Ik aanbid U, kostbaar
Bloed
Ik
aanbid U, o kostbaar Bloed van Jezus, bloem van de schepping, vrucht van de
maagdelijkheid, onbeschrijflijk werktuig van de heilige Geest. Ik juich bij de
gedachte dat gij uw oorsprong hebt in druppels maagdelijk bloed. De eeuwige
liefde heeft die in beweging gezet en het Woord nam ze op en vergoddelijkte ze
in zijn Persoon. Gij zijt uit het hart der Moedermaagd in het Hart van het
Woord overgevloeid en, eens door de adem van de Godheid bezield,
aanbiddingswaard geworden als het Bloed van God.
Ik
aanbid U, vloeiend in Jezus' aderen, bewaard in zijn mensheid, zoals het manna
in gouden urn, als een gedachtenis der eeuwige verlossing welke Hij in de dagen
van zijn sterfelijk leven bewerkte. Ik aanbid U Bloed van het nieuw en eeuwig
verbond. Gij vloeide uit Jezus' aderen in Gethsemani, uit zijn gegeseld lichaam
in het pretorium, uit zijn doorboorde handen en voeten, uit zijn geopende zijde
op Golgotha. Ik aanbid U in de sacramenten. Ik aanbid U in de Eucharistie, waar
gij zelfstandig aanwezig zijt...
Op
U rust mijn vertrouwen, o aanbiddingswaardig Bloed, onze losprijs en ons
reinigingsbad. Laat mildheid druipen in versteende harten en maak hun hardheid
week. O Bloed van Jezus, was onze vlekken rein, red ons voor de toorn van de
engel der verdelging. Overdauw de Kerk, bevrucht ze met wonderdoeners en
apostelen, maak ze rijk aan heiligen, rein en stralend van goddelijke
schoonheid (H. Alb. de Grote) .
|