ZESDE DAG

Vol 18 – 5/11/1925: “Geef Ons het oor van je hart en luister naar Ons diep getreur in het Sacrament van het Huwelijk. Hoezeer is het verstoord! Het Huwelijk werd verheven door Mij tot een Sacrament, om het in een heilig verbond te plaatsen, het symbool van de heilige en gewijde staat van de Drie-eenheid, de goddelijke liefde die het omsluit. De liefde die moest heersen in de vader, moeder en kind, de eensgezindheid, de vrede moest de Hemelse Familie symboliseren. Ik moest op aarde vele andere gezinnen hebben die gelijkaardig waren aan de Familie van de Schepper, voorbestemd om de aarde te bevolken zoals vele aardse engelen, en hen dan terug te brengen om de Hemelse gebieden te bevolken. Maar ah! Hoeveel getreur als Ik de gezinnen van zonde zie gevormd worden in het Huwelijk, die de Hel symboliseren, met onenigheid, met gebrek aan liefde, met haat en die de aarde bevolken zoals opstandige engelen die dienen om de hel te bevolken. De Heilige Geest treurt in elk Huwelijk, als Hij zoveel duivelse duisternis ziet gevormd worden op aarde. Plaats daarom je bewijs van liefde in elk Huwelijk, in elk schepsel dat tevoorschijn komt; op deze manier zal je liefdevol getreur Ons voortdurend getreur minder smartelijk maken.”

“Ons getreur is nog niet over; laat daarom je bewijs van liefde het bed van de stervende bereiken wanneer het Sacrament van de Ziekenzalving of H. Oliesel toegediend wordt. Maar ah! Hoeveel getreur, hoeveel verborgen getreur, hoeveel verborgen tranen! Dit Sacrament heeft de deugd om de stervende zondaar ten alle koste in veiligheid te brengen; het is de bevestiging van heiligheid voor het goede en heilige; het is de laatste band die het brengt door zijn zalving, tussen het schepsel en God; het is het zegel van de Hemel die gedrukt wordt in de verloste ziel. Het is de instorting van de verdiensten van de Verlosser, om haar te verrijken en haar te tooien. Het is de laatste borsteling die de H. Geest haar geeft om haar klaar te stomen om van de aarde te vertrekken, om haar waardig te maken om voor haar Schepper te verschijnen. Het H. Oliesel is de laatste weergave van Onze liefde, en het laatste kleden van de ziel; het is het herschikken van al de goede werken; daarom reageert het op een verrassende manier in degenen die leven om deze genade te ontvangen. Met het H. Oliesel is de ziel als bedekt met een Hemelse dauw die als in een adem al haar hartstochten en haar gehechtheid aan de aarde en al wat niet tot de Hemel behoort uitblust. Maar helaas! Hoeveel getreur, hoeveel bittere tranen, hoeveel slechte neigingen, hoeveel nalatigheden. Hoeveel verlies van zielen. Hoe weinig heiligheden die bevestigd kunnen worden; hoe schaars de goede werken om herschikt te worden. Oh! Als allen maar Ons getreur kon horen, Ons geween, over het bed van de stervende, in de daad van het toedienen van het Sacrament van het H. Oliesel –allen zouden huilen van verdriet. Wil je ons niet jouw bewijs van liefde geven voor elke keer dat dit Sacrament wordt toegediend, wat de laatste weergave is van Onze liefde voor het schepsel? Onze wil wacht overal op jou, om je bewijs van liefde te ontvangen en je gezelschap met Ons getreur en verzuchtingen.”

Gebeden:

·        7 x Glorie zij ter ere van de Heilige Geest, en bidden dat Zijn wonderen mogen vernieuwd worden over de hele Kerk

·        Klein kroontje van de goddelijke wil:  1 Onze Vader, 1 Wees gegroet en 1 Glorie zij, bid op elke kleine kraal : ‘Uw Wil zal geschieden op aarde zoals in de Hemel’, bid op elke grote kraal een Glorie zij. Bid op het einde: “Heer Jezus, we prijzen U, we beminnen U, we zegenen U, en we danken U die God zijt met de Vader en de H. Geest in Uw Heilige en Eeuwige goddelijke wil. Amen.”

·        Vol 17 – 17/5/1925: “Opperste Majesteit, ik kom om U in liefde te beantwoorden voor alles dat de Heiligmaker doet voor degenen die geheiligd worden. Ik kom om binnen te treden in de orde van genade, zodat ik in staat ben om U de glorie en de beloning van liefde te geven alsof allen zichzelf tot heiligen hadden gemaakt, en U te vergoeden voor al de tegenkantingen en gebrek aan eerbewijs aan de genade.” “Heiligmakende Geest, ik smeek U vlug te komen, ik bid tot U opnieuw – maak Uw wil kenbaar aan allen, zodat als ze uw wil kennen, ze Uw wil liefhebben en uw eerste daad mogen verwelkomen tot hun complete heiliging – die Uw Heilige Wil is.”

ZEVENDE DAG

Vol 20 – 20/9/1926: “Het is Mijn wil alleen dat de Schepper en het schepsel, de Verlosser en de verlosten, de Heiligmaker en de geheiligden, in overeenstemming en in communicatie brengt. Zonder Mijn wil, is het alsof de Schepping en de Verlossing niets waren voor hen, omdat hetgeen dat het leven en de goede dingen erin doet stromen, ontbreekt. De Sacramenten zullen dienen voor hen als veroordeling, omdat Mijn wil in hen ontbreekt. Hetgeen dat het doek over de Sacramenten scheurt om zo hen de vruchten en het leven dat ze bevatten, te geven ontbreekt. Daarom betekent Mijn wil alles; zonder Mijn wil blijven Onze prachtigste werken, Onze grootste wonderen, vreemd voor de arme schepselen, omdat Mijn wil alleen de opslagruimte is van al Onze werken, en daarom kunnen ze enkel door Mijn wil tot stand komen. Oh! Als allen eens wisten wat het betekent om Mijn wil te doen of niet te doen, zouden ze zich allen in overeenstemming ermee plaatsen om alle mogelijke en denkbare goede dingen te ontvangen, en de transmissie van het goddelijke leven.”

Vol 31 – 16/10/1932: “Wat een misdaad om de loop van Mijn wil te hinderen in de wil van het schepsel. Ik schiep de schepselen om voor Mijzelf vele manieren te vormen in de menselijke wil, om in staat te zijn om voortdurend erin te werken, en Mijn handelende daad erin te hebben. En degene die Mij belemmert, zou Mij willen hinderen in de voortzetting van Mijn schepping, om Mijn stappen te blokkeren en Mijn handen te binden zodat Ik niet in staat zou zijn te handelen. Helaas! Mijn wil niet doen lijkt niets teweeg te brengen, en toch is het de grootste misdaad waarvoor de goddelijke Majesteit wraak roept naar de arme schepsels, vooral wanneer het gekend is dat Mijn wil een werk doet, dat het een offer wil, en het niet doen is alsof iemand de waarheid betwist. En dit is een zonde tegen de Heilige Geest, en roept om wraak voor God. Mijn wil kennen en Min wil niet doen, is de Hemel sluiten, de goddelijke relaties verbreken, en het goddelijke bevel niet kennen dat elk schepsel verplicht is te weten en zich te onderwerpen aan wat Mijn wil verlangt, zelfs al kost het hen het leven. Wees daarom aandachtig, aanbid Mijn wil en wat het heeft beschikt voor jou als je je Jezus wil tevreden stellen.

Gebeden:

·        7 x Glorie zij ter ere van de Heilige Geest, en bidden dat Zijn wonderen mogen vernieuwd worden over de hele Kerk

·        Klein kroontje van de goddelijke wil:  1 Onze Vader, 1 Wees gegroet en 1 Glorie zij, bid op elke kleine kraal : ‘Uw Wil zal geschieden op aarde zoals in de Hemel’, bid op elke grote kraal een Glorie zij. Bid op het einde: “Heer Jezus, we prijzen U, we beminnen U, we zegenen U, en we danken U die God zijt met de Vader en de H. Geest in Uw Heilige en Eeuwige goddelijke wil. Amen.”

·        Vol 17 – 17/5/1925: “Opperste Majesteit, ik kom om U in liefde te beantwoorden voor alles dat de Heiligmaker doet voor degenen die geheiligd worden. Ik kom om binnen te treden in de orde van genade, zodat ik in staat ben om U de glorie en de beloning van liefde te geven alsof allen zichzelf tot heiligen hadden gemaakt, en U te vergoeden voor al de tegenkantingen en gebrek aan eerbewijs aan de genade.” “Heiligmakende Geest, ik smeek U vlug te komen, ik bid tot U opnieuw – maak Uw wil kenbaar aan allen, zodat als ze uw wil kennen, ze Uw wil liefhebben en uw eerste daad mogen verwelkomen tot hun complete heiliging – die Uw Heilige Wil is.”

ACHTSTE DAG

Vol 24 – 29/7/1928: “Je moet weten dat in alles wat Ik deed gedurende Mijn sterfelijk Leven, Ik het altijd zegende. Het was de eerste daad van Schepping waar Ik de schepselen wil aan herinneren, en om het te bevestigen en te zegenen aanroep Ik de Vader, het Woord en de Heilige Geest. De Sacramenten zijn bezield door deze zegeningen en aanroepingen. Wanneer Ik dus de gelijkenis aan de Schepper binnen de zielen oproep roepen Mijn gezegende oproepen ook het leven van Mijn goddelijke wil. Dat het moge terugkeren zoals in het begin van de Schepping om te heersen in de zielen, omdat Mijn wil alleen de deugd heeft om in hen levendig de gelijkenis aan te brengen van Hij die hen geschapen heeft, om het te doen groeien en het te bewaren met levendige goddelijke  kleuren.

“Zie wat zegening betekent: bevestiging van Ons creatief werk, omdat het werk wat We doen zo vervuld is van wijsheid en met verhevenheid en schoonheid, dat We het graag altijd willen herhalen. En als Onze zegening niets anders is dan het verlangen van Ons Hart om Ons beeld hersteld te zien in de schepselen, evenals de herhaling van Onze bevestiging van wat We willen doen, het teken van het kruis dat de Kerk leert aan de gelovigen is niets anders dan Onze Gelijkenis afsmeken van de schepselen; en zo Onze zegening echoën. Ze wordt herhaald door: ‘In de naam van de Vader, van de Zoon en de Heilige Geest.’ Daarom zijn de Kerk en de gelovigen in harmonie met de Eeuwige Schepper zonder het te beseffen en willen ze allen hetzelfde: God, door zegening en door de woorden uit te spreken, en de ‘Vader, Zoon en H. Geest’ willen Zijn gelijkenis geven; schepselen smeken het af door het teken van het kruis te maken en dezelfde woorden uit te spreken.”

Gebeden:

·        7 x Glorie zij ter ere van de Heilige Geest, en bidden dat Zijn wonderen mogen vernieuwd worden over de hele Kerk

·        Klein kroontje van de goddelijke wil:  1 Onze Vader, 1 Wees gegroet en 1 Glorie zij, bid op elke kleine kraal : ‘Uw Wil zal geschieden op aarde zoals in de Hemel’, bid op elke grote kraal een Glorie zij. Bid op het einde: “Heer Jezus, we prijzen U, we beminnen U, we zegenen U, en we danken U die God zijt met de Vader en de H. Geest in Uw Heilige en Eeuwige goddelijke wil. Amen.”

·        Vol 17 – 17/5/1925: “Opperste Majesteit, ik kom om U in liefde te beantwoorden voor alles dat de Heiligmaker doet voor degenen die geheiligd worden. Ik kom om binnen te treden in de orde van genade, zodat ik in staat ben om U de glorie en de beloning van liefde te geven alsof allen zichzelf tot heiligen hadden gemaakt, en U te vergoeden voor al de tegenkantingen en gebrek aan eerbewijs aan de genade.” “Heiligmakende Geest, ik smeek U vlug te komen, ik bid tot U opnieuw – maak Uw wil kenbaar aan allen, zodat als ze uw wil kennen, ze Uw wil liefhebben en uw eerste daad mogen verwelkomen tot hun complete heiliging – die Uw Heilige Wil is.”

NEGENDE DAG

Vol 22 – 12/6/1927: Ik volgde de daden van het goddelijk Fiat volgens mijn gebruikelijke manier, om al de relaties tussen de Schepper en het schepsel, tussen de Verlosser en de verlossenen, tussen de Heiligmaker en de heiligen te herstellen die gebroken zijn door de menselijke wil. Mijn geliefde Jezus bewoog in mijn binnenste en vertelde mij: “ Mijn dochter, degene die alle bestaande relaties wil kennen tussen de Schepper en het schepsel, en hun band willen versterken, moeten Mijn goddelijke wil laten heersten in zichzelf met absolute heerschappij.”

Een degene die al de relaties en banden van heiligheid wil ontvangen, moet de Heiligmaker beminnen. De H. Geest plaatst Zijn vlammen op de weg naar degenen die werkelijk lief heeft, en bindt haar met de relaties van Zijn Heiligheid. Zonder liefde is er geen heiligheid, omdat de banden van de ware heiligheid reeds gebroken zijn.”

Vol 18 – 1/10/1925: “Degene die Mijn wil doet en erin leeft houdt de banden van de Schepping in stand die bestaan tussen de Schepper en het schepsel, de banden van Verlossing, en de banden tussen de Heiligmaker en degenen die geheiligd worden. Mijn wil verzegelt al deze banden en zorgt dat het schepsel onafscheidelijk is van Mij. Daarom, wees er zeker van dat je Jezus je niet in de steek laat.”

Gebeden:

·        7 x Glorie zij ter ere van de Heilige Geest, en bidden dat Zijn wonderen mogen vernieuwd worden over de hele Kerk

·        Klein kroontje van de goddelijke wil:  1 Onze Vader, 1 Wees gegroet en 1 Glorie zij, bid op elke kleine kraal : ‘Uw Wil zal geschieden op aarde zoals in de Hemel’, bid op elke grote kraal een Glorie zij. Bid op het einde: “Heer Jezus, we prijzen U, we beminnen U, we zegenen U, en we danken U die God zijt met de Vader en de H. Geest in Uw Heilige en Eeuwige goddelijke wil. Amen.”

·        Vol 17 – 17/5/1925: “Opperste Majesteit, ik kom om U in liefde te beantwoorden voor alles dat de Heiligmaker doet voor degenen die geheiligd worden. Ik kom om binnen te treden in de orde van genade, zodat ik in staat ben om U de glorie en de beloning van liefde te geven alsof allen zichzelf tot heiligen hadden gemaakt, en U te vergoeden voor al de tegenkantingen en gebrek aan eerbewijs aan de genade.” “Heiligmakende Geest, ik smeek U vlug te komen, ik bid tot U opnieuw – maak Uw wil kenbaar aan allen, zodat als ze uw wil kennen, ze Uw wil liefhebben en uw eerste daad mogen verwelkomen tot hun complete heiliging – die Uw Heilige Wil is.”

EVENTUEEL OP PINKSTERZONDAG

“Hemelse Vader, ik bid in de Allerheiligste goddelijke wil, in de naam van Jezus en Maria door Luisa, voor alles en iedereen in het verleden, heden en toekomst dat de H. Geest komt met Zijn goddelijk Vuur en de aarde heiligt.”

“Kom H. Geest, vul de harten van degenen die verbonden zijn met Luisa met het onuitblusbaar Vuur van Uw goddelijke liefde; het Vuur van de goddelijke liefde dat de ziel in God verandert. Het Vuur van goddelijke Liefde dat met Zijn vlammen al de menselijke handelingen bekleed en hen de vorm van goddelijke handelingen geeft.”

“Kom H. Geest, vul degenen die verbonden zijn met Luisa met het Vuur van Uw goddelijke wil die een zodanige Kracht bevat dat ze een Nieuw Doopsel is voor de ziel, zoals Jezus aan Luisa vertelde: “zelfs meer dan het Doopsel zelf.” Was elke smet van ons, en geef ons dat nieuwe doopsel dat ons zal versterken in Genade om toegelaten te worden om te leven bij U op aarde als in de Hemel.”

“Kom H. Geest, doop degenen die verbonden zijn met Luisa met het Doopsel van Uw goddelijke Vuur. Herstel en genees ons met Uw adem van vuur. Zuiver ons met Uw goddelijke vuur en verteer al onze hartstochten en kwaden neigingen, en vind onze zielen naakt zonder gemoedsgesteldheden van buitenaf zal dit gemakkelijk zijn voor U, H. Geest, om ons te bekeren in Uw zeer goddelijk Vuur. Laat ons het branden van Uw goddelijke vuur voelen en het trillend goddelijk leven van onze Schepper zodat de hele mensheid terugkeert naar de “drager van zijn Schepper.” Dan zult U, Drie-ene God, het geluk, glorie en waardering voelen voor Uw creatief werk, als het Liefde weergeeft in Uw goddelijke schoot, zoals het voortkwam in een vuur van Liefde uit Uw vaderlijke Boezem.”

“Kom H. Geest met Uw goddelijk vuur van Uw goddelijke liefde en heilig de aarde. We vragen dit in naam van Jezus, Onze Heer, onder de blauwe mantel van Maria, Onze Moeder en door de voorspraak van de kleine dochter van de goddelijke wil, Luisa Piccarreta. Amen.”