25/1 Enkele fragmenten over Naastenliefde

Lucas 6: 35,36-38: Heb je vijanden lief, doe goed en leen geld aan anderen zonder iets terug te verwachten; dan zullen jullie rijkelijk worden beloond, en zullen jullie kinderen van de Allerhoogste zijn, want ook Hij is goed voor wie ondankbaar en kwaadwillig is.

Wees barmhartig, zoals jullie Vader barmhartig is. Oordeel niet, dan zal er niet over je geoordeeld worden. Veroordeel niet, dan zul je niet veroordeeld worden. Vergeef, dan zal je vergeven worden. Geef, dan zal je gegeven worden; een goede, stevig aangedrukte, goed geschudde en overvolle maat zal je worden toebedeeld. Want de maat die je voor anderen gebruikt, zal ook voor jullie worden gebruikt.

Boek van de Hemel, Vol 2 30/7/1899: Vanmorgen, toen Jezus me op zijn gebruikelijke manier uit mezelf bracht, liepen we temidden van veel mensen, en de meesten van hen waren van plan de daden van anderen te beoordelen, zonder naar die van henzelf te kijken. Mijn geliefde Jezus zei tegen me: ´De zekerste manier om oprecht te zijn met je naaste is door helemaal niet te kijken naar wat ze doen, want kijken, denken en oordelen is allemaal hetzelfde. Trouwens, door naar je naaste te kijken, bedriegt iemand zijn eigen ziel; daarom komt het voor dat hij niet oprecht is, noch tegenover zichzelf, noch tegenover zijn naaste, noch tegenover God."

Vol 2 12/8/1899: Luisa: ‘Ik ben erg bang, O mijn geliefde Jezus, nu ik mezelf vol ellende ken, dat ik in plaats van goed te doen, slecht gebruik kan maken van Uw genade. Maar waar ik het meest bang voor ben, is mijn tong die me vaak doet uitglijden in naastenliefde jegens mijn naaste. En Jezus: 'Wees niet bang, Ikzelf zal je leren hoe je moet blijven praten met je naaste. Ten eerste: wanneer je iets over je naaste wordt verteld, werp dan een blik op jezelf en kijk of je schuldig bent aan datzelfde gebrek, want in dat geval willen corrigeren is Mij verontwaardigen en aanstoot nemen aan je naaste. Ten tweede: als je deze fout niet hebt gemaakt, probeer dan te spreken zoals Ik zou hebben gedaan; zo spreek je met Mijn tong. Door dat te doen, zal je nooit falen in naastenliefde met je naaste; integendeel, met je woorden zal je goed doen aan jezelf en je naaste - en aan Mij zal je eer en glorie geven."

Vol 16 29/12/1923: De hele Schepping was bij mij en zei: "Ik hou van U", maar toen ik alle menselijke generaties wilde omarmen in de Eeuwige Wil, om iedereen neer te werpen voor Jezus, zodat iedereen hun plicht zou vervullen om te zeggen: "Ik hou van U, Jezus" in elk van hun daden, woorden en gedachten ontsnapten ze mij, en ik raakte verdwaald en wist niet hoe ik het moest doen. Ik zei dit tegen Jezus, en Hij zei: ´Mijn dochter, toch is leven in Mijn Wil precies dit: de hele Schepping voor Mij te brengen, en in naam van allen Mij de terugkeer van hun plichten te geven. Niemand mag je ontsnappen, anders zou Mijn Wil leegtes vinden in de Schepping en niet tevreden zijn.

Maar weet je waarom je niet iedereen en alles vindt, en velen je ontsnappen? Het is de kracht van de vrije wil. Ik wil je echter een geheim leren - waar je ze allemaal kunt vinden: ga mijn Mensheid binnen en je zult al hun daden vinden alsof ze in hechtenis worden gehouden; voor deze mensen heb Ik de verplichting op Me genomen om Mijn Hemelse Vader voldoening te geven namen hen. Ga en volg al Mijn daden, die de daden van allen waren. Op deze manier zal je alles en allen vinden en geef je Mij liefde voor iedereen en voor alles terug. Alles is in Mij, omdat Ik alles voor allen deed. In Mij is het onderpand van alles en allen. Ik geef de Goddelijke Vader de plicht van Liefde voor allen, en wie het wil, kan het gebruiken als weg en middel om naar de Hemel op te stijgen."

Ik ging Jezus binnen en ik vond gemakkelijk alles en iedereen. En in navolging van de werken van Jezus, zei ik: ‘Ik hou van U in elke gedachte van het schepsel. Ik hou van U in de vlucht van elke blik. Ik hou van U in de klank van elk woord. Ik hou van U bij elke hartslag, ademhaling en genegenheid. Ik hou van U in elke druppel bloed, in elk werk en elke stap, ...'

Vol 24 10/7/1928: Hierna volgde ik de Goddelijke Wil met mijn daden, en de hemelen, de sterren en de zon leken me zo mooi, dat ik vanuit het diepst van mijn hart bleef herhalen: ´Hoe mooi zijn de werken van mijn Schepper, en de orde, de harmonie die de almachtige Fiat heeft in de hele Schepping! O, als deze orde en harmonie temidden van de wezens aanwezig zou zijn, zou het aangezicht van de aarde veranderen!'

En mijn geliefde Jezus voegde eraan toe: "Mijn dochter, wanneer Mijn Wil op aarde overheerst, zal er een volmaakte vereniging zijn tussen Hemel en aarde. De orde zal één zijn, de harmonie zal één zijn, de echo zal één zijn, het leven zal één zijn, want de Wil zal één zijn. Sterker nog, in de Hemel zullen vele spiegels te zien zijn, en de schepselen, die zichzelf erin weerspiegelen, zullen kijken naar wat de zaligen in de Hemel aan het doen zijn. Ze zullen hun gezangen horen, hun Hemelse melodieën, en door na te bootsen wat ze doen - hun gezangen, hun melodieën - zal het leven van de Hemel temidden van de schepselen zijn. Mijn Fiat zal alles gemeenschappelijk hebben, en het ware Leven van de Fiat Voluntas Tua (Uw Wil geschiede) op aarde zoals in de Hemel hebben. Dan zal Mijn Wil de overwinning zingen, en het schepsel zal de hymne van haar triomf zingen."

Toen zweeg Hij, en na een poosje voegde Hij eraan toe: ´Mijn dochter, de menselijke wil heeft zoveel kwaad voortgebracht dat het de ongelukkige toestand van het arme schepsel vormt: het veranderde haar lot, haar geluk. Omdat Ik van nature gelukkig ben, kwam alles wat uit Onze scheppende handen in de Schepping kwam, met de volheid van geluk; daarom stroomde overal, in en uit de mens, eeuwige vreugde en geluk. De menselijke wil verdreef deze zee van ware en eeuwige vrede en verdreven, zocht ze haar toevlucht in de schoot van haar Schepper, die haar had bevrijd, zodat al Zijn werken gelukkig zouden zijn.

En ook al zijn We gelukkig van nature, en niemand Ons geluk kan overschaduwen, worden we gedwongen de mens ongelukkig te zien, aan wie het primaatschap in de Schepping was gegeven. En hoewel het Ons ons geen kwaad doet is het een verdriet om Onze kinderen ongelukkig te zien, te zien dat de zee van Ons geluk niet wordt genoten door degene die er de eigenaar van was.

Maar iemand die in Mijn Goddelijke Wil leeft, roept deze zee van geluk opnieuw in zichzelf. Ze verwijdert de aanblik van ongeluk in de arme schepselen in Ons, en ze maakt Ons twee keer zo gelukkig, omdat We zien dat Ons geluk zijn weg volgt naar Onze kinderen. Daarom zal Mijn Wil alles op zijn plaats zetten en het ongeluk wegnemen dat wordt veroorzaakt door de menselijke wil, die met zijn giftige kwijl alles weet te verbitteren en troebel maken. Wat is het mooi om iedereen blij te zien! Wat een troost voor een vader om de kroon van Zijn kinderen te hebben en te zien - allemaal gelukkig, rijk, gezond, mooi, altijd glimlachend, nooit huilend! O, wat geniet Hij van Zijn eigen geluk en voelt Hij zich erin zwemmen en in het geluk van Zijn kinderen!

Ik ben meer dan een vader en ik voel in Mij het geluk van Mijn kinderen, omdat het mijn eigen ding is en in Mij kan binnengaan; terwijl ongeluk iets vreemds is voor Mij, dat niet aan Mij toebehoort en niet in Mij binnenkomt. Ik voel verdriet om het te zien, maar niet om het te voelen, en als Vader bemin Ik iedereen en wil Ik dat iedereen gelukkig is."

Vrienden, Onze Heer is zo barmhartig! Hij houdt evenveel van de ergste zondaar als van de allerheiligste Heilige. In Zijn barmhartigheid heeft Hij ons de middelen gegeven om zielen met interest aan Hem terug te geven door iedereen te herstellen en opnieuw te doen in de Goddelijke Wil, zoals Hij ons via Luisa heeft geleerd: 'Ik hou van U in elke gedachte van het schepsel; Ik hou van U in de vlucht van elke blik; Ik hou van U in de klank van elk woord; Ik hou van U bij elke hartslag, ademhaling en genegenheid; Ik hou van U in elke druppel bloed, in elk werk en elke stap... ' Op deze manier kunnen we God de perfecte versie van ieders leven en alle levens aanbieden, alsof niemand ooit gezondigd had, om Hem de liefde en glorie te geven dat alle schepselen hem verschuldigd zijn om de leegte te vullen, zodat het glorierijke Koninkrijk van de Goddelijke Wil op aarde als in de Hemel kan heersen. Fiat!