VIERDE DAG VAN NOVEEN
Thema: Bidden tot je beschermengel

De H. Schrift zegt:
"Want Hij heeft zijn engelen over u gegeven; om u in al uw wegen te bewaren" (Psalm 90:11).

overgenomen uit "The Angels" door Dom Anscar Vonier, O.S.B.

Het zou een vergissing zijn te denken dat de hoede van de Engelen alleen aan de mens wordt gegeven als hij erom bidt; het wordt gegeven als een definitieve, onveranderlijke verordening van Gods voorzienigheid. Dit spiritueel voogdijschap is vooral bedoeld om de mensen en het hele menselijk ras perfect te behouden in hun natuur. We kunnen gerust zeggen dat het menselijke ras reeds lang zou zijn bezweken aan vijanden, schadelijke invloed, en het gebrek aan correctie en verdediging van de Engelen.

Het gebed tot de Engelen is een devotie die zeer vruchtbaar is, want het ligt in onze macht om deze geweldige voogdij te gebruiken, naargelang de goede wil van elke mens. Net zoals het gebed tot God, het de goddelijke Majesteit steeds aangenamer is, hoewel niet kan worden gezegd dat God niet aan de mens zou denken als hij niet zou bidden. Er is een voorzienigheid van God, die absoluut is en niet afhankelijk van de goede wil van de mens. In dezelfde zin is er een spiritueel voogdijschap over de mens en het hele menselijk ras die de mens overstijgt. Het menselijk ras wordt beschermd tegen zelfvernietiging.

De H. Ambrosius (340-397) merkt op: "We moeten bidden tot de Engelen die ons als beschermers zijn gegeven." Franciscus van Sales (1567-1622) was zich zo bewust van Beschermengelen, dat hij gewoonlijk even pauzeerde voor hij zijn preken hield, om te bidden tot de Beschermengelen van de gemeente om de harten van de inwoners te verzachten en zijn woorden ontvankelijk te maken.

Ook zei hij: “Aangezien God ons vaak inspiraties stuurt door middel van zijn Engelen, moeten we onze aspiraties regelmatig aan Hem teruggeven door middel van deze boodschappers." Een autoriteit op dit gebied, Pr. Suarez, SJ, schrijft dat "Hoewel de H. Schrift het bestaan ​​van Beschermengelen niet expliciet bevestigt, en de Kerk deze waarheid niet heeft gedefinieerd, worden Beschermengelen toch universeel erkend en is het zo verankerd in de H. Schrift en werd het zo geïnterpreteerd door de Kerkvaders, dat het ontkennen van Beschermengelen een zeer grote dwaling zou zijn. "

In het boek, De Mystieke Stad van God, vertelt de Heilige Maagd aan Maria van Agreda dat we moeten "dankbaar zijn voor de gunst die God ons heeft verleend bij het aanstellen van Engelen om ons te helpen, te onderwijzen en ons te leiden door beproevingen en verdriet." De H. Maagd spoorde Maria van Agreda sterk aan om “te leven volgens de oproepen en inspiraties waarmee de Engelen ons willen opwekken, en bewegen tot geloof in de Allerhoogste en het uitoefenen van alle deugden. "

In het boekje “De Beschermengelen – onze Hemelse Metgezellen” somt de anonieme auteur zeven bijzondere diensten op die door onze H. Beschermengelen worden verleend:

1 Ze behoeden ons voor vele onbekende gevaren naar ziel en lichaam.
2 Ze verdedigen ons tegen de verleidingen van de boze geesten.
3 Ze inspireren ons met heilige gedachten en zetten ons aan tot daden van deugd in de goddelijke dienst.
4 Ze waarschuwen ons voor geestelijke gevaren en vermanen ons wanneer we gezondigd hebben.
5 Ze verenigen zich met ons in gebed en brengen onze gebeden tot God.
6 Ze verdedigen ons op het uur van de dood tegen de laatste aanvallen van onze spirituele vijanden.
7 Ze troosten de zielen die wegkwijnen in het vagevuur en voeren ze vervolgens naar de hemel wanneer hun fouten volledig zijn uitgeboet.

Père Lamy (1855-1931), mysticus en ziener, schrijft: "We geven de Engelen niet de aandacht die ze verdienen. We bidden niet genoeg voor hen. Ze zijn erg ontroerd als we voor hen bidden. Het is een groot voordeel als we tot de Engelen bidden. Wat doen we eigenlijk voor onze Beschermengelen? Hun barmhartigheid voor ons is zo groot, en we gebruiken het dikwijls helemaal niet. Ze beschouwen ons als kleine broertjes en zusjes die hulp nodig hebben. Hun vriendelijkheid en goedheid voor ons is enorm. " De heilige voegt eraan toe:

"Niemand is zo trouw als een Engel... Onze Beschermengel redt ons heel vaak van ongelukken. We geven hem vrijheid om voor ons zorg te dragen, maar wat kan de Engel doen als we ons niet in staat van genade bevinden? Ze willen ons helpen, maar ze zijn machteloos. Wanneer we onze Heer niet respecteren, zorgen we ervoor dat de Engelen machteloos zijn, en hoeveel Christenen zijn er die om hun hulp en bescherming smeken? Een klein gebedje, "Goeie avond, mijn goede engel, dank je om mij bij te staan…", volstaat reeds. Als we tot onze Heer bidden, dienen we dezelfde Meester en dat geeft hen de vrijheid om te handelen voor ons. We nemen niet genoeg toevlucht tot de Engelen. Ze zijn er, maar we zijn ons te weinig bewust dat ze onze metgezellen zijn en dat we ons tot hen kunnen richten. "

Gebed

Het licht van Gods Engel, die God zendt als een metgezel voor mij op aarde, beschermt me tegen de valstrikken van de duivel en helpt me om altijd te leven als een kind van God, die mijn Schepper is.

De waarheid van Gods Engel, wiens perfecte kennis de waarheid dient, beschermt me tegen bedrog en verleidingen. Help me de waarheid te kennen en altijd de waarheid te beleven.

De liefde van Gods Engel, die Jezus Christus, de Eniggeboren Zoon van God die Zijn leven heeft geofferd uit liefde voor ons, prijst, ondersteunt mij terwijl ik de weg leer van goddelijke liefde, van vrijgevigheid, zachtmoedigheid en nederigheid van hart.

Dank u, mijn Hemelse vriend, voor uw waakzame zorg. Breng me op het moment van mijn dood naar de Hemel, waar de enige ware God, die licht, waarheid en liefde is, leeft en heerst voor eeuwig en altijd. Amen.

[Noem je verzoek]

Gods Engel, mijn lieve beschermer, die Gods liefde mij heeft geschonken; sta aan mijn zijde gedurende deze dag (nacht) en bewaar, en leid mij. Amen.

Onze Vader en 3 x Weesgegroet

O Engelbewaarder, bid voor mij, een arme zondaar, die een beroep op u doet.

Bid de litanie (zie dag 1)