DE
WONDERDADIGE MEDAILLE
De
verschijningen en de Miraculeuze Medaille
De kapel werd gebouwd in 1815 in de Rue du Bac te Parijs en
werd toegewijd aan het Heilig Hart van Jezus. In 1830 kreeg ze het privilege
onderscheiden te worden met verschillende verschijningen van de H. Maagd Maria
aan zuster Catherine Labouré die voor eeuwig de kapel zouden sieren.
Catherine
De
verschijningen
De Hemel daalde neer op aarde. Tussen juli en december 1830
ontving de jonge novice zuster Catherine van de Dochters van Naastenliefde, de
buitengewone gunst met de H. Maagd te spreken op drie verschillende
gelegenheden. Vooraleer dit gebeurde kreeg Catherine eerst verschijningen van
H. Vincentius a Paulo die haar zijn hart toonde in drie verschillende kleuren.
Vincentius
Het hart was eerst wit: het kleur van vrede, dan rood: het
kleur van vuur, en dan zwart: een aanwijzing dat het ongeluk Frankrijk en
vooral Parijs zou treffen. Daarna kreeg zij de verschijning van Christus die
aanwezig is in de geconsacreerde hostie. Ik zag gedurig Onze Heer in het H.
Sacrament tijdens mijn opleiding, behalve in tijden dat ik twijfelde. Op 6
juni 1830, het feest van de H. Drie-eenheid, verscheen Christus als een
gekruisigde Koning, ontdaan van al zijn goddelijke luister.
18
juli 1830
Op de vooravond van het feest van H. Vincentius a Paulo,
die zij zo beminde, bad Catherine dat door zijn voorspraak, haar verlangen om
de H. Maagd Maria te zien zou vervuld worden. Die nacht werd ze geroepen bij
haar naam. Een mysterieus kind stond aan haar bed en vroeg haar op te staan. De
H. Maagd Maria wacht op jou. Catharine kleedde zich aan en volgde het kind die
heldere stralen scheen overal waar het kind voorbij ging. In de kapel hoorde
zij een geluid als het ritselen van een zijden gewaad. Haar kleine gids zei: Hier
is de H. Maagd Maria. In een beweging bevond ze zich aan de voeten van de H.
Maagd, die op een stoel zat. Ze legde haar handen op de knieën van Gods Moeder.

Er ging een tijdje voorbij. Het waren de zoetste van mijn
leven. Het is onmogelijk om te beschrijven wat ik ervaarde. De H. Maagd
vertelde mij hoe ik mij moest gedragen tegenover mijn geestelijke leidsman en
ze had het ook over andere zaken. De H. Maagd wees naar het altaar waar het
tabernakel zich bevond en zei: Kom aan de voet van dit altaar. Hier zullen
genaden verspreid worden aan allen die ernaar vragen in vertrouwen en met
vurigheid. Ze kreeg ook de zware taak een Broederschap van het Kind van Maria
op te richten. Priester Aladel zou dit verzoek op 2 februari 1840 inwilligen.
27
november 1830
De H. Maagd verscheen opnieuw in de kapel. Deze keer was
het vroeg in de morgen, gedurende de meditatie onder het schilderij van de H.
Jozef. (nu bevind zich daar het beeld van OLVrouw van de Aardbol).

Catherine zag twee levende schilderijen die in elkaar
vervaagden. In het beeld zag ze de H. Maagd die op een halve aardbol stond, met
haar voeten die de slang verpletterden. Eerst zag Catherine de H. Maagd die een
kleine gouden aardbol vasthield met een kruis erbovenop en die ze optilde naar
de Hemel. Catherine hoorde zeggen: Deze aardbol vertegenwoordigt de hele
wereld, waaronder Frankrijk, en elke persoon.

Daarna zag ze de mooie lichtstralen die uit de open handen
kwamen van Maria. Ze droeg ringen die bezet waren met juwelen. Op dat moment
hoorde Catherine: Deze stralen zijn het symbool van de genaden die Ik stort
over degenen die deze genaden aan mij vragen. Er vormde zich een ovale vorm
waarin in gouden letters stond: O MARIA,
ZONDER ZONDE ONTVANGEN, BID VOOR ONS, DIE ONZE TOEVLUCHT TOT U NEMEN. Dan
hoorde ze een stem: Laat een medaille maken volgens dit model. Degenen die dit
in vertrouwen dragen zullen overvloedige genaden ontvangen. Erna kreeg zij de
achterkant van de medaille te zien: de letter M met een klein kruis erboven en
eronder twee Harten, de ene gekroond met doornen en de andere doorboord met een
zwaard.
December
1830
In die maand hoorde Catherine opnieuw het ritselende geluid
tijdens de meditatie en deze keer kwam het achter het achter vandaan. Hetzelfde
beeld van de medaille verscheen bij het tabernakel. Deze stralen zijn het
symbool van de genaden dat de H. Maagd heeft verkregen voor degenen die om deze
genade vragen. Jullie zullen mij niet meer zien. Dit was het einde van de
verschijningen. Catherine bracht deze over haar haar biechtvader, Pr Aladel,
maar deze stond er niet voor open en beval haar niet erover te spreken. Dit
trof haar pijnlijk. Op 30 januari 1831 ontving ze het habijt van de Dochters
van Naastenliefde. De volgende dag vertrok ze naar het Verpleeghuis van
Enghien, in het oostelijk deel van Parijs gelegen. Het was een arme wijk waar
ze 46 jaar lang de ouderen en armen verpleegde in volledige anonimiteit.
De
medaille
Maar de aanroeping die in 1830 een begin had gemaakt werd
duizenden keren in de harten van duizenden Christenen over de hele wereld
gebeden en stegen op ten Hemel, op het verzoek van de Moeder Gods. Wat een
effect hadden deze! Op 8 december 1854 kondigde Paus Pius IX het dogma van de
Onbevlekte Ontvangenis aan. Door het unieke privilege en de genade verkregen
door God, met het oog op de verdiensten van Jezus Christus, de Redder van het menselijk
ras, is Maria ontvangen zonder zonde vanaf het moment van haar conceptie.
Vier jaar later (1854) werd door de verschijningen in
Lourdes het privilege van de Moeder Gods bevestigd. Met haar Onbevlekte Har is
Maria de eerste mens die werd verlost door de verdiensten van Jezus Christus op
het Kruis. Zij is het licht van onze wereld. We zijn allen, net zoals zij,
voorbestemd voor het eeuwig geluk in de Hemel.
Zuster Catherine bleef een innerlijke stem horen die erop
stond dat de Medaille moest gemaakt worden. Catherine sprak er opnieuw over met
haar biechtvader Pr Aladel. In februari 1832 brak een verschrikkelijke
cholera-epidemie uit in Parijs en eiste een dodentol van meer dan 20000 mensen.
In juni begonnen de Dochters van Naastenliefde de eerste 2000 medailles op het
verzoek van Pr Aladel. De genezingen namen toe en vormende een bescherming
tegen de ziekte en brachten vele bekeringen teweeg. De inwoners van Parijs
noemden haar de wonderdadige medaille. Toen zuster Catherine stierf in 1876 waren
reeds meer dan een miljard medailles verspreid over de hele wereld.

Betekenis
Op de
voorkant :
·
O MARIA ZONDER ZONDE ONTVANGEN, BID VOOR ONS,
DIE ONZE TOEVLUCHT TOT U NEMEN : de identiteit van Maria wordt hier expliciet
aan ons onthuld. Ze is Onbevlekt gebleven vanaf het moment van haar conceptie.
De kracht achter haar machtige voorspraak ligt erin dat degenen die tot haar
bidden door dit privilege meedelen in de verdiensten van het Lijden van haar
Zoon. Daarom nodigt de H. Maagd Maria iedereen uit om zijn toevlucht tot haar
te nemen in de moeilijkheden van dit leven.
·
Haar voeten die zich op de aardbol bevinden, verpletteren
de kop van de slang: voor Joden en Christenen is de slang het symbool van satan
en de machten van het kwaad. De OLVrouw is in een geestelijke strijd gewikkeld,
net zoals wij: de strijd tegen het kwaad. Het slagveld bevindt zich in onze
wereld. Zij roept ons op het wereldse denken te verlaten en ons te bekeren. De
genade van bekering moeten we aan Maria vragen zodat ze het voor ons en de hele
wereld kan doorgeven. Wij moeten ons volledig overgeven aan God, onze wil
overgeven aan Zijn Wil. God weet wat voor ons het beste is, en daarom moeten we
Hem niet tegenwerken door onze wil te doen.
·
Haar geopende handen en vingers met ringen van
edelstenen: de edelstenen geven lichtstralen die de aarde bereiken. De
helderheid van deze stralen zijn zoals de schoonheid van de verschijning. Wij moeten ons vertrouwen stellen in Marias geloof
en trouw in haar Schepper en in haar kinderen (de ringen), in de efficiëntie
van haar voorspraak (de stralen van genade die vallen op aarde), en in de
uiteindelijke zege (het licht). Zij is als de eerste leerling de eerste die
gered werd.
Op
de achterkant :
·
De letter M met een kruis erboven: het initiaal
van de naam Maria met het Kruis van Christus. Deze zijn onderling verweven en
tonen de onafscheidelijke relatie aan tussen Christus en Zijn Heilige Moeder.
Maria heeft als missie de redding van de mensen gekregen door haar Zoon Jezus
en door haar mede-lijden is zij de medeverlosseres geworden, in het verlossend
offer van Christus.
·
De twee harten: Het ene hart dat omgeven is
door de doornenkroon is het Heilig Hart van Jezus. Het brengt een wrede episode
in herinnering aan het Lijden van Christus en het vertegenwoordigt Zijn
passionele liefde voor de mensheid. Het andere hart is doorboord door een
zwaard en is het Onbevlekt Hart van Maria. Het brengt de profetie van Simeon in
herinnering. De dag waarop Maria en Jozef het kind Jezus opdroegen in de Tempel
kreeg ze van de H. Simeon te horen dat haar Hart zou doorboord worden. Het
vertegenwoordigt de liefde van Christus die Maria vervult en haar liefde voor
ons. Omwille van onze Redding heeft ze het offer van haar eigen Zoon aanvaard.
Deze twee Harten zijn nauw aan elkaar verbonden en tonen aan de Marias leven geleid
werd in intimiteit met Jezus.
·
12 sterren: Ze vertegenwoordigen de twaalf
apostelen en de Kerk. Als men tot de Kerk behoort dan bemint men Christus en
neemt men deel aan Zijn lijden voor de redding van de wereld. Elke gedoopte
persoon wordt uitgenodigd om een deel van de missie van Christus te worden door
zijn hart te verenigen met de Harten van Jezus en Maria. De medaille roept ons
op her pad van liefde te kiezen zoals Christus en zijn Moeder, zelfs tot de
volledige overgave van zichzelf.
In de
kapel
In de kapel bevindt zich nu nog het ongeschonden lichaam
van zuster Catherine Labouré onder het altaar van de OLV met de gouden aardbol.

Dit is een breedbeeld van het hoofdaltaar en zijaltaren van
de kapel.

Boven het hoofdaltaar is te lezen op 3 verschillende bogen:
Kom aan de voet van dit altaar waar de genaden zullen
verspreid worden op jullie. Ik geloof en belijd uw Heilige en Onbevlekte
Ontvangenis. O Maria, zonder zonde ontvangen, bid voor ons, die onze
toevlucht tot u nemen.

H.
Vincentius a Paulo
Vincentius a Paulo werd geboren in 1581 in het stadje dat sinds
1828 Saint-Vincent-de Paul heet. Het ligt op 50 km van Bayonne, in de provincie
Landes-Frankrijk. In 1600 werd hij tot priester gewijd. Vanaf 1605 verbleef hij
in Rome, waar hij in handen viel van Turkse zeerovers die hem in Tunis als
slaaf verkochten. In 1607 wist Vincent te ontvluchten aan de slavenhandelaars.
In
1612 werd hij pastoor in Clichy en een jaar later huiskapelaan en leraar
van de gegoede familie Gondi. In 1617 stichtte hij een vrouwenvereniging die
zich wijdde aan de zorg voor armen en zieken.
In
1619 kreeg hij de moeilijke taak om als hoofdaalmoezenier te zorgen voor de
galeislaven. Hij voelde zich met deze mensen, die onmenselijk hard moesten
werken op de galeien, zeer verbonden en hij deed er alles aan om hun lot, waar
mogelijk, te verbeteren.
Ook
trok hij van parochie naar parochie en preekte hij daar gedurende drie dagen om
de gelovigen de kans te geven om orde op geloofszaken te stellen, de zogenaamde
volksmissies. Tevens verbeterde hij de organisatie en opleiding van de
priesters.
In
1625 stichtte hij de Congregatie der Missie, vanwege de naam van hun eerste
klooster (het voormalige melaatsenhuis St. Lazare) ook wel de lazaristen genoemd.
Leden van deze congregatie werden uitgezonden om in verre landen, waaronder
China en Brazilië, het evangelie te prediken.
En
in 1633 stichtte hij samen met de H. Louise Legras-de Marillac een
zustercongregatie Dochters van Liefde van Vincentius a Paulo, die nog altijd
een grote congregatie is. In de loop der tijd ontstonden er ook andere door de
vincentiaanse spiritualiteit geïnspireerde ordes.
Van
1643 tot 1652 was hij lid van een raad die ook medezeggenschap had bij het
benoemen van bisschoppen. Maar hij werd door kardinaal Mazarin uit die
raad gezet, omdat hij het niet eens was met diens politieke invloed, die er
onder andere voor zorgde dat Mazarin aan de macht kwam.
Hij
stond koning Lodewijk XIII van Frankrijk bij aan diens sterfbed.
Hij
zei tegen zijn volgelingen: "Ik geef je als klooster de straat, als cel de
ziekenkamers, als kapel de parochiekerk, als slot de gehoorzaamheid en als
sluier de ingetogenheid." En ook: " Je verliest er niets bij zusters,
wanneer je het gebed of de Eucharistie moet verlaten om naar de armen te gaan,
want je gaat naar God als je de armen gaat dienen."
|