|
Een
Ignatiaans Gebedsavontuur
Vooraleer je Ignatiaans gebedsavontuur te starten
zijn hier een paar aanbevelingen om jezelf voor te bereiden:
Bereid je voor op de bezinning
Als je kiest om deze bezinning te
beginnen bevat deze bundel materiaal voor acht weken elke dag ongeveer 30-40
minuten door te brengen in privaat en persoonlijk gebed. Je hebt een
uitgebreide periode nodig om je in het gebedsmateriaal te verdiepen en de
geboden genaden te smaken. Als je geen gewoonte hebt om in een relatie met God
te treden, begin dan langzaam de tijd op te bouwen. Om je te helpen een
gebedsleven op te bouwen, probeer elke dag op hetzelfde tijdstip te bidden.
Zoek een plaats om te bidden
Een stille kamer in je woning met
een gemakkelijke stoel, of een kerk of kapel waar je tot bezinning kunt komen,
en zelfs een afgezonderde plaats in open lucht volstaan. Het helpt om dezelfde
plaats te behouden gedurende de bezinning: deze regelmaat kan je helpen
gemakkelijker tot gebed te komen. Om je eraan te herinneren dat deze plaats heilig
is, kun je er een kaars, icoon, schilderij, afbeelding, rozenkrans of
kruisbeeld plaatsen.
Je hebt elke dag materiaal om je
te verdiepen in gebed: stukken uit de Bijbel, meditaties van Ignatius en
overwegingen, of andere oefeningen. Je kunt vooraleer te starten eens een blik
werpen op de aangeboden teksten en gebeden.
Bid om genade
Bij het begin van elke
gebedsperiode geeft Ignatius de raad dat we bidden om een bepaalde genade of
gave van God: vraag God, Onze Heer voor wat ik verlang. Je hoeft alleen te
vragen wat je vanuit het diepste van je hart wenst en dat opent je om de gave
te ontvangen die God je wil geven.
Elke week zullen we de specifieke
genaden suggereren om voor te bidden. Je bent vrij een andere genade te vragen
of andere woorden te gebruiken als de Geest je ertoe beweegt. Beeld je in dat
God je vraagt: Wat wil je dat Ik voor je doe?
Hoewel genade geopenbaard wordt
in de bijzondere gaven die God je geeft, is Gods aanwezigheid in je leven de voornaamste
gave. De Gever is de gave!
Doe het gebed
Om tot een ingesteldheid te komen
waarbij je jezelf kunt openstellen voor gebed en voor de relatie met God heb je
eventjes tijd nodig en je geest en hart erop richten, gebruik het materiaal dat
je gepresenteerd wordt. Ignatius laat ruimte om de bezinning aan te passen om
je tegemoet te komen waar je je bevindt, emotioneel en geestelijk, gedurende de
bezinning. Deze flexibiliteit is vooral belangrijk gedurende een bezinning in
het alledaagse leven, wanneer een persoon, probleem of ervaring het middelpunt van
je gebed wordt of wanneer je verschillende gebedsperioden hebt doorgebracht en bij
één meditatie of overweging hebt stil gestaan.
Besluit je bezinning met een gebed
Je zou je gebed formeel kunnen besluiten
met een favoriet gebed, zoals het Onze Vader of een Wees gegroet, of ander
gebed naar keuze. Je zou spontaan tot God de Vader, tot Jezus of tot Maria
kunnen bidden als in een gesprek. Gebruik je lichaam om het gebed te besluiten:
zoals door te knielen, door te buigen en een kruisteken te maken.
Week 1: Liefde, vrijheid en zin van het leven :
We beginnen ons Ignatiaans
gebedsavontuur door Gods onvoorwaardelijke liefde voor elke mens te overwegen. Op
de 3de en 4de dag wordt een thema geïntroduceerd dat
dikwijls zal terugkeren nl. het belang van geestelijke vrijheid te bereiken. De
weekends bestaan uit drie dagen van overweging over het eerste principe en de
basis met de meditatie van de H. Ignatius over de zin van het leven
Begin met
het Anima Christi

Het Anima Christi (Ziel van
Christus) was een populair gebed in de dagen van de H. Ignatius. Ignatius
heeft het gebed niet in de oorspronkelijke tekst van zijn Oefeningen vermeld, maar
hij verwijst verschillende keren naar dit gebed. Vele latere edities van de
Oefeningen bevatten dit gebed in het begin. Het herinnert ons eraan dat Jezus
Christus centraal staat in de Oefeningen.
Dag 1 : Liefde : Je begint de bezinning door Gods trouwe en
onvoorwaardelijke liefde voor elk van ons te overwegen. We beschouwen wie we
fundamenteel zijn of eerder: Tot wie we behoren. Elk van ons is Gods geliefde
zoon of dochter: dit is de kern van onze identiteit.
De Genade die ik zoek : Ik bid voor de volgende
genaden: zich meer bewust zijn van de nabijheid van God; te vertrouwen in Gods
persoonlijke zorg en liefde voor mij.
Jesaja 43:1-7
Maar, zo spreekt Jahwe die u geschapen heeft, o
Jakob, en die u, Israël, heeft gevormd: Wees nu niet bevreesd, want Ik heb u
verlost, u geroepen bij uw naam: gij zijt van Mij. Trekt gij door water,
Ik ben bij u, gaat gij door rivieren, zij overspoelen u niet. Moet gij door
vuur heen, gij zult u niet branden, en de vlammen deren u niet. Want Ik
ben Jahwe, uw God, de Heilige van Israël, uw Redder; Egypte geef Ik om u los te
kopen, Kus en Seba geef Ik in uw plaats: zo kostbaar zijt gij in mijn
ogen, zo waardevol: Ik heb u lief. Andere mensen geef Ik in uw plaats en volken
in ruil voor uw leven. Wees niet bevreesd, want Ik ben bij u. Van het oosten
breng Ik uw kroost en van het westen verzamel Ik u. Ik zeg tot het noorden:
Geef hier, en tot het zuiden: Houd hen niet vast; breng mijn zonen uit de verte
en mijn dochters van de uithoeken der aarde, allen die naar mijn naam zijn
genoemd, die Ik tot mijn glorie heb geschapen, heb gevormd en gemaakt.
Bid met aandacht over de verzen. Welke
woorden of beelden treffen je? Denk eens na over: Wie God voor je is? Hoe dat
God je ziet?
Overweging : Gebed heeft meer van
doen met wat God in ons wil verwezenlijken dan met het proberen God in gebed te
bereiken of realiseren, en nog minder als vermaak. Deze waarheid
elimineert bezorgdheid over het succesvol of niet succesvol zijn van ons gebed,
want we kunnen er zeker van zijn dat, als we willen bidden en tijd uittrekken
voor gebed, God altijd succesvol is en dat is wat er telt
Wat wij beschouwen
als onze zoektocht naar God is in werkelijkheid een reactie op de goddelijke
Minnaar die ons tot Zich trekt. Er is nooit een moment wanneer de goddelijke
Liefde niet actief is
Dit werk is niets anders dan een gave van het goddelijke
Zelf in liefde. Het logisch gevolg moet voor ons zeker zijn dat we ons laten
liefhebben, ons openstellen, toelaten dat deze grote God in ons werkt en de
totale vereniging met Hem mogelijk maakt.Ruth Burrows, Essence of
Prayer
Dag 2 : Ik moet mij bewust zijn dat God nabij is. Ik moet
vertrouwen hebben in Gods persoonlijke zorg en liefde voor mij.


Overweging : Hoe kijkt God naar mij?
Hoe open sta ik om deze intimiteit te ontvangen?
Als we ons in de Geestelijke
Oefeningen verdiepen, dan denken we soms hier diep over na en proberen we met
ons verstand het te begrijpen. Op andere tijdstippen ervaren we veel meer de
respons van ons hart, met weinig of niets waar we ons hoofd moeten over breken.
Het is goed om eraan te denken dat we ons altijd in de context van gebed
bevinden, of het gebed meer meditatief of affectief is. We zouden altijd moeten
proberen een geest van diepe eerbied te behouden voor God, vooral wanneer onze
gevoelens erbij betrokken zijn.Kevin OBrien, SJ
Dag 3 : Spirituele Vrijheid : Spirituele vrijheid is een
innerlijke vrijheid, een vrijheid van geest en hart. Mensen die spiritueel vrij
zijn weten wie ze zijnmet al hun gaven en beperkingenen zijn tevreden met wie
ze zijn.
We hebben echter talrijke zorgen
die in de weg staan om Gods oproep te horen en te reageren zoals angsten,
vooroordelen, hebzucht, controledrang, perfectionisme, jaloersheid, wrok en
buitensporige twijfel aan onszelf. Deze neigingen binden ons en houden ons
tegen om God, onszelf en anderen lief te hebben, zoals we zouden moeten. Ze creëren
chaos in onze ziel en leiden ons ertoe verkeerde keuzes te maken.
Door een gebrek aan spirituele vrijheid
raken we buitensporig gehecht aan personen, materiele bezittingen, titels,
eerbetuigingen en het beslag leggen op anderen. Deze zaken zijn goed wanneer ze
geordend zijn en geleid door liefde voor God. Ze worden ongebreidelde
gehechtheden wanneer ze God verdringen uit het centrum van ons leven en de
sleutel worden van onze identiteit.
Een gebed
voor Spirituele Vrijheid (voor een bijeenkomst)
O Geest van God, we vragen U om
al onze acties te leiden door uw inspiratie, draag ze verder door uw
genadevolle bijstand, zodat elk gebed en werk dat we doen altijd moge beginnen
van U uit en door U leidt tot geluk.
De genade die ik zoek: Ik bid voor de volgende
genaden: te groeien in innerlijke vrijheid, om meer bewust te worden van
ongebreidelde gehechtheden die hindernissen zijn voor het liefhebben van God,
anderen of mijzelf.
Lukas 1:26-38 : In de zesde maand werd de engel Gabriël van
Godswege gezonden naar een stad in Galilea, Nazaret, tot een maagd die
verloofd was met een man die Jozef heette, uit het huis van David; de naam van
de maagd was Maria. Hij trad bij haar binnen en sprak: 'Verheug u,
Begenadigde, de Heer is met u!' Zij schrok van dat woord en vroeg zich af,
wat die groet toch wel kon betekenen. Maar de engel zei tot haar: 'Vrees
niet Maria, want gij hebt genade gevonden bij God. Zie, gij zult zwanger worden
en een zoon ter wereld brengen, die gij de naam Jezus moet geven. Hij zal
groot zijn en Zoon van de Allerhoogste genoemd worden. God de Heer zal Hem de
troon van zijn vader David schenken en Hij zal in eeuwigheid koning zijn
over het huis van Jakob en aan zijn koningschap zal nooit een einde komen.' Maria
echter sprak tot de engel: 'Hoe zal dit geschieden, daar ik geen gemeenschap
heb met een man?' Hierop gaf de engel haar ten antwoord: 'De heilige Geest
zal over u komen en de kracht van de Allerhoogste zal u overschaduwen; daarom
ook zal wat ter wereld wordt gebracht heilig genoemd worden, Zoon van God. Weet,
dat zelfs Elisabet, uw bloedverwante, in haar ouderdom een zoon heeft ontvangen
en, ofschoon zij onvruchtbaar heette, is zij nu in haar zesde maand; want
voor God is niets onmogelijk.' Nu zei Maria: 'Zie de dienstmaagd des
Heren; mij geschiede naar uw woord.' En de engel ging van haar heen.
Bid over het verhaal van de
Boodschap en sta eens stil bij Marias vrijheid om JA te zeggen. Bemerk hoe ze
omgaat met haar angsten en haar richt op God alleen. Bid over de woorden van de
H. Schrift in overweging of gebruik je verbeelding om jezelf in de scene te
plaatsen.
Overweging : Maria bij de boodschap van de H. Aartsengel Gabriel als
Voorbeeld om in de deugd van Geloof te groeien Gerals M. Fagin, SJ
Bij de Boodschap van de Engel aan
Maria wordt zij als voorbeeld aan ons gegeven van geloof. Zij toont ons dat
geloof meer is dan toestemming geven, maar ook vertrouwen, engagement,
gehoorzaamheid en onderwerping betekent. Maria vertrouwde in Gods beloften, was
gehoorzaam aan Gods woord van uitnodiging in haar leven, gaf zich over aan het
mysterie voor haar, en verbond zich om deel uit te maken van Gods plan van
redding in Jezus.
Tegelijk kunnen we gemakkelijk de
scene in het Evangelie romantiseren-Maria bevindt zich in gebed, een engel
verschijnt en zij zegt een van geloof vervuld JA. De H. Schrift vertelt ons ook
dat ze verbaasd was wat de groet van de engel betekende. De uitleg van de engel
zal haar zeker alleen met meer vragen en zorgen vervuld hebben. Ze zei geen JA
omdat ze het volledig had begrepen of dat al haar vragen waren beantwoord Ze
zei JA in geloof en vertrouwen. We doen Maria onrecht als we denken dat ze
kennis had ontvangen die al haar twijfels had verdreven. Ze was een jonge vrouw
met een buitengewoon geloof. Het JA bij de Boodschap was niet het eerst JA in
haar leven en was ook niet het laatste.
De echte betekenisvolle JAs in
ons leven vragen ook een groot deel van vertrouwen en openheid. We kunnen
niet al de gevolgen ervan kennen. We reageren op de gave van Gods oproep in ons
leven. We zeggen JA in hoop en vertrouwen. Zoals Maria zeggen we JA op iets dat
in ons geboren wordt, dat moet groeien en volwassen worden en vorm aannemen dat
we niet kunnen voorspellen. We worden geroepen tot dat diepe geloof als we het
verhaal van de Boodschap van de engel overwegen en al de verhalen van het leven
van Jezus in de rest van de Oefeningen. We zijn geroepen om te vertrouwen,
gehoorzamen, overgave en engagement in ons eigen leven. We zullen een
uitnodiging horen om deel te nemen aan het werk van Jezus en reageren en leven in
geloof.
Leven in geloof vraagt overgave
aan de verhalen van God en Jezus die zijn opgenomen in de H. Schrift. Een
christelijk geloof vraagt vooral dat we de verhalen van Jezus in onze geest en
hart vorm geven. Paul Wadell zegt dat leven in geloof betekent dat we deze
verhalen eigen maken, streven om hun oogpunt te bekijken, hun waarden en visie
als de onze te zien. Toestemming geven aan geloofswaarheden die in de H. Schrift
zijn opgenomen is toelaten de interpretatie te worden in onze wereld.
Wadell voelt dat we deze verhalen
nodig hebben om ons te vormen en modelleren, vooral in de houding en deugden van
Jezus. Het verbeeldend gebed van Ignatius over de H. Schrift is een krachtige
manier om in geloof te groeien door het hart van Christus in ons te laten werken.
Net zoals Jezus vertrouwde, gehoorzaamde, zich overgaf en zijn leven toewijdde aan
de Vader, moeten we op dezelfde manier reageren. Al de overwegingen over de H.
Schrift in de Oefeningen zorgen voor de groei van de deugd van geloof en dat versterkt
ons te vertrouwen op God en ons toe te wijden aan dienstbaarheid.
Dag 4 : Ik bid voor de volgende genaden: te groeien in
innerlijke vrijheid, zich meer bewust worden van ongebreidelde gehechtheden die
verhinderen dat Ik God, anderen, of mijzelf bemin.
Filippenzen 3:7-16 : Maar wat winst voor mij was
ben ik om Christus gaan beschouwen als verlies. Sterker nog, ik beschouw
alles als verlies, want mijn Heer Christus Jezus kennen gaat alles te boven. Om
Hem heb ik alles prijsgegeven. Om Christus houd ik alles zelfs voor vuilnis,
als het erom gaat Hem te winnen en één te zijn met Hem, niet met mijn eigen
gerechtigheid op grond van de wet, maar met de gerechtigheid die verkregen
wordt door het geloof in Christus de gerechtigheid die van God komt en steunt
op het geloof. Ik wil Christus kennen, ik wil de kracht van zijn
opstanding gewaarworden en de gemeenschap met zijn lijden, ik wil steeds meer
op Hem lijken in zijn sterven om eens te mogen komen tot de
wederopstanding uit de doden. Niet dat ik het al bereikt heb. Ik ben nog
niet volmaakt! Maar ik streef er vurig naar het te grijpen, gegrepen als ik ben
door Christus Jezus. Nee, broeders, ik beeld mij niet in er al te zijn.
Alleen dit: vergetend wat achter me ligt, mij uitstrekkend naar wat voor me
ligt, storm ik af op het doel: de prijs van Gods hemelse roeping. Laten
wij, volmaakten, er zo over denken; en als gij op een of ander punt anders
denkt, zal God u ook daarin zijn licht geven. Laten wij in ieder geval op
de ingeslagen weg voortgaan.
Bid om de focus van de H. Paulus
van geest en hart, dat op Christus gericht is, te ontvangen. Vraag: Wanneer heb
ik een dergelijke focus ervaren of getuige van geweest, wanneer heb ik een
dergelijke vrijheid in mijn leven ervaren of getuige van geweest? We moeten
altijd bidden om meer spirituele vrijheid; we kunnen niet uit onszelf vrij
worden.
Overweging : De betekenis van onthechting
Margaret Silf
Ignatius dringt erop aan dat we
de vrijheid van onthechting zoeken of onverschilligheid. Geen van deze woorden
is betekenisvol in de tegenwoordige visie of cultuur. Ze klinken zowel koel als
onbezorgd, wat ver van de geest is waarin Ignatius ze gebruikte. Een beter
woord zou evenwicht kunnen zijn.
In zijn eerste principe en basis, spreekt Ignatius over gebruik maken
van de dingen die helpen om ons dichter bij God te brengen en de zaken die van
geen belang zijn in dat verband opzij te schuiven.
Op het eerste zicht lijkt het dat
de hele schepping er enkel is voor ons om hetgeen te kiezen dat dient om ons
doel te bereiken. Maar deze notie kreeg betekenis voor mij toen ik op een zonnige
dag op een bank zat in een stil park en keek naar een bosje fuchsias. Het was
eind augustus en de bijen waren voortdurend bezig de fuchsia te bezoeken. Ze
landden op de bloemen die volledig open waren. Ze deden geen poging om een
gesloten bloem te bezoeken of de bloemblaadjes te forceren. Wanneer ze een open
bloem vonden kropen ze in de bloem om de nectar eruit te halen. Ze droegen op
die manier natuurlijk ook de pollen van bloem tot bloem, struik tot struik, en
verzekerden op die manier vruchtbaarheid.
Toen ik dit gadesloeg,
realiseerde ik mij dat hoewel de bijen de fuchsia bloemen kozen en de andere
planten ongemoeid lieten die in het park groeiden, zochten andere insecten hun
voedsel van verschillende bronnen. Doordat de insecten kozen was voor hen geschikt
was, ontvingen ze niet alleen hun eigen voedsel maar speelden ze ook een essentiële
rol in de bevruchting van hun omgeving. En in het kiezen voor de ene plant in
plaats van een andere, verwierpen ze de anderen niet of lieten ze deze niet in
minachting links liggen. Het geheim van dit harmonieuze, coöperatieve leven
lijkt in elk wezen te liggen dat waarheidsgetrouw is aan zijn eigen essentiële
natuur. Elk verkreeg hetgeen wat nodig is om te overleven en te groeien gekregen
uit de bron dat er geschikt voor is, en het was zonder zichzelf of de bloemen
te beschadigen. In feite bevond zich na elke ontmoeting, zowel het insect als
de bloem zich in een rijkere staat dan voordien: het insect was gevoed en de
bloem was bestoven.
Ik vond dit beeld een zeer
levendige illustratie van wat het kan betekenen gebruik te maken van hetgeen
wat tot leven leidt en achter te laten wat, voor elk individu, niet naar leven
leidt. Het was werkelijk een creatieve soort van onthechting. Het hielp mij
te begrijpen waar God ons toe oproept wanneer Hij ons vraagt onze gehechtheden
te laten varen. De bijen deden geen poging om de bloemen te bezitten, noch
deden de bloemen een poging om de bijen in een val te lokken en ze vast te
houden. Dit was een vrije uitwisseling, die perfect de noden van de bijen
vervulden, de fuchsia, en de bredere cirkel van schepping rond hen.
Dag 5 : Principe en Basis : Heilige verlangens zijn de kern
van de eerste sleuteloverweging van de Oefeningen, het Principe en basis. Het
leest als een missie voor de mens: Ik ben geschapen om God te prijzen, te
beminnen, en te dienen. Natuurlijk is deze roepen specifiek in elk
mensenleven. Wanneer we deze roeping beleven, zijn we echt gelukkig en vervuld.
Wanneer we ongeordende hartstochten en hoofdbezigheden onze levens in de war
laten brengen, bevinden we ons uit evenwicht, ongelukkig en ontevreden.
De genade die we zoeken is onverschilligheid. In de
Ignatiaanse woordenschat betekent deze term niet een gebrek aan bekommernis of
ongevoeligheid. In de plaats betekent onverschilligheid dat we al Gods gaven
met eerbied, met dankbaarheid aanvaarden maar ook met lichtheid, en ze omarmen
of laten varen, allen afhankelijk hoe ze ons helpen onze roeping te vervullen
om lief te hebben in het alledaagse leven, in concrete details.
De genade die ik zoek : Ik bid voor de volgende
genaden: een diep bewustzijn van mijn fundamentele roeping om God te prijzen, God
en de anderen te beminnen en te dienen. Een verlangen om grotere
onverschilligheid in mijn leven; een bereidheid om degene die ik ben te omarmen
voor onze liefdevolle God.
Principe en Basis : De mens is geschapen om God onze Heer te
loven, eerbied te bewijzen en te dienen en aldus zijn ziet te redden. Alle
overige dingen op het aardoppervlak zijn geschapen met het oog op de mens, om
hem het doel te helpen nastreven waarvoor hij geschapen is. Daaruit volgt dat
de mens er gebruik van moet maken voor zover ze hem helpen dat doel na te
streven, en dat hij ervan moet afzien voor zover ze daarbij een hinder zijn.
Daarom is het nodig dat wij ons onverschillig maken voor alles wat geschapen
is, in al wat aan de vrijheid van onze vrije wil wordt toegestaan en niet
verboden is. Zozeer dat wij van onze kant gezondheid niet méér verlangen dan
ziekte, rijkdom niet méér dan armoede, eerbewijzen niet méér dan verguizing,
een lang leven niet méér dan een kort, en zo in al het overige. Het enige wat
wij moeten verlangen en kiezen is wat ons dichter brengt bij het doel waarvoor
wij geschapen zijn.
Vraag: Hoe prijs, bemin en dien
ik God concrete? Welke activiteiten, mensen, of materiële zaken helpen mij dit
doel te bereiken?
Overweging : Het is waar te zeggen dat voor mij
heiligheid bestaat in het zijn van mijzelf en voor jou heiligheid betekent jijzelf
te zijn en dat uiteindelijk, jouw heiliging nooit de mijne zal zijn en de mijne
nooit de jouwe, behalve in het delen van naastenliefde en genade. Voor mij is
heilig zijn, mijzelf zijn. Daarom is het probleem van heiliging en redding in
feite het probleem van zoeken wie ik ben en het ontdekken van mijn ware zelf.Thomas
Merton, New Seeds of Contemplation
Dag 6 : Het doel van mijn
leven: Onverschilligheid is nog een manier om spirituele vrijheid te
omschrijven. Het is een houding van openheid tot God: we kijken naar God in een
persoon, een situatie, en een moment. Onverschilligheid betekent dat we vrij
zijn te beminnen en dienen zoals God verlangt. Spirituele vrijheid of onverschilligheid
is een gave van God; we kunnen het niet doen gebeuren. Maar we kunnen, met
tijd, onverschilligheid koesteren door goede gewoonten van denken, kiezen en
handelen te ontwikkelen.
Zie het als een uitnodiging dat
je dieper ervaart hoe intiem verbonden je bent met God en met heel Gods
schepping (met inbegrip van personen, andere wezens, en de natuurlijke wereld).
Daardoor zullen bepaalde fundamentele waarheden over ons bestaan levend worden:
God schept mij uit liefde, in een bepaalde tijd en plaats, met bepaalde
talenten, temperament, sterke punten en beperkingen. God blijft scheppen en zich
aan mij openbaren en wie ik ben voor Hem. God nodigt mij uit samen te werken
met Hem om een betere wereld en meer rechtvaardige wereld te bouwen. Ik leer
dat de beste manier om God te prijzen is te zijn zoals Hij mij heeft geschapen
en het unieke van andere wezens te eren.
Ik bid voor de volgende genaden: een diep bewustzijn van mijn
fundamentele roeping om God te prijzen en aanbidden, God en de anderen te
beminnen en te dienen. Een verlangen naar grotere onverschilligheid in mijn
leven. Een bereidheid te omarmen wie Ik ben voor onze liefdevolle God.
Eerste Principe en Basis uitleg van
dit principe volgens David L. Fleming, S.J.
Het doel
van ons leven is voor eeuwig bij God te leven.
God, die van ons houdt, gaf ons het leven.
Onze respons van liefde laat toe dat Gods leven in ons stroomt zonder
grenzen.
Al de
dingen in deze wereld zijn gaven van God, die aan ons worden gepresenteerd
zodat we God gemakkelijker kunnen kennen en zijn liefde gemakkelijker en
vlugger kunnen beantwoorden.
Als gevolg daarvan, waarderen en gebruiken we al deze gaven van God voor zover
ze ons helpen ons te ontwikkelen als liefdevolle personen. Maar als deze gaven
het middelpunt van ons leven worden verdrijven ze God en hinderen ze onze groei
naar ons doel.
In het
leven van elke dag moeten we ons in evenwicht houden voor al deze geschapen
dingen voor zover we een keuze hebben en niet gebonden worden door enige
verplichting. We zouden ons niet mogen richten op onze verlangens over
gezondheid of ziekte, rijkdom of armoede, succes of tegenslag, een lang leven
of een kort. Want alles heeft het vermogen om ons op te roepen tot een diepere
respons voor ons leven in God.
Ons enige
verlangen en onze enige keuze zou deze moeten zijn: ik wil en ik kies wat mij
beter tot God brengt die zijn leven in mij verdiept.
Vraag : Hoe ben ik een goede
huisvader geweest voor de gaven die God mij heeft gegeven, waaronder de geschapen
dingen, mijn talenten, en mijn vermogens? Wat hindert mij, uit eigen ervaring,
in het prijzen, beminnen en dienen van God? Hoe beïnvloeden de volgende zeken
mijn keuzes en handelingen: titels, eerbetuigingen, bezit, carrière, mening van
anderen, levensstijl? Wees zo concreet mogelijk.
Overweging : zie de betekenis van onthechting Margaret Silf
Dag 7 : Ik bid voor de volgende genaden: een diep
bewustzijn van mijn fundamentele roeping om God te prijzen en aanbidden, God en
de anderen te beminnen en te dienen. Een verlangen naar grotere onverschilligheid in mijn leven. Een bereidheid te omarmen wie Ik ben voor onze liefdevolle God.
Exodus 3:1-15 : Mozes hoedde de kudde van zijn schoonvader
Jetro, de priester van Midjan. Eens dreef hij de kudde tot ver in de woestijn
en kwam hij bij de berg van God, de Horeb. Toen verscheen hem de engel van
Jahwe, in een vuur dat opvlamde uit een doornstruik. Mozes keek toe en zag dat
de doornstruik in lichter laaie stond en toch niet verbrandde. Hij dacht: `Ik
ga er op af om dat vreemde verschijnsel te onderzoeken. Hoe komt het dat die
doornstruik niet verbrandt?' Jahwe zag hem naderbij komen om te kijken. En
vanuit de doornstruik riep God hem toe: `Mozes, Mozes.' `Hier ben ik,'
antwoordde hij. Toen sprak Jahwe: `Kom niet dichterbij en doe uw sandalen
uit, want de plaats waar gij staat is heilige grond.' En Hij vervolgde:
`Ik ben de God van uw vader, de God van Abraham, de God van Isaak en de God van
Jakob.'
Toen bedekte Mozes zijn
gezicht want hij durfde niet naar God op te zien. Jahwe sprak: `Ik heb de
ellende van mijn volk in Egypte gezien, de jammerklachten om zijn onderdrukkers
gehoord; ja, Ik ken zijn lijden. Ik daal af om mijn volk te bevrijden uit
de macht van Egypte, om het weg te leiden uit dit land naar een land dat goed
en ruim is, een land van melk en honing, het gebied van de Kanaänieten,
Hethieten, Amorieten, Perizzieten, Chiwwieten en Jebusieten. Het
geweeklaag van de Israëlieten is nu tot Mij doorgedrongen en Ik heb ook gezien
hoezeer de Egyptenaren hen onderdrukken. Ga er dus heen, Ik zend u naar
Farao. Gij moet mijn volk, de Israëlieten, uit Egypte leiden.' Maar Mozes
sprak tot God: `Wie ben ik dat ik naar Farao zou gaan en dat ik de Israëlieten
uit Egypte zou leiden?' God antwoordde hem: `Ik zal u bijstaan, en dit is
het teken dat Ik het ben die u zendt: als gij het volk uit Egypte hebt geleid,
zult ge mij vereren op deze berg.'
Maar Mozes sprak
opnieuw tot God: `Als ik nu bij de Israëlieten kom en hun zeg: De God van uw
vaderen zendt mij tot u, en zij vragen: Hoe is zijn naam? wat moet ik dan
antwoorden?' Toen sprak God tot Mozes: `Ik ben die is.' En ook: `Dit moet gij
de Israëlieten zeggen: Hij-is zendt mij tot u.' Bovendien zei God tot
Mozes: `Dit moet ge de Israëlieten zeggen: Jahwe, de God van uw vaderen, de God
van Abraham, de God van Isaak en de God van Jakob, zendt mij tot u. Dit is mijn
naam voor altijd. Zo moet men Mij aanspreken, alle geslachten door.
Sta een stil bij het feit hoe God
Mozes oproept tot medewerking met God in het bevrijdingswerk Ik zend u naar
Farao. Gij moet mijn volk, de Israëlieten, uit Egypte leiden. Overweeg dit in
je eigen leven: Hoe werk ik mee met God om mensen te helpen, om een betere en
rechtvaardige wereld te helpen bouwen, om zorg te dragen voor de schepping?
Overweging van Sam Sawyer, SJ over deze bezinnning:
God is een werk in mij begonnen,
heb ik gehoord.
Ik wil geloven, maar ik hoop dat
God beter is in het tot een goed einde brengen wat Hij is begonnen, dan ik. Ik
heb een deel van een boek gelezen en het ligt hier ergens, en dan heb ik nog
was liggen die moet opgevouwen worden.
Of die bezinning die ik ben
gestart
Eigenlijk, wat ik echt moet
geloven- en wat ik op mijn beste dagen geloof is dat God niet alleen beter is
dingen af te werken, maar beter om ze te beginnen. Ik kan het moeilijk hebben
om op te staan s morgens en moeilijk tijd vinden om te bidden, maar het is
niet omdat God Zijn beslissing uitstelt om zich in mijn leven te tonen.
Gods werk in mij is in
uitvoering, en dat vraagt geduld. Maar het werk is in uitvoering omdat God het
reeds begonnen is-en dat is een reden voor hoop.
|