Een
dag van devotie volgens de 150 weesgegroeten-rozenkrans en de 15 staties van de
Kruisweg, en nog andere devoties tijdens de dag :
Start
de dag om 9 uur ’s morgens :
Oorspronkelijk werden 150 weesgegroeten gebeden naar de 150
psalmen. Maar de monnik Henri Egher (+ 1408), van het kartuizerklooster van
Keulen, verdeelt de 150 Weesgegroeten in tientjes. De kartuizermonnik Dominique
van Pruisen (+1461), linkt het bidden van de tientjes aan de overweging van de
mysteries van het leven van Christus. Alain de la Roche (+1475) zorgt voor een
grote verspreiding naar het initiatief van Dominique de Guzman (13e Eeuw),
stichter van de Dominicanen, die vroeg om de Weesgegroeten te bidden. Het
bidden van de 150 Weesgegroeten per tientjes, omvat drie rozenhoedjes van
vijf tientjes: de blijde geheimen, de droevige geheimen en de glorievolle
geheimen. Vandaag doen we de aloude devotie opnieuw door een volledige dag in
het bijzonder te wijden aan de 150 psalmen en de 150 weesgegroeten.
Litanie van de
Heilige Maagd Maria
Heer, ontferm U over ons.
Christus, ontferm U over ons.
Heer, ontferm U over ons.
Christus, aanhoor ons.
Christus, verhoor ons.
God, hemelse Vader, ontferm
U over ons.
God, Zoon, Verlosser van de
wereld, ontferm U over ons.
God, heilige Geest, ontferm
U over ons.
Heilige Drievuldigheid, één
God, ontferm U over ons.
Heilige Maria, bid voor ons.
Heilige Moeder van God, bid
voor ons.
Heilige Maagd der
maagden, bid voor ons.
Moeder van Christus, bid
voor ons.
Moeder van de Kerk, bid voor
ons.
Moeder van de goddelijke
Genade, bid voor ons.
Allerreinste Moeder, bid
voor ons.
Moeder van
barmhartigheid, bid voor ons.
Zeer kuise Moeder, bid voor
ons.
Maagdelijke Moeder, bid voor
ons.
Onbevlekte Moeder, bid voor
ons.
Beminnelijke Moeder, bid
voor ons.
Bewonderenswaardige
Moeder, bid voor ons.
Moeder van goede raad, bid
voor ons.
Moeder van de Schepper, bid
voor ons.
Moeder van de
Zaligmaker, bid voor ons.
Allervoorzichtigste
Maagd, bid voor ons.
Eerwaardige Maagd, bid voor
ons.
Lofwaardige Maagd, bid voor
ons.
Machtige Maagd, bid voor
ons.
Goedertieren Maagd, bid voor
ons.
Getrouwe Maagd, bid voor
ons.
Spiegel van
gerechtigheid, bid voor ons.
Zetel van Wijsheid, bid voor
ons.
Oorzaak van onze
blijdschap, bid voor ons.
Geestelijk vat, bid voor
ons.
Eerwaardig vat, bid voor
ons.
Heerlijk vat van
godsvrucht, bid voor ons.
Mystieke roos, bid voor ons.
Toren van David, bid voor
ons.
Ivoren toren, bid voor ons.
Gouden huis, bid voor ons.
Ark van het verbond, bid
voor ons.
Deur van de hemel, bid voor
ons.
Morgenster, bid voor ons.
Heil van de zieken, bid voor
ons.
Toevlucht van de
zondaren, bid voor ons.
Troosteres van de
bedroefden, bid voor ons.
Hulp van de christenen, bid
voor ons.
Koningin van de engelen, bid
voor ons.
Koningin van de
aartsvaders, bid voor ons.
Koningin van de
profeten, bid voor ons.
Koningin van de
apostelen, bid voor ons.
Koningin van de
martelaren, bid voor ons.
Koningin van de
belijders, bid voor ons.
Koningin van de maagden, bid
voor ons.
Koningin van alle
heiligen, bid voor ons.
Koningin zonder erfsmet
ontvangen, bid voor ons.
Koningin in de hemel
opgenomen, bid voor ons.
Koningin van de heilige
rozenkrans, bid voor ons.
Koningin van het gezin, bid
voor ons.
Koningin van de vrede, bid
voor ons.
Lam Gods, dat de zonden van de
wereld wegneemt, spaar ons Heer.
Lam Gods, dat de zonden van de
wereld wegneemt, verhoor ons Heer.
Lam Gods, dat de zonden van de
wereld wegneemt, ontferm U over ons.
Bid voor ons, Moeder van God,
opdat wij de beloften van
Christus waardig worden.
Laat ons bidden
Heer God, wij bidden U: geef ons,
uw dienaren, dat wij ons mogen verheugen in een bestendige gezondheid van ziel
en lichaam; mogen wij door de verheven voorspraak van de heilige Maria, die
altijd maagd is gebleven, verlost worden van de tegenwoordige droefheid en de
eeuwige vreugde genieten. Door Christus, onze Heer.
Amen.
Dierbare Verenigde Harten van
Jezus en Maria, ik wens mij over te geven aan Heilige en Goddelijke Liefde in
alle dingen, in alle wegen en op ieder moment. Zend mij de genade opdat ik dit
kan volbrengen. Help mij als ik tracht aan deze genade te beantwoorden. Bouw Uw
Rijk op in mijn hart. Amen
Eerste geheim
:
de aankondiging van de H. Aartsengel Gabriel aan de H. Maagd Maria dat ze
zwanger zou worden
De boodschap
is NEDERIGHEID.
De engel zei
tot Maria: "U zult zwanger worden en een zoon krijgen, die u de naam Jezus
moet geven. Hij zal Zoon van de Allerhoogste God worden genoemd". Lukas 1, 31-32
Dank U, God, voor deze blijde
boodschap, dat U uw Zoon mens hebt laten worden onder ons om ons te redden.
Dank U dat wij U door Jezus onze Vader mogen noemen en dat wij broeders en
zusters zijn van elkaar.
Maria, onze Moeder, leer ons te leven vanuit deze blijde boodschap in vast
geloof en vertrouwen. Laten wij samen met u zeggen: Goede God, hier ben ik voor
U; wat er ook gebeurt, laat uw woord aan mij geschieden.
1e statie :
Jezus wordt veroordeeld door Pilatus tot de Kruisdood
O Jezus Christus, oneindige zoetheid voor allen die U beminnen,
vreugde die elk genoegen te boven gaat, hoop en heil voor de zondaars. Gij hebt
bewezen geen groter verlangen te hebben dan onder de mensen te leven. Zelfs
hebt Gij uit liefde tot hen, de menselijke natuur aangenomen. Wees indachtig al
de smarten die Gij hebt doorstaan van het ogenblik van uw menswording af, maar
vooral tijdens uw heilig lijden, zoals het voor alle eeuwen werd ontworpen en
besloten door de goddelijke Voorzienigheid. Wees indachtig o Heer, dat Gij in
het Laatste Avondmaal de voeten van uw leerlingen hebt gewassen, dat Gij hun uw
Heilig Lichaam en uw Kostbaar Bloed hebt geschonken en dat Gij hun uw
aanstaande lijden hebt voorspeld. Wees indachtig de droefheid en de bittere
walging die Gij in uw Ziel hebt ondergaan; zoals Gij zelf hebt getuigd bij het
slaken van de pijnlijke kreet “Mijn ziel is bedroefd tot de dood toe.” Wees
indachtig alle angsten en smarten, die Gij in uw teder Lichaam hebt gevoeld
reeds vóór de foltering van de kruisdood.
Onder het uitbreken van het bloedig zweet hebt Gij tot
driemaal toe een smeekbede tot de vader gericht, dan werd Gij door Judas, uw
leerling, verraden en gevangen genomen door uw uitverkoren volk. Vervolgens
werd Gij door valse getuigen beschuldigd, door die rechters onrechtvaardig
veroordeeld, dit alles in uw jeugdige leeftijd en in de heerlijke Paasdagen.
Wees indachtig dat Gij van uw klederen werd ontdaan en met de mantel der
bespotting werd omhuld, dat men uw ogen en uw gelaat heeft bedekt, dat men U
kaakslagen heeft toegediend, U met doornen gekroond en een rietstok in de
handen gestopt.
Vervolgens hebben de beulen U aan een zuil vastgebonden, uw
Lichaam met slagen verscheurden U met smaad overladen. In de herinnering aan
alle smarten en aan de droefheid die Gij voor uw Kruisoffer reeds hebt doorstaan,
verleen mij o Heer, vóór mijn dood en waar berouw, een volledige belijdenis van
mijn zonden, een herstellende boete en de vergiffenis van al mijn zonden. Amen.
(H. Brigitta van Zweden)
Wees
gegroet… Onze Vader…
www.denieuwepsalmberijming.nl
- Copyright : Small Stone Media t/a Dicht bij de Bijbel – enkel voor eigen
gebruik
Psalm 1
1. Gelukkig wie verkeerd gezelschap mijdt,
wie niet het pad kiest dat tot zonde leidt,
wie weigert om met spotters op te trekken.
Gelukkig wie de rijkdom wil ontdekken
van wat de HEER hem in zijn wetten leert,
wie daar verheugd steeds over mediteert.
2. Hij is een boom in goede grond geplant,
die is geworteld aan de waterkant.
Als het zijn tijd is zal hij vruchten dragen.
Zijn blad verdort zelfs niet op hete dagen.
Hij groeit en bloeit bij alles wat hij doet.
Wat hij ook onderneemt, het gaat hem goed.
3. Het zal de wettelozen slecht vergaan:
zij kunnen in het oordeel niet bestaan.
Zoals de wind het kaf scheidt van het koren,
zo blaast God weg wie niet bij Hem wil horen.
De HEER beveiligt wie rechtvaardig is;
de zondaar eindigt in de duisternis.
Tekst: Jan Pieter Kuijper
Wees gegroet…
Psalm 2
1. Wat willen jullie,
wereldmachten, toch
met al die plannen en die dwaze dromen?
Verwacht je door dat goddeloos bedrog
van God en zijn gezalfde vrij te komen?
Daar spreekt de HEER vanuit zijn hemelwoning,
een boze stem vol goddelijke spot:
‘Ik ben de HEER; en mijn gezalfde koning
regeert in Sion, op de berg van God.’
2. De HEER gaf Mij
zijn goddelijke woord:
‘Jij bent mijn zoon; jij mag Mij alles vragen.
Er is geen land dat jou niet toebehoort.
Ik geef je macht de vijand weg te vagen.’
Heersers, denk na! Je moet je nu bekeren.
Kniel voor de zoon en luister naar zijn stem;
anders zal Hij je als een vuur verteren.
Je bent pas veilig als je schuilt bij Hem!
Tekst: Arjen Vreugdenhil
Wees gegroet…
Psalm 3
1. Mijn God, de vijand
staat
met man en macht paraat
om tegen mij te strijden.
Er wordt met mij gespot:
‘Hij krijgt geen hulp van God.’
Toch zult U mij bevrijden.
U bent mijn schild, mijn eer.
U richt mij op wanneer
mijn krachten het begeven.
Vanuit Jeruzalem
beantwoordt U mijn stem,
U waakt over mijn leven.
2. Ik sliep gerust vannacht:
de HEER heeft nieuwe kracht
voor deze dag gegeven.
Ik vrees de massa niet
die mij als mikpunt ziet,
want Hij beschermt mijn leven.
Sta op, mijn God en raak
mijn vijand op de kaak,
verbrijzel al zijn tanden.
Uw heil beslist de strijd.
Verlos ons, HEER en spreid
uw zegenende handen.
Tekst: Jan Pieter Kuijper
Wees gegroet…
Psalm 4
1. Wanneer ik roep, wilt U dan
horen,
o God van mijn gerechtigheid?
Geef ademruimte als tevoren.
Als U niet helpt ben ik verloren.
Luister genadig, kom op tijd.
Hoelang nog klinken ze, die lege
beschuldigingen tegen mij?
Heersers, bedenk: ik heb Gods zegen.
Wie mij wil treffen, krijgt Hem tegen.
Wanneer ik roep, dan luistert Hij.
2. Voel je je hart van boosheid
beven,
bedwing je dan en zondig niet.
Laat God zijn laatste oordeel geven.
Schenk Hem het offer van je leven.
Blijf rustig tot Hij uitkomst biedt.
Ik hoor hoe velen zich beklagen:
‘Is er een blijvend perspectief?’
God, antwoord op de bangste vragen,
wees zelf het licht van onze dagen.
Toon uw gelaat en heb ons lief.
3. Zij zoeken vreugde van
beneden
in brood en wijn, in hier en nu.
De mijne overstijgt het heden:
U laat mij slapen in uw vrede,
voor altijd veilig dicht bij U.
Tekst: Arie Maasland
Wees gegroet…
Psalm 5
1. HEER, luister naar mijn
bange klachten.
Mijn God en koning, hoor naar mij.
Sta mij ook deze morgen bij.
Steeds weer blijf ik na lange nachten
U, HEER, verwachten.
2. De misdaad zal beslist niet
lonen,
want U verafschuwt al het kwaad.
U bent een God die leugens haat.
U laat wie recht en waarheid honen
niet bij U wonen.
3. Maar ik, ik dank U voor uw
daden
wanneer ik in uw heiligdom
eerbiedig kniel en bij U kom,
omdat U mij met uw genade
hebt overladen.
4. HEER, leid mij veilig op uw wegen.
Uw liefde maakt voor mij ruim baan,
zodat ik naar U toe kan gaan.
Houd wie een aanslag willen plegen
doeltreffend tegen.
5. Hun mond kan enkel kwaad verspreiden;
hun keel is een geopend graf.
Verklaar hen schuldig, geef hun straf.
God, toon aan hen die U bestrijden
geen medelijden.
6. Maar vrolijk zijn de
vluchtelingen,
omdat U hun een schuilplaats biedt.
Er komt geen einde aan hun lied.
U zult hen die uw naam bezingen
met trouw omringen.
Tekst: Jan Pieter Kuijper
Wees gegroet…
Psalm 6
1. HEER, laat uw boosheid
varen,
wil mij uw straf besparen;
ik overleef die niet!
Kom toch mijn hart genezen;
wil mij genadig wezen
nu U mijn bangheid ziet.
2. Hoe lang laat U mij wachten
vol angstige gedachten?
Uw goedheid, HEER, is groot.
Breng mij het graf te boven,
want hoe kan ik U loven
of prijzen in de dood?
3. Moe ben ik van mijn klachten,
ik huil in lange nachten
mijn bed met tranen nat.
Mijn krachten zijn vervlogen;
gebroken zijn mijn ogen.
Mijn geest is dof en mat.
4. Ga weg van mij, rebellen
en jullie die mij kwellen
met onrecht en geweld.
De HEER verhoort mijn smeken.
Hij zal je hoogmoed breken:
je dagen zijn geteld.
Tekst: Arjen Vreugdenhil
Wees gegroet…
Psalm 7
Heer, mijn God, bij u schuil ik,
bevrijd mij van mijn vervolgers, red mij, ze zullen mij nog verscheuren als
leeuwen, mij meesleuren zonder dat iemand mij redt.
Heer, mijn God, als ik iets heb
misdaan, als er onrecht kleeft aan mijn handen, als ik goed met kwaad heb
vergolden, of mijn belager zonder reden heb beroofd – laat dan de vijand mij
achtervolgen, mij inhalen, vertreden en vertrappen in het stof, mij beroven van
mijn eer en mijn leven. Sela
Sta op, Heer, laat uw toorn ontbranden,
keer u tegen de razernij van mijn belagers, kom mij te hulp, gebieder van het
recht. Laat u omringen door de raad van de volken en bestijg hoog boven hen uw
troon, Heer, rechter van de wereld.
Doe mij recht, Heer, ik ben
onschuldig, mij treft geen blaam. Roep de goddelozen een halt toe en wees de
rechtvaardige tot steun. U die hart en nieren doorgrondt bent een rechtvaardige
God.
God is het schild dat mij
beschermt, hij bevrijdt de oprechten van hart. God is een rechtvaardige
rechter, hij bestraft het kwaad, elke dag.
Maar de vijand scherpt opnieuw
zijn zwaard, hij spant zijn boog en legt aan, hij richt zijn wapens om te
doden, zijn pijlen zijn schichten van vuur.
Hij draagt verderf onder het
hart, zwanger van onheil baart hij bedrog. Hij delft een put en diept hem uit,
maar valt in de kuil die hij zelf heeft gegraven. Het onheil keert zich tegen
hem, het geweld komt neer op zijn eigen hoofd.
Ik zal de Heer om zijn
rechtvaardigheid loven, de naam van de Heer, de Allerhoogste, bezingen.
Wees gegroet…
Psalm 8
1. HEER, onze Heer, uw naam
is hoog verheven.
Hoe indrukwekkend schiep U al het leven!
U maakt uw luister wereldwijd bekend.
De hemel laat ons weten wie U bent.
2. De eerste woordjes die een
kind kan uiten,
gebruikt U om uw vijanden te stuiten.
De kleuter is, wanneer hij met U praat,
een wapen dat de tegenstand verslaat.
3. Ik, sterveling, kan
bijna niet geloven
dat U de maan en sterren schiep daarboven.
Wat is een mens dan onbeduidend klein.
Hoe kan het dat U toch zijn God wilt zijn?
4. U schiep de mensen haast als
hemelingen,
met eer en luister wilt U hen omringen.
U geeft uw scheppingswerk in hun beheer;
uw hand legt alles aan hun voeten neer.
5. De mens heerst over vee en
wilde dieren
en over wat zijn weg zoekt in rivieren.
Ja, over wat er diep in zeeën leeft
en wat er hoog boven de aarde zweeft.
6. HEER, onze Heer, uw naam
is hoog verheven.
Hoe indrukwekkend schiep U al het leven!
U maakt uw luister wereldwijd bekend.
De schepping laat ons weten wie U bent.
Tekst: Jan Pieter Kuijper
Wees gegroet…
Psalm 9
1. Met heel mijn hart geef ik U
eer.
Uw daden wil ik prijzen, HEER!
Ik sta te juichen en te springen.
Uw grote naam zal ik bezingen.
2. Mijn vijand kromp van angst
ineen
en kwam ten val toen U verscheen.
Want U, rechtvaardig in uw oordeel,
besloot als rechter in mijn voordeel.
3. De goddelozen sloeg U neer.
Van hun bestaan weet niemand meer.
Hun steden zijn voorgoed verdwenen;
wat rest zijn enkel losse stenen.
4. De HEER is rechter
voor altijd.
Hij heeft de rechtszaak voorbereid.
Conform zijn wet zal Hij beslissen;
niet één keer zal Hij zich vergissen.
5. De HEER staat voor
verdrukten klaar.
Hij is een toevlucht in gevaar.
HEER, wie U kent, kan U vertrouwen;
U laat niet los wie op U bouwen.
6. Zing voor de HEER, breng
aan het licht
wat Hij als koning heeft verricht.
Hij wreekt het bloed dat wordt vergoten;
de zwakken zal Hij niet verstoten.
7. Help, HEER, mijn haters
kwellen mij!
Grijp in, mijn einde is nabij.
Dan zal ik van uw hulp getuigen,
in Sions poorten voor U juichen.
8. De volken lopen in het net
dat zij zelf hebben opgezet.
De HEER zal zijn gezag herstellen;
geen vijand kan het navertellen.
9. De goddelozen krijgen straf.
Wie God vergeten, wacht het graf.
Maar God zal aan de armen denken
en hun een nieuwe toekomst schenken.
10. Sta op, druk trotse mensen
neer
en vel een eerlijk vonnis, HEER.
Laat alle volken voor U beven.
Toon hun dat zij maar even leven.
Wees gegroet…
Psalm 10
1. Waarom, HEER, blijft U
zo op afstand staan?
Zwaar worden zwakke mensen onderdrukt.
Hoogmoedig vallen profiteurs hen aan.
Zorg dat hun uitgekookte plan mislukt!
De goddeloze die zijn dagen plukt
denkt uit de hoogte: Wie kan mij wat maken?
Er is geen God, dit zijn mijn eigen zaken!
2. Wat hij ook doet, het gaat
hem voor de wind.
Hij wuift God weg en lacht om iedereen
die zijn gedrag ten hemel schreiend vindt.
Hij rijgt de leugens met gemak aaneen.
Hij dreigt met grof geweld en is gemeen.
Langs stille wegen legt hij hinderlagen
om hulpelozen doodsangst aan te jagen.
3. Hij houdt zich, door de
duisternis omringd,
verscholen in het struikgewas en wacht.
Hij loert, duikt plotseling ineen en springt,
zoals een niets ontziende leeuw op jacht.
Zo vangt hij arme mensen zonder macht.
Hardnekkig sust de wreedaard zijn geweten:
‘God ziet het niet of zal het wel vergeten.’
4. Sta op, HEER, hef uw
hand op, toon uw kracht.
Vergeet de nood van de misdeelden niet.
Hoe kan het dat de zondaar U veracht?
U bent het juist die arme tobbers ziet!
U peilt hun pijn, U lijdt om hun verdriet.
Voor mensen die compleet zijn vastgelopen
houdt U uw armen vol ontferming open.
5. Eis rekenschap en sla de
zondaars neer.
Straf hen totdat het kwaad is weggevaagd.
Dit is uw land, U bent de koning, HEER!
Wie hier niet thuishoort, wordt door U verjaagd.
U hoort wat de zachtmoedige U vraagt.
Wie weerloos is, mag altijd bij U blijven.
Geen mens kan de verdrukte nog verdrijven.
Tekst: Jan Pieter Kuijper
Heilige Aartsengel Michael,
machtige hemelse strijder,
help ons met uw zegen,
bevrijd ons door uw macht,
verdedig ons met uw hemelse legermacht.
aan u vertrouwen wij ons toe,
bescherm ons en neem ons mee naar het Hoogste Goed.
H. Michael, onze hemelse bewaker,
kom ons te hulp en vertroost ons,
o bewaker van degenen die geloof hebben,
vervul ons met de liefde van de Vader,
de vrede van de Zoon,
de genade van de Heilige Geest. Amen.
Om 10 uur : Tweede geheim : de H. Maagd Maria gaat op bezoek bij haar nicht
Elisabeth die zwanger is van de H. Johannes de Doper
De boodschap is LIEFDADIGHEID EN
NAASTENLIEFDE.
"U bent de gezegende onder
de vrouwen en gezegend is Jezus de vrucht van uw schoot. Gezegend is zij, die
geloofde, dat God zou doen wat Hij zei".
Lukas 1, 42 & 45
Heer Jezus, in de moederschoot ging
U met Maria mee naar Elisabeth. Wilt U zo ook met ons meegaan en leven in ons
hart. Laten wij steeds op weg naar onze naaste een blijde getuige zijn en een
hulp voor ieder die ons nodig heeft.
Maria, met u willen wij onze Heer danken en bezingen om de grote werken die Hij
voor ons heeft gedaan.
Tweede statie : Jezus neemt het Kruis op zijn schouders
O Jezus, innige vreugde der
Engelen, onuitputtelijke bron van genot, wees indachtig de schrik en de pijnen
die U hebben overweldigd, toen de beulsknechten U als razende leeuwen omringden
en U als om strijd allerlei beledigingen, kaakslagen, kwetsuren en onmenselijke
folteringen toebrachten. Bij het overwegen van al deze kwellingen en dat ijzingwekkend
leed, smeek ik U, o mijn Zaligmaker, mij van al mijn zichtbare en onzichtbare
vijanden te bevrijden en mij door uw bescherming toegang te verlenen tot de
eeuwige vreugde. Amen. (H. Brigitta van Zweden)
Wees gegroet… Onze Vader…
Psalm 11
1. Ik schuil bij God, waarom zou
jij dan zeggen:
‘Vlieg als een vogel vlug hier ver vandaan,
want goddelozen zoeken jou: ze leggen
hun pijlen op de boog en vallen aan.
’s Nachts jagen ze op mensen die goed leven.
Je hebt geen keus dan op de vlucht te slaan
nu alle fundamenten het begeven!’
2. De HEER doorziet de
slechten en de goeden
vanaf zijn troon die in de hemel staat.
Wie zondigen ervaren eens zijn woede
en wie geweld verheerlijken zijn haat:
ze zullen onder stormgeweld bezwijken.
De HEER is eerlijk: wie de zonde laat
kan Hem vrijmoedig in de ogen kijken.
Tekst: Jan Pieter Kuijper
Wees gegroet…
Psalm 12
1. Help HEER, de liefde en
de trouw ontbreken!
Oprechte mensen zijn een zeldzaamheid.
Het is normaal om leugentaal te spreken
en gladde praatjes worden grif verspreid.
2. HEER, wil die gladde lui
de mond toch snoeren!
Ze zeggen pochend en vol eigenwaan:
‘Wij winnen door het hoogste woord te voeren.
Wij zijn de sterkste, niemand kan ons aan.’
3. ‘Hoor hoe de kreten van de
armen klinken!
Nu sta Ik op en red wie onrecht lijdt.’
Zo spreekt de HEER. Als zuiver zilver blinken
zijn woorden in een trouweloze tijd.
4. Laat leugenaars het laatste
woord niet krijgen.
Behoed uw volk, houd uw belofte, HEER!
Aan alle kanten zie ik schurken dreigen;
verdorvenheid verspreidt zich meer en meer.
Tekst: Adriaan Molenaar
Wees gegroet…
Psalm 13
1. Hoe lang nog kijkt U mij niet
aan,
vergeet U wat ik moet doorstaan?
Hoe lang nog, HEER, blijft U verborgen?
Hoe lang nog kwellen mij de zorgen
en kan mijn vijand vrijuit gaan?
2. Geef antwoord, God, toon uw
gezicht.
Verdrijf de dood, schijn met uw licht.
Laat hen die op mijn leven jagen
niet vieren dat ik ben verslagen,
niet juichen dat ik ben gezwicht.
3. Ik steun op U, U staat mij
bij.
Eens maakt U mij liefdevol vrij.
Dan zal ik juichen, vrolijk zingen
als dank voor al uw zegeningen.
HEER, U bent goed geweest voor mij.
Tekst: Jan Pieter Kuijper
Wees gegroet…
Psalm 14
1. De dwazen doen alsof God niet
bestaat
terwijl ze zijn gebod met voeten treden.
De HEER kijkt uit de hemel naar beneden
en zoekt of er een mens is die het kwaad
hartgrondig haat.
2. Maar allen zijn zij bij Hem
weggegaan.
Waar is het inzicht van de goddelozen?
Zij gaan, zonder verblikken of verblozen,
hun eigen gang en trekken zich niets aan
van Gods bestaan.
3. Angst maakt al snel een einde
aan hun spot;
de HEER is met hen die rechtvaardig leven.
Jij dwaas, lach hen maar uit, ja, lach nog even;
Hij redt hen en verijdelt je complot.
Hij is hun God.
4. Ach, keerde toch voor Israël
het tij,
zodat de mensen weer in vrede leven.
Als God uit Sion eerherstel zal geven,
is Israëls gevangenschap voorbij,
juicht Jakob blij.
Tekst: Jan Pieter Kuijper
Wees gegroet…
Psalm 15
1. Wie is uw gast, HEER,
voor wie staat
de ingang van uw huis wijd open?
Wie goed doet en de leugen haat,
geen misstap op zijn weg begaat,
mag zonder kloppen binnenlopen.
2. Hij doet zijn buren geen
verdriet
en zal een vriend nooit afserveren.
Hij brengt geen mens in diskrediet,
benadeelt en veroordeelt niet.
Hij zal wie U dient respecteren.
3. Wie stand houdt, ook bij
tegenslag,
wie recht doet aan zijn debiteuren,
wie niemand schaadt uit winstbejag,
weet dat hij bij U wonen mag.
Wie zo leeft zal nooit iets gebeuren.
Tekst: Jan Pieter Kuijper
Wees gegroet…
Psalm 16
1. Schenk mij bescherming God, ik
schuil bij U.
U bent mijn meester, niets gaat U te boven.
De namaakgoden van het hier en nu
geven hun dienaars nooit wat ze beloven.
Mijn eerbetoon zullen zij niet meer krijgen.
Ik zal hun slechte naam voortaan verzwijgen.
2. U vult mijn beker, wat een overvloed.
U geeft mij levensruimte, wat een zegen.
Zelfs geeft U mij Uzelf, HEER, U bent goed!
U wijst mij dag en nacht de juiste wegen.
Ik stel mezelf voortdurend U voor ogen.
U staat mij bij, dus sta ik onbewogen.
3. Ik ben zo blij, ik weet
mijzelf beschermd.
Wat zou mij ooit nog doodsangst kunnen geven?
HEER, omdat U zich over mij ontfermt
is niet het graf het einddoel van mijn leven:
U zult mij tot de volle glorie leiden.
Royaal mag ik genieten aan uw zijde.
Tekst: Arie Maasland
Wees gegroet…
Psalm 17
1. HEER, hoor mij nu ik
roep om recht.
Ik vraag U mijn pleidooi te horen.
Oprecht breng ik mijn zaak naar voren.
Toon mij dat U aan waarheid hecht.
Wanneer U in mij zoekt naar zonden
en toetst wat binnen in mij leeft
en wat mijn mond gesproken heeft,
dan wordt geen kwaad bij mij gevonden.
2. U weet dat ik mijn voeten zet
op wegen die U hebt gewezen.
Ik heb geen wreedheid aangeprezen
of mij met vals geweld gered.
Ik dwaal niet af, ik wandel heilig.
Omdat U hoort, roep ik U aan.
U die mij nooit alleen laat staan,
bij U zijn mijn gebeden veilig.
3. Toon mij een teken van uw trouw.
Verlosser van wie tot U vluchten,
breng allen die mij bang doen zuchten
door uw bestraffing in het nauw.
Kom mij bewaren en bewaken,
zoals een hen haar kuikens doet.
Mijn vijand die onheilig woedt
wil met geweld mijn leven raken.
4. De tegenstanders om mij heen
staan niet voor medelijden open.
Zij spreken trotse taal en hopen
mij in te sluiten; hoe gemeen!
Belust op prooi zijn zij gaan jagen;
als wrede leeuwen loeren zij.
Mijn levenseinde lijkt nabij.
Hoe lang zult U hen nog verdragen?
5. HEER, val nu aan en vel
hen neer.
Doe allen weg die in dit leven
alleen maar om de wereld geven -
hun nageslacht krijgt alsmaar meer.
Dan zal ik, door U vrijgesproken,
genieten van het eeuwig licht.
Het stralen van uw aangezicht
maakt mijn geluk onafgebroken.
Tekst: Jan Boom
Wees gegroet…
Psalm 18
Ik heb u lief, Heer, mijn
sterkte, Heer, mijn rots, mijn vesting, mijn bevrijder, God, mijn steenrots,
bij u kan ik schuilen, mijn schild, kracht die mij redt, mijn burcht. Ik roep: ‘Geloofd
zij de Heer,’ want ik ben van mijn vijanden verlost.
Mijn omsloten de banden van de
dood, de kolkende afgrond joeg mij angst aan, de banden van het dodenrijk
omklemden mij, op mijn weg lagen de valstrikken van de dood.
In mijn nood riep ik tot de
Heer, ik schreeuwde naar mijn God om hulp. In zijn paleis hoorde hij mijn stem,
mijn roepen bereikte zijn oren.
Toen schudde en schokte de
aarde, de bergen trilden op hun grondvesten, beefden omdat hij vlamde van
woede, rook steeg op uit zijn neus, verterend vuur kwam uit zijn mond, hij
spuwde hete as.
Hij schoof de hemel open en
daalde af, duisternis onder zijn voeten, hij besteeg de cherub en vloog,
zwevend op de vleugels van de wind.
Hij maakte van het donker zijn
schuilplaats, trok een tent om zich heen van duister water, dichte wolken. Een
vuurgloed ging voor hem uit, wolken joegen voort, hagel en gloeiende as.
De donder van de Heer klonk aan
de hemel, de Allerhoogste verhief zijn stem: hagel en gloeiende as. Hij schoot
zijn pijlen en sloeg de vijanden uiteen, wierp zijn bliksemschichten en
verdreef hen.
De beddingen van het water
werden zichtbaar, de grondvesten van de wereld kwamen bloot door uw dreigende
blik, Heer, door de briesende adem uit uw neus.
Hij bood hulp van omhoog, greep
mij vast en trok mij op uit de woeste wateren, ontrukte mij aan mijn machtige
vijand, aan mijn haters, die sterker waren dan ik.
Op de dag van mijn ondergang
vielen zij aan, maar de Heer was mij tot steun. Hij leidde mij weg uit de nood
en gaf mij ruimte, bevrijdde mij, omdat hij mij liefhad.
De Heer heeft mijn onschuld vergolden,
mij beloond voor mijn reine handen: ik volgde de wegen die de Heer had gewezen
en werd mijn God niet ontrouw, zijn voorschriften hield ik voor ogen, zijn
wetten wees ik nooit af.
Ik was hem volkomen toegewijd en
hoedde mij steeds voor het kwaad, daarom heeft de Heer mijn onschuld beloond,
hij zag mijn reine handen.
U bent trouw voor de trouwe,
volmaakt voor de volmaakte, zuiver voor de zuivere, maar voor de sluwe
ongrijpbaar.
U bent de redder van het
vertrapte volk, wie zich hoog wanen, brengt u ten val. U bent het die mijn lamp
doet schijnen, u, Heer, mijn God, verlicht mijn duisternis, met u storm ik af
op een legerbende, met mijn God beklim ik de hoogste muur.
Gods weg is volmaakt, het woord
van de Heer is zuiver, een schild is hij voor allen die bij hem schuilen.
Wie anders is God dan de Heer,
wie anders een rots dan onze God? De God die mij met kracht omgordt, leidt mij
op een volmaakte weg,
Hij geeft ij voeten snel als
hinden, doet mij op toppen van bergen staan, oefent mijn handen voor de strijd –
mijn armen spannen de bronzen boog.
U was het schild dat mij redde,
uw rechterhand ondersteunde mij, uw woord maakte mij sterk, u baande de weg
voor mijn voeten, ik wankelde niet.
Ik achtervolgde mijn vijanden,
haalde hen in en keerde niet terug voor ik hen had vernietigd, ik verpletterde
hen, ze stonden niet meer op, dood lagen ze onder mijn voeten.
U hebt mij omgord met kracht
voor de strijd, mijn tegenstanders voor mij doen buigen, u liet mij de rug van
mijn vijanden zien, mijn haters, ik roeide ze uit.
Ze riepen om hulp, maar er was
geen redder, ze riepen de Heer, maar hij antwoordde niet. Ik verpulverde hen
tot stof in de wind, veegde hen weg als vuil van de straat.
U bevrijdde mij van een
opstandig volk, stelde mij aan tot hoofd van de naties. Een volk dat ik niet
kende, onderwierp zich, gehoorzaamde mij zodra het van mij hoorde.
Vreemdelingen toonden zich onderdanig, vreemde volken verloren hun kracht,
bevend kwamen zij uit hun burchten.
De Heer leeft, geprezen zij mijn
rots, hoogverheven is God, mijn redder. De God die mij wraak liet nemen, dwong
volken op de knieën, bevrijdde mij van mijn vijanden, verhief mij boven mijn
tegenstanders, ontrukte mij aan mannen van geweld.
Daarom wil ik u prijzen te
midden van de volken, Heer, een loflied zingen tot eer van uw naam. Hij schenkt
zijn koning grote overwinningen, betoont zich trouw aan zijn gezalfde, aan
David en zijn nageslacht, voor altijd.
Wees gegroet…
Psalm 19
1. De hemelkoepel spreidt
Gods macht en majesteit
ten toon van dag tot dag.
Ook door de stille nacht
weerklinkt Gods scheppingskracht:
een loflied vol ontzag.
God heeft de zon gemaakt
die ’s morgens vroeg ontwaakt
om zijn parcours te lopen.
Stralend is zijn gezicht.
Voor al zijn hitte ligt
de aarde kwetsbaar open.
2. De wet van onze HEER
zet aan tot ommekeer
en Hij misleidt ons niet.
Het is een zuiver licht
dat ons betrouwbaar zicht
en levensvreugde biedt.
Gods woord houdt eeuwig stand.
Puur goud of diamant
heeft lang niet zoveel waarde.
Honing smaakt minder zoet
en doet ons minder goed
dan Gods gebod op aarde.
3. HEER, door uw goede raad
vermijdt uw knecht het kwaad.
Gehoorzaamheid brengt loon.
Helaas, wie is oprecht?
Wie kent zijn fouten echt?
Maak mij hartgrondig schoon.
Leer mij bescheidenheid.
Dan word ik niet verleid
tot zaken die niet deugen.
Laat alles wat ik zeg
of zwijgend overleg,
mijn redder, U verheugen.
Tekst: Arie Maasland
Wees gegroet…
Psalm 20
1. Wij bidden dat God antwoordt,
koning,
als u het moeilijk heeft,
dat Hij u steunt vanuit zijn woning
en u bescherming geeft,
dat Hij uw offers zal gedenken
en geeft wat u zult vragen,
dat Hij u veel geluk zal schenken
en ieder plan laat slagen.
2. Wij zullen juichen, God
verhogen,
wanneer u winnen zult.
De vlag gaat uit voor ieders ogen,
als Hij uw wens vervult.
God houdt de vijand zeker tegen,
Hij heeft u uitverkoren!
Zijn sterke hand geeft u de zege,
want Hij zal u verhoren.
|