Jezus: Dank, duizendmaal dank, Mijn
vrienden, Mijn getrouwen, voor de balsem, welke jullie brandende liefde op Mijn
wonden liet druppelen. Ik, jullie God en Koning, jullie Vader en Vriend, Ik, de
Zoon van de Onbevlekte Maagd, Ik spreek tot jullie, Ik buig Mij tot jullie. Zie
Mijn Hart in dit tabernakel: als een zon van liefde rijst het in vuur en vlam.
Ik kom tot jullie, beladen met de overvloed van Mijn gaven om jullie te
verrijken, Mijzelf te verarmen, als het mogelijk was, door jullie al Mijn
schatten weg te schenken. Ik kom tot jullie als een wolk, die vol is van
genaden, waarvan Ik de vloed zou willen uitstorten over jullie, je gezinnen, en
zo, de komende tijden te maken tot barmhartigheid voor allen. Maar het bevel
daartoe verwacht Ik uit jullie mond. Open zelf de schatkamer van Mijn Harten:
spreek vrij en zonder vrees! Welke gave uit al Mijn schatten verlang je dan van
Mijn Barmhartigheid?
Voor ons, Uw Hart!
Voor U, Uw Glorie!
Dat zeg je nu, hier aan de voet van Mijn altaar, maar
binnenkort zit je ver in t gewoel van de strijd. Wat zal je dan vragen als
zegel van jouw kracht en overwinning?
Voor ons, Uw Hart!
Voor U, Uw Glorie!
En als de wereld jullie vervolgen en jullie aan bespotting
prijs geeft om Mijnentwil. Als ze jullie voor de keuze stellen tussen Mij en de
wereld, hoe zal die keuze luide ?
Voor ons, Uw Hart!
Voor U, Uw Glorie!
Maar als de strijd niet wil luwen en pijn en kruis jullie
dreigen te verpletteren, hoe zal de kreet van jullie ziel weerklinken?
Voor ons, Uw Hart!
Voor U, Uw Glorie!
Wel heerlijk zijn de wensen van jullie harten. Maar spreek
je alleen voor jezelf of ook voor je gezin en je dierbaren? Wat vraag je aan
Mij in hun naam?
Voor ons, Uw Hart!
Voor U, Uw Glorie!
Misschien is er iemand bij jullie thuis, die Mij niet
liefheeft. Arme verdwaalden! Spreek je voor hen ten beste. Wat vraag je Mij in
hun plaats
Voor ons, Uw Hart!
Voor U, Uw Glorie!
Zielen: je
zult ze redden door jullie vertrouwend geloof, door dit grote smeekgebed van
het Heilig Uur. Maar jij, wat vraag jij aan Mij als gloriekroon, als het uur zal
slaan van de eeuwige vergelding?
Voor ons, Uw Hart!
Voor U, Uw Glorie!
Terwijl de prinsen van het hemelse hof zonder ophouden hun
Koning Jezus hemelse hulde aanbieden, heeft Hij slechts oog voor onze arme
wereld. Hij denkt aan ons, Hij buigt Zich naar ons, Hij komt ons tegemoet met
de gaven van Zijn Paradijs: drie kostbare, onmetelijke schatten, die Zijn
Liefde Hem deed opdiepen uit de rijkdom van Zijn Hart.
1 Gave van Verlichting
De blinde roept : Heer maak dat ik kan zien! Maar een
andere blinde zwijgt, degene die tienmaal erger blind is: Nicodemus! Wat een
hartverwarmende blik van Jezus bij hun eerste ontmoeting! Stel u voor de
verwarring in deze blinde gewekt door het woord en het bijzijn van Jezus. Hoe
schittert in ieder van Jezus woorden de onweerstaanbare aantrekkelijkheid van
Zijn ogen en Zijn Hart. Als een zon nadert Jezus tot de duisternis in de
zielen. Want ondanks haar goede wil heeft een geweldige schok, een geheime
strijd die ziel geroerd. Vooral het menselijk opzicht moest veranderen. Er
wordt een ontmoeting geregeld s nachts. Beiden alleen : Jezus en Nicodemus.
Bij Zijn heengaan heeft de Jezus beloofd: Ik kom bij u aan huis. Ik heb u lief!
Een tweede onderhoud stelt duisternis en licht terug tegenover elkaar, licht
als een stralende zon terwijl de woorden uit Jezus mond vloeien. Het licht
begint door de wolken te schijnen. Het ijs van de Joodse ziel ontdooit. De zon
zegeviert, Nicodemus is overwonnen. Naarmate die leraar van Israël zichzelf
vergeet, zich losrukt aan vooroordelen en hartstochten, aan zichzelf, stroomt
het grote licht over hem heen... Zo zal het ons ook vergaan! Ook wij zijn zonen
en dochters van het licht volgens de mate van slachtoffering: dat is: door
Jezus kruis en ook ons eigen kruis!
De geschiedenis van Saulus op de weg naar Damascus, waar de
goedheid van de Verlosser ons tegen de grond smakt en ons omlaag haalt van het
voetstuk van onze ijdelheid. Dan, in onze vernedering neergeworpen, horen wij
in het diepste van onze ziel een woord, dat een verblindend licht doet opgaan:
Ik ben Jezus van Nazareth! Als er zielen zijn met angst en twijfel, ga dan
dichterbij naar Jezus. Geef gehoor aan Zijn liefdevolle uitnodiging. Als je
voor de liefde vlucht en je de Damascus-weg opgaat, zal de Liefde je neerwerpen,
je treffen opdat je mag zien. Gelukkig is het hart, dat Jezus laat bloeden, de
ziel, die Hij laat wenen om Zich aan Hem te openbaren in de volle luister van
Zijn pure Hart! We dragen geen oogkleppen meer: wij staan voor Jezus, Zie,
zegt Hij: Ik ben het Licht. Volg Mij en jullie zullen niet meer dolen in de
duisternis!
Heer, maak dat ik zie!
Jezus, God van Licht, maak dat Ik zie!
In al mijn kruisen, dat ik U zie, o Jezus!
2 Gave van Barmhartigheid
Laat ons de gelijkenis van de barmhartige Samaritaan
toepassen op de handelswijze van Jezus Hart tegenover de zielen. Langs de weg
ligt daar iemand, als een verfrommeld papiertje: gewond. Velen gaan voorbij en
denken: Zijn wij dan verantwoordelijk voor de miserie die deze mens getroffen
heeft? Ieder gaat zijn weg. Zo spreekt de wreedheid van de wereld recht...
Eindelijk, daar nadert een lichtende gestalte. Hij staat
stil bij de gewonde. Zachtheid en innemendheid omhullen Hem. Er ligt medelijden
in Zijn ogen en ongemeten goedheid in Zijn trekken. Zou het alleen een mens
zijn, die zijn tranen niet meer meester is... of tegelijk een God vol eindeloze
tederheid ?
O ja, het is Jezus zelf ! De Godmens van alle smart en
barmhartigheid. God van majesteit onder Zijn Engelen, God van medelijden op de
wegen van de mensen, Zijn broers. Hij gaat naar de gewonde, knielt bij hem neer
en zie : Hij geeft hem te drinken met Zijn tranen en omhult hem in Zijn eigen
opperkleed. Hij is onuitsprekelijk goed. Voorzichtig en liefdevol tilt Hij de
gewonde in Zijn armen, en nu draagt Hij weg als een schat. Hij drukt hem tegen
Zijn Hart, als moest de gloed van Zijn Hart nieuw leven storten in deze
stervende. Hij brengt hem in Zijn huis binnen. Zelfs daar vertrouwt Hij hem
niet toe aan de zorgzame handen van dienstbaren of Zijn Engelen. Hij legt hem
in de armen van Zijn Moeder Maria, en vraagt Haar voor die gewonde te doen wat
ze vroeger deed voor Jezus bij Zijn kribbe en Zijn Kruis. Toch wijkt Hij niet
van de zijde van de Koningin van Liefde. Dag noch nacht gunt Hij Zich rust in
Zijn zending van Verlosser! Hij helpt Maria mee de wonden te verbinden. Hij
giet er olie en wijn in van Zijn Bloed. Hij wast hem en reinigt hem in de
fontein van Zijn Hart. Als hij genezen is, dan tooit Hij hem met een vorstelijk
gewaad. En dan stelt Hij hem aan tot erfgenaam. Hij maakt hem tot trouwe
vriend, tot troetelkind.
Er is maar één Jezus, één enkele, maar Hij is ons
voldoende, Hij alleen!
Laat onze dankbare liefde dan een loflied zingen voor die
eindeloze barmhartigheid en dat grenzeloze medelijden van Jezus Heilig Hart.
De Zielen: O Jezus, onze Koning,
onze Verlosser en Vriend! Je bent tot ons gekomen, opdat wij het leven zouden
bezitten. Je kwam, o Jezus, tot de grote zieken, die zwaar gekwetst en uitgeschud
wegkwijnden langs de weg van de zonde, om ze in gezondheid en vreugde terug te
leiden tot Hem, die ze U toevertrouwde, Uw Vader.
O aanbiddelijke Meester, ook wij zijn dikwijls:
het afgedwaalde schaap
de verloren zoon
het gebroken riet
de smeulende wiek
de onvermogende schuldenaar
de dienstknecht, die de Zoon van de Koning doodde
de rots, die dor bleef voor het door Uw Bloed besproeide zaad
Vergiffenis, o God van Redding!
Vergiffenis, o God van Liefde!
Vergiffenis, o Vader van eindeloze barmhartigheid, voor de
zonden in ons leven. Zo dikwijls maken we misbruik van de onuitputtelijke
schatten van Uw blijvende goedheid. Vergiffenis Heer!
Om enige vergelding te geven, o Jezus, voor Uw medelijden
tegenover ons, willen wij U om hetzelfde mededogen vragen voor zovele anderen.
Het zijn onze broers en zussen, Jezus. Het zijn Uw kinderen, die liggen te
worstelen tussen de distels en doornen van de wereld en de zonde!
Verhoor ons, o Verlosser.
Heb medelijden met de kinderen, wiens onschuld en geloof
verloren gingen in een gezin van misdaad. Omwille van de Koningin van Liefde, o
Hart van onze Goddelijke Koning : wees voor hen in waarheid, Jezus.
Wees voor hen in waarheid, Jezus!
Heb medelijden met de jeugd, die zich al te vroeg heeft
afgekeerd van Uw Hart en verzwelgt in de stroom van genot en verderf, zonder
een enkele blik tot de hemel te richten.
Omwille van de Koningin van Liefde, o Hart van Jezus : wees
voor hen in waarheid, Jezus.
Wees voor hen in waarheid, Jezus!
Heb medelijden met zovele ongelukkige huisgezinnen, die
kwijnen en strijden, zonder het licht van het geloof of de steun van Uw Liefde.
Omwille van de Koningin van de Liefde, o Hart van Jezus :
wees voor hen in waarheid, Jezus.
Wees voor hen in waarheid, Jezus!
Heb medelijden met de vele blinden, die noch thuis, noch op
school, de genade hebben genoten, U, o Jezus, te aanhoren, U te leren kennen.
Medelijden vooral voor zovelen die zichzelf geblinddoekt hebben, die U van
verre slechts hebben gezien en nooit ondervonden hoe goed U zijt.
Omwille van de Koningin van de Liefde, o Hart van Jezus :
wees voor hen in waarheid, Jezus.
Wees voor hen in waarheid, Jezus!
Heb medelijden met de zondaars, die op dit uur liggen te
zieltogen, vooral met hen wiens val voortkwam uit zwakheid, broosheid of
verleiding. Medelijden met hen, die vrijgevig waren voor armen en misdeelden.
Omwille van de Koningin van de Liefde, o Hart van Jezus :
wees voor hen in waarheid, Jezus.
Wees voor hen in waarheid, Jezus!
3 Gave van zijn Hart
Als de gaven van licht en barmhartigheid van Jezus
vrijgevigheid nog niet zouden volstaan, zo vat Hij ze nu allemaal samen in de
gave van Zijn Hart. Laat ons het Evangelie openslaan. Het stelt ons voor:
Johannes bij het Laatste Avondmaal.
Zojuist heeft Jezus de H. Eucharistie ingesteld. Een waas
van bezorgdheid, van doodstrijd bijna, glijdt over Zijn trekken: Judas zit daar
met de hand op de borst, waar hij de zilverlingen vastknelt, de prijs voor zijn
Goddelijke Meester.
Men zou zeggen dat Johannes alles in de blik van zijn
Vriend heeft geraden, en om Hem de pijn wat te verzachten, schuift hij dichter
tegen Hem aan: met eenvoud en vertrouwen, laat de apostel zijn hoofd op Jezus
boezem rusten. En op dat uur laat ook Jezus Zijn Hart rusten bij dat van
Johannes, de beminde leerling: Hij schenkt hem Zijn Hart en door die
wederkerige wegschenking van zichzelf verbinden beiden zich met een keten,
sterker dan de dood. Johannes was rein en nauw begonnen Jezus lief te hebben.
Noch tijd, noch gelegenheid had zich voorgedaan om Zijn Meester te beminnen tot
het storten van zijn bloed! Men moet Jezus zelf zijn om op die wijze te
beminnen en zon gave weg te schenken uit pure edelmoedigheid.
Maar, wie is als Johannes altijd rein gebleven, edelmoedig
en volgzaam? Zijn dat niet enkelen? Ja, slechts enkelen! en toch, de bladzijden
van het Evangelie bevatten nog een ander tafereel, waardoor het vorige wordt
aangevuld.
Op de top van Calvarië, terzijde, maar heel dicht bij
Johannes en dichter nog bij de Onbevlekte Koningin, knielt Maria-Magdalena.
Johannes, de ongerepte onschuld, en Magdalena, de herstelde
onschuld, ontvangen beiden in het bijzijn van de Onbevlekte Maagd, de volle
gave van Jezus Hart !
Deze beide groepen onschuldigen, die het grote leger van
zielen omvatten, gaan langs het bloedig pad van Golgotha naar de Tabor van een
eeuwig geluk.
Laat dan volgens Jezus wens, onze vreugde en dankbaarheid
zich uiten in een gebed voor Zijn minnend Hart: O Jezus, U hebt ons gezegend,
zoals U zelfs de bloemen van de velden niet zegende op Uw doortocht, en wij
zijn de distels en doornen geworden van Uw kroon.
Word ons niet moe, Jezus!
Verleen ons altijd barmhartigheid!
O Jezus, U hebt ons gezegend, zoals U zelfs de korenvelden
en de tuinen van Galilea niet zegende en zij zijn al te dikwijls het schuldig
onkruid in Uw kerk geworden.
Word ons niet moe, Jezus!
Verleen ons altijd barmhartigheid!
O Jezus, U hebt ons gezegend, zoals U zelfs de vogels, de
kudden van Bethlehem en Nazareth niet zegende en wij hebben U gewond door ons
wantrouwen in Uw mateloze goedheid.
Word ons niet moe, Jezus!
Verleen ons altijd barmhartigheid!
Daarom willen wij als eerherstel van liefde in dit Heilig
Uur sluiten met de Profeet : Engelen daarboven, hemels Hof van de Heer, zegen
Zijn barmhartigheid tegenover ons. Hosanna de Schepper, schepsel en Hostie
geworden uit liefde.
Hosanna de Gevangene van Liefde!
Sterren, zon en maan spreidt uw lichtmantel uit over Zijn
tabernakel, heiliger dan dat van Jeruzalem. Tabernakel vol van majesteit van
het Woord, dat vlees werd en spijs van onze zielen. Zegen Zijn barmhartigheid
tegenover ons.
Hosanna de Schepper, schepsel en Hostie geworden uit
liefde.
Hosanna de gevangene van Liefde!
Licht van de dageraad, dauw van de morgen, wolken vol
vruchtbaarheid, loof de vruchtbaarheid van de genade van de Heer. Zegen Zijn
barmhartigheid tegenover ons.
Hosanna de Schepper, schepsel en Hostie geworden uit
liefde.
Hosanna de Gevangene van Liefde!
Oceaan in uw kalme rust, oceaan in uw storm, zing de
grootste luister van de Heer. Zegen Zijn barmhartigheid tegenover ons. Hosanna
de Schepper, schepsel en Hostie geworden uit liefde.
Hosanna de Gevangene van Liefde!
Vredige kudden, ontketend noodweer, bloemen en bergstroom,
zing de glorie van de Heer. Zegen Zijn barmhartigheid tegenover ons.
Hosanna de Schepper, schepsel en Hostie geworden uit
liefde.
Hosanna de Gevangene van Liefde!
Sneeuw en oogst, bossen en vuurbergen, heuvelen, valleien
zing de macht van de Heer. Zegen Zijn barmhartigheid tegenover ons.
Hosanna de Schepper, schepsel en Hostie geworden uit
liefde.
Hosanna de Gevangene van Liefde!
O Schepping, snel ons ter hulp, vul onze onmacht aan in t
prijzen en zegenen. Kom overstem met uw zangen van de natuur de beledigingen
van de mensen; geef eerherstel voor het onverschillig en koele zwijgen van de
ondankbaren en schuldige mensen. Zegen, o zegen de barmhartigheid van de Heer
tegenover ons.
Hosanna de Schepper, Kind, Offer en Hostie geworden uit
liefde!
Hosanna de Gevangene van Liefde!
1 x Onze Vader en 1 x Wees gegroet voor de stervenden en
zondaren
1 x Onze Vader en 1 x Wees gegroet voor de triomf van het
Heilig Hart, door de veelvuldige en dagelijkse H. Communie, het Heilig Uur en
de intrede van het H. Hart in de huisgezinnen
1 x Onze Vader en 1 x Wees gegroet voor de vermeerdering
van de aanbidding van allen, die tegenwoordig zijn.
|