Al
Diaz Naar de Hemel en terug

Dikwijls denk je dat als je in moeilijkheden bent en je om
hulp vraagt het nooit komt. Je denkt dat God met je is, maar niet kan
ingrijpen. Je denkt: God, ik ga door al deze moeilijkheden en er is niemand om
te helpen. Maar God is bij je de hele tijd. Ik zei tot de Heer: Wat moet ik nu
doen? Ik was werkloos en had geen verzekering. Maar een vriend zei me: Je bent
een veteraan, ga naar de kas voor veteranen. En alles kwam in orde. God de hele
tijd bij ons. Hij opent deuren voor je. Ik ging op zoek naar een job. Maar ik
had bij de Kas voor veteranen bloedtests laten doen, en de lever was niet echt
OK. Ik had een vette lever maar ik maakte mij niet ongerust. Maar toen ze een
onderzoek deden voor mijn lever, zagen ze een kwaadaardig gezwel in mijn nieren.
Ze gingen een operatie doen om het gezwel weg te nemen,
maar de dokters dachten dat het reeds uitgezaaid was tot in de lever, en zelfs
longen. De dokters zeiden dat ik niet lang meer te leven had. Ik wilde toen nog
niet sterven en zei: Heer, je zult altijd mijn Heer en Redder blijven ongeacht
de situatie, maar ik wil nu nog niet sterven. Ik gaf mijn leven in Zijn handen.
Tijdens de operatie die 4,5 uur duurde, kwam ik uit mijn lichaam. Ik zweefde
boven de operatielichten. Ik kon alles volgen. Ik kon ze horen roepen: Hij
verliest veel bloed, we zullen hem verliezen. Ik zag op de monitor dat mijn
hartslag verminderde.
Plots kwam een stralend licht uit de linkerkant van de
operatiekamer. Er kwam een engel die ongeveer 2,5 tot 3m groot was. Ik was niet
bang, en ik keek hem rustig aan. Hij droeg een wit gewaad met bruine lapjes
erop en een gouden riem. Het was heel mooi en hij had licht om hem heen. Hij
wenkte mij en in een oogwenk bevond ik mij op een plaats dat zo mooi was, met
het groenste gras dat je je kunt voorstellen. Ik zag een vallei. Ik ging naar
de vallei toe. Er waren twee prachtige vogels die in een cirkel rond mij
vlogen. Ze waren blij dat ik er was en hun vleugels hadden de kleuren van een
regenboog. Ik vroeg de engel of er nog dieren waren op deze plaats. En hij zei
dat er nog dieren waren. Ik zag bloemen van 1m.
Als ik door de bloemen wandelde bogen de bloemen zo ver mee
als ze konden en veerden dan terug recht. Ze lieten mooie muziek horen. De
bloemen waren de Heer aan het loven en prijzen.
Het raakte mij diep. Ik werd aangetrokken door de vallei en ik vroeg of
ik erheen mocht. Maar ik mocht niet omdat het nog mijn tijd niet was. In de
verte zag ik prachtige bomen die honderden meters groot waren. Ik dacht dat ik
onder de boom wilde staan, en onmiddellijk stond ik onder de boom. In de Hemel
kunnen we overal gaan waar we willen door enkel eraan te denken.
Er was geen schors aan de boom, je kon de aders zien van de
boom. De boom was precies levend. Toen ik rond de boom ging zag ik dat er geen
schaduwen waren. Ik vroeg de engel waarom er geen schaduwen waren en hij zei:
God is in deze plaats en waar er licht is, is er geen schaduw. De boom zag er
vanbinnen hetzelfde uit als vanbuiten. Ik zag ook bergen. Het waren exact bergen
zoals ik bergen zou maken. Ik vloog naar de top van de berg, af de berg, aan de
zijkant en het kostte mij geen enkele moeite. Het leek alsof deze bergen voor
mij waren gemaakt. Toen ik op de berg stond zag ik een grote rots en ik kon er doorheen
zien. Ik ging erbij staan en er kwam mooie muziek uit, lofprijzing tot Jezus.
Er waren wel honderd melodieën te horen, en ik luisterde
naar een en dan een andere. Ze speelden allemaal, maar het was geen kakofonie.
De muziek doordrong mij. Bij de vallei gekomen, was mijn engel verdwenen en ik
zag een prachtig licht met Jezus. Ik viel onmiddellijk op mijn knieën en Jezus
kwam naar mij en legde Zijn armen rond mij. Ik voelde zoveel liefde. Ik dacht:
ik hoor hier niet vanwege al mijn zonden. Ik begon al mijn zonden te zien die
ik ooit had begaan. Ik zei tot Jezus: Ik hoor hier niet, U hebt mij geschapen,
maar ik hoor hier niet, ik ben zon zondaar. Hij keek naar mij en zei: Je hoort
hier. Ik zei opnieuw: Ik ben zon zondaar, je weet niet wat ik heb gedaan.
Maar Hij zei: Jawel, Ik weet het, Ik weet alles over jou.
Maar je bent op de juiste plaats. Ik stond recht en het eerste wat ik vroeg
was: Heer, waarom gaan mensen naar de Hel. Jezus zei: Ik ga je iets tonen. Hij
liet mij een moordenaar zien, een dief en mij. De moordenaar vermoorde graag
mensen en ik zag het hem doen en ik was bang. Toen toonde hij de dief die geld
nam van mensen en er plezier in had. Ook dat beangstigde mij. Hij toonde mij en
mijn zonden, maar ik was er niet blij om mijn zonden. Hij zei: Jullie gingen
alle drie naar de Hel, maar jij gaf je leven aan Mij.
Jezus Christus die op het Kruis gestorven is voor alle drie
en Zijn Bloed heeft vergoten voor alle drie. Hij zei: Ik zie jullie alle drie
wit als sneeuw. Hij zei: Ik heb je vergeven en herinner Mij je zonden niet
meer. Het is moeilijk te geloven, omdat ik mijn zonden nog herinner. Ik ging
met Jezus naar deze vallei. Ik vroeg Hem vele vragen. Maar Hij zei: Als je Mijn
Boek zou lezen zou je Mij al deze vragen niet stellen. Ik zei: Je hebt gelijk,
Heer, ik heb je Boek niet gelezen, ik weet maar flarden ervan. Maar toch
antwoordde Hij graag al mijn vragen. Ik wilde er blijven, ik had geen verlangen
om terug te komen. Ik wist dat ik er thuis was en bij Jezus zou blijven voor de
eeuwigheid. Hij vroeg mij of ik mee wilde in de vallei. Ik wist als ik met Hem
meeging ik nooit meer zou terugkomen.
Ik zou in de Hemel gegaan hebben. Hij gaf mij de keuze.
Maar ik dacht aan wat ik voor Jezus had gedaan hier op aarde. Ik was Christen
en ik wist dat ik naar de Hemel ging. Ik dacht erover dat in nooit naar mensen
was gegaan en met hen gebeden had. Ik had nooit voor mensen gebeden. Niemand
verdient de Hemel, dan enkel door Jezus Christus en ik wist dat ik niets had
gedaan voor Hem. Ik zei: Ik ben geen redenaar, ik ga niet voor mensen staan
spreken. Ik vroeg Hem hoe ik het zou aanpakken. Maar Jezus zei: Ik deuren voor
je openen. Ik zal tot kerken spreken door jou. Ik zal zorgen dat mensen naar
jou komen, zodat je niet naar hen hoeft te gaan. Ik zei tot de Heer: als je dit
voor mij doet, dan doe ik dit voor U, omdat ik zoveel mogelijk mensen naar het
Koninkrijk van de Hemel wil brengen als ik kan voor U.
Hij zei: Ga terug en vertel de mensen dat de Hemel echt is
en dan houd Ik evenveel van ieder. Jezus houdt van ieder evenveel. Hij zei dat
het gemakkelijk is om hier te geraken, het enige wat je moet doen is Jezus
Christus aanvaarden als je Heer en Redder. Iemand zei me eens: het is lastig om
een Christen te worden. Ik zei dat hij het moeilijk maakte. Het is niet omdat
je Jezus als je Heer en Redder maakt dat je problemen en beproevingen in je
leven voorbij zijn. Nee, ze beginnen pas. Je moet standvastig zijn en de
wedloop tot het einde lopen. Je moet enkel Jezus als je Heer en Redder
aanvaarden.
Jezus toonde mij het Handboek van Leven waar de namen
geschreven zijn. Als je Jezus hebt aanvaard, staat je naam erin. Er moeten meer
mensen erin opgenomen worden en we moeten de mensen erin helpen. Ik zei hem dat
ik dat wilde doen, en Hij was blij. Maar toen dacht ik God weet wat we denken.
En ik dacht dat ik ook graag in de Hemel bij Hem wilde zijn. Hij zei als ik
toch wilde met Hem meegaan in de vallei Hij dat daar geen opmerkingen over zou
gezegd hebben. Hij zou niet gezegd hebben dat ik nog mensen kon gered hebben.
Jezus gaf mij de keuze want Hij nam mij zoals ik ben. Ik nam de moeilijkste
keuze in mijn leven en ik koos om terug te komen naar de aarde. Ondertussen
hadden ze 1 nier uit mijn lichaam weggenomen en het wonderbaarlijke eraan was
dat de kanker in deze ene nier zat en dat de andere organen niet aangetast
waren en dat ik terug gezond zou zijn.
Het duurde nog drie weken voordat ik tot mijzelf kwam omdat
ik zo geëmotioneerd was door de gebeurtenis. Doordat de mensen via-via hoorden
dat ik deze gebeurtenis had meegemaakt kreeg ik mensen via de telefoon en
mensen die naar mij toe kwamen. Ik zag mensen zich bekeren en gered worden. Ik
zag dat mensen genazen. Ik kreeg de gave van wijsheid en kan mensen raad geven.
Maar iedereen heeft het in zich, je moet alleen God vragen om die gaven. Je
moet God zeggen dat je Hem liefhebt, daar is Hij blij om. Dank Hem omdat Hij
voor je is gestorven, dank Hem om hier te zijn. Dank Hem omdat je Hem kent. Hij
wil voor iedereen het beste, zelfs in deze moeilijke tijden.
Dat is iets wat je aan iedereen moet vertellen dat Jezus
voor iedereen het beste wil. Jezus komt spoedig terug en als Christenen moeten
we ons tot de anderen richten en spreken over Hem. Iedereen moet in het Rijk
Gods geraken. Het zal moeilijk zijn voor ons, omdat we allen zullen bekoord worden
en beproevingen zullen meemaken. We moeten alleen beseffen dat Jezus alle dagen
van ons leven bij ons is. Ik ben nu genezen van kanker, het is een mirakel.
Maar ieder moet Jezus in zijn leven roepen en Hij zal dingen voor je doen die
verbazingwekkend zijn. Je mag niet denken dat Jezus je situatie niet kent, Hij
kent je situatie heel goed. Probeer elke dag met Jezus te praten.
Vertel over de situatie in je leven en vraag Hem wat je nu
moet doen. Vraag Hem wat Hij voor je in petto heeft. Maar je moet beseffen dat
hetgeen we vragen soms iets anders is dat we krijgen, omdat Zijn gedachten
verheven zijn boven de onze. Later in de Hemel zullen we weten waarom. We
moeten nu door beproevingen, maar Hij is de hele tijd bij ons. Wat is ons leven:
dat Jezus zoveel van ons houdt. We moeten als Christenen durven spreken tegen
degenen die Jezus beledigen. De Bijbel is ons verleden, heden en toekomst en we
moeten in de Bijbel teksten lezen en ze overwegen want God spreekt tot ons.
|