Met betrekking tot het derde
geheim van Fatima, benadrukt Kardinaal Oddi: 'De Heilige Maagd waarschuwt ons
voor de afvalligheid in de Kerk.' Wijlen vader Joaquín Alonso (+1981), die
zestien jaar de officiële archivaris van Fatima was en die talloze interviews
met zuster Lucia heeft gehad, getuigt van het volgende: Daarom is het zeer
waarschijnlijk dat de tekst concrete verwijzingen maakt naar de geloofscrisis in
de Kerk en naar de nalatigheid van de voorgangers zelf [en naar] de interne
strijd in de Kerk en naar een ernstige pastorale verwaarlozing van de hogere
hiërarchie van de Kerk. ...
In de periode vóór de grote
triomf van het Onbevlekt Hart van Maria moeten er vreselijke dingen gebeuren.
Dit is wat deel uitmaakt van het geheim. Als in Portugal het dogma van het
geloof altijd bewaard is gebleven kan
duidelijk worden afgeleid dat in andere delen van de Kerk deze dogma's worden
verduisterd of zelfs volledig verloren zijn gegaan...
Het is goed mogelijk de
ongepubliceerde tekst niet alleen spreekt van een crisis in het geloof in de Kerk
in de voorgaande periode, maar dat er, zoals bijvoorbeeld zoals bij het Geheim
van La Salette, meer specifieke verwijzingen zijn naar de interne strijd van
katholieken of de val van Priesters en Religieuzen. Misschien verwijst het
zelfs naar de afwijkingen van de hoge hiërarchie van de Kerk. Aangezien deze
kwestie in samenhang is met de boodschappen die Zr Lucia over deze kwestie
heeft ontvangen.
Bisschop Amaral, derde bisschop
van Fatima, zei het volgende over het geheim tijdens een conferentie in Wenen,
Oostenrijk, op 10 september 1984:
De inhoud ervan betreft geloof.
Het [derde] geheim identificeren met aankondigingen van rampen of een nucleaire
holocaust is de betekenis van de boodschap verdraaien. Het verlies van
vertrouwen op een continent is erger dan de vernietiging van een natie; en het
is waar dat het geloof in Europa voortdurend afneemt.
Dan is er het beroemde citaat van
Kardinaal Luigi Ciappi, persoonlijke theoloog van vier Pausen, waaronder
Johannes Paulus II: "In het derde geheim wordt onder andere verwacht dat
de grote afvalligheid in de Kerk op het allerhoogste niveau begint."
Katholieken hebben goede redenen
om aan te nemen dat er nog steeds een deel van het Derde Geheim bestaat - een
tweede tekst die nog niet is onthuld - die een "explosieve inhoud"
heeft met betrekking tot de massale afvalligheid in de Kerk.
INHOUD VAN DE BRIEF TEGEN HET LICHT GEHOUDEN
Katholieken hebben ook goede
redenen om het bestaan van een tweede tekst te vermoeden vanwege het bewijs
dat Bisschop Venancio in Fatima heeft voorgelegd.
In 1957, toen Kardinaal Ottaviani
de bisschop van Fatima werd verzocht om het geheim naar het Vaticaan te sturen,
vertrouwde Bisschop Da Silva de taak toe aan zijn hulpbisschop Venancio. Op een
bepaald moment, toen bisschop Venancio alleen was met de brief met het geheim,
keek hij naar de envelop tegen het licht. Hij herkende een kleiner papier, van Zr
Lucia, in de grote envelop van de bisschop. En in deze envelop zat een gewoon
vel papier met marges aan de vier zijden. Broeder Michel wijst erop dat Bisschop
Venancio 'de moeite heeft genomen om de grootte van alles op te schrijven'. Het
is Bisschop Venancio die ons onthult dat het laatste geheim werd geschreven op
een klein vel papier waarop ongeveer 25 tot 30 regels stonden.
Het Derde geheim, dat op 26 juni werd
onthuld, werd echter door Zr Lucia geschreven op vier vellen papier met 62
regels tekst. Ook hier vinden we bewijs van twee teksten van het geheim. Dit
bewijs werd afgelopen zomer uitzonderlijk bevestigd.
TEGENSTRIJDIGHEDEN
Solideo Paolini, een jonge
journalist onderzocht de officiele papieren van de voormalige secretaris van
Johannes XXIII, aartsbisschop Loris Francesco Capovilla, die goed op de hoogte
was van het geheim, en constateerde :
Met het stempel van echtheid goed
gedrukt op het papier [officieel zegel is gecertificeerd dat paus Paulus VI het
geheim las op de middag van 27 juni 1963, terwijl het officiële document van
het Vaticaan stelt dat "Paulus VI de inhoud las op 27 maart 1965 en
stuurde de envelop naar de archieven van het Heilig Officie, na te hebben
besloten dat de tekst niet zou worden gepubliceerd.
Paolini : We hebben daarom een
verschil in data. In de officiële documenten van aartsbisschop Capovilla
staat dat Paulus VI op 27 juni 1964 het geheim las, terwijl in het Vaticaanse
document van 26 juni 2000 staat dat dezelfde paus het geheim op 27 maart 1965
las.
Paolini belde onmiddellijk
aartsbisschop Capovilla om uitleg te vragen over deze contradictie in datums.
Capovilla, aanvankelijk een beetje ontwijkend, reageerde met zinnen als 'we
hebben het niet over de Schrift'. Waarop Paolini onmiddellijk antwoordde: 'Ja,
excellentie, maar mijn referentie is een officiële geschreven tekst (het
officiële document van het Vaticaan), die duidelijk is en gebaseerd op een
ander archiefdocument! Bisschop Capovilla antwoordde: "Wel, het kan zijn
dat de papieren dat je van Kardinaal Bertone hebt gekregen [document van 26
juni] niet hetzelfde is als mijn papieren"
Paolini stelde dan de vraag van
een miljoen: 'Dus beide datums zijn correct omdat er twee teksten zijn van het
derde geheim?'
Na een korte pauze antwoordde
aartsbisschop Capovilla "dat is het precies!"
EEN ANDERE TEGENSTRIJDIGHEID: UITDRUKKINGEN IN
HET PORTUGESE DIALECT
In het boek Het vierde geheim
van Fatima brengt Antonio Socci een ander punt naar voor die verschillende
teksten van het Geheim suggereren. Het betreft de "Portugese
dialectuitdrukkingen" die het Geheim bevat.
Socci merkt op dat kardinaal
Ottaviani had gezegd dat hij, toen Johannes XXIII de envelop [met het geheim]
opende en hem las, het perfect begreep, ook al was het in het Portugees
geschreven. Broeder Michel de la Sainte Trinité - auteur van "De hele
waarheid over over Fatima", wijst er echter op dat de Paus hulp aan Bisschop
Tavares had gevraagd om hem te helpen enkele Portugese uitdrukkingen te
begrijpen. Aartsbisschop Capovilla getuigt ook dat, aangezien de tekst
uitdrukkingen in het Portugese dialect bevat, een Bisschop met de naam Tavares
werd gevraagd.
Socci houdt vol dat deze tegenstrijdigheid
alleen kan worden begrepen als er twee teksten van het Geheim zijn, een die
Johannes XXIII zou kunnen lezen zonder de hulp van Bisschop Tavares, en een
andere waarbij hij zijn hulp nodig had.
Socci testte zijn theorie door
Mariagrazio Russo te raadplegen, een Portugese taalexpert, die een zeer
nauwkeurige analyse leidde van het visioen van het Geheim dat in 2000 door het
Vaticaan werd vrijgegeven. Russo concludeerde niet alleen dat er veel
onnauwkeurigheden zijn in de officiële vertaling van de Portugese tekst van Zr
Lucias vier paginas, maar dat hij geen enkele regionale uitdrukking vond of een
uitdrukking uit het dialect. Dit kan alleen maar betekenen dat wat het Vaticaan
onthulde anders is dan wat Johannes XXIII las, waarin uitdrukkingen stonden in
het dialect, waarvoor hij een Portugese assistent nodig had.
Socci drukt de hypothese uit van wat
er in 2000 mogelijk is gebeurd binnen de muren van het Vaticaan. Hij bevestigt
dat Johannes Paulus II en Kardinaal Ratzinger het derde geheim in zijn geheel wilden
onthullen, maar waar Kardinaal Sodano, die toen staatssecretaris was, ertegen
was en de oppositie van een staatssecretaris betekent enorme druk. En zo werd
een compromis oplossing gezocht.
Het visioen van de 'in wit
geklede Bisschop' dat op de vier pagina's van Zr Lucia staat, zou in eerste
instantie door Kardinaal Sodano worden onthuld, samen met zijn absurde
interpretatie dat het geheim niets meer is dan een voorspelling van de poging
tot moord op Paus Johannes Paulus II in 1981.
Op 13 mei 2000, tijdens de
zaligverklaring van Jacinta en Francisco, heeft Paus Johannes Paulus II het angstaanjagend
deel in zijn preek onthuld door het in te kleden. Daarom sprak Johannes
Paulus II in zijn preek over de Apocalyps: Een ander teken verscheen in de
hemel; een grote, vuurrode draak (Openbaring 12:3). Deze woorden uit de eerste
lezing van de H. Mis doen ons nadenken over een grote strijd tussen goed en
kwaad, en laten zien hoe, wanneer de mens God terzijde laat, hij geen geluk kan
bereiken, maar uiteindelijk zichzelf vernietigt... Fatima's boodschap is een
oproep tot bekering, een waarschuwing voor de mensheid. Bovendien bedoelde de
Hemel met de beer altijd Rusland, en de draak als China. En beiden zijn communistisch.
Met zijn staart sleepte hij een
derde van de sterren aan de hemel mee en smeet ze op de aarde. (Openbaring 12:4)
De kerkvaders hebben "de
sterren van de hemel" altijd geïnterpreteerd als de geestelijkheid, en de
sterren die door de staart van de draak werden meegesleept duiden op een groot
aantal leden van de geestelijkheid die onder de invloed van de duivel vallen.
Dit was de manier waarop Johannes Paulus uitlegde dat het derde geheim ook een grote
geloofsafval voorspelt. Het was een impliciete onthulling van het
geheim.
DE POGINGEN VAN JOHANNES PAULUS II EN PAUS
BENEDICTUS XVI
Er is de getuigenis van Bisschop
Williamson van het FSSPX die vertelt over de vriendschap van een Oostenrijkse
priester met Kardinaal Ratzinger. Ratzinger had hem toevertrouwd dat er twee
zaken op zijn geweten wogen. Een was de mishandeling van de Fatima-boodschap op
26 juni, en het andere het probleem met Bisschop Lefebvre in 1988. Ik was
verkeerd had hij gezegd over de zaak met Bisschop Lefebvre.
Over Fatima zei hij dat ze zijn
hand hadden verdraaid'. Ratzinger was misnoegd omdat hij zichzelf toestond zijn
hand te verdraaien.
Wat het Vaticaan betreft is het
een Romeinse bureaucratie die sinds de tijd van Karel de Grote in het bezit is
van die plaats. Het Vaticaan kan uiterst voorzichtig en subtiel zijn als het
rechts handelt, en ontwijkend en sluw als het links handelt. Het Vaticaan is
bedreven in het wegglippen uit gênante situaties. Het Vaticaan bevestigt niet,
en ontkent niet. Ze beantwoordt vragen met andere vragen. En ontwijkt met charme.
Nu we de periode doormaken waarin
de "rook van Satan de Kerk is binnengedrongen", moeten we met pijn
toegeven dat het postconciliaire Vaticaan bij veel gelegenheden het Evangelisch
dictaat heeft verlaten "Laat jullie ja ja zijn, en jullie nee nee; wat je
daaraan toevoegt komt voort uit het kwaad. (Mt. 5:37). Dit is een van de
redenen voor de impact van een traditionalistische publicatie waar ja, ja is en
nee, nee, en het overbrengen van de waarheid voor de huidige Vaticaanse
functionarissen en onmogelijke taak is geworden.
GEHOORZAAM!
Jaren geleden behoorde ik tot een
gemeenschap van de Tridentijnse Mis die na 1988 had gezocht naar de
mogelijkheid van regularisatie. In januari 1994 reisden twee van ons naar het
Ecclesia Dei-kantoor in Rome om deze mogelijkheid te overwegen. Wat de
'regularisatie' betreft, was deze reis tijdverspilling, maar wat betreft de
harde lessen en hoe het Vaticaan opereert was het een reis van onschatbare
waarde.
Op een bepaald moment in ons
interview vertelde Pr. Arthur B. Caulkins van het Vaticaanse kantoor van
Ecclesia Dei ons dat het onze plicht was om te gehoorzamen! En als wat bevolen
wordt, fout is, ligt de fout niet bij degene die gehoorzaamt, maar bij degene
die beveelt.
Ik kon mijn eigen oren niet
geloven. Deze wijze van blinde gehoorzaamheid, voorgesteld door de Vaticaanse
functionaris, betekent dat de katholieke geestelijkheid, de religieuzen - zelfs
de Vaticaanse functionarissen - werkelijk schadelijke bevelen voor zielen en
voor het geloof gehoorzamen, terwijl ze zichzelf sussen door te zeggen dat ze
geen persoonlijke verantwoordelijkheid dragen omdat ze alleen bevelen opvolgen.
"Het is de verantwoordelijkheid van mijn meerdere, niet van mij." De
nieuwe mis, de altaarmeisjes, de handcommunie, jeugddagen op het ritme van rock
'n roll, pan-religieuze ontmoetingen met heidenen, al deze beledigingen voor
het Katholieke geloof worden uitgevoerd in naam van "gehoorzaamheid":
lafheid en slaafse dienstbaarheid.
Als het Vaticaan momenteel onder
deze principes opereert als gebruikelijk beleid, wat een perversie van het
respectvolle piëteit betekent dat de Katholiek verplicht is aan zijn religieuze
superieuren, dan moet men niet verbaasd zijn over de stortvloed van anomalieën
en misdaden die in de Katholieke wereld heersen.