|
Advent
week 1 : De 'kleintjes' van het leven
vele profeten en koningen hebben willen zien
wat jullie zien, maar ze kregen het niet te zien, en hebben willen horen wat
jullie horen, maar ze kregen het niet te horen (Luke
10:24)
Het zijn dikwijls de kleintjes van deze wereld die de
muziek van het leven horen 'in plaats van de geleerden en slimmeriken', zoals
het Evangelie van vandaag zegt. Het is bijvoorbeeld algemeen bekend dat
kinderen een buitengewoon inzicht in dingen kunnen hebben - als ze ons niet gek
maken - zoals elke leraar op een basisschool je zal vertellen. Zoals Jesaja het
zegt: Het kind speelt boven het hol van de cobra; in het hol van de adder
steekt het jonge kind zijn hand.
Zo hebben ook degenen die aan de rand van de maatschappij
staan toegang tot wijsheid, en de ongehoorde muziek van het leven wordt de rest
van ons ontzegd, terwijl we doorgaan met ons respectabele leven. De meest
attente gemeenschap die ik ooit heb gehad, was toen ik een gevangenisaalmoezenier
was en wekelijks een mis opdroeg voor ongeveer honderd gasten van Hare
Majesteit. Je kon een speld horen vallen terwijl het Evangelie werd
voorgelezen. Ik had onlangs een soortgelijke ervaring toen ik de mis opdroeg
voor een groep daklozen die in een hostel woonden.
De optie voor de armen' gaat niet over het uitdelen van voedselpakketten
of giften, dan weggaan en je er goed bij voelen. Het gaat er eerder om dat we
erkennen dat de armen ons iets te bieden hebben, hoe verrassend dat ook mag
lijken. De armen, de gemarginaliseerden, de zieken, zelfs kinderen, tonen de
kracht die voortkomt uit zwakheid. Een kracht die spreekt van de vreugde open
te staan voor Gods liefde - ondanks alles.
Christus gaf zijn discipelen de kracht om te zien wat
anderen niet kunnen zien. Daarom waren ze zo succesvol in hun bediening. Waar putten
wij dan nu onze inspiratie aangezien Christus niet langer met ons in het vlees
is? Bij de 'kleintjes' van het leven. Christus spreekt via hen tot ons. - Fr
Paul Graham O.S.A.
1/12 Gezegende dochter
Want door de goede
wil van de Vader was het niet door een natuurlijke vereniging maar door de
Heilige Geest en de Maagd Maria dat het Woord, zonder te veranderen en op een
manier die de natuurwetten overstijgt, vlees werd en onder ons woonde. Want de
vereniging van God en de mensheid komt tot stand door de Heilige Geest. - Volgens de H. Johannes Damascenus (monnik, priester,
theoloog en Heilige uit de Oosterse Kerk) geboren en getogen in Damascus (ca.
675 of 676). Hij stierf in zijn klooster, Mar Saba, nabij Jeruzalem op 4
december 749.
GEBED
VAN HEILIGE JOHANNES DAMASCENUS:
Wees
gegroet, Maria, geliefde dochter van Anna. Liefde trekt me weer naar u toe. Hoe
beeld je uw zwaartekrachtige stappen, uw stralende gewaden uit? En de bevalligheid
van uw gezicht? De volwassenheid van het oordeel in een jeugdig lichaam? Uw
kledij op aarde was bescheiden, verre van alle luxe en zachtheid; uw ernstige manier
van lopen, zonder haast, vrij van alle traagheid: uw ernstig karakter, gematigd
speels, volkomen terughoudend tegenover mannen: gedenk de problemen die u vastgrepen
bij de onverwachte woorden van de Engel. Voor uw volgzame en gehoorzame ouders
had u nederige gevoelens bij de hoogste contemplaties, een vriendelijk woord,
afkomstig van een vredige ziel. Wat kan men nog meer samenvatten dan dat u de
waardige verblijfplaats van God bent, niet voor niets verkondigen alle
generaties u gezegend, u bent de glorierijke heerlijkheid van de mensheid. U
bent de eer van het Priesterschap, de hoop van de Christenen, de vruchtbare
plant van maagdelijkheid, want het is door u dat de roem van de maagdelijkheid ver
wordt uitgebreid. Gezegend zijt gij boven alle vrouwen en gezegend is de
vrucht van uw lichaam". Zij die uw Goddelijk Moederschap
belijden, zijn gezegend, en zij die het ontkennen, zijn vervloekt.
Evangelie volgens
Lucas 10:21-24: Op dat moment begon Hij vervuld van de H. Geest te juichen en zei: Ik
loof u, Vader, Heer van Hemel en aarde, omdat u deze dingen voor wijzen en
verstandigen hebt verborgen, maar ze aan eenvoudige mensen hebt onthuld. Ja,
Vader, zo hebt U het gewild. Alles is Mij toevertrouwd door Mijn Vader, en
niemand dan de Vader weet wie de Zoon is, en wie de Vader is weet alleen de
Zoon en iedereen aan wie de Zoon het wil openbaren.
Jezus
richtte zich apart tot de leerlingen en zei tegen hen: Gelukkig de ogen die
zien wat jullie zien! Want Ik zeg jullie dat vele profeten en koningen hebben
willen zien wat jullie zien, maar ze kregen het niet te zien, en hebben willen
horen wat jullie horen, maar ze kregen het niet te horen.
|
