Advent week 1 : We
hebben elkaar nodig
Ga op weg en verkondig: ‘Het Koninkrijk van de
Hemel is nabij.ÿ (Matteüs 10:7)
Covid-19
blijkt erg eigenwijs en aarzelt om weg te gaan. Er heerst veel ongerustheid, en
velen ervaren echte economische problemen, zelfs als ze niet aan het virus zelf
lijden. En sommigen sterven nog steeds eraan. Veel mensen voelen zich op dit
moment erg gekwetst. Wat voor geruststelling kan het Christelijk geloof ons in
deze moeilijke tijden bieden?
Sommige
Christelijke groeperingen denken dat het virus een teken is van Gods straf, wat
het niet is. Anderen denken dat het een hoax is die wordt gepleegd door degenen
die onze kerken gesloten willen zien, wat niet waar is. Sommige religieuze
leiders vertellen hun volgelingen dat geloof in de Heer ervoor zal zorgen dat
het verdwijnt; maar het gaat duidelijk niet weg.
Het
Evangelie van vandaag spreekt over de discipelen die prediken dat het Koninkrijk
van God nabij is. De nabijheid van Gods Koninkrijk is een constant thema in het
Evangelie. Het betekent dat Gods Liefde in onze wereld begint binnen te dringen.
Gods Liefde is bijvoorbeeld aan het werk bij de dokters en verpleegsters die
voor de slachtoffers van Covid zorgen, en ook bij de wetenschappers die op zoek
zijn naar een vaccin. Gods Liefde is in feite aanwezig in al diegenen die op
enige wijze anderen door deze crisis heen helpen.
Met
andere woorden, God is via ons aan het werk in de wereld, zelfs in degenen die
misschien niet expliciet in Hem geloven. Dat is hoe Gods Koninkrijk in ons
midden is. God gaat niet met een toverstaf zwaaien om het virus te laten
verdwijnen; Hij wil dat we Zijn Liefde in de wereld verspreiden terwijl we proberen
het virus te bestrijden. Echt Christelijk Geloof gaat lijden niet uit de weg,
het confronteert het, zoals Jezus deed aan het Kruis. Het virus heeft in feite
uit veel mensen bronnen van Liefde en onbaatzuchtigheid gehaald waarvan ze zich
misschien niet realiseerden dat ze het in zich hadden.
Zoals Paus
Franciscus opmerkte op die koude en natte maartavond eerder dit jaar, toen hij
de wereld toesprak vanop een leeg Sint-Pietersplein, doet het virus ons
beseffen dat we elkaar nodig hebben. Hij zei: 'In deze storm is de façade van
die stereotypen waarmee we ons ego camoufleren, ons altijd zorgen maken over
ons imago, weggevallen, waardoor we opnieuw dat (gezegende) bij de gemeenschap
horen ontdekken: onze verbondenheid als broeders en zusters kan ons niet
ontnomen worden.ÿ Dat gevoel van verbondenheid is de aanwezigheid van Gods Koninkrijk
onder ons. - Fr Paul Graham O.S.A.
5/12 Evangelie van de H. Matteüs 9:35-38,10:1,6-8: Jezus trok rond langs
alle steden en dorpen, Hij gaf er onderricht in de synagogen, verkondigde het
goede nieuws over het Koninkrijk en genas iedere ziekte en elke kwaal. Toen Hij
de mensenmenigte zag, voelde Hij medelijden met hen, omdat ze er uitgeput en
hulpeloos uitzagen, als schapen zonder her. Hij zei tegen Zijn leerlingen: ‘De
oogst is groot, maar er zijn weinig arbeiders. Vraag dus de eigenaar van de oogst
of hij arbeiders wil sturen om de oogst binnen te halen.ÿ Daarop riep Hij Zijn
twaalf leerlingen bij zich en gaf hun de macht om onreine geesten uit te
drijven en iedere ziekte en elke kwaal te genezen.
Ga
liever op zoek naar de verloren schapen van het volk van Israël. Ga op weg en
verkondig: ‘ Het Koninkrijk van de Hemel is nabij.ÿ Genees zieken, wek doden
op, maak mensen die aan huidvraat lijden rein en drijf demonen uit. Om niet
hebben jullie ontvangen, om niet moeten jullie geven!
Tweede
Vaticaans Concilie
Encycliek "Lumen
fidei", § 20-21 (trans. © Libreria Editrice Vaticana)
De
Kerk, waartoe we allemaal geroepen zijn in Christus Jezus, en waarin we
heiligheid verwerven door Gods genade, zal alleen haar volledige volmaaktheid bereiken
in de glorie van de Hemel, wanneer er 'de tijd zal komen van het herstel van
alle dingen.ÿ (Handelingen 3:21). Op dat moment zullen zowel het menselijk ras
als de hele wereld, die nauw verbonden is met de mens en door hem zijn voltooiing
bereikt, volmaakt hersteld worden in Christus.
Dit
beloofde herstel dat we verwachten is al begonnen in Christus, en wordt
voortgezet in de zending van de Heilige Geest en gaat door Hem verder in de
Kerk waarin we de betekenis van ons aardse leven leren door ons Geloof, terwijl
we vol hoop werken aan de toekomst door het werk dat door de Vader aan ons in
deze wereld is toevertrouwd, uit te voeren en zo onze verlossing bewerkstelligen.
(Fil. 2:12).
Het
laatste tijdperk van de wereld is reeds aangebroken (1 Kor. 10:11) en het
herstel van de wereld is onherroepelijk verordend en wordt al op de een of
andere manier verwacht; want de Kerk die reeds op deze aarde is, werd getekend
met een Heiligheid die echt is, hoewel onvolmaakt. Echter, totdat er de ´Nieuwe
Hemelen en een Nieuwe aarde zullen zijn waar gerechtigheid woont¡ (2 Petrus
3:13), heeft de Pelgrimskerk in haar sacramenten en instellingen, die
betrekking hebben op deze huidige tijd, de schijn van deze vergankelijke wereld
en zij woont tussen schepselen die tot nu toe "zuchten en kreunen in
barensweeën" en "wachten op de openbaring van de zonen Gods" (Rom
8:19f.).
|