|

God is te groot
In ons kader zien we gezin, thuis, werk en ontspanning. We
vinden het zo vanzelfsprekend dat alles er is en kijken niet buiten dat kader.
We staan er niet bij stil dat God ons geschapen heeft, dat Hij degene is die
alles in handen heeft, dat alles wat wij maken van Hem is. We bezitten niets en
zullen alles moeten afgeven. Ook dat Hij als pure Geest onzichtbaar is en
bovennatuurlijk doet ons denken dat Hij niet bestaat. We zoeken zichtbare
afgoden zoals bezit, middelen tot ontspanning en idolen. De enige plaats waar
we Hem kunnen ontmoeten is in de H. Mis. Maar het past niet meer in het kader
en daarom gaan we niet naar Hem. Hij is te groot om in ons kader te passen.
|