9-10/1
De schietlood-droom
Dana Coverstone vertelt over zijn jeugd: hij is patriottisch
opgevoed, Amerikaanse geschiedenis enz. Hij vraagt de mensen te bidden. Hij
kreeg de volgende droom:
Nogmaals zet jullie schrap. Ik probeer wanhopig de Kerk te
vertellen dat er harde tijden komen. Er komt censuur. Houd dit in gedachten.
Bid over de dromen. Ik vraag de Kerk standvastig te blijven, de Heer te
vertrouwen in alles waarmee we zullen geconfronteerd worden.
Ik zag een wolkenloze hemel en ik zag de man die ik
dikwijls zie in mijn dromen. Hij liep in de straten van New York. Ik zag de
traditionele skyline en zelfs de Empire State building. De man was gekleed in
een gewaad van de 1st eeuw, zoals elke Joodse man droeg in het openbaar en hij
had een gebedsjaal over zijn hoofd. Hij had een vaste stap en de mensen
wandelden Hem voorbij, letten niet op het feit dat hij een touw vast had dat tot
op de grond hing. Aan het einde van het touw hing een grote tablet uit steen
dat leek op deze van de 10 Geboden. Het touw met de steen bewoog niet. In de
droom liep ik naast hem en ik keek naar het touw en de tablet. Ik vroeg hem
waarom het touw en de tablet nooit bewogen. Waarom ze niet bewogen ondanks het
feit dat hij wandelde. Hij zei duidelijk: Mijn schietlood beweegt nooit. Ik
vroeg hem waar we heen gingen en hij zei gewoon: We gaan zaken doen. Dan
passeerden we een straatbord waarop Wall Street stond.
We gingen in de straat en toen stopte hij en keek naar een
groot gebouw. Hij hield van in de verte zijn schietlood naast het gebouw om te
zien op het recht stond. Het was duidelijk dat het gebouw afweek van het
schietlood dat hij vasthield. Hij ging naar het gebouw en hield zijn handen op
het gebouw en begon het te schudden van voor naar achter. Het bleef nog verder
schudden zelfs nadat hij zijn handen van het gebouw had laten zakken. Sommige
van de ramen begonnen plotseling zich te openen en ik zag bureaumeubilair. Ik
zag mensen uit deze ramen vallen. Er waren files, folders te zien en er waren allerlei
bankbiljetten te zien, niet alleen Amerikaanse, die naar beneden vlogen. Ik zal
waardevolle metalen (goud, zilver) naar beneden vallen. Maar vooral munten en
bankbiljetten.
Van zodra ze op de grond vielen was er een hevige wind die
ze wegveegde in de lucht en ze kwamen niet meer naar beneden. De mensen op de
grond waren gekwetst en ze hadden het moeilijk om recht te staan. Het waren
mannen en vrouwen die allen gekleed waren in maatpakken. Ze waren bedekt met pek
en teer en het was alsof ze vastgelijmd waren aan de grond. Ze bleven vaststaan
op deze plaats en konden niet weggaan. Het pek zal er olieachtig uit. Ik volgde
de man verder.
Ik kon het Capitool zien aan de horizon. We wandelden er
snel heen. De man stond aan de voet van de trap van het Capitool en hij hield
het schietlood vast in zijn rechterhand. En het Capitool was net zoals het
gebouw van Wall Street ver van de rechte lijn verwijderd. Toen hief de man zijn
rechtervoet in de lucht en hij nam zijn sandaal af en zette hard zijn voet op
de eerste trede van het Capitool. Het gebouw begon te schudden van voor naar
achter, en spoedig vielen mensen uit de ramen en deuren. Er vielen ook
documenten en naamplaten uit het gebouw. Ze landen allen op hard op hun knieën.
Je kon de harde val op hun knieën horen. Ze schreeuwden het uit van pijn. Deze
mensen waren bedekt met een kleverige donkerpaarse siroop. Ze probeerden weg te
lopen, maar het lukte niet. En als ze toch konden recht geraken, gleden ze uit
en vielen terug in de siroop. De helft van de mensen waren op de grond aan het
wenen, de andere helft lag in een foetuspositie en kreunden van intense pijn.
Sommigen staken hun vuist uit naar de man, maar zeiden niets en hielden hun
hoofd naar beneden. De man zei me opnieuw hem te volgen.
In de volgende scene was het zonsondergang en het was
donder. Het was nacht. Ik zag een kerkgebouw. Het was van moderne architectuur.
Op de top stond er een groot kruis in groen neonlicht. Het scheen in de
duisternis. Het licht ging steeds van wit naar groen, en terug van wit naar groene
schijn. De man ging naar het kerkgebouw en deed zijn buitenste gewaad af en ook
zijn gebedssjaal. Hij werd veel groter dan de kerk en hij plaatste beide handen
op de kerk en tilde de kerk op in de lucht. Hij gebruikte niet eerst zijn
schietlood. Hij greep ineens de kerk vast. Hij keek naar mij en zei: Ik heb hen
gewaarschuwd.
Toen schudde hij op hevige en agressieve wijze de kerk,
enige momenten lang. Hij schudde zodanig dat de lichten en het kruis uitgingen
en de ramen opengingen, de buitenmuren scheurden. Toen zette hij de kerk hard
op de grond. De voordeuren braken open en de deuren vielen uit hun hengsels. Ik
zag mensen uit deze kerk strompelen alsof ze draaierig waren. Ze liepen zo snel
mogelijk weg. Toen ze wegrenden gooiden ze hun bijbels op de grond en renden zo
vlug mogelijk weg zonder om te kijken. Ik zag voorgangers die hun gezicht in
hun vest verborgen en wegrenden.
Ik zag voorgangers die hun gezicht in hun vest verborgen en
wegrenden. Ik zag mannen die ik kon identificeren. Het was een groep mensen die
ik niet kon identificeren, maar als ze wegliepen uit de kerk ontkende ze zelfs
wie Jezus was: “Ik heb Hem nooit gekend, dat was niet mijn kerk.” Ze waren
beschaamd dat ze deel hadden uitgemaakt van de kerk die werd geschud. Daarna
kon ik in de kerk kijken en ik zag schade en verwoesting. Ik zag kerkstoelen
die waren omvergeworpen en die gebroken waren. Ik zag een eiken preekstoel vooraan
de kerk maar die was nog intact. De man had structurele schade veroorzaakt.
Daarna zag ik de plaats van het altaar en er waren honderden mensen die aan
elkaar hingen met touwen en zelfs kettingen. Ze hingen niet alleen aan elkaar
vast maar vooral aan het altaar.
Ze hielden Bijbels tegen hun borst gedrukt, zodanig dat je
hun handafdruk in hun Bijbel kon zien. Ze zagen er verward uit, dooreen
geschud, maar ze hadden allen een vreugdevol gezicht, met een glimlach erop
omdat het schudden gedaan was. Een paar waren overleden omdat ze door puin
waren geraakt. Degenen die nog leefden, huilden om hen. Ze stonden allen recht
en begonnen op te ruimen. De man ging de kerk binnen en keek rond alsof hij
alles in zich opnam. Hij zei: “Jullie hebben de waarschuwing in acht genomen en
jullie hebben dit goed gedaan. Jullie gehoorzaamheid is genoteerd en dit zal
vrucht dragen zowel hier als in de Hemel. Hoewel geschud en gebroken zal je
opstaan, Mijn Bruid, en werken tot Ik kom.”
|