Jezus Christus is God

Jezus is God en leeft eeuwig.
1 En het Woord was God
Johannes 1:1-3 : In het begin was het Woord en het woord
was bij God en het Woord was God. Dit was in het begin bij God. Alles
is door Hem geworden en zonder Hem is niets geworden van wat geworden is.
Er zijn twee zaken hier belangrijk : 1 Jezus is God, 2 Hij
schiep alles in bestaan.
2 Voordat Abraham was, was Ik (letterlijk : IK
BEN)
Johannes 8:58-59 : Jezus antwoordde hun: Voorwaar,
voorwaar, Ik zeg u: voor Abraham werd, ben Ik. Toen raapten zij stenen op om
Hem te stenigen, maar Jezus trok zich terug en verliet de tempel.
De Joden waren aan het discussiëren over wie Hij was in
vergelijking met Abraham en hoelang hij bestond. Jezus zei dat Hij voor Abraham
bestond en Ik ben toont Zijn goddelijkheid aan. Ik ben is hoe God zich
aankondigt aan Mozes. Wanneer God sprak uit de brandende braamstruik.
Exodus 3:13-14 : Maar
Mozes sprak opnieuw tot God: `Als ik nu bij de Israëlieten kom en hun zeg: De
God van uw vaderen zendt mij tot u, en zij vragen: Hoe is zijn naam? wat moet
ik dan antwoorden?' Toen sprak God tot Mozes: `Ik ben die is.' En ook: `Dit
moet gij de Israëlieten zeggen: Hij-is zendt mij tot u.'
Toen Jezus zei Ik ben zei Hij dat Hij God was. Dezelfde
God die tot Mozes sprak uit de brandende braamstruik. Het was Jezus dat sprak
uit de brandende braamstruik. Daarom namen de Joden stenen om Hem te stenigen, omdat
ze begrepen dat Jezus zich gelijk stelde met God. Het was godslasterlijk en
strafbaar.
3 Ik en Mijn Vader zijn EEN
Sommige Joden waren aan het discussiëren met Jezus en ze
vroegen Hem of Hij de Christus was.
Johannes 10:30-33 : Ik en de Vader, Wij zijn een. Weer
raapten de Joden stenen op om Hem te stenigen. Maar Jezus zei hun: Ik heb
voor uw ogen veel goede werken verricht, die uit de Vader voortkomen; om welk
van die werken wilt gij Mij stenigen? De Joden gaven Hem ten antwoord:
Niet om een goed werk stenigen wij U, maar om een godslastering: dat Gij, een
mens, Uzelf tot God maakt.
Hier verenigt Jezus zich met God en de Joden wilden Hem
bijna stenigen. Jezus en de Vader zijn 1 in karakter, streven en natuur. Alles
wat Hij deed, deed Hij volgens de wil van de Vader.
Johannes 14:9 : En Jezus weer: Ik ben al zo lang bij u en
gij kent Mij nog niet, Filippus? Wie Mij ziet, ziet de Vader. Hoe kunt ge dan
zeggen: Toon ons de Vader?
4 Mijn Heer en Mijn God
Johannes 20 : In de avond van die eerste dag van de week,
toen de deuren van de verblijfplaats der leerlingen gesloten waren uit vrees
voor de Joden, kwam Jezus binnen, ging in hun midden staan en zei: Vrede
zij u. Na dit gezegd te hebben toonde Hij hun zijn handen en zijn zijde. De
leerlingen waren vervuld van vreugde toen zij de Heer zagen. Nogmaals zei
Jezus tot hen: Vrede zij u. Zoals de Vader Mij gezonden heeft, zo zend Ik
u. Na deze woorden blies Hij over hen en zei: Ontvang de heilige Geest. Aan
wie ge de zonden vergeeft, zijn ze vergeven, en aan wie ge ze niet vergeeft,
zijn ze niet vergeven.
Tomas, een van de twaalf, ook Didymus genaamd, was echter niet bij hen, toen
Jezus kwam. De andere leerlingen vertelden hem: Wij hebben de Heer
gezien. Maar hij antwoordde: Als ik niet in zijn handen het teken van de
nagelen zie en mijn vinger in de plaats van de nagelen kan steken en mijn hand
in zijn zijde leggen, zal ik het niet geloven. Acht dagen later waren
zijn leerlingen weer in het huis bijeen, en nu was Tomas er bij. Hoewel de
deuren gesloten waren, kwam Jezus binnen, ging in hun midden staan en zei:
Vrede zij u. Vervolgens zei Hij tot Tomas: Kom hier met uw vinger en
bezie mijn handen. Steek uw hand uit en leg die in mijn zijde, en wees niet
langer ongelovig, maar gelovig. Toen riep Tomas uit: Mijn Heer en mijn
God!
Tomas noemde Jezus: mijn Heer en mijn God. Dit was geen
uiting van verbazing maar Tomas vertelde de waarheid.
5 De Godheid is in heel haar volheid lijfelijk
aanwezig
Kolossenzen 2:9 : Want in Christus is de Godheid in heel
haar volheid lijfelijk aanwezig,
Jezus was volledig God. Hier betekent lijfelijk aanwezig
ook dat Jezus de Godheid is en dat Hij zo blijft. Jezus werd niet Goddelijk,
Goddelijkheid is een deel van Zijn natuur. Jezus was zowel mens als God. Hij
heeft 2 naturen: het menselijke en het goddelijke.
6 In de vorm van God
Filippenzen 2:5-8 : Die gezindheid moet onder u heersen
welke ook Christus Jezus bezielde: Hij die bestond in goddelijke majesteit
heeft zich niet willen vastklampen aan de gelijkheid met God: Hij heeft
zich van zichzelf ontdaan en het bestaan van een slaaf aangenomen. Hij is aan
de mensen gelijk geworden. En als mens verschenen heeft Hij zich
vernederd, Hij werd gehoorzaam tot de dood, tot de dood aan een kruis.
Jezus had de uiterlijke verschijning van een nederige dienaar.
Hij zorgde voor de lichamelijke en geestelijke noden van de mens. Hij genas
hen, predikte het Evangelie en vergaf hen hun zonden.
Johannes 13:4-5 : Hij stond van tafel op, legde zijn
bovenkleren af, nam een linnen doek en omgordde zich daarmee. Daarop goot Hij
water in het wasbekken en begon de voeten van de leerlingen te wassen en ze met
de doek waarmee Hij omgord was af te drogen.
Hij waste zelfs de voeten van Zijn leerlingen. Dat was
volledig onverwacht omdat Jezus de langverwachte Messias was en Koning van
Israel. De apostelen hadden eigenlijk Zijn voeten moeten wassen. Iemands voeten
wassen was de taak van een dienaar.
Mattheus 20:28 : zoals ook de Mensenzoon niet gekomen is om
gediend te worden, maar om te dienen en zijn leven te geven als losprijs voor
velen.
Filippenzen2:6 : Hij die bestond in goddelijke majesteit
heeft zich niet willen vastklampen aan de gelijkheid met God:
Jezus was in goddelijke majesteit in de Hemel voordat Hij
mens werd. In de Hemel was Hij goddelijk. Jezus dacht niet dat Hij
godslastering pleegde toen Hij zei dat Hij gelijk was aan God. Het was de
waarheid.
7 Jezus ontvangt verering
De bijbel is duidelijk dat enkel de Almachtige God
aanbidding mag in ontvangst nemen. Toen de duivel Hem bekoorde om hem te
aanbidden zei Hij:
Mattheüs 4:10 : Toen zei Jezus hem: Weg, satan: er staat
geschreven: De Heer uw God zult gij aanbidden en Hem alleen dienen.
In vele verzen ontvangt Jezus aanbidding. De Wijzen
aanbaden Hem toen Hij geboren was.
Mattheüs 2:1-2 : Toen dan Jezus te Betlehem in Juda geboren
was ten tijde van koning Herodes, kwamen er te Jeruzalem Wijzen uit het
oosten en vroegen: Waar is de pasgeboren koning der Joden? Want wij
hebben zijn ster in het oosten gezien en zijn gekomen om Hem onze hulde te
brengen.
Nadat Jezus Petrus had gered van verdrinking terwijl Hij op
het water aan het lopen was en ze beiden terug in de boot kwamen :
Mattheüs 14:33 : De inzittenden wierpen zich voor Hem neer
en zeiden: Waarlijk, Gij zijt de Zoon van God.
Toen Jezus verscheen aan zijn leerlingen na Zijn
verrijzenis :
Mattheüs 28:9 : En zie, Jezus kwam hen tegemoet en zeide:
Weest gegroet. Zij traden op Hem toe, omklemde zijn voeten en aanbaden Hem.
Zelfs de engelen aanbaden Jezus :
Hebreeën 1:6 : Wanneer Hij evenwel de eerstgeborene opnieuw
de wereld binnenleidt, zegt Hij: Alle engelen Gods moeten Hem hulde brengen.
Filippenzen 2:9-11 : Daarom heeft God hem hoog verhevenen
Hem de naam verleend die boven alle namen is, opdat bij het noemen van
zijn naam zich ieder een knie zou buigen in de hemel, op aarde en onder de
aarde, en iedere tong zou
belijden tot eer van God, de Vader: Jezus Christus is de Heer.
De naam van Jezus is zo hoog verheven dat Hij aanbidding
ontvangt en Heer wordt genoemd.
8 Jezus ontvangt gebed
Gebed en aanbidding zijn enkel voorbehouden voor God.
Wanneer Stefanus bad tot Jezus vooraleer gestenigd te worden :
Handelingen 7:59-60 : Terwijl zij Stefanus stenigden, bad
hij: Heer Jezus, ontvang mijn geest. Toen viel hij op zijn knieën en
riep met luider stem: Heer, reken hun deze zonde niet aan. Na deze woorden
ontsliep hij. Saulus stemde in met de moord op deze man.
9 Jezus is de Eerste en de Laatste
Openbaring 1:17-18 : Toen ik Hem zag, viel ik als dood voor
zijn voeten. Maar Hij legde zijn rechterhand op mij en sprak: Vrees niet. Ik
ben het, de eerste en de laatste, de levende. Ik was dood, en zie, Ik leef
in de eeuwen der eeuwen. En Ik heb de sleutels van de dood en het dodenrijk.
Jesaja 44:6 : Zo spreekt Jahwe, Israëls koning en
verlosser, Jahwe van de legerscharen: Ik ben de eerste en Ik ben de laatste, en
buiten Mij is niemand god!
Jezus was de Eerste en de Laatste, God en de Koning van
Israel.
10 God met ons
In het Oude Testament stond reeds vermeld dat Jezus uit een
Maagd zou geboren worden.
Jesaja 7:14 : Daarom geeft de Heer zelf u een teken: Zie de
jonge vrouw is zwanger, en zal een zoon ter wereld brengen, en gij zult hem de
naam Immanuël geven.
Mattheüs 1:19-23 : De geboorte van Jezus Christus vond
plaats op deze wijze. Toen zijn moeder Maria verloofd was met Jozef, bleek zij,
voordat ze gingen samenwonen, zwanger van de heilige Geest. Omdat Jozef,
haar man, rechtschapen was en haar niet in opspraak wilde brengen, dacht hij er
over in stilte van haar te scheiden. Terwijl hij dit overwoog, verscheen
hem in een droom een engel van de Heer die tot hem sprak: Jozef, zoon van
David, wees niet bevreesd Maria, uw vrouw, tot u te nemen; het kind in haar
schoot is van de heilige Geest. Zij zal een zoon ter wereld brengen die
gij Jezus moet noemen, want Hij zal zijn volk redden uit hun zonden. Dit alles
is geschied, opdat vervuld zou worden wat de Heer gesproken heeft door de
profeet, die zegt:
Zie, de maagd zal zwanger worden en een zoon
ter wereld brengen
en men zal Hem de naam Immanuël geven.
Dat is in vertaling: God met ons.
Jezus heeft vele titels. Hier
zijn er nog enkele :
Jesaja 9:5 : Want een kind wordt
ons geboren, een zoon wordt ons gegeven. De heerschappij rust op zijn
schouders; men noemt hem: Wonder van beleid, Sterke God, Vader voor eeuwig,
Vredevorst.
|