Inhoud blog
  • Ik verhuis naar een andere blogsite!!!
  • De mystiek achter de tweede komst van Jezus
  • Luz de Maria 24/4
  • Zalig de armen van geest
  • Aanbidden in geest en waarheid
  • 3.33 uur 's ochtends
  • De kracht van 1 Weesgegroet
  • Ze komen eraan
  • Vreemde en grote donkere wezens zullen spoedig overal binnendringen
  • Een volgende lockdown
  • Boodschap aan Anna Shelley 24/4
  • De devotie van de 7 smarten van OLVrouw
  • Toewijdingsgebeden aan God de Vader, het H. Hart van Jezus en het Onbevlekt Hart van Maria
  • Gebeden van toewijding van ziekte, lijden en levenslasten
  • De betekenis van Pinksteren - 4
  • Om een baby uit een miskraam en geaborteerde baby's te dopen
  • Exorcismegebed over je woning en grond en toewijdingsgebed
  • Gebeden van zegening en bescherming
  • Het is eindelijk aangebroken
  • Wat God me toonde over aanstootgevende kledij...
  • Wat God me toonde over feminisme
  • De betekenis van Pinksteren - 3
  • Einde van Satans invloed in zicht
  • Red de planeet, ga CO2 uitstoten
  • Over de verliezen aan Westerse kant wordt gezwegen
  • Boodschappen aan Eduardo Ferreira
  • Boodschappen aan Pedro Regis
  • Boodschappen van OLVrouw di Zaro 8/4
  • Boodschap aan Luisa Piccarreta
  • Boodschappen aan Valeria Copponi (tot 19/4)
  • Instorting van economie, en munteenheden
  • De uitval
  • Over Poetin
  • Zal dit het einde veroorzaken?
  • Een miraculeuze foto van de Gekruisigde Jezus
  • Boodschap aan Anna Shelley 20/4
  • Luz de Maria 20/4
  • Rusland wordt verder uitgedaagd
  • De 3 daagse duisternis
  • De 9 cirkels van de Hel
  • In de Hel wegens echtscheiding
  • Meteoor op California
  • 23 april
  • De komst van de asteroide
  • Massale afname van bevolking in Europa komt eraan
  • Repost: Genezingsgebed van God de Vader
  • Opwarming van het klimaat? Niet dus.
  • Let op voor cosmetica en dergelijke producten
  • De uitleg van het merkteken van het beest door de Heer
  • De volgende pandemie
  • Over Obama: hij kan de Antichrist worden, door bezetenheid
  • Luz de Maria 16/4
  • Boodschap aan Anna Shelley 19/4
  • Boodschap aan Luisa Piccarreta
  • Een zombievirus
  • Nano chip
  • VK zal getroffen worden
  • Dit zal gebeuren door Hem
  • Het is reeds begonnen
  • Hoe de Antichrist zal werken door AI en Biotechnologie
  • Ze komen voor onze kinderen
  • Vernietiging van 3 landen
  • Bloedmanen als waarschuwend teken
  • 5 tekenen dat je een Uitverkorene bent
  • Boodschap aan Luisa Piccarreta
  • OLVrouw van Smarten
  • Adviezen om de duivel te bevechten
  • Het sociaal kredietsysteem
  • NEEM GEEN VACCINS!!! GEEN ENKELE!!!
  • BID TEGEN ABORTUS!!!
  • De betekenis van Pinksteren - 2
  • De betekenis van Pinksteren - 1
  • Goede raad: wees niet afhankelijk van de staat
  • De plannen van de wereldelites
  • Boodschap aan Luisa Piccarreta
  • Bijhorende afbeelding bij de boodschap van Lorena
  • Nog eens nieuws van de Antichrist/Maitreya
  • Boodschap aan Pedro Regis 11/4
  • Luz de Maria 12/4
  • Boodschap aan Lorena 8/4
  • Chaga
  • Dit is de waarheid
  • Boodschap aan Anna Shelley 14/4
  • Noveen van de Goddelijke Barmhartigheid - 9
  • Janet Klasson - 9/2 Licht van de wereld in de Goddelijke Wil
  • Geheim van gedrevenheid
  • Kom, H. Geest, kom!
  • 3 middelen die Satan gebruikt om je ziek te maken
  • Gezegend zij
  • Gods Barmhartigheid is grenzeloos
  • Boodschap aan Anna Shelley 13/4
  • Noveen van de Goddelijke Barmhartigheid - 7 en 8
  • Boodschap aan Luisa Piccarreta
  • De Emmaüsgangers
  • Mummie
  • Noveen van de Goddelijke Barmhartigheid - 6
  • Op weg naar de microchip
  • Nog steeds kunnen we het tij keren - Niburu
  • Boodschap aan John Mariani
  • Noveen van de Goddelijke Barmhartigheid - 5
  • Boodschappen aan Jennifer
  • 28/3 Plaats dit in je huis en land (The Unsealed Message)
  • Maria Simma openbaart 7 geheimen
  • Het Gezicht van Jezus
  • Opruimen van de wereldbevolking was altijd het doel - Niburu
  • 11 april
  • Noveen van de Goddelijke Barmhartigheid - 4
  • Boodschappen aan John Leary - rest van maart
  • Boodschap aan Mary of Divine Mercy
  • Grote schudding 8/4
  • Luz de Maria: Paaszondag 9/4
  • Afbraak van immuunsysteem door vaccins
  • Luz de Maria: Stille Zaterdag 8/4
  • Luz de Maria: Goede Vrijdag 7/4
  • Noveen van de Goddelijke Barmhartigheid - 2 en 3
  • Boodschap aan Anna Shelley 6/4
  • Zalig Pasen!!!
  • Boodschap aan Anna Shelley 8/4 DRINGEND!!!
  • Gebed op vrijdag voor de Arme Zielen
  • Boodschap aan Eduardo Ferreira 24/3
  • Droom van J. Frances 3/4
  • Boodschap aan Manuela te Sievernich (25/3)
  • Het echte gevaar van het einde van de dollar
  • Schildklier en jodium
  • Boodschap aan Manuela te Sievernich (21/3)
  • Boodschappen aan Valentina Papagna
  • Noveen van de Goddelijke Barmhartigheid - 1
  • Boodschap aan Marco Ferrari 26/3
  • Boodschap aan Gisella Cardia 3/4
  • De Kruisweg
  • 15 doodzonden in het Katholieke Geloof
  • Luz de Maria: Witte Donderdag 6/4
  • Het bankroet van Europa
  • Boodschap aan Anna Marie - Houston 11/2
  • Plaats terug brood op je huisaltaar
  • Boodschappen aan Pedro Regis
  • Palmzondag-rede van Vigano
  • Luz de Maria: Heilige Woensdag 5/4
  • Boodschap aan Luisa Piccarreta
  • Het Communisme zal opgelegd worden door de elite
  • Boodschap aan Ned Dougherty 26/3
  • Boodschap aan Anna Shelley (3/4)
  • Het verraad van Judas Iscariot (2)
  • Het verraad van Judas Iscariot (1)
  • Luz de Maria: Heilige Dinsdag 4/4
  • Luz de Maria: Palmzondag 2/4
  • Luz de Maria: Heilige Maandag 3/4
  • Interview met Luz Maria de Bonilla
  • Grafeenoxide in vaccins
  • Boodschap aan Lorena 14/3
    Zoeken in blog

    ALLES GAAT VOORBIJ, BEHALVE GOD !
    agenda

    Belangrijke data in mijn agenda

    Mijn favorieten
  • Mijn bibliotheek
  • Nieuwe blogsite
  • Archief per maand
  • 05-2023
  • 04-2023
  • 03-2023
  • 02-2023
  • 01-2023
  • 12-2022
  • 11-2022
  • 10-2022
  • 09-2022
  • 08-2022
  • 07-2022
  • 06-2022
  • 05-2022
  • 04-2022
  • 03-2022
  • 02-2022
  • 01-2022
  • 12-2021
  • 11-2021
  • 10-2021
  • 09-2021
  • 08-2021
  • 07-2021
  • 06-2021
  • 05-2021
  • 04-2021
  • 03-2021
  • 02-2021
  • 01-2021
  • 12-2020
  • 11-2020
  • 10-2020
  • 09-2020
  • 08-2020
  • 07-2020
  • 06-2020
  • 05-2020
  • 04-2020
  • 03-2020
  • 02-2020
  • 01-2020
  • 12-2019
  • 11-2019
  • 10-2019
  • 09-2019
  • 08-2019
  • 07-2019
  • 06-2019
  • 05-2019
  • 04-2019
  • 03-2019
  • 02-2019
  • 01-2019
  • 12-2018
  • 11-2018
  • 10-2018
  • 09-2018
  • 08-2018
  • 07-2018
  • 06-2018
  • 05-2018
  • 04-2018
  • 03-2018
  • 02-2018
  • 01-2018
  • 12-2017
  • 11-2017
  • 10-2017
  • 09-2017
  • 08-2017
  • 07-2017
  • 06-2017
  • 05-2017
  • 04-2017
  • 03-2017
  • 02-2017
  • 01-2017
  • 12-2016
  • 11-2016
  • 10-2016
  • 09-2016
  • 08-2016
  • 07-2016
  • 06-2016
  • 05-2016
  • 04-2016
  • 11--0001
    Levend geloof 9

    31-10-2018
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De Regel van St Franciscus (deel 2)

    7 Het bezoeken van de zieken, het begraven van de doden

    22. Wanneer er een broeder of zuster ziek valt, moeten de predikanten zelf of door anderen de patiënt 1 keer per week bezoeken, hem aan eerherstel herinneren; en als ze het passend achten hem of haar voorzien van een bijdrage voor wat hij of zij nodig heeft voor het lichaam.

    23.En als de zieke zou overlijden, moet het aan de broeders en zusters overgebracht worden zodat ze zich kunnen verzamelen voor de begrafenis; en ze mogen de H. Mis niet eerder verlaten en dat het lichaam overgedragen wordt aan de aarde. Daarop moet elk lid binnen de 8 dagen na het overlijden een H. Mis opdragen voor de ziel van de overledene als hij een priester is, 50 psalmen als hij het Psalter kent, en indien dit niet het geval is: 50 Onze Vaders bidden met het Requiem aeternam op het eind van elk.

    25. Allen die het recht hebben om hun laatste wil op te stellen en hun bezittingen nalaten binnen de drie maand na hun professie, opdat niemand sterft zonder testament.  

    26. Wat betreft verzoening onder de broeders en zusters of niet-leden, laat wat de predikanten goed vinden gedaan worden; en als het opportuun is, na overleg met de Bisschop.

    27. Indien in strijd met hun recht en voorrechten door de burgemeesters en bestuurders van de plaatsen waar zij wonen moeite wordt gedaan voor de broeders en zusters, zullen de dienaren van de plaats doen wat zij passend vinden op advies van de Heer Bisschop.

    28. Laat elk lid de bediening aanvaarden en trouw uitvoeren, hoewel elk zich mag terugtrekken uit zijn functie na een jaar.

    29. Wanneer iemand wenst binnen te treden in dit broederschap, zullen de predikanten zorgvuldig zijn bezigheid in het leven onderzoeken, en ze zullen hem de verplichtingen van de orde uitleggen. Als hij ermee tevreden is, laat hem dan intreden volgens de voorgeschreven manier, en hij moet genoegdoening maken voor zijn schulden, geld betalen volgens hetgeen waarover hij beschikt. Hij moet zich verzoenen met zijn naaste en zijn tienden betalen.

    30. Laat hem op advies van enkele discrete broeders worden ontvangen wanneer het jaar voorbij is en nadat deze bijzonderheden zijn nageleefd. Als hij geschikt lijkt voor hen moet hij beloven dat hij heel zijn leven alles wat hier geschreven staat zal navolgen, of dat hij er afstand van neemt op advies van de broeders, tenzij hij een geldige opschorting heeft gekregen door de predikanten; en dat hij wanneer hij door de predikanten wordt aangesproken voldoening zal geven zoals de Bezoeker heeft verordend als hij iets heeft gedaan dat tegengesteld is aan deze voorwaarde. Deze belofte moet op dat moment en daar geschreven worden door een openbare notaris. Toch moet niemand anders worden ontvangen, tenzij met het oog op de nalatenschap en rang van de persoon lijkt het raadzaam het over te laten aan de predikanten.

    31. Niemand mag afwijken van deze broederschap en van wat hierin is vervat, behalve om een ​​religieuze Orde binnen te gaan.

    32. Geen ketter of persoon die een slechte reputatie heeft van ketterij moet worden ontvangen. Als hij ervan wordt verdacht, kan hij toch worden toegelaten als hij anders geschikt is, en nadat hij voor de bisschop is vrijgesproken.

    33. Getrouwde vrouwen mogen niet worden ontvangen behalve met toestemming van hun echtgenoot.

    34. Broeders en zusters die uit het broederschap worden gezet omdat ze onverbeterlijk waren mogen niet opnieuw worden ontvangen, behalve als het de verstandigste van de broeders toch zou willen.

    8 Correctie, opschorting, predikanten

    35. De predikanten van elke stad of plaats zullen openbare fouten van de broeders en zusters aan de Bezoeker melden voor straffen. Als iemand onverbeterlijk blijkt te zijn, zal hij of zij na consultatie met sommige van de discrete broeders beschuldigd worden voor de Bezoeker, zal hij of zij door hem uit het broederschap gezet worden en zal dit gepubliceerd worden in de samenkomst. Als het bovendien een broeder is moet hij worden aangeklaagd bij de burgemeester of de gouverneur.

    36. Als iemand ontdekt dat er een schandaal is gebeurd tegenover broeders en zusters, moet hij het rapporteren aan de predikers en moet hij de kans krijgen om het te rapporteren aan de Bezoeker. Hij moet het niet rapporteren in het geval van een man tegenover zijn vrouw.

    37. De Bezoeker heeft de bevoegdheid om alle broeders en zusters vrij te stellen op een van deze punten als hij het raadzaam acht.

    38. Wanneer het jaar voorbij is, moeten de predikanten met de raad van broeders twee andere bedienaren kiezen; en een trouwe penningmeester, die moet voorzien in de behoefte van de broeders en zusters en de andere armen; en boodschappers die op bevel van de predikanten moeten publiceren wat het broederschap zegt of doet.

    39. Op al de bovengenoemde punten is niemand verplicht onder schuld, maar op straffe. Als degene die twee keer werd aangemaand door de predikanten niet de opgelegde straf of de door de Bezoeker opgelegde straf, heeft ondergaan wordt hij schuldig bevonden en zal hij ertoe worden verplicht, of door de Bezoeker opgelegd ; maar zo dat, als hij na twee keer te zijn vermaand door de ministers, niet zou slagen om de opgelegde straf op te leggen of hem door de Bezoeker zou worden opgelegd, hij als schuldig wordt bevonden wegens weerspannigheid.

    Oorspronkelijke regel van St Franciscus - 1221

    (voorwoord)

    In de naam van de Vader en de Zoon en de H. Geest. Dit is de levenswijze die broeder Franciscus de heer paus gevraagd heeft toe te staan en te bekrachtigen. En die heeft haar toegestaan en bekrachtigd voor hem, zijn huidige en toekomstige broeders. Broeder Franciscus en al wie hoofd wordt van deze gemeenschap moet gehoorzaamheid en eerbied beloven aan de heer paus Innocentius en zijn opvolgers. En alle andere broeders zijn verplicht broeder Franciscus en zijn opvolgers te gehoorzamen.

    1 De broeders moeten zonder eigendom, in kuisheid en gehoorzaamheid leven

    Dit is de regel en de levenswijze van deze broeders: leven in gehoorzaamheid, in kuisheid en zonder eigendom, en de leer en de voetstappen van onze Heer Jezus volgen die zegt:

    Als je onverdeeld goed wilt zijn: ga alles verkopen wat je hebt en geef het aan de armen en je zult een schat in de Hemel hebben. Kom dan om Mij te volgen. (Mt 19:21; vgl. Lc 18:22)

    En: Als iemand Mij achterna wil komen, moet hij nee zeggen tegen zichzelf, zijn kruis opnemen en Mij volgen. (Mt 16:24)

    Zo ook: Als iemand naar Mij toe wil komen en niet breekt met zijn vader en moeder, vrouw en kinderen, broers en zussen, ja zelfs met zijn eigen leven kan hij mijn leerling niet zijn. (Lc 14:26)

    En: Iedereen die zijn vader of moeder, broers of zussen, vrouw of kinderen, huizen of akkers omwille van Mij achterlaat, zal het honderdvoudige ontvangen en het eeuwig leven bezitten. (vgl. Mt 19:29; Mc 10:29; Lc 18:29)

    2 Hoe broeders ontvangen en gekleed worden

    Als iemand op ingeving van God deze levenswijze wil aannemen en naar onze broeders komt, wordt hij door hen vriendelijk ontvangen. En als hij vastbesloten is onze levenswijze aan te nemen, moeten de broeders er goed voor uitkijken zich met zijn tijdelijke zaken te bemoeien, maar zij brengen hem zo snel mogelijk naar hun minister.

    De minister ontvangt hem op zijn beurt vriendelijk, bemoedigt hem en legt hem zorgvuldig uit waar het in onze levenswijze om gaat. Als hij het daarna met zuivere intentie wil en zonder beletsel kan, verkoopt hij al zijn bezit en deelt dat alles naar beste vermogen uit aan de armen.

    De broeders en de minister van de broeders moeten ervoor uitkijken zich op een of andere manier met deze zaken te bemoeien.

    Ze mogen helemaal geen geld ontvangen, zelf niet en ook niet door een tussenpersoon. Maar als dingen ontbreken die voor het leven noodzakelijk zijn, mogen de broeders dat aannemen vanwege hun nood zoals de andere armen. Geld blijft hiervan uitgezonderd.

    En als hij terug is, geeft de minister hem de kleren van het proefjaar: twee habijten zonder kap, een koord, een onderbroek en een kaproen (aaneen vastgemaakte borstlap en ruglap, met een kap) tot aan het koord.

    Als het jaar, de termijn van de proeftijd, voorbij is, wordt hij in de gehoorzaamheid opgenomen. Daarna is het hem niet meer toegestaan in te treden bij een ander religieuze gemeenschap of buiten de gehoorzaamheid rond te zwerven volgens het gebod van de heer paus en volgens het evangelie:

    Wie de hand aan de ploeg slaat en dan nog eens omkijkt, is niet geschikt voor het koninkrijk Gods. (Lc 9:62)

    Als er echter iemand komt die zijn goederen niet zonder grote bezwaren kan weggeven, maar wel een zuivere intentie heeft, kan hij ze gewoon achterlaten en dat volstaat voor hem.

    Niemand mag worden opgenomen tegen de gebruiken en de bepalingen van de H. Kerk.

    De andere broeders, die gehoorzaamheid hebben beloofd, hebben een habijt met een kap, zo nodig een tweede zonder kap, een koord en een onderbroek. En alle broeders dragen goedkope kleren en met Gods zegen kunnen zij die oplappen met zakkengoed of andere stukken stof, want de Heer zegt in het evangelie:

    Wie kostbare kleding dragen en in weelde leven en wie in zachte stoffen gekleed gaan, vind je in paleizen. En ook al worden ze huichelaars genoemd, toch moeten ze niet ophouden het goede te doen en mogen ze geen dure kleren in deze wereld verlangen om het kleed te kunnen dragen in het koninkrijk der Hemelen.

    3 Het goddelijk officie en het vasten

    De Heer zegt: Dit soort duivels kan alleen maar weggaan door vasten en gebed (vgl. Mc 9:29)

    En ook: Als je vast, word dan niet somber zoals huichelaars.

    Daarom bidden alle broeders, geestelijken en leken het goddelijk officie, lofzangen en gebeden volgens hun verplichtingen. De geestelijken verrichten het officie en bidden voor de levenden en doden volgens het gebruik van de geestelijken. En voor de fouten en nalatigheden van de broeders bidden zij iedere dag ‘Wees mij genadig God’ (Ps 51) met een Onze Vader. En voor de overleden broeders bidden zij ‘Uit de diepten’ (Ps 130) met een Onze Vader. En alleen de boeken die nodig zijn om hun officie te bidden mogen ze hebben. En ook de leken die het psalmboek kunnen lezen, mogen dat hebben. Maar de anderen die niet kunnen lezen, mogen geen boek hebben.

    De leken bidden ‘Ik geloof in God’ en 24 Onze Vaders met ‘Glorie zij’ voor de metten; voor de lauden bidden ze er 5; voor de priem ‘Ik geloof in God’ en 7 Onze Vaders met ‘Glorie zij’; voor de terts, sext en noon: ieder uur 7; voor de vespers 12; voor de completen ‘Ik geloof in God’ en 7 Onze Vaders met ‘Glorie zij’; voor de doden 7 Onze Vaders met Geef hun de eeuwige rust’; en voor de fouten en nalatigheden van de broeders iedere dag 3 Onze Vaders.

    En daarom vasten alle broeders van het feest van Allerheiligen tot Kerstmis en van Driekoningen, toen onze Heer Jezus Christus begon te vasten tot Pasen. (De minderbroeders begonnen al op 1 november met de advent en op de dag na Driekoningen met de vastentijd voor Pasen.)

    Maar op andere tijden zijn zij volgens deze levenswijze alleen verplicht om vrijdags te vasten. En zij mogen volgens het evangelie van alle spijzen eten die hun worden voorgezet. (vgl. Lc 10:8)

    4 De ministers en de andere broeders: hun onderlinge verhouding

    In de naam van de Heer. Alle broeders die als minister en dienaar van de andere broeders worden aangesteld, wijzen in de provincies en plaatsen waar zij zijn, hun broeders een verblijfplaats toe. Ze moeten hen vaak opzoeken en geestelijk onderrichten en bemoedigen. En al mijn andere gezegende broeders moeten hen zorgvuldig gehoorzamen in wat betrekking heeft op het heil van de ziel en niet tegen onze levenswijze is. En ze moeten met elkaar omgaan zoals de Heer zegt:

    Al wat jullie willen dat de mensen voor je doen, doe dat ook voor hen, (Mt 7:12)

    En: Wat jij niet wilt dat jou geschiedt, doe dat ook een ander niet. (Tob 4:15)

    En de ministers en dienaren moeten ter harte nemen dat de Heer zegt: Ik ben niet gekomen om gediend te worden, maar om te dienen, (Mt 20:28) en dat hun de zorg voor de zielen van de broeders is toevertrouwd. Als iemand door hun schuld of slecht voorbeeld verloren gaat, moeten zij daarover op de dag van het oordeel verantwoording afleggen voor de Heer Jezus Christus. (vgl. Mt 12,36)

    5 De terechtwijzing van broeders in overtreding

    Behoed daarom jullie ziel en die van je broeders, want het is vreselijk te vallen in de handen van de levende God. (Heb 10:31) Als een minister een broeder iets tegen onze levenswijze of zijn geweten zou bevelen, dan is die niet verplicht hem te gehoorzamen, want er is geen sprake van gehoorzaamheid als daarin een overtreding of zonde wordt begaan. Maar alle broeders die onderdaan zijn, moeten de daden van hun minister en dienaar redelijk en zorgvuldig bekijken. En als ze zien dat hij zelfzuchtig en niet naar de geest leeft en afwijkt van onze levenswijze, waarschuwen ze hem driemaal. Als hij zich dan nog niet heeft gebeterd, geven ze hem aan op het pinksterkapittel bij de minister en dienaar van de hele broederschap waarbij geen protest hen mag tegenhouden.

    Indien er waar dan ook een broeder is die zichzelf zoekt en wiens levenswandel niet naar de geest is, moeten zijn medebroeders hem nederig en zorgvuldig vermanen, onderrichten en terechtwijzen. Als hij zich na de derde waarschuwing niet wil beteren, sturen zij hem zo snel mogelijk naar zijn minister en dienaar of stellen die op de hoogte, zodat die minister en dienaar met hem kan doen wat hem voor God het beste lijkt. En alle broeders, zowel de ministers en dienaren als de anderen, moeten uitkijken dat zij vanwege de zonde of het kwaad van een ander zich niet opwinden of boos worden, want de duivel wil door de misstap van een enkeling velen in het verderf storten. Maar zij moeten wie gezondigd heeft zo goed mogelijk geestelijk helpen, want gezonde mensen hebben geen dokter nodig, maar zieke wel. (vgl. Mt 9:12; Mc 2:17).

    Op dezelfde wijze mogen broeders hierbij geen macht of heerschappij hebben, vooral niet onder elkaar. Zoals immers de Heer in het evangelie zegt: De vorsten van de volken heersen over hen en de meerderen oefenen macht over hen uit. (Mt 20:25-26a) Zo moet het onder broeders niet zijn. Wie onder hen de meerdere wil worden, moet hun minister en dienaar zijn en wie onder hen de meerdere is, moet de minder worden.

    Geen enkele broeder mag een ander kwaad doen of iets negatiefs tegen hem zeggen. Veeleer moeten zij elkaar door de liefde van de geest uit eigen beweging dienen en gehoorzamen. En dit is de echte en heilige gehoorzaamheid van onze Heer Jezus Christus. En alle broeders moeten weten dat zo vaak zij van de geboden van de Heer afwijken en buiten de gehoorzaamheid rondzwerven, zij, zoals de profeet zegt, vervloekt zijn buiten de gehoorzaamheid, zolang zij bewust in een dergelijke zonde blijven. (Ps 119:21) En wanneer zij volharden in de geboden van de Heer, die zij door het heilig evangelie en hun levenswijze beloofd hebben, mogen zij weten dat zij in de echte gehoorzaamheid blijven en door de Heer gezegend zijn.

    6 De toevlucht van de broeders tot de ministers en dat geen enkele broeder prior genoemd mag worden

    Als broeders onze levenswijze niet kunnen onderhouden, nemen zij, in welke verblijfplaats zij ook zijn, zo spoedig mogelijk hun toevlucht tot hun minister en stellen hem hiervan op de hoogte. De minister moet zijn best doen zo voor hen te zorgen, als hij het voor zichzelf zou willen in een soortgelijke situatie. En niemand mag prior (kloosteroverste) genoemd worden, maar allen worden gewoon minderbroeders genoemd. En zij moeten elkaar de voeten wassen. (vgl. Joh 13:14)

    7 De manier van dienen en werken

    Geen enkele broeder mag, op welke plaats hij ook bij anderen verblijft om te dienen of te werken, schatbewaarder of kanselier zijn of de leiding hebben in het huis waar hij dient. En hij mag geen functie aannemen die aanstoot kan geven of schade toebrengen aan zijn ziel. Maar ze moeten minderen zijn en ondergeschikt aan allen die in hetzelfde huis verblijven. En de broeders die een vak kennen moeten werken. Ze oefenen het vak uit dat zij geleerd hebben, als het niet tegen het heil van de ziel is en past bij onze levenswijze.

    Want de profeet zegt: Je zult eten van het werk van je handen; je bent gelukkig en het zal je goed gaan; (Ps 128:2) en de apostel : Wie niet wil werken, zal ook niet eten. (2 Tes 3:10) en: Laat iedereen in het vak en bij de taak blijven waarin hij geroepen werd. (vgl. 1 Kor 7:24).

    En voor het werk kunnen zij alles aannemen wat nodig is, behalve geld. En als het nodig is, mogen zij om aalmoezen gaan, zoals andere armen. En zij mogen de werktuigen en het gereedschap hebben die bij hun vak horen. Alle broeders moeten zich met ijver toeleggen op goede werken, want er staat geschreven: Doe altijd iets goeds opdat de duivel je bezet vindt. En ook: Lediggang is de vijand van de ziel.

    Daarom moeten dienaren van God zich altijd met ijver toeleggen op gebed of goede daden. Overal waar broeders in kluizenarijen of andere plaatsen zijn, moeten zij ervoor uitkijken zich een plaats toe te eigenen of iemand die te ontzeggen. En wie er ook naar hen toekomt, vriend of tegenstander, dief of bandiet, iedereen moet vriendelijk ontvangen worden. En overal waar broeders zijn en op elke plaats waar zij elkaar treffen, moeten zij op geestelijke wijze en van harte naar elkaar omzien en elkaar zonder klagen hoogachten. (1 Pe 4:9) En zij moeten ervoor uitkijken zich naar buiten als droefgeestige en sombere huichelaars te laten zien. Maar ze moeten zich mensen tonen die zich verheugen in de Heer, opgewekt en hoffelijk zoals dat bij hen hoort.

    8 De broeders mogen geen geld aannemen

    De Heer schrijft in het evangelie voor: Let op, kijk uit voor alle kwaadaardigheid en hebzucht; (vgl. Lc 12:15)

    En: Pas op voor de beslommering van deze wereld en de zorgen van dit leven. (vgl. Lc 21:34)

    Daarom mag een broeder, waar hij ook is of waar hij ook gaat, op geen enkel wijze geld of munten meenemen, ontvangen of laten ontvangen, niet voor kleren of boeken en niet als loon voor een karwei, kortom, in geen enkel geval, behalve bij duidelijke nood van zieke broeders; want wij mogen van geld en munten geen groter profijt hebben of verwachten dan van stenen. En de duivel wil verblinden wie ernaar verlangen of het waardevoller vinden dan stenen. Wij die alles achter ons laten, moeten ervoor uitkijken dat wij niet voor zoiets waardeloos het koninkrijk der Hemelen verliezen. En als wij ergens munten vinden, mogen we ons daarover even weinig zorgen maken als over stof dat wij met voeten treden, want ijdelheid der ijdelheden en alles is ijdelheid. (Pr 1:2) En als, wat God verhoede, een broeder soms toch geld of munten verzamelt of heeft, met als enige uitzondering de genoemde nood van de zieken, dan moeten alle broeders hem beschouwen als een valse broeder en een afvallige, een dief en een rover, als iemand die de beurs draagt, (vgl. Joh 12:6) behalve als hij echt boete heeft gedaan. En op geen enkele wijze mogen de broeders geld als aalmoes of munten voor huizen of verblijfplaatsen aannemen of laten aannemen, vragen of laten vragen. Ook mogen zij niet meegaan met iemand die voor dergelijke verblijfplaatsen geld of munten vraagt.

    Maar andere diensten, die niet tegen onze levenswijze zijn, mogen de broeders voor de verblijfplaatsen verrichten met Gods zegen. Maar bij duidelijke nood van melaatsen mogen de broeders voor hen een aalmoes vragen. Toch moeten zij voor geld goed uitkijken. Zo moeten alle broeders er ook voor uitkijken door landstreken te trekken om zich schandelijk te verrijken.

    9 Aalmoezen vragen

    Laten alle broeders met ijver de nederigheid en de armoede van onze Heer Jezus Christus volgen en ter harte nemen dat wij niets anders van de hele wereld hoeven te hebben dan, zoals de apostel zegt: Voedsel en niets om ons mee te bedekken, daarmee zijn wij tevreden. (1 Tim 6:8) En zij moeten zich verheugen, wanneer zij leven tussen waardeloze en verachte mensen, armen en gebrekkigen, zieken en melaatsen en bedelaars langs de weg. En als het nodig is, mogen zij om aalmoezen gaan. En zij mogen zich niet schamen, maar moeten veeleer ter harte nemen, dat onze Heer Jezus Christus, de Zoon van de levende, almachtige God, zijn gezicht als een zeer harde steen heeft gemaakt. (Js 50:7) en zich niet heeft geschaamd. En Hij was een arme en een vreemdeling en Hij leefde van aalmoezen, Hijzelf en de zalige Maagd en zijn leerlingen. En wanneer de mensen hen te schande zetten en hun geen aalmoes wilden geven, dan moeten zij God dank brengen; want voor die schande ontvangen zij grote eer voor de rechterstoel van onze Heer Jezus Christus. Want zij moeten weten dat de schande niet wordt aangerekend aan wie haar ondergaan, maar aan wie ze aandoen.

    En de aalmoes is het erfdeel en het recht dat de armen verschuldigd is en dat onze Heer Jezus Christus voor ons heeft verworven. En de broeders die haar met moeite verwerven, zullen een groot loon ontvangen en zij zorgen ervoor dat de gevers dat ook verdienen en verwerven; want alles wat de mensen in de wereld achterlaten, zal vergaan, maar voor de liefde en de aalmoezen die zij gegeven hebben, zullen zij een beloning van de Heer ontvangen. En de een mag de ander gerust zijn nood kenbaar maken, opdat die zoekt wat hij nodig heeft en hem zo dient. En laat ieder zijn broeder liefhebben en voeden, zoals een moeder haar kind liefheeft en voedt; daartoe zal God hem de genade geven. En wie niet eet, zal niet oordelen over wie wel eet. (Rom 14:3b) (Een groot aantal handschriften voegt toe: Wie eet, zal degene die niet eet niet verachten. (Rom 14:3a)) En telkens al de noodzaak hen overvalt, mogen alle broeders, waar zij ook zijn, alle spijzen gebruiken die mensen kunnen eten, zoals de Heer over David zegt, die de toonbroden at die alleen de priesters mochten eten. (Mt 12:4) En laten wij ter harte nemen wat de Heer zegt: Pas op dat uw hart niet zwaar wordt door vraatzucht en dronkenschap en de zorgen van dit leven en dat die dat u niet plotseling overvalt; want als een klapnet zal die dag allen overvallen die op de aarde wonen. (Lc 21:34v) Op gelijke wijze mogen alle broeders in tijd van duidelijke nood voor hun levensonderhoud zorgen zoals de Heer hun de genade geeft, want nood kent geen wet.

    10 De zieke broeders

    Als een broeder waar dan ook ziek wordt, mogen de broeders hem niet achterlaten zonder een, of zo nodig meer, broeders aan te wijzen die hem dienen zoals zij zelf gediend zouden willen worden. Maar in uiterste nood mogen zij hem bij een persoon achterlaten die het nodige doet tegen zijn ziekte. En ik vraag de zieke broeder dat hij voor alles dank brengt aan de Schepper en dat hij zo verlangt te zijn als de Heer dat wil, gezond of ziek, want allen die God tot het eeuwig leven heeft voorbestemd, onderwijst Hij door de prikkels van tegenslag en ziekte en door vermorzeling van het hart, zoals de Heer zegt: Wie Ik bemin, wijs Ik terecht en tuchtig Ik. (Openb 3:19)

    En als iemand zich opwindt of kwaad wordt tegen God of tegen de broeders, of soms bezorgd medicijnen eist in een al te groot verlangen om het vlees te bevrijden, dat toch snel zal sterven en de vijand is van de ziel, dan overkomt hem dit van de Boze: hij is egoïstisch en blijkt niet tot de broeders te horen, omdat hij zijn lichaam meer liefheeft dan zijn ziel.

    11 De broeders mogen elkaar niet belasteren of zwartmaken, maar moeten elkaar liefhebben

    En alle broeders moeten oppassen dat zij niet kwaadspreken of bekvechten; zij kunnen beter de stilte bewaren zo vaak God hun daartoe de genade geeft. En zij mogen ook niet ruziën onder elkaar of met anderen, maar laat ze nederig antwoorden: Ik ben een onnut dienaar. (vgl. Lc 17:10) En zij mogen niet kwaad worden, want wie kwaad wordt op zijn broeder is strafbaar voor het gerecht; wie zijn broeder leeghoofd noemt, is strafbaar voor het gerechtshof; wie hem een domkop noemt, is strafbaar met het hellevuur. (Mt 5:22) En zij moeten elkaar liefhebben zoals de Heer zegt: Dit is mijn gebod, dat jullie elkaar liefhebben, zoals Ik jullie heb liefgehad. (Joh 15:12) En zij moeten de liefde die ze voor elkaar hebben, met daden tonen, zoals de apostel zegt: Laten wij niet met woorden of leuzen liefhebben, maar metterdaad en in waarheid. (1 Joh 3:18)

    En zij mogen niemand belasteren; zij mogen niet klagen of anderen zwartmaken, want er staat geschreven: Mensen die roddelen en zwartmaken, worden door God gehaat. (vgl. Rom 1:29v) En zij moeten bescheiden zijn en zich tegenover iedereen in alle opzichten zachtmoedig gedragen. (Tit 3:2) Ze mogen niet oordelen, niet veroordelen, (Lc 6:37) en zoals de Heer zegt, niet letten op de kleinste zonden van anderen, maar ze moeten veeleer aan hun eigen zonden terugdenken in de bitterheid van hun ziel. En ze moeten hun best doen om door de nauwe poort te gaan want de Heer zegt: Nauw is de poort en smal is de weg die naar het leven leidt; en er zijn maar weinig mensen die hem vinden. (Mt 7,14)

    12 De begerige blik en de veelvuldige omgang met vrouwen

    Het evangelische leven waartoe vele bewegingen ten tijde van en voor Franciscus opriepen, had zowel op mannen als vrouwen aantrekkingskracht. Soms trokken vrouwen met mannen mee om te preken. Voor de kerkelijke overheid was dit onaanvaardbaar vanwege de uitwassen waartoe dit kon leiden. Daarom bestond bij het rechtgelovige deel van de rondtrekkende predikanten een strenge scheiding tussen de geslachten. Franciscus sloot zich daarbij aan.

    Waar de broeders ook verblijven of gaan, zij moeten allemaal goed oppassen voor hun begerige blik en veelvuldige omgang met vrouwen. En niemand mag met hen (alleen) overleggen of alleen met hen onderweg zijn of aan tafel uit 1 schotel eten. De priesters moeten gepast met hen spreken wanneer zij een penitentie opleggen of een geestelijke raad geven. En geen enkele vrouw mag door een broeder in de gehoorzaamheid worden opgenomen. Maar nadat hij haar geestelijke raad heeft gegeven, kan zij boetvaardigheid gaan doen waar zij wil. En wij moeten ons allemaal goed in acht nemen en al onze ledematen zuiver houden, want de Heer zegt: Wie begerig naar een vrouw kijkt, heeft in zijn hart al echtbreuk met haar gepleegd. (Mt 5:28) (In sommige handschriften volgt hierna nog: En de apostel: Weten jullie niet dat jullie ledematen een tempel van de Heilige Geest zijn (1 Kor 6:19)? Wie dus de tempel van God ontheiligt, ham zal God te gronde richten. (1 Kor 3:17)



    Geef hier uw reactie door
    Uw naam *
    Uw e-mail
    URL
    Titel *
    Reactie * Very Happy Smile Sad Surprised Shocked Confused Cool Laughing Mad Razz Embarassed Crying or Very sad Evil or Very Mad Twisted Evil Rolling Eyes Wink Exclamation Question Idea Arrow
      Persoonlijke gegevens onthouden?
    (* = verplicht!)
    Reacties op bericht (0)



    Blog als favoriet !

    Klik hier
    om dit blog bij uw favorieten te plaatsen!


    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs