schepping bent. Deze drie in één en één in drie (vreugdevol / droevig / glorierijk) eert Mij en Moeder Maria en al Mijn kinderen. We zijn drie in één en één in drie. Dit is niet het dogma of de leer van de H. Drie-eenheid, kleintje. (Hij kent de vraag in mijn hart of Hij het over de Drie-eenheid heeft). Dit zijn de emoties: het Leven, Dood en Verrijzenis, die keer op keer weer tot leven komen. Dit lied is tegelijk droevig en vreugdevol en glorierijk, en Ik nodig je uit om voor Mij en met je broeders en zusters en de Engelen en Heiligen te zingen. Deze harmonie van Licht drijft het goede in de wereld aan. Ja, bid. Bid de Rozenkrans. Zing de liederen van dankzegging en lof. Je stem is nodig, zie je? Een koor is veel meer dan een of twee.

Ik: God, ik begrijp het niet. Moet ik de Rozenkrans bidden of iets glorierijks doen, of bent U glorierijk?

Heer God Almachtige Vader: Kleintje, kleintje. Ik hou van je. Stop met te proberen deze mysteries op te lossen. Je moet het niet begrijpen, je bent geen geleerde.

Ik: Ok, Heer.

Heer God Almachtige Vader: je bent Mijn kind.

Ik: Ja, dat vind ik fijn.

Heer God Almachtige Vader: En je broeders en zusters zijn ook Mijn geliefde kinderen.

Ik: Ja.

Heer God Almachtige Vader: Wel, ga je niet voor hen bidden?

Ik: Jawel. Hoe wilt U dat ik bid?

Heer God Almachtige Vader: Mijn Zoon heeft je de woorden al geleerd. Je weet dit. Maar stil gebed heeft voor Mij de voorkeur/het best. En zing! Er zijn zo weinig liedjes voor Mij nu met de beperkte kerkdiensten. Het zal erger worden, deze beperkingen. Maar voor vandaag, zing en loof Mij. Bid voor de Kerk en vooral voor Mijn favoriete Zonen (ik kreeg hier een snel gevoel van woede jegens sommigen. Het was beangstigend!)

Ik: Sommige (Priesters / Religieuzen) moeten ergens berouw over hebben. Heer, elke keer dat ik contact heb opgenomen met Religieuzen, is het alsof ze me betuttelen en me wegjagen of negeren. Ik vind het moeilijk om voor ze te bidden als ze me zo behandelen. Ik heb zo weinig van ze gezien sinds deze pandemie begon. Ik zie meer hulp van lokale groepen (liefdadigheidsinstellingen) dan van de Kerk naar haar mensen toe. Ik weet dat ik niet mag oordelen. Sorry.

Heer God Almachtige Vader: Kleintje, ik ken je hart. Dat is niet oprecht. Je mag niet tegen mij liegen. (Het speet me niet.)

Ik: Sorry voor de leugen. Ik ben boos dat ze niet helpen. Waarom helpen ze niet? Ik weet dat sommige wel helpen, en daarom kan ik zo niet veralgemenen. Maar dit schaap zou graag een herder willen.