Beste vrienden, een lezer vroeg gisteren of ik een droom van een paar jaar geleden opnieuw kon plaatsen waarin ik een aantal demonen verwachtte te worden losgelaten. Ik vroeg het aan mijn spirituele leidsman en hij gaf me toestemming om dromen te posten waarvan ik denk dat ze spirituele betekenis hebben, dus dat zal ik doen in de volgende paar blogposts.

Wat betreft de droom in kwestie, was de droom opgenomen met andere dromen waar demonen probeerden aan te vallen - en faalden. Voordat je ze leest, zeg ik je dat er niets te vrezen valt! Ik heb nooit angst gevoeld in de dromen, in feite leek ik met de minste weerstand met mijn zwakste pogingen in staat ze er meteen op de vlucht te jagen. Daar zit een sterke boodschap in. Blijf in staat van genade, bid en lees de H. Schrift, en bid vooral de Vlam van Liefdesgebeden en Goddelijke Wil-gebeden. De Liefdevlamgebeden verblinden satan, vertelde de H. Maagd Maria aan Elizabeth Kindelmann (heeft een Imprimatur). Natuurlijk geeft bidden in de Goddelijke Wil niet alleen Goddelijke Kracht aan onze gebeden, maar het houdt ons ook tegen om te bidden in onze eigen wil. Laten we de H. Geest smeken om ons gebed naar een veel hoger niveau te brengen dan we ooit alleen zouden kunnen.

Neem ter harte wat de H. Jakobus ons hierboven vertelt. Zelfs als je een beginner bent in dit alles, onderwerp je aan God, weersta de vijand en hij zal van je vluchten. Ik post deze dromen als aanmoediging om door te zetten.

Droom: een groep van ons werd gekweld door demonen. Ik begon het gebed en iedereen volgde: "Jezus is Heer voor altijd." Iemand probeerde een van de demonen op mij te werpen, maar ik begon een prachtige lofprijzing voor Jezus te zingen. De demonen konden zich niet aan mij binden. Dezelfde dag mailde een vriend mij en zei: "Psalm 91 is voor jou."

Psalm 91:

Wie in de beschutting van de Allerhoogste woont en overnacht in de schaduw van de Ontzagwekkende, zegt tegen de Heer: ‘Mijn toevlucht, mijn vesting, mijn God, op U vertrouw ik.’

Hij bevrijdt je uit het net van de vogelvanger en redt je van de dodelijke pest, Hij zal je beschermen met Zijn vleugels, onder Zijn wieken vind je een toevlucht, Zijn trouw is een veilig schild.

De verschrikking van de nacht hoef je niet te vrezen, ook de pijl niet die overdag op je afvliegt, noch de pest die rondwaart in het donker, noch de plaag die toeslaat midden op de dag.

Al vallen er duizend aan je linkerzijde en tienduizend aan je rechterhand, jou zal niets overkomen. Open je ogen en zie hoe wie kwaad doen worden gestraft.

U bent mijn toevlucht, Heer. Als je mag wonen bij de Allerhoogste, zal het kwaad je niet bereiken, geen plaag je tent ooit treffen.

Hij vertrouwt je toe aan Zijn Engelen, die over je waken waar je ook gaat. Hun handen zullen je dragen, je voet zal je niet stoten aan een steen. Leeuw en adder zal je vertrappen, roofdier en slang vermorzelen.

‘Ik zal bevrijden wie Mij liefheeft en beschermen wie met Mijn Naam vertrouwd is. Roep je Mij aan, Ik geef antwoord, in de nood zal Ik bij je zijn, je bevrijden en met roem overladen, je overvloed geven van dagen. Ik zal je redding zijn.’

Ik had deze droom in januari 2017 vlak voordat ik wakker werd:
Christenen werden opgepakt. Iemand kwam en zei dat ik in de rij moest gaan staan. Ons werd verteld om in één rij te lopen met onze hand op de schouder van degene die voor ons stond. Ik kende geen van de anderen in de rij, maar op de een of andere manier wist ik dat de jonge vrouw voor de jonge man die voor mij stond, niet katholiek was. Ze leek erg opgewonden en vertelde de jongeman over een grote verandering die zou komen. Hij zei: "Bedoel je dat ik ga veranderen?" Ze antwoordde: “Iedereen gaat veranderen.” Ik dacht, dat klinkt als de Verlichting van het Geweten (de Waarschuwing). Ze leek te denken dat het heel snel zou gebeuren. We kwamen op de plek waar ze ons wilden hebben en gingen uit de rangen. Ze vertelde dat ieder die anderen wilde leren erover, met haar mee kon gaan. Ik was enthousiast over het vooruitzicht en volgde haar met grote verwachting dat dit langverwachte evenement op handen zou zijn.

Ik deel deze droom met het voorbehoud dat dromen onderhevig zijn aan interpretatie en dat tijdslijnen niet letterlijk moeten worden genomen. Is het verzamelen van Christenen een teken? Mogelijk, maar laten we niet verstrikt raken in tekenen, behalve het teken van Jesaja 7:14.

Jesaja 7

In de tijd, dat Achaz, de zoon van Jotam, zoon van Ozias, over Juda regeerde, trok Resin, de koning van Aram, met Pekach, de zoon van Remaljahoe en koning van Israël, tegen Jeruzalem op, om het te belegeren. Ze hebben het niet kunnen overwinnen. Toen men het huis van David berichtte, dat Aram zich met Efraïm had verbonden, beefde zijn hart en dat van zijn volk, zoals de bomen in het woud door stormvlagen trillen. Maar Jahweh sprak tot Jesaja: Ga met uw zoon "Een-rest-bekeert-zich" naar de monding van het kanaal in de Bovenvijver, op de weg naar het Blekersveld, om Achaz daar te ontmoeten. U moet hem zeggen: Blijf kalm en wees niet bang, en laat uw hart niet ontsteld worden Voor die twee stompen rokend brandhout, Voor de woede van Resin van Aram en de zoon van Remaljahoe: Omdat Aram kwaad tegen u smeedt met Efraïm en de zoon van Remaljahoe, en zegt: Laat ons naar Juda trekken, het benauwen, overmeesteren, en het de zoon van Tabeël tot koning geven! Want dit zegt Jahweh, de Heer: Het zal niet gebeuren, het zal niet bestaan! Want het hoofd van Aram is Damascus, het hoofd van Damascus is Resin, het hoofd van Efraïm is Samaria, het hoofd van Samaria de zoon van Remaljahoe: over vijf en zestig jaar is Efraïm verwoest en ontvolkt: Vertrouwt u het niet, dan houdt u het niet! En Jesaja vervolgde tot Achaz: Vraag een teken van Jahweh, uw God: diep in het dodenrijk, of hoog aan de hemel. Maar Achaz zei: Ik zal er geen vragen, en Jahweh niet tarten. Toen sprak hij: Luister dan, huis van David! Is het u niet genoeg, mensen ongeduldig te maken, dat u ook het geduld van mijn God op de proef stelt? Daarom geeft de Heer zelf u een teken: Zie, de maagd zal ontvangen, en een zoon baren; zij zal hem noemen: "God-met-ons" (Immanuel). Stremsel van melk en wilde honing zal hij eten, totdat hij het kwade weet te verwerpen, en het goede te kiezen. Maar voordat de knaap het kwade weet te verwerpen en het goede te kiezen, zal het land ontvolkt zijn, waarvan u de twee koningen vreest. Jahweh zal dagen doen komen over u en uw volk en over het huis van uw vader, zoals er nog nooit zijn geweest, sinds Efraïm afviel van Juda: "De koning van Assyrië!" Op die dag fluit Jahweh de muskieten van de verre stromen van Egypte bijeen, met de wespen uit het land van Assyrië. Ze komen en strijken in drommen neer in de kloven van de dalen, in de spleten van de rotsen, op alle struiken en dreven. Op die dag scheert de Heer met een scheermes, dat Hij huurt aan de overkant van de Eufraat de koning van Assyrië, de hoofd- en schaamharen af en de baard neemt Hij weg. Op die dag zal een ieder een koetje en een paar geiten houden, en van de melk, die overschiet, het stremsel gebruiken. Ja, men zal stremsel van melk en wilde honing moeten eten, iedereen, die overblijft in het land. Op die dag zal iedere plek, waar duizend wijnstokken stonden, en die duizend sikkels kostte, bedekt zijn met doornen en distels. Enkel met pijl en boog trekt men daar rond. Ja het hele land zal bedekt zijn met doornen en distels, en alle bergen, die met de spade werden bewerkt. Men zal er niet heengaan uit vrees voor de doornen en distels; ze zullen enkel nog dienen om er het vee in te jagen, en door de schapen te worden vertrapt.

Ik heb geleerd dromen te interpreteren als oproepen tot gebed, dus wil ik iedereen aanmoedigen om onze gebeden voor de zielen op te voeren, vooral voor degenen die plotseling zullen sterven, maar ook voor degenen die misschien ver van God verwijderd zijn en die een zeer pijnlijke ervaring zullen hebben in de Verlichting van hun Geweten, hun ziel, hetzij in een wereldwijde gebeurtenis, hetzij op het moment van hun dood. De vijand slaapt nooit en wil alle zielen die in de oneindige genade van God geloven, te ontmoedigen.

Een paar dagen nadat ik die droom had gehad, opnieuw vlak voor het ontwaken, had ik weer een heel korte droom. Sommige demonen zaten in de gevangenis en wachtten op hun aanstaande vrijlating. Ik voel dat dit een oproep is om niet zelfgenoegzaam te worden in onze gebeden, maar om onze gebeden en offers te vergroten, waar mogelijk, waarbij we elk moment aanbieden in de Goddelijke Wil, zodat elk moment een gebed wordt. Toen ik wakker werd, bad ik de Liefdevlamgebeden in de Goddelijke Wil en voelde ik de kracht van die gebeden. Ik bid dit gebed vaak overdag of als ik 's nachts wakker ben:' Heilige Maria, Moeder van God, verspreid het effect van genade van Uw Liefdevlam over de hele mensheid, nu en in het uur van onze dood . Amen." (Soms, als het gepast lijkt, voeg ik een naam toe: "... over ___ en over de hele mensheid ...")