Aanbidding
rond de troon
Ik prijs nu God voor de
gelegenheid om mijn visioen van de Hemel in een boek te plaatsen. Het is
voortdurend brandend in mijn hart. Vele mensen hebben mij aangemoedigd om deze
getuigenis op te schrijven en het visioen van de Hemel, dat God mij heeft
gegeven, te delen.
Ik heb het hemels visioen, evenals mijn ervaringen in de hel, in vele kerken
gedeeld, waar ik mijn bediening deed.
Ik wil enkele andere taferelen
met jullie delen die ik heb gezien in de Hemel. Ik wil dat jullie weten dat de
Hemel echt is. Als je een geliefde hebt verloren, iemand die je is voorgegaan
naar de Hemel, zal deze persoon je ontmoeten aan de poorten van glorie. Ik wil
jullie hart aanmoedigen, omdat we een gezegende hoop hebben in Jezus Christus.
Hij is naar de Hemel gegaan om daar een plaats voor ons voor te bereiden.
De engelen die ik in de Hemel
zag, leken erg groot en machtig! Ze droegen glinsterende gewaden die veel licht
uitstraalden. Ze waren krachtig en oprecht. Ze hadden. Ze gehoorzaamden God
blindelings. Het was duidelijk dat de machtige engelen die ik bij elke
parelpoort zag, engelen beschermden. Toen ik de zwaarden aan de zijde van de
engelen zag, dacht ik: "Wel, glorie aan God! Halleluja! God beschermt
zeker Zijn kinderen."
Gods engelen
Weet je, de Bijbel spreekt
zoveel over engelen, en veel Bijbelteksten verwijzen naar engelen. Het is verbazingwekkend
dat we soms de neiging hebben dingen over het hoofd te zien dat Gods Woord keer
op keer bewijst. Wanneer er een openbaring wordt gegeven aan iemand, lijkt dit echter meer licht te werpen op het
onderwerp. Hier zijn nog enkele voorbeelden van wat de Bijbel zegt over
engelen:
Psalm 91:11-12: Hij vertrouwt je toe aan Zijn engelen, die
over je waken waar je ook gaat. Hun handen zullen je dragen, je voet zul je niet
stoten aan een steen.
Genesis 24:40: De Heer, naar wiens wil ik mij steeds heb
gericht, zal zijn engel met je meesturen en ervoor zorgen dat je binnen mijn
familie, onder mijn naaste verwanten, een vrouw vindt voor mijn zoon.
Openbaring 10:1: Ik zag een andere machtige engel uit de Hemel
neerdalen. Een volk omhulde hem en de regenboog was om zijn hoofd. Zijn gezicht
was als de zon en zijn benen waren als zuilen van vuur.
Openbaring 18:1: Hierna zag ik een andere engel uit de Hemel
neerdalen. Hij had groot gezag en luister verlichtte de aarde.
Marcus 12:25: Want wanneer de mensen uit de dood opstaan,
trouwen ze niet en worden ze niet uitgehuwelijkt, maar zijn ze als engelen in
de Hemel.
Lucas 22:43: Uit de Hemel verscheen hem een engel om hem
kracht te geven.
Hebreeën 1:14: Zijn zij niet allen dienende geesten,
uitgezonden om hen bij te staan die deel zullen krijgen aan de redding?
Lucas 15:10: Zo zeg Ik u, heerst er ook vreugde onder
de engelen van God over één zondaar die tot inkeer komt.
Opnieuw mocht ik door de
poort van de Hemel binnenkomen, en ik herinner me dat ik overweldigd was door
het gevoel van vrede en vreugde die er heerst. O, het heerlijke gezang en de
lofprijzingen! Heiligen, ik denk niet dat iemand het heel goed zou kunnen
beschrijven omdat de aarde nog nooit zon vrede heeft ervaren. Sinds Eden heeft
de aarde nooit meer vrede, vreugde en rust ervaren, die in de Hemel aanwezig
zijn.
In de Hemel is er geen fysieke
of mentale ziekte. In de Hemel zijn er geen rolstoelen. In de Hemel zijn er
geen handicaps. Alles is perfect en mooi. Er is geen corruptie. Er zijn geen
leugens. Er is geen zonde, want
God zal niet toelaten dat één zonde de poorten van de Hemel binnenkomt.
De grote spectaculaire bijeenkomst
De begeleidende engel en
ik reisden heel snel. We passeerden veel fruitbomen die naast de Rivier van
Leven groeiden. Elk ervan was beladen met prachtig fruit. Terwijl we verder
gingen, leek het alsof we deel uitmaakten van de muziek. In de Hemel hoorde ik
altijd muziek en het was altijd iets nieuws. Ik hoorde voortdurend muzikale
lofprijzingen ter ere van God. De engel zei mij: "We gaan vóór de troon om
de aanbidding van God te zien." Onderweg kwamen honderden mensen uit de
hele Hemel. Ze kwamen om de Koning der Koningen en de Heer der Heren te
aanbidden.
Aanbidding in de Hemel
Terwijl we verder gingen, werden
de honderden duizenden en de duizenden in een ontelbare menigte. Ze kwamen uit
verschillende delen van de Hemel. Blijkbaar gingen we naar het grote
arena-achtig gebied dat Johannes beschreef:
Openbaring 4:2-5; 10-11: Op hetzelfde moment raakte ik in
vervoering. Er stond een troon in de Hemel en daarop zat Iemand. Degene die
daar zat had een uiterlijk als van jaspis en sarder, en rond de troon was een
regenboog die eruitzag als smaragd. Om de troon heen stonden vierentwintig
andere tronen, waarop vierentwintig oudsten zaten. Ze droegen witte gewaden en
hadden een gouden krans op hun hoofd. Van de troon gingen bliksemschichten uit
en donderslagen en groot geraas. Voor de troon brandden zeven vurige fakkels;
dat zijn de zeven geesten van God. De vierentwintig oudsten wierpen zich neer
voor Hem die op de troon zat, en aanbaden Hem die leeft tot in eeuwigheid, en
legden hun kransen voor Zijn troon met de woorden: U komt alle lof, eer en
macht toe, Heer, onze God, want U hebt alles geschapen: Uw wil is de oorsprong
van alles wat er is.
En de wolken! De mooiste
wolken gingen rond de troon in en uit. Elke wolk was vermengd met glorie en
prachtige kleuren. Boven dit alles bevond zich een oogverblindende regenboog.
Het is onmogelijk om je de intensiteit van de kracht van God voor te stellen. In
mijn hart wist ik dat het beeld van de man die ik in de wolken zag, de
vertegenwoordiging van God was. Duizenden jaren geleden wilde God een mens naar
Zijn beeld maken en dat deed Hij.
Genesis 1:27: God schiep de mens als Zijn evenbeeld, als
evenbeeld van God schiep Hij hem, mannelijk en vrouwelijk schiep Hij de mensen.
God nam letterlijk stof
van de grond en maakte een mens. Denk na over de kracht van God die moet aanwezig
zijn geweest:
Genesis 2:7: Toen
maakte God, de Heer, de mens. Hij vormde hem uit stof, uit aarde, en blies hem
levensadem in de neus. Zo werd de mens een levend wezen.
Omdat Adam alleen was
Genesis 2:20: De mens gaf namen aan al het vee, aan alle
vogels en alle wilde dieren, maar hij vond geen helper die bij hem paste.
bracht God hem in een
diepe slaap. God opende Adams zijde, verwijderde een van Adams ribben en vormde eruit
een vrouw. God vormde Eva, Adams levenslange metgezel en partner, die ook naar
Gods beeld was gemaakt (Genesis 1:22). Wat een glorie werd de mens gegeven om
naar Gods beeld te worden gemaakt!
Voorbereiding op de Koning
De getuigenissen van Hemelse
aanbidding tonen de schoonheid en de heiligheid van God. Toen we op de vergaderplaats
waren aangekomen, kon ik overal mensen en engelen zien. Ik was onder de indruk
dat alles in orde was gebeurd. Overal prezen mensen en engelen God.
De Rivier van Leven stroomde
uit de troon van God. Het was als een glazen zee, als een kristallen zee, maar
het stroomde. Toen, heiligen, zag ik opnieuw paarden. De grote, witte,
prachtige paarden zagen eruit alsof ze waren gemaakt van marmer. Ze waren mooi
en hadden geen enkel minpunt. Ze waren elegant, net als schaakstukken, maar
dan fysiek echt. De witte dekens op de rug van de paarden waren netjes afgezet
met gouden randen. Er waren gouden teugels bevestigd. Ze hadden ornamenten op
hun poten en zelfs aan hun staart. Deze paarden stonden klaar vóór de troon.
Het viel me op dat de
twaalf engelen die vóór de troon stonden, trompetten en hoorns hadden. Hun stralende
gewaden waren met goud afgezet en ingebed met grote robijnen en allerlei immense
edelstenen.
Plots zag ik veel
muziekinstrumenten. Het waren de meest spectaculaire instrumenten die je je
maar kunt voorstellen. O, de schoonheid van de Hemel! Er waren veel harpen. Ik
keek om te zien wie er bij deze muziekinstrumenten stond. Ik dacht: "O,
glorie aan God! Hallelujah!"
Oproep
tot aanbidding
Toen, heiligen, liet de
Heilige Geest me heel duidelijk iets zien. De vrouw die temidden de groep
paarden was, stond stil. Toen pakten de engelen voor de troon, elk in volgorde,
de trompet of hoorn die hij bij had en begon te blazen. Toen ze op hun hoorns
bliezen o, wat gingen de klanken van vreugde en lofprijzing omhoog! Iemand in
de Hemel verkondigde luid:
Het is nu tijd om de
Koning der Koningen en de Heer der Heren te aanbidden voor Zijn glorieuze daden
en Zijn glorieuze kracht
aan de mensen van de aarde. Het is tijd om Hem te prijzen, Hem te aanbidden in lied
en dans, Hem te aanbidden met muziek en om Hem te aanbidden voor Zijn goedheid.
Hij is God. Hij is Koning der Koningen en Heer der Heren. Hij is de Verlosser
van de mensheid.
Toen ze deze dingen
aankondigden, heiligen, weerklonken de trompetten! Toen stopte de engel die de
boekrol las, en er werd een signaal gegeven. Onmiddellijk bogen al die prachtige
paarden hun knieën. Hun hoofden bogen, allemaal achter elkaar in lofprijzing
voor de naam van de Heer:
Filippenzen 2:9-11: Daarom heeft God Hem hoog verheven en Hem
de naam geschonken die elke naam te boven gaat, opdat in de naam van Jezus elke
knie zich zal buigen, in de Hemel, op de aarde en onder de aarde, en elke tong
zal belijden: Jezus Christus is Heer, tot eer van God, de Vader.
Openbaring 5:13: Elk schepsel in de Hemel, op aarde, onder
de aarde en in de zee, alles en iedereen hoorde ik zeggen: Aan Hem die op de
troon zit en aan het Lam komen de dank, de eer, de lof en de macht toe, tot in
eeuwigheid.
De paarden begonnen toen
rond te draaien en te steigeren voor de Heer. Ze deden hun kunsten om God te
verheerlijken en prijzen. O, als je het maar eens kon zien! Hun aanbidding was
God aangenaam.
Motivatie om lof te prijzen
Heiligen, ik denk niet dat
we beseffen hoeveel God van onze lofprijzing houdt. Als we beproevingen doormaken, hartzeer
en verdriet hebben, wil God dat we Hem loven. We moeten Hem prijzen, niet
vanwege het verdriet of de beproevingen, maar omdat we ondanks alles van Hem
houden.
Wanneer we Hem aanbidden, doen we dat omwille van Hem, niet voor onszelf. Als
we Hem prijzen voor de machtige dingen dat Hij voor ons heeft gedaan, verleggen
we onze aandacht van onszelf naar God. In het proces van aanbidding komen we tot
het besef dat Hij de Ene is die de problemen die we ervaren kan oplossen, en we
kunnen op Hem vertrouwen dat Hij ons te hulp komt. Daarom hebben we er echt
baat bij als we de Heer van harte prijzen en aanbidden.
Lofbetuigingen
Op dat moment begonnen
alle Hemelse muzikanten te spelen en kwam er een andere groep aanbidders
binnen. Duizenden stemmen zongen eer en
lof voor Jezus. Het geluid van glorierijk geroep weerklonk. Er klonk overal gerinkel
in de Hemel. Het leek urenlang dat God werd geprezen! Wat was het mooi dit te
horen en temidden van de lofgezangen voor God te zijn! In het midden van de
weerklinkende gezangen, de prachtige geluiden, leek de aarde zo ver weg.
Verdriet en moeilijkheden leken zo ver weg. De verschikkingen van de hel leken
zo ver weg.
Mijn taak van God
Maar ik wist dat ik iets
voor God te doen had. De engel van God raakte me aan, en er kwam kracht in mij.
Hij zei: "Kind, God heeft je toegestaan deze dingen te zien, zodat je ze
kunt vertellen en ze verslag over geven.
Je krijgt openbaringen, visioenen en dromen om de mensen op aarde te laten
weten wat God heeft voorbereid voor degenen die Hem liefhebben en Zijn geboden
onderhouden (1 Korintiërs 2:9; Deuteronomium 7:9).
Toen, heiligen, hoorde ik
Gods stem! Alleen al het geluid van Zijn stem vervulde me met extase. Het klonk
als donder, maar ik kon begrijpen wat Hij zei. Ik legde mij op mijn gezicht en prees
en aanbad de Koning der Koningen en Heer der Heren.
Hemelse
Bijbelverzen
Toen ik naar de aarde terugkeerde
en begon na te denken over de vele prachtige dingen die God me had laten zien,
keek ik in de Bijbel, Gods Woord. Het leek dat overal waar ik de Bijbel
opensloeg Ik iets over de Hemel en Gods majesteit las. Ik wil een paar van die Bijbelverzen
met jullie delen:
Nehemia 9:6: U alleen bent de Heer, U hebt de Hemel
gemaakt, de hoogste hemel en alle hemellichamen, de aarde en de zeeën met alles
wat daar leeft. U geeft aan alles het leven, voor U buigen de hemelse machten.
Job 22:12,14: Zou God niet in de hoge hemel wonen? Kijk
toch naar de sterren aan de hemeltrans! Hij wordt omhuld door wolken en ziet
niets wanneer hij langs de grenzen van de Hemel wandelt.
Psalm 102:19: Laat dit voor het nageslacht worden
opgeschreven, dan zal een herboren volk de Heer loven.
Psalm 103:19: De Heer zijn troon staat vast in de
Hemel, als Koning heerst Hij over alles.
Psalm 148:13: Laten zij loven de naam van de Heer, alleen
Zijn naam is hoogverheven, Zijn luister gaat aarde en Hemel te boven.
Hebreeën 12:22: Maar jullie zijn gekomen bij de berg Sion,
bij de stad van de levende God, het Hemelse Jeruzalem. En bij ontelbare
engelen,
Heilige wezens in de Hemel
Dit is een waar verslag
van een ervaring die mij is overkomen. Opnieuw kwam de engel van de Heer tot
mij en zei: "Zie, de glorie van je God."
Ik werd onmiddellijk opgenomen in de Hemelgebieden en door één van de Hemelpoorten.
Elke poort was gemaakt van een enorme, prachtige parel, met tekeningen erin. De
schoonheid van de Hemel is adembenemend! We passeerden de Rivier van Leven en
ik hoorde mensen roepen aan de oevers van de rivier die God loofden. Ik werd
tot vóór Gods troon gebracht zoals het opgetekend is in het Boek Openbaring
hoofdstuk 4. O wat een vreugdekreten en wat een aanbidding!
Heiligen, ik zag Gods
troon precies zoals in de Bijbel staat. De troon heeft een regenboog eromheen. Ze
wordt overschaduwd door
de wolk van glorie en de schittering van Gods kracht. Ik hoorde stemmen, zag
bliksem en hoorde donder. Ik zag de goddelijke manifestaties van Gods kracht!
Openbaring 4:5-6: Om de troon heen stonden vierentwintig
andere tronen, waarop vierentwintig oudsten zaten. Ze droegen witte kleren en
hadden een gouden krans op hun hoofd. Van de troon gingen bliksemschichten uit
en donderslagen en groot geraas. Voor de troon brandden zeven vurige fakkels;
dat zijn de zeven geesten van God.
Terwijl ik keek, hoorde ik
de veelvoudige stemmen van vele engelen rond de troon. Het aantal engelen was
er ontelbaar. Toen zag ik de Hemelse wezens en de oudsten. Er waren vier van de
Hemelse wezens en vierentwintig oudsten. Dit tafereel werd ook beschreven door
Johannes in het Boek Openbaring:
Openbaring 5:11: Daarna hoorde ik het geluid van een groot
aantal engelen rondom de troon, de wezens en de oudsten; het waren er oneindig
veel, tienduizend maal tienduizenden, duizend maal duizenden.
Openbaring 7:11: Alle engelen stonden om de troon en de
oudsten en de vier wezens heen. Ze bogen zich diep neer voor de troon en
aanbaden God.
De levende wezens
Tijdens deze specifieke
reis naar Gods troon zag ik vier levende wezens die vóór de troon waren. Deze
wezens die ik rond de troon zag, waren degenen waarover in het Bijbel wordt
gesproken.
Alle hadden grote ogen, sommige vooraan en andere achteraan. Ze konden vooraan
zien en achter hen. Ze waren erg groot en met niet dat ik ooit op aarde heb
gezien te vergelijken.
Elk van hen had zes vleugels. Eentje had het gezicht van een leeuw. De tweede
had een gezicht als een kalf. Het derde levende wezen had een gezicht als een mens.
Stel je een heel groot wezen voor met zes vleugels. Het heeft het gezicht van
een mens. Het vierde levende wezen was als een arend. Al deze fascinerende
wezens riepen constant: "Heilig, heilig, heilig, Heer God Almachtig."
Omdat ik nog nooit een wezen had gezien dat qua uiterlijk op hen leek, zagen ze
er erg vreemd uit. Ik wist echter dat God deze heilige wezens in de Hemel had
geschapen. Ik prijs God voor Zijn machtige daden en de Zijn almacht. God is een
ontzagwekkende God! Terwijl ik naar deze wezens keek, prezen ze God en aanbaden
de Almachtige God.
Ik wil dat je begrijpt
dat, nadat ik de hemelse wezens van God in mijn visioen had gezien, ik in de
Bijbel keek en Johannes verbazingwekkende beschrijving ontdekte van wat ik had
gezien. Het is opgenomen in het boek Openbaring. Hier is hoe Johannes het
beschreef:
Openbaring 4:6-8: Ook lag er voor de troon iets als een zee
van glas, van kristal. Midden voor de troon en eromheen waren vier wezens, die
van voren en van achteren een en al oog waren. Het eerste wezen zal eruit als
een leeuw en het tweede als een jonge stier; het derde had een gezicht als een
mens en het vierde leek een vliegende adelaar. Elk van de vier wezens had zes
vleugels, met overal ogen langs de randen en aan de binnenkant. Dag en nacht
herhalen ze: Heilig, heilig, heilig is
God, de Almachtige, die was, die is en die komt.
Noot: Ook Ezechiël
(Ez 10:9-17) en Jesaja (Jes 6:2) zagen al de bijzondere wezens bij de troon van
God, die telkens weer verklaarden dat God heilig is. Ezechiël noemt ze cherubs,
en elke cherub heeft vier gezichten: van een cherub, van een mens, van een
leeuw en van een adelaar. Jesaja noemt de wezens serafs: ze hebben zes vleugels.
|