Boodschap aan Marcos Tadeu
5/11 Maria:
Lieve
kinderen, blijf elke dag mijn Tranenrozenkrans bidden, want daardoor zullen
vele plannen van Satan worden verslagen en vernietigd.
Verlies de hoop niet, want ik ben bij je en zoals ik al
zei: ‘Mijn rozenkrans is sterker dan Satan’. En daarmee, zelfs als Satan
sommige veldslagen wint, kun je later deze overwinningen van Satan terugdraaien
in triomfen van de Heer, in triomfen van mijn Zoon.
Daarom: bid, bid, bid!
Lees hoofdstuk nr. 9 van het boek ‘De Weg van Redding en
Perfectie’ van mijn zoon Alfonsus Liguori. (zie hieronder)
Ik zegen jullie allemaal, vooral jullie mijn kleine zoon
Marcos: rust, jullie hebben de afgelopen dagen veel geleden, maar ik ben bij
jullie en ik zal jullie nooit verlaten.
Bid elke dag mijn Rozenkrans!
Ik zegen jullie allen vanuit Lourdes, vanuit Pellevoisin en
vanuit Jacareí.
Hoofdstuk
9 : de leegheid en eindigheid van het Menselijk Leven
1.H. David zei dat het geluk in dit leven is zoals de droom
van iemand die ontwaakt uit zijn slaap: als de droom van hen die ontwaken. Al
de grootsheid en glorie van deze wereld zullen niets meer zijn voor de arme stervelingen,
in het stervensuur, dan als een droom van iemand die ontwaakt, die ondervindt
dat het geluk dat hij had bereikt in zijn droom eindig bij het ontwaken.
Vandaar dat iemand die niet bedrogen was met wijsheid op de schedel van een
dode schreef “Cogitanti omnia vilescunt” (Hij die denkt, onderwaardeert alle
dingen). Ja, aan hem die nadenkt over de dood, lijken alle goederen van dit
leven hem zoals ze zijn: armoedig en tijdelijk. Noch kan deze mens zijn
genegenheden op aarde vaste vorm doen aannemen als hij overweegt dat in korte
tijd hij ze voor altijd moet achterlaten.
Ah, mijn God, hoe dikwijls heb ik Uw genade veracht voor de
ellendige goederen van deze wereld! Vandaar dat ik verlang om aan niets anders
te denken dat lief te hebben en U te dienen. Sta mij bij met Uw heilige Genade.
2. “En is het daarom dan dat wereldse grootsheid en
soevereine macht moeten eindigen?” Zo was de uitlating van de H. Franciscus
Borgia, toen hij het lichaam van Keizerin Isabella zag, die stierf in het bloei
van haar leven. Hij overwoog wat hij zag en nam zich voor om de wereld adieu te
zeggen en zich volledig aan God te geven. Hij zei: “Ik zal van nu af aan een
meester dienen die mij nooit in de steek laat.” Laat ons onthechten van tegenwoordige
goederen voor de dood ons ervan wegrukt. Wat een dwaasheid is het ons bloot te
stellen aan het gevaar onze ziel te verliezen omwille van enige gehechtheid aan
deze ellendige wereld, die we spoedig zullen verlaten, want spoedig zal ons
door de dienaar van God gezegd worden: “Ga, Christen ziel, uit deze wereld!”
O mijn Jezus, had Ik U maar altijd liefgehad! Hoe vele
belediging waar ik schuldig aan ben tegen U! Leer mij hoe mijn ongeordend leven
te corrigeren, want ik wil alles doen om U aangenaam te zijn. Accepteer mijn
liefde, accepteer mijn berouw waarin ik U meer liefheb dan mijzelf en hunker
naar Uw barmhartigheid en medelijden.
3. Overweeg dat je niet voor altijd in deze wereld kunt
blijven. Je moet op een dag het land verlaten waar je nu verblijft; je moet op
een dag uit het huis waarin je nu vertoeft om er nooit meer naar terug te gaan.
Denk eraan dat velen voor jou dezelfde kamer bewoonden waarin je nu aan het
lezen bent; dat ze sloepen in hetzelfde bed waar je nu gaat slapen; en waar
zijn zij? Naar de eeuwigheid vertrokken. Hetzelfde zal gebeuren met jou.
Maak mij bewust, O God, van de ongerechtigheid waar ik
schuldig aan ben door U, mijn soevereine goed, de rug toe te keren; en verleen
mij de smart te bewenen van mijn ondankbaarheid zoals ik zou moeten. O dat ik
maar eerder was gestorven dan U te beledigen! Laat mij niet lijden om nog
langer in ondankbaarheid te leven omwille van de liefde die U mij hebt betoond.
Mijn lieve Verlosser, ik hou van U boven alles, en ik verlang om U met al mijn
krachten lief te hebben gedurende de rest van mijn leven. Sterk mijn zwakheid
door Uw genade, en U, Maria, Moeder Gods, spreek voor mij ten beste.
|