Je hebt twee soorten
mensen : degenen met waarden en degenen die van een andere, achterlijke planeet
komen. Het bijbrengen van normen en waarden is belangrijk en moet zo vroeg
mogelijk bij kinderen aangeleerd worden. Daarom een artikel van een
kinderpsycholoog :
Normen en waarden bijbrengen (www.oudersvannu.nl)
Opstaan voor ouderen in de tram, niet schelden of pesten
Hoe geef je je kind de waarden en normen mee die belangrijk voor jou en voor
anderen zijn? Kinderpsycholoog Tischa Neve legt uit.
Wat zijn normen en waarden
Waarden zijn opvattingen die voor een grote groep mensen
belangrijk zijn en de omgang met elkaar bevorderen. Hierbij kun je denken aan:
eerlijkheid, vertrouwen en respect voor elkaar en elkaars eigendommen. Hier
komen normen (regels) uit voort: je liegt niet tegen mensen en je discrimineert
en steelt niet.
Opstaan in de bus
Als je in de bus zit en er stapt een ouder iemand in die
geen zitplaats heeft, dan bied je diegene jouw stoel aan. Waarom? Misschien
omdat je hebt geleerd dat het zo hoort. Of omdat je hebt ervaren en geleerd dat
het respectvol en fijn is om behulpzaam te zijn naar anderen toe. Voor elkaar
opzij gaan bij een drukke ingang, iemand die maar één boodschap heeft voor
laten gaan bij de kassa, het zijn dingen die velen van ons doen, uit
beleefdheid, omdat je een ander er blij mee maakt. Maar wat voor jou
vanzelfsprekend is, hoeft niet voor een ander te gelden. Aan ons als ouder de
taak om onze kinderen van jongs af aan in aanraking te laten komen met deze
normen en waarden die het leven met elkaar leuker en makkelijker maken.
Overleg met je partner
Een heleboel normen en waarden zijn vanzelfsprekend voor
ons. Je hebt ze van jongs af aan meegekregen en denkt er niet bij na. Als
vanzelf draag je ze waarschijnlijk ook over op je kinderen omdat je het
voorleeft of benoemt als er zich iets voordoet.
Maar welke normen en waarden zijn nou echt belangrijk voor
jou als ouder? Als je hier zelf en met je partner eens echt bij stilstaat kun
je ook zorgen dat je je kinderen dat meegeeft wat je echt graag wilt, van jongs
af aan.
Afstemmen
Je kind komt steeds meer in aanraking met deze ongeschreven
regels. Niet alleen thuis, maar ook op de peuterspeelzaal of het
opvangadres. En daar kunnen weer andere afspraken en regels gelden dan thuis.
Kinderen kunnen doorgaans heel goed omgaan met deze verschillen, zolang ze op
elke plek duidelijk zijn en niet al te groots afwijken. Daarom is het helpend
dat je een opvangplek kiest die goed past bij jouw waarden en normen, jouw
visie op opvoeden, met elkaar omgaan en in het leven staan. Net als dat van oma
soms iets wel mag en thuis niet, leren kinderen dat ook snel met andere
plekken.
Check van te voren heel goed het pedagogisch beleid van de
opvang, verdiep je in hoe zij over dingen denken en hoe ze met bepaalde dingen
omgaan. Bespreek bij een intake de zaken die jij belangrijk vindt: hoe gaan ze
om met straffen en belonen, wat zijn waarden en normen die ze er benadrukken?
Komt dit niet overeen met wat jij belangrijk vindt of voelt het niet goed en
passend? Kijk dan verder naar een plek die wel goed voelt.
Loop je in de loop dan de tijd tegen dingen aan waar je
zelf echt anders over denkt? Maak het dan bespreekbaar op de opvangplek.
Wellicht is er een middenweg te vinden of kunnen de leidsters opletten dat ze
ook benadrukken wat jij belangrijk vind.
Tips
Wat kun jij nog meer doen?
1.
Sta eens stil bij wat jij belangrijk vindt in
de omgang met andere mensen. Welke normen en waarden zijn voor jou heel
belangrijk? Dat helpt je om het ook bewust over te brengen op je kind en ook om
bijvoorbeeld opvangplekken te vinden die hier goed bij aansluiten.
2.
Bespreek met belangrijke mensen om je kind heen
(grootouders die veel oppassen, gastouder) als jij bepaalde dingen echt
belangrijk vindt. Bijvoorbeeld: straffen of belonen, onvoorwaardelijke
acceptatie van kind en emoties, respect voor elkaar bijbrengen.
3.
Kies de opvang die past bij jouw normen en
waarden en visie op opvoeden. Kleine verschillen zijn helemaal niet erg, daar
leren kinderen alleen maar van.
4.
Doe belangrijke normen en waarden voor:
kinderen leren het meest van wat ze jou zien doen, niet van wat je zegt. Doen
en regelmatig bewust benoemen naar je kind toe dus, van jongs af aan.
5.
Het is het mooist als kinderen dingen niet gaan
doen omdat het zo hoort, maar echt omdat ze van binnenuit voelen dat het fijn
of prettig is als je ze doet. Benoem wat jij doet en wat je je kind ziet doen
en het positieve effect. Kijk, je zei dank je wel tegen de slager en hij
lacht, dat vindt hij fijn. Als je me helpt met klusjes in huis dan ben ik
sneller klaar en ik vind het veel gezelliger .
6.
Leg uit waarom iets fijn, aardig, respectvol of
behulpzaam is. Waarom je iets belangrijk vindt of waarom je iets doet. Je kunt
zeggen je moet opstaan voor een oudere mevrouw in de trein omdat dat hoort
of: ouderen mensen zijn slechter ter been en kunnen niet altijd stabiel of
lang staan, daarom is het fijn om voor ze op te staan als je jonger bent.
7.
Leer je kind dat er ook andere culturen
zijn en dat de gewoonten van iemand met een andere achtergrond kunnen
verschillen van jullie regels. Dat jullie normen en waarden niet per se beter
zijn dan die van een ander. Zo stimuleer je hem zich in te leven in een ander
en zich open te stellen voor andere ideeën. Je kind in aanmerking laten komen
met deze andere culturen is een hele mooie manier. Door boeken, reizen, andere
plekken bezoeken, enzovoort.
8.
Help je kind van jongs af aan om zich te
verplaatsen in de ander. Dat is nog heel lastig voor hele jonge kinderen maar
je kunt er zeker al een begin mee maken door vanaf dat ze het begrijpen steeds
weer te verwoorden hoe iets voor een ander is. En als ze wat ouder zijn ze mee
te nemen in: Is het fijn als iemand iets afpakt? Kijk, het kindje huilt
ervan
Vind je eigen weg
Kinderen leren van ons en op plekken waar ze veel komen
welke normen en waarden belangrijk zijn om op een prettige manier met elkaar
samen te leven. We kunnen daar van alles aan bijdragen, maar het meest
effectieve is toch wel dat we zelf goed weten wat we belangrijk vinden in het
leven en de omgang met anderen en dit gewoon de hele dag door laten zien,
voorleven en benadrukken. Daar leren kinderen het allermeest van!
Voorbeelden normen en waarden
Denk er nog eens goed over na. Welke dingen wil jij je kind
graag meegeven? Een aantal voorbeelden:
- elkaar
geen pijn doen
- als
een van de kinderen een ander kind (per ongeluk) pijn doet, wordt het
betrokken bij het troosten van het andere kind
- eerst
vragen, niet zomaar afpakken
- geen
vieze of lelijke woorden gebruiken
- geen
kinderen buitensluiten
- geen
dingen stuk maken
- we
pesten geen andere kinderen
- iedereen
is goed zoals hij is en mag zijn zoals hij is
- vriendelijk
tegen elkaar zijn
- respect
voor elkaar
- een
alstublieft en dank je wel
-
|