De vervolging van de Antichrist en de bekering
van de Joden: deel 2
Nogmaals, Johannes spreekt over
een vreemd en mysterieus teken, dat iedereen groot of klein, rijk of arm,
slaaf of vrij man, zal moeten hebben op zijn rechterhand of voorhoofd. Dit zal
het kenteken van de apostasie of afvalligheid zijn, als getuigenis van hen die
het dragen, ofwel om de meester te behagen of zijn toorn te ontwijken. Zij hebben
de ware Christus geloochend en zich geschaard onder de banier van Zijn vijand. Wie
dit vernederende teken draagt, zal overvloedig genieten van de voordelen van
fortuin in overvloed. Zij zullen hoge salarissen, bonussen en gouden
handdrukken krijgen en openbare functies bekleden en een hoop genoegens en
goederen van allerlei soort; maar zij die weigeren zich zelf te tekenen met dit
afschuwelijk teken, zullen verbannen worden of vogelvrij verklaard. Er staat
geschreven, dat niemand iets kan
kopen of verkopen tenzij hij is gekenmerkt met de naam van het beest of met het
getal, dat voor zijn naam staat. Al degenen die dit teken niet hebben,
zullen worden verboden water te putten van de openbare bronnen en zullen zelfs onwaardig
zijn, om hun ogen te openen voor het daglicht en de schone lucht in te ademen. Die dagen zullen met meer angst gevuld
worden dan vanaf het begin van de wereld tot nu en in alle komende eeuwen.
De rechtvaardigen zullen worden veracht en onteerd; zij zullen dwazen genoemd
worden en verstoorders van de vrede; zij zullen worden beschuldigd van
vertrappen van eer en patriottisme, door te weigeren eer te geven aan de
grootste man, ooit in de wereld verschenen, het onvergelijkbaar genie, die de
menselijke beschaving gebracht heeft tot het toppunt van volmaaktheid en
vooruitgang.
Als de rechtvaardigen niet zouden
worden ondersteund door een bijzondere bijstand van God, dan zou er niet één
zijn, die het geweld van zulke verleiding zou kunnen weerstaan: Ita ut in errorem inducantur (si
fieri potest) etiam electi. In
de vreselijke dagen van de Franse Revolutie, waren er nog toevluchtsoorden,
veilige plekken voor vervolgden en de vogelvrij verklaarden. Het platteland was
gezond, en er waren ondoordringbare wouden en geheime paden. Maar toch in de
periode, die wij nu beschrijven, zullen wetenschap en de ontdekkingen hun
toppunt hebben bereikt. Iedere berg is doorboord. Er zullen geen rotsen meer
zijn of holen, eilanden of woestijnen, waar je vrij naar toe kan vluchten.
Zelfs je eigen huis of familie zal niet meer veilig zijn: want het wordt gezegd
dat: broeder zal broeder overleveren voor executie, en evenzo de vader zijn
kind. Het is ongewoon en zeldzaam dat het in de H. Schrift, -met betrekking tot
de toekomst,- over zulke bijzonderheden gaat. De profeten spreken tot ons in
raadselachtige en bedekte termen. Over het algemeen beperken zij zich tot het
uiteenzetten van de hoofdlijnen van wat ons te wachten staat. Maar wat met
betrekking tot de tegen de Heiligen gevoerde eindstrijd, aan de orde is, hebben
de geïnspireerde Apostelen het motto gevolgd: mala praevisa minus feriunt (het kwaad dat voorzien is doet het
minste schade); en zij hebben niets verwaarloosd of nagelaten, dat de
rechtvaardigen kon bemoedigen in de dagen van beproeving en grote rampen.
Zo leren zij ons, dat, in die
tijd, het Oosten nogmaals het trefpunt zal worden van de wereldmachten, en dat
de bedrieger, bezeten met de blinde, waanzinnige hartstocht om de heiligste
plaatsen (die het toneel zijn geweest van de zwaarte en lijden van de God-mens)
te ontwijden, zal zijn koningschap te Jeruzalem vestigen. Tot onze troost,
zeggen zij ons, zal God de duur van zijn macht verkorten en beperken tot twee
en veertig maanden ofwel drie en een half jaar. Het getal in de Heilige Schrift
vermeldt waarschijnlijk niet de lengte van tijd, die de man van de zonde
nodig heeft, om de aarde te veroveren en het toppunt van zijn macht te bereiken
Het is ondenkbaar te veronderstellen, dat zelfs met de hulp van de
bovenmenselijke en satanische krachten, die tot zijn beschikking staan, hij in
één enkele dag zich van de aarde meester zal maken. Men moet ervan uitgaan, dat
hij het toppunt van zijn macht geleidelijk zal bereiken en een lange tijd nodig
zal hebben om de naties te onderwerpen en de hele wereld in een netwerk van
sluw bedrog te brengen. Alles wat we weten van Johannes en de profeet Daniël
over de Antichrist is dat zijn heerschappij over de mensen van ieder ras, stam
en taal zal voortduren usque ad tempus,
et tempora, et dimidium temporis. dat is één jaar en nog twee jaren en
half jaar. Daniël zegt: Vanaf de tijd
dat het dagelijkse offer zal ophouden en de afschuw van de ontheiliging zal
heersen in de heilige plaats, duizend twee honderd en negentig dagen zullen
zijn verlopen.- Hieruit volgt, dat het tijdstip, dat Christus niet
langer aanwezig zal zijn op onze Altaren, en zichzelf offert als slachtoffer
van zijn Vaders Gerechtigheid om de misdaden van de mensen ongedaan te maken,
moet worden gerekend vanaf de dag, dat de Antichrist universele macht verkregen
heeft: alleen dan zal het Onbloedige Offer van het Altaar ophouden te bestaan;
maar, tot die dag, en gedurende de tijd van de Antichrist om zijn heerschappij
te voltooien, zal het Heilig Misoffer blijven voort bestaan.
De Apostel Johannes toont de naam
van de Antichrist; maar hij acht het passend om ons die te zeggen in de vorm
van getallen. Wij weten dat in verschillende talen, getallen kunnen worden
omgezet in letters van het alfabet en omgekeerd, letters van het alfabet in
getallen. Dus, Johannes zegt ons dat, in een taal, die hij ons niet bekend
maakt, de naam van het beest wordt uitgedrukt in het getal 666. De Vaders en
Doctors hebben getracht de sleutel te vinden ter verklaring van dit mysterieuze
getal en de verborgen naam die erachter zit vast te stellen. Maar hun
onderzoekingen hebben niets opgeleverd. Het is mogelijk een groot aantal namen
te bedenken, waarvan de letters, volgens de manier zoals zij worden
samengesteld, het getal uitdrukken dat Johannes heeft aangetoond. We kunnen
niet verder komen dan de mening van de H. Irenaeus, die ons verzekert, dat de
Heilige Geest ons de naam van de Antichrist voorstelt in een raadselachtig
getal, omdat Hij de echte betekenis wenst verborgen te houden tot de vervulling
van zijn profetie, tot de dag dat het in het belang van de mensen zal zijn, dat
de Antichrist aan hen wordt gesignaleerd. Dan, zegt Johannes, zij die het
inzicht hebben ontvangen zullen het niet meer kunnen misverstaan, en om het
beest te herkennen hoeven ze slechts het getal van zijn naam te tellen. Qui habet Intellectum, computat numerum Bestiae.
De Apostel Paulus zegt, dat God getrouw is en Hij heeft een pact gemaakt met de
bekoring, dat Hij niet zal toelaten, dat een mens boven zijn krachten wordt beproefd.
Hier zal de bekoring de normale grenzen en de wetten van de mensheid
overschrijden. Het past de barmhartigheid van God, dat het geneesmiddel in
verhouding staat met de omvang van het kwaad. Welnu, de genade van bijstand is
de meest bovenmenselijke en buitengewone, de meest vreemde aan de regels van de
geschiedenis en de gewone werking van de Voorzienigheid, van al die de Hemel
heeft gezonden aan de mens, sinds de Menswording van Gods Zoon.
Juist wanneer de storm op zijn
hevigst is, wanneer de Kerk zonder leider is, wanneer het onbloedige Offer
overal is opgehouden te bestaan en alles menselijker wijze verloren, zal men,
zegt Johannes twee getuigen zien opstaan. Deze twee getuigen zullen twee vreemde mannen zijn, die plotseling
midden in de wereld verschijnen zonder dat iemand weet waar zij vandaan komen,
noch van wat voor familie of plaats zij zijn. Dit is hoe Johannes over hen
spreekt in het elfde hoofdstuk van het boek Openbaring: Maar ik zal ook mijn twee Getuigen doen profeteren in zakken gehuld,
duizend en twee honderd en zestig dagen. Dit zijn de twee olijfbomen en de twee
luchters, die voor de Heer der aarde staan, (Openbaring 11,1-5) De
verbazing is gewoon niet onder woorden te brengen, die zich van de mensheid
meester maakt bij het zien van deze twee mannen, vreemdelingen naar ons
zakelijk gevoel, één van hen leefde zes duizend jaren geleden, de ander dertig
eeuwen, in een etherisch gebied, beneden firmamenten en op sferen
ontoegankelijk voor onze zintuigen en begrip. Toch is geen van deze getuigen
aan de mensenfamilie onbekend. Eén van deze kandelaars en olijfbomen is
Enoch, de overgrootvader van Noah, de directe voorvader van het hele menselijke
geslacht. De ander is de profeet Elias, die zoals de Verlosser zei, is bestemd
om alle dingen te herstellen. Hij zal een tweede keer komen om het getij van
boosaardigheid, dat nog roekelozer en ongeremder was dan in de dagen van Achab
te keren. Het zal ook het uur zijn van de redding van Israël. De grote profeet
zal het nageslacht van Abraham overtuigen, dat de Messias gekomen is, en dat
hij de sluier van onwetendheid en duisternis zal verwijderen, dat negentien
eeuwen lang zwaar op hun ogen gelegen heeft.
Hoe zij eruit zullen zien en hoe
zullen deze twee vreemdelingen van een ander tijdperk optreden? Wat voor
eerbiedwaardige uitstraling zullen deze mannen hebben? Dat zegt de Heilige
Schrift ons niet. Het zegt wel dat zij gedurende 1260 dagen zullen profeteren,
in sobere kleding. Hun uiterlijk heeft een boetvaardig voorkomen. Volgens
Daniël, zal de vervolging onder de Antichrist 1290 dagen duren; Dus de
prediking van Enoch en Elias zullen dertig dagen korter zijn. Hieruit volgt dat
zij in de periode dat de vervolging op zijn hevigst is. zullen verschijnen. Hoe
zullen zij, binnen het tijdbestek van hun missie, hele bewoonde plaatsen- en
streken van de wereld bereiken? Ons antwoord hierop is, dat het voor hen niet
nodig is elke stad te bezoeken. Het zal genoeg zijn voor hen in de voornaamste
steden te verschijnen. Voor hun prediking is het voldoende om gehoord te worden
in de hoofdsteden en voornaamste bevolkingscentra, waar de Antichrist geweest
is en waar hij zijn machtige aantrekkingskracht heeft uitgeoefend. Bovendien is
het onwaarschijnlijk dat Enoch en Elias altijd samen zullen zijn. Het is zeer
wel mogelijk, dat zij gescheiden zullen optreden, totdat, door een bevel van
God of op een providentiële inspiratie, zij plotseling tezamen komen voor de
laatste veldslag. Aanvankelijk zullen de ongelovigen weigeren hun identiteit
aan te nemen. Zij zullen proberen de hand aan hen te slaan of hen straffen als
bedriegers en schijn of onechte zieners. Het publiek zal hen bejegenen met
hekel en spot, en de media zullen hen hardnekkig doodzwijgen, ziedend van
woede, zullen zij trachten hen te doden, maar, zolang hun optreden duurt zullen
zij worden beschermd door een hogere macht. Hier is wat Johannes zegt:
Het Evangelie treedt niet in
bijzonderheden over de resultaten en doeltreffendheid van de missie van deze
twee grote getuigen. Maar men kan er van uitgaan, dat zij zeker een grote massa
dolenden de ogen zullen openen, en de meesten van hen, die door angst of ambitie
waren misleid tot de aanbidding van de ware God terug zullen brengen. Inderdaad
aan hun missie en hun prediking zal een kracht toegevoegd worden, die geen
andere evangelisch woord ooit zal hebben gehad, waarmee zij de koppigheid van
de Joden zullen overwinnen, die, buigend voor de luister van de wonderen en
staande voor voldongen feiten, zullen terugkeren onder de staf van de Herder
der herders, om met de Christenen één kudde te vormen en één schaapsstal. Wat
een inspirerende taal zal van hun lippen vloeien. Maar God geeft Zijn Genade
naar verhouding. Wanneer het Licht is gegeven, wanneer mensen de kans hebben
gehad, om de waarheid te onderscheiden van de leugen, dan zal God in Zijn
Wijsheid de wonderen staken of opschorten. Zo handelt de Voorzienigheid en niet
anders. Zo was het destijds met Samson toen de Filistijnen eens waren vernederd
en verslagen, nam God van hem zijn geest en verbazingwekkende kracht, waarmee
Hij hem had uitgerust, weg. Evenzo handelde God met Jeanne dArc: eenmaal haar
zending volbracht, nadat zij de Engelsen had verjaagd en de kroon terug had
geplaatst op het hoofd van Charles VII, leek haar genius en militair talent te
verbleken; zij werd gevangen genomen en keerde terug naar de normale
omstandigheden van het menselijk bestaan.
Zo zal het gaan in het geval van
Enoch en Elias. Bovendien zou het wonder, indien verlengd, geen ander effect
hebben dan hun halsstarrigheid te bevestigen die koppige mensen, die geweigerd
hebben hun woorden te ontvangen met een onderdanig oor en hart. Kortom, de twee
getuigen zijn niet dood, ofschoon één van hen zes duizend en die andere drie
duizend jaar oud is, en het is noodzakelijk, dat zij hun getuigenis bezegelen
door hun bloed te vergieten, en onderworpen te zijn aan de wet van de
menselijke natuur waarvan Christus Zelf niet verlangde gespaard te blijven. Hier,
dan, is wat zal gebeuren, zegt Johannes, in het hoofdstuk reeds aangehaald. Maar wanneer zij hun getuigenis hebben
volbracht, dan zal het Beest, dat uit de afgrond omhoog stijgt, strijd met hen
voeren, ze overwinnen en doden. En hun lijk zal blijven liggen op de straat van
de grote stad, geestelijk Sodom en Egypte geheten, waar ook hun Heer werd
gekruisigd. Uit volken, stammen en naties zullen er hun lijk zien liggen drie
en een halve dag lang; ze zullen niet toelaten, dat hun lijk in het graf wordt
gelegd. En de bewoners der aarde zullen zich over hen verheugen, elkaar
gelukwensen en elkaar geschenken zenden; want deze beide profeten hadden de
bewoners der aarde pijn gedaan. Maar na drie en een halve dag voer in hen een
levensgeest uit God, en ze stonden op hun voeten: grote schrik viel neer op
allen, die hen zagen. En zij hoorden een machtige stem uit de Hemel, die tot
hen riep: Stijg op hierheen! En toen stegen ze op in een wolk ten hemel, en
hun vijanden aanschouwden hen.
Johannes
zegt ons niet, wat het lot van de Antichrist zal zijn, maar de Apostel Paulus
leert dat: de Heer Jezus zal hem vernietigen met de adem van Zijn mond en hem
verlammen met de glans van zijn komst. Sommigen hebben uit deze tekst de
conclusie getrokken, dat Jezus in eigen persoon zal komen, om Zijn grote
tegenstander te treffen en dat dit de dag zal zijn, wanneer Hij zal verschijnen
in Zijn Glorie en Majesteit. Deze uitleg is niet juist. Thomas van Aquino en
Johannes Chrisostomos leggen de woorden: quem Dominus Jesus destruet
illustratione adventus sui(die de Heer Jezus zal vernietigen door de glans van
zijn komst) uit in de betekenis, dat Christus de Antichrist zal treffen door
hem te verblinden met een schittering, die als een omen en teken zal zijn van
Zijn Tweede Komst. De Apostel Paulus zegt helemaal niet dat Christus hem zal
doden met zijn eigen handen, maar door Zijn adem, spiritus oris sui (met de
adem van zijn mond) dat is, zoals Thomas van Aquino uitlegt, door de kracht
van Zijn macht, als een resultaat van Zijn bevel; hetzij, zoals sommigen
geloven, door dit bevel uit te voeren door de medewerking van de Aartsengel
Michaël, of door tussenkomst van een andere kracht, zichtbaar of onzichtbaar,
geestelijk of onbezield.
Satan
zal zeker in de afgrond worden teruggeworpen. De heerschappij van de man van
het verderf zal grondig worden verwoest, en zijn macht, die streefde zich uit
te strekken tot boven de Hemel, zal in een rookwolk opgaan. Zal de verrijzenis
van het lichaam en het Laatste Oordeel dicht op die grote gebeurtenis volgen?
De Heilige Schrift zegt daar niets over, en de Kerk heeft ook niets daarover
willen zeggen. Onder de exegeten zijn er die het bevestigen, andere echter
ontkennen het. Suarez is van mening dat na de dood van de Antichrist, de wereld
niet langer zal bestaan dan vijf en veertig dagen. Hij baseert zijn mening op
de profetie van Daniël, die, na aankondiging dat de vervolging door de man van
verderf 1290 dagen zal duren, eraan toevoegt: Gelukkig hij die hoop heeft en
ferm standhoudt tot de1335ste dag. Deze mening echter schijnt niet de meest
gangbare te zijn. De meest gezaghebbende opvatting is die welke lijkt het meest
in overeenstemming te zijn met de Heilige Schrift, dat, na de val van de
Antichrist, de Katholieke Kerk weer zal opbloeien en een periode van welvaart
en triomf zal beleven. Trouwens dat lijkt de geïnspireerde apostel Paulus, die
van alle zonen van Israël, de meest heldere kijk had op de toekomst en bestemming
van zijn volk te bevestigen. Dit benadrukt Hij wanneer hij gelet op de
genade en de zegen verkregen door de bekering van de Joden, die, volgens de
profetie van Maleachi, verlicht worden door de prediking van Enoch en Elias in
bewogenheid uitroept Als de val van de Joden de bekering van de Heidenen
teweeg bracht om hen na-ijverig te maken. Welnu wanneer hun val een schat werd
voor de wereld, wat zal dan hun wederopneming anders zijn dan een opstanding
uit de doden?
Deze
woorden zijn duidelijk, en lijken geen ruimte te laten voor twijfel. Ze komen
overeen met die van Johannes. Ik dan zag hen die de overwinning hadden behaald
over het: Beest en haar imago en ook het getal, dat de naam betekent. Zij
zongen het lied van Mozes, de dienaar van God, en het lied van het Lam. Met
andere woorden, de Christenen en de rest van de Joden hebben voortaan slechts
één geest en één geloof, zij richten de zelfde lof en zegeningen aan de Zoon
van God en, samen, verkondigen zij Zijn Glorie, zeggende: Machtig en
wonderbaar zijn Uw woorden, Heer God Almachtige! Rechtvaardig en waarachtig
zijn Uw wegen O Koning van de volken! Is het werkelijk geloofwaardig, dat de
dag, wanneer alle volken zullen worden verenigd en in deze lang gezochte
harmonie één zullen zijn, wanneer hemel en aarde zullen voorbijgaan met groot
geweld dat de periode, waarin de Strijdende Kerk haar volheid binnengaat,
samenvalt met die van de finale catastrofe? Zou Christus de Kerk opnieuw
geboren laten worden, in al haar glorie en al de pracht van haar schoonheid,
slechts om onmiddellijk daarna de bronnen van haar jeugd en haar
onuitputtelijke vruchtbaarheid droog te leggen? Als we er vanuit mogen gaan,
dat na de Antichrist, het einde van de wereld nog enkele eeuwen op zich laat
wachten, hetzelfde kan niet worden gezegd van de hoogste crisis, die grote
eenheid tot stand zal brengen, want, als we maar even naar de tekenen van de
huidige tijd kijken, de dreigende symptomen van onze politieke situatie en revoluties,
en de vooruitgang van de beschaving en de groeiende opmars van het kwaad,
tegelijk met de vooruitgang van die beschaving en de ontdekkingen in de
materiële orde, dan moeten we wel de nabijheid van de komst van de man van de
zonde voorzien, en van de dagen van de verwoesting voorzegd door Christus.
De
Heilige Schrift geeft ons drie hoofdtrekken die de heerschappij van de
Antichrist kenmerken. Ten eerste wil hij keizer en absolute heer en meester zijn
van het universum. Ten tweede wil hij Jeruzalem hebben als zijn hoofdstad. Ten
derde wil hij even knap zijn als gewelddadig. En de oorlog die hij wil voeren
tegen de heiligen, zal er een zijn van bedrog en misleiding.
Allereerst
wat wil de Antichrist? Hij wil macht over de hele wereld. De uitkomst van de
gebeurtenissen van de laatste tijd is overduidelijk: de maatschappelijke
ondergrond voorbereiden, waarin de heerschappij van de man van het verderf zal
worden uitgeoefend. Aan de ene kant heeft de spoorweg barrières gesloopt en
afstand overwonnen. De telegraaf? Internet geeft een onderdrukkende bestuurder
de mogelijkheid om zijn bevelen van de ene kant van het universum naar de
andere kant te sturen met de snelheid van het licht. Bovendien zijn de volken
van verschillende rassen zich aan het vermengen: Russen en Amerikanen,
Japanners en Chinezen ontmoeten elkaar op de zelfde schepen, gaan met elkaar
om, en kruisen elkaars paden in onze grote steden en in de handelscentra van
Europa, Californie en Equatoriaal Afrika. De verre volken zijn al onze uitvindingen
aan het namaken, gieten kanonnen, en beginnen oorlogsschepen en arsenalen te
bouwen. China dat kolossaal imperium van een massa mensen, waar iedere dag de
zeeën en rivieren een enorm overschot aan mensen opslokt, die de rijke en
vruchtbare grond niet meer kan voeden zij heeft haar monteurs, haar
ingenieurs en leert van onze strategie en industriële vooruitgang. Welnu,
hebben onze laatste oorlogen niet bewezen, dat de afloop van veldslagen boven
al ligt in getallen en dat, wat in legers en de politiek bepalend is voor
succes en overwinning, dat is de brutale, meedogenloze wet van de getallen?
Zo zal
het niet lang meer duren en is het uur daar, wanneer de miljoenen van Azië meer
soldaten tot hun beschikking zullen hebben, meer ammunitie, en meer militaire
macht dan alle andere volken; en de dag komt wanneer zij bewust van hun aantal
en kracht, zich in talloze horden op het verzwakte en door God verlaten Europa,
zullen werpen. Er zullen dan invasies zijn vreselijker dan die van de Hunnen en
Vandalen. Provincies zullen worden geplunderd, rechten geschonden, en kleinen
naties verwoest en als stof onder de voet gelopen. Dan zal men getuige zijn van
een kolossale agglomeratie van al de bewoners van de aarde, onder de scepter
van één leider, die ofwel de Antichrist is of één van zijn onmiddellijke
voorgangers. Die dag zal de dood zien van de democratie en de menselijke
vrijheid. De eenheid van alle volken zal worden herbouwd, voor de laatste keer,
op de puinhopen van alle onderdrukte naties. Het rijk van het kwaad zal zijn
voltooid. De Goddelijke Gerechtigheid zal de wereld geselen, door haar te onderwerpen,
ziel en lichaam, aan één meester....die zal worden voortgedreven door enkel
haat en verachting voor God. Dus, iedere goede waarnemer van de gebeurtenissen
van de huidige tijd, kan niet aan de indruk ontkomen,- alhoewel blijkbaar
onbegrijpelijk -, dat op het eerste gezicht, geen teken schijnt te voorspellen,
dat de zetel van zijn imperium: Jeruzalem zal zijn. Welnu, het is gemakkelijk
te zien, dat de beschaving van het atheïstisch materialisme, waarvan de
vrijdenkers en de antireligieuze pers de spoedige komst in het
vooruitzicht stellen, steeds sterker zich opdringt.
Haar
centrum van handelen en zetel van openbare macht zal Jeruzalem zijn. Trouwens,
wanneer het Christelijke Geloof tenslotte is uitgedoofd in de harten van de
mensen wanneer genot en welzijn de goden van de dag zijn geworden dan zal
menselijke handelen slechts één enkel doel hebben: de macht van de Staat; één enkele
hefboom en stimulans: de openbare mening; één inspiratie en drijvende kracht:
en deze stimulans, deze zenuw, deze bezielende kracht, zal zijn: goud. geld zal
op religie en moraal op de eerst plaats komen, en de basis zijn van de politiek
en de hoeksteen van alle instituties. De Pontif en koningen zullen de
financiers zijn; en de mensen, die het meeste geld hebben, zullen de genen
zijn, die spoedig de meeste macht over ons zullen uitoefenen. Welnu, na vijftig
eeuwen van bestaan, waarvan negentien in rampspoed, wordt overal een volk
gevonden, verstrooid in alle hoeken van de wereld, en dat men tegen komt in de
meest verre gebieden, en dat zich vermengt met de hele mensenfamilie,
onophoudelijk en steeds in afwachting van hun Messias, en dromen van de
wederopbouw van hun Tempel en, ondanks alle veranderingen en omwentelingen,
onwankelbaar in hun gelijksoortigheid in de achtervolging van hun doel. Het
moet gezegd worden, dat zij een actief, gematigd en hardwerkend ras zijn. Als
wij over hen spreken, dan doen wij dat in het abstracte en enkel van het
standpunt van hun bestemming en hun providentiële en historische zending. Dit
volk van illustere voorouders, die aan de wereld: Christus, de Apostelen, en de
Onbevlekte Maagd heeft gegeven.
|