Palmzondag
: over de intocht van Christus Thomas a Kempis
Er zijn 6 groepen van mensen die Christus eren. De kinderen
van de Joden nemen palmtakken gingen de Heer gaan groeten. Het is een geschenk
om dit te overwegen: het feest van Palmen,
de plechtige intocht van de heilige Kerk evenals de toewijding van het Joodse
volk dat Christus eert met grote vreugde en lof. Wat de Joden lichamelijk aan
de Mensgeworden Christus aanboden, behoren wij geestelijk aan Christus aan te bieden, die nu
regeert in de Hemel. Men kan dit overvloedig doen met vrome liederen en hymnes,
maar God houdt ook van de innerlijke aanbidding van ons hart en Hij verlangt
ons naar het Jeruzalem te brengen dat hierboven is. Want Hij kwam in het
bijzonder op aarde om de bewoners aan de Hemel te herinneren. Om deze
reden haastte hij zich naar de plaats van het lijden om ons een zeer gelukkige
thuis in de Hemel voor te bereiden.
Het is een teken dat Hij
een ezel en haar veulen beval en dat Hij zachtmoedig bereed naar de stad
van het aardse Jeruzalem dat een beeld is van de gelukzaligheid van de Hemel,
dat ons terug naar Christus voert en naar het eeuwig leven met de heilige Engelen. Hij
zal ons dierlijk lichaam uit het stof der aarde verheffen en ons bekleden met
de heerlijkheid van onsterfelijkheid en de toekomstige opstanding van de
rechtvaardige, die om dit te verdienen deze staat waardig zal zijn. Hij die
zich als een klein kind onder de Hebreeuwse kinderen zal vernederen en als een
vroom lastdier zal worden onder de voeten van Christus, zal zich gereed tonen
in elke plaats en tijd voor het welbehagen van God. Want wie zachtmoedig en
nederig onder zijn broeders leeft en zich beschouwt als een ezel, een onnutte
dienaar, wegens een zwak punt dat hij in zichzelf waarneemt, zal vanwege zijn
nederig zelfrespect, Christus eerder behagen en dichter bij Hem zijn, dan de
arrogante Farizeeër die als een trots paard zichzelf heeft geprezen om zijn
goede daad.
De eenvoud van de ezel kan
op meer vergeving rekenen dan het trotse paard. Christus koos daarom de ezel als
toonbeeld van Zijn zachtmoedigheid. Hij verwierp het paard, dat zou kunnen
hinniken en de anderen bijten. Zo neemt Christus ook nu de eenvoudige en
nederige mens om Hem te dienen; en plaatst het juk van heilige religie op zijn
rug, dat hij volgens de wet van leven en tucht na de dood een weg naar het
hemelse Jeruzalem mag bewandelen. Bedenk daarom welke grote
deugden Christus ons liet zien door Zijn menselijke natuur in deze intocht.
Hij, die terwijl Hij de hoogste was, rijk en machtig boven alles, als de ware Zoon
van God volgens de goddelijkheid, niettemin de voortreffelijkheid van Zijn
Majesteit toonde voor het volk. Niet door uiterlijke pracht maar met veel
nederigheid en zachtmoedigheid naderde Hij de stad, die weerspannig was tegen
Hem.
Dit is onze Koning. Johannes de Doper verkondigde dat Hij
als het Lam, in de wereld zou komen. Hij, die voor de redding van het menselijk
ras, naar de plaats van lijden ging, om het werk van onze verlossing te
volbrengen, zoals het geopenbaard was door de heilige patriarchen en profeten.
Hij week niet af voor het aangezicht van zijn vijanden, noch vreesde Hij de
heilige plaats vanwege de boosheid van het volk, maar met de grootste
naastenliefde en mededogen naar de jaloerse en woedende mens, om hun hartstochten
te kalmeren. Om hun uitspattingen en slechte daden rouwde en weende Hij. Hij
luisterde niet naar het applaus en de lof van de mensen, maar had Zijn oog gericht
op de toekomstige gevaren van de perverselingen. Hij sprak tegen hen die zich
in het verborgene verheugden op deze manier: "Want als u wist wat u te
verduren kreeg: zou u ongetwijfeld eerder treuren en wenen met Mij."
"Want het hart van de wijzen is waar rouw is en het
hart van de dwaas waar vrolijkheid is." Want door droefheid wordt de ziel
van de zondaar omgevormd en door vrolijkheid wordt de staat van de religieuze
geest vaak losbandig. Zoveel verder is een mens van God verwijderd als degene
die steeds intenser en langer bezig is met externe zaken. Daarom gaf de Heer
goede raad aan degenen die in hoog aanzien staan van de mensen en veel vrienden
hebben, namelijk dat zij hun ogen richten op de tegenwoordige dingen en eraan
denken, hoe onbeduidend deze vreugden zijn. Laat daarom de afgeleide en
verstrooide ziel terugkeren naar de daden van Christus, en alle wereldse
bezigheden terzijde schuiven. Verzamel bloemen van goede gedachten uit de
Heilige Schrift, en innerlijke oefeningen, zoals verse palmen om u naar de
hemelse Koning te haasten om Hem te ontmoeten.
En zelfs al de ziel het gezang hoort van uiterlijke zaken
die betrekking hebben op het feest, laat haar daar niet alleen achter maar zoek
ijverig naar het reddende mysterie dat erin verborgen ligt. Er moet daarom
worden opgemerkt dat in de intocht van Christus zes groepen van klassen van de
goede mensen worden gevonden, die Christus eren door één of andere vrome daad.
Sommigen gaan voor Hem uit, anderen volgen Hem. Sommigen nemen palmtakken mee, anderen
spreiden hun kleren uit en anderen lopen in de buurt van de Koning. Niemand
staat er toe te kijken, niemand is uit op kletspraatjes. Elk vervult met
vreugde zijn taak. Maar deze dingen kunnen prachtig begrepen worden in een
mystieke en morele zin en zo geïnterpreteerd worden naar het geloof en de
moraal. Degenen die vóór Christus uit gaan, zijn de aartsvaders en profeten,
die vele mysteries over Christus aan de mensen voorzegden en verlangden om
Christus te zien. Zij die Christus volgen, zijn zn discipelen en andere
gelovigen die bekeerd zijn door Christus.
Zij verzaken aan hun wereldse bezittingen en zorgen. Zij volgen Christus
perfect na, zijn een voorbeeld door woord en daad en leiden anderen naar Christus.
Degenen die palmtakken van de bomen afhakken en ze meenemen, zijn de Kerkleiders
en verkondigers van Gods Woord over de hele wereld. Zij verzamelen door hun
studie zoveel bloemen en lommerrijke takken; zij doen mooie en nuttige
uitspraken uit de heilige boeken en verhandelingen van de kerkleraars. Ze prediken
ze daarna in de Kerk en geven het voorbeeld aan de mensen. En opdat zwakke of
onwetende toehoorders onderweg hun voet niet tegen een steen van schandaal
zouden stoten, vanwege de moeilijkheid van de geboden, zijn er daarom goede
leraars die vele voorbeelden van de Heiligen brengen om het pad van het hemelse
leven te effenen. Het zijn als bloemen van rozen en lelietjes-van-dalen. Er
zijn ook nog de martelaren, de biechtvaders en de maagden.
|