De Hemel is zo echt Choo Thomas
1 De aanwezigheid van de Heer : Ik kan de mond van de Heer
zien bewegen als Hij tot mij spreekt. Zijn voorkomen doet Hem lijken alsof Hij
een jonge man is ongeveer tussen 30-40 jaar. Hij is ongeveer 6 ft groot.
2 Er zijn bloemen en fruitbomen : Ik ben blij te weten dat
er bloemen zijn in de hemel. Ze hadden de mooiste bloesems dat ik ooit heb
gezien. En ze leken stralender en kleurrijker te groeien als we de ingang van
het grote witte paleis naderden. Bloemen van elk type vormden een zee van
schoonheid overal waar ik keek. Ik zag dat een varieteit van fruitbomen dicht
bij de stenen muur groeiden. Deze bomen waren vol van het heerlijkst uitziend
fruit dat ik ooit heb gezien. Ze waren omringd door een magnifieke overvloed
van mooie bloemen.
3 De enigen die in de hemel kunnen komen : Jezus verzekerde
me na we in de hemel waren toegekomen gedurende de vroege uren van 29 februari
: De enigen die hier kunnen komen zijn degenen wiens harten even puur zijn als
het water. De Heer herhaalde de uitnodiging die hij aan allen geeft die Hem
willen volgen en die een eeuwige thuis hebben bij Hem in de hemel. De enigen
die hier kunnen komen zijn degenen wiens harten zuiver gemaakt zijn als het
water.
4 De Waarschuwing van de Heer Jezus : Jezus vervolgde : Vele
mensen denken dat Ik nooit zal komen voor hen, maar Ik zeg je dat Ik eerder kom
dan ze denken. Wanneer Hij dit zei veranderde de toon van zijn stem. Hij leek
bijna boos te worden. Ik voelde een hoogdringendheid in zijn woorden. Het was
een waarschuwing. Het was een boodschap die ik moest meedelen en wel nu. De
eindtijd is werkelijk aangebroken. Jezus komt spoedig.
5 Hemelse verblijfplaatsen in gewaden en kronen : Jezus nam
me mee naar een van de verblijfplaatsen. Het was een witte woning rijkelijk
omgeven door een overvloed aan kleurige bloemen en bomen. De meest prachtige
bloemen die ik ooit gezien heb versierden de ingang. Het waren prachtige deuren
die mooi gedecoreerd waren met gebrandschilderde glasramen. Binnen het paleis
was alles kleurrijk en stralend. De grote zaal was vol mensen die mooie gewaden
droegen en elke persoon droeg een kroon die was ingezet met juwelen van elke
varieteit.
6 Er waren sommige mensen die buiten stonden op een droge en
dorre plaats buiten het koninkrijk. De Heer bracht me naar een dorre plaats
buiten de poort van het koninkrijk en toonde me vele mensen die zandkleurige
gewaden droegen en zeer dicht bijeen stonden. Ik bemerkte dat ze er ellendig
uitzagen en eenzaam, zelfs al waren ze temidden van zovele anderen.
7 Grote witte woningen : De volgende stop op onze hemelse
reis was de witte woning waar Jezus me reeds gebracht had. Opnieuw bemerkte ik
dat binnen de grote zaal talrijke mannen waren maar zeer weinig vrouwen. Wie
zijn deze mensen? vroeg ik. Dit zijn mensen die zich opgeofferd hebben voor
Mij.
8 Jezus komt zeer spoedig. Hij herinnerde mij eraan : Ik
zeg je dit alles en toon je deze dingen, zodat jij het aan de wereld kunt
zeggen. Dan herhaalde Hij het belang van al deze ervaringen door te zeggen : Ik
weet dat veel van mijn kinderen denken dat Ik voor een lange tijd niet zal
terugkomen voor hen. Sommigen denken zelfs dat Ik nooit zal terugkomen voor
hen. Maar ik wil dat je hen vertelt dat mijn koninkrijk klaar is voor degenen
die klaar zijn en wachten op Mij. Ik kom zeer spoedig.
9 Alle soorten van dieren : Dit was de hemel en het was
mooier dan ik mij ooit kon inbeelden. Ik kon alle soorten dieren zien die
rondliepen en speelden rond de bomen. Ik keek in het bijzonder naar een hert
dat er zo sterk en gezond uitzag. Ik bemerkte dat deze dieren die gewoonlijk
beschouwd werden als wilde dieren speelden met elkaar. Het was als een scene uit
een Disneys Bambi film.
10 De Heer heeft woningen voor jullie voorbereid. Toen ik
in een andere richting ging bemerkte ik een mooie rivier en langs de rivier was
een stenen muur en magnifieke woonplaatsen waren gesitueerd aan de linkerzijde
van de rivier. Vele van deze woonplaatsen leken op kastelen waar enkel de zeer
rijken konden leven. De Heer zei : Dit zijn woningen voor mijn speciale
kinderen. Ik was heel nieuwsgierig naar deze plaats maar de Heer bracht me
niet dichter er naartoe. Hij toonde het mij enkel vanop de top van de heuvel en
op verre afstand.
Deze plaats ziende, realiseerde ik mij de waarheid van Zijn
woord. In Mijn Vaders huis zijn vele woonplaatsen. Als het niet zo was zou Ik
het niet gezegd hebben. Ik ga een plaats voorbereiden voor jou en als Ik een
plaats voor jou zal voorbereiden zal Ik terugkomen en je ontvangen. Waar Ik
ben, kan je ook zijn. En waar Ik ga, weet je en de weg ken je. Er was een tijd
wanneer ik mij afvroeg of dit symbolisch bedoeld was. Nu weet ik dat deze
woningen en kastelen echt zijn en de Heer heeft ze reeds voorbereid voor ons.
Nog belangrijker is dat Hij wil dat we bij Hem zijn voor altijd.
11 De helleput. De Heer nam me mee naar een andere plaats
buiten de hemel. Ik keek over de top van de berg en ik kon dampen en donkere
rook zien opstijgen uit een diepe put. Het was als de krater van een vulkaan en
binnenin zag ik vlammen die een menigte van mensen verbrandden. Ze waren aan
het schreeuwen en huilen in doodsangst die enkel de zwaar verbrande mensen echt
kennen. De mensen waren naakt en zonder haar en ze stonden dicht bijeen. Ze
bewogen zoals wormen en de vlammen verbrandden hun lichamen. Er was geen
ontsnapping mogelijk voor degenen die gevangen waren en de muren waren te hoog
voor hen om te beklimmen en er waren hete kolen en vuur aan alle kanten.
Hoewel de Heer me dit niet vertelde wist ik dat ik op de
rand stond van de hel. Het was zelfs gruwelijker dan de omschrijving dat de
Bijbel geeft. De zee gaf de doden terug die erin waren. En de dood en Hades gaven
de doden terug die erin waren. En elkeen werd geoordeeld volgens zijn werken.
Dan werden de dood en Hades in de vuurzee geworpen. Dit is de tweede dood. En
iedereen die niet opgenomen was in het boek van leven werd in de vuurzee
geworpen. In de evangelien en in het boek Openbaring vertelde Jezus ons over de
verschrikkingen van de hel. De vlammen schoten onverwacht hoger.
De mensen probeerden weg te komen en van zodra ze dachten
veilig te zijn schoten er opnieuw vlammen op. Er was geen rust voor deze ongelukkige
slachtoffers van zonde. Ze werden gedoemd om eeuwig te branden. Als ze
probeerden te ontsnappen aan de vlammen van de hel vroeg ik: Wie zijn deze
mensen? Mijn dochter, deze mensen kenden Me niet. Hij zei dit met een stem
dat doordrongen was van smart. Ik zag dat de Heer niet opgetogen was door deze
plaats. Het greep Hem aan. Ik wist dat Hij geen controle had over de
lotsbestemming van mensen die moedwillig kozen om Hem te verwerpen.
Dit waren degenen die verkeerden in pijn en lijden in de
put. Ik wist twee levensbelangrijke dingen die ik met anderen moest delen. Aan
de ene kant is de hemel echt, maar aan de andere kant is de hel net zo echt. Ik
ken vele mensen die niet geloven in hemel of hel en ik wist dat het mijn missie
zou worden om hen de realiteit van het hiernamaals te tonen.
12 Er zijn ongehoorzame christenen. De Heer raakte mijn
hoofd aan en nam mijn hand en leidde mij naar een donkere tunnel en we kwamen
aan op een weg dat ver reikte en naar de rand ging van de put. Deze weg leidde
door grote bomen en grote rotsen naar een berg. Op de top keek ik over een
bruine dode vallei. Overal was ze bruin. De hele regio leek gevuld met droog
gras. Ik bemerkte menigten van mensen die zandkleurige gewaden droegen en die
doelloos ronddwaalden in de nabijheid van de gapende putten. Hun handen hingen
naar beneden en ze zagen er moedeloos uit.
Wie zijn deze mensen, Heer? vroeg ik. Dit zijn
ongehoorzame Christenen. Hoelang moeten ze in deze dorre plaats blijven. Voor
eeuwig, mijn dochter. De enigen die mijn koninkrijk zullen binnenkomen zijn de
zuiveren van hart, mijn gehoorzame kinderen. Velen die zichzelf christenen
noemen, leven niet naar Mijn woord en sommigen van hen denken dat een keer per
week naar de kerk gaan genoeg is. Ze lazen nooit mijn woorden en ze jagen
wereldse dingen na. Sommigen die Mijn woord kennen hebben nooit hun hart bij
Mij. Het hele plan en doel van God werd duidelijk.
Ik herinnerde mij dat Jezus heeft gewaarschuwd dat het
lastig was om zijn koninkrijk binnen te komen en nu had ik een vermoeden van
wat dat betekende. Mijn dochter, Mijn woorden zeggen dat het lastig is om het
koninkrijk van de hemel binnen te komen, maar zo weinig geloven dit en
begrijpen het belang. Ik openbaar dit aan jou zodat je hen kan waarschuwen.
Hij verklaarde nogmaals het belang van Zijn boodschap. De Heer bracht mij naar
de prachtige kastelen die ik eerder had gezien. Als we dichter naar deze
verblijfplaatsen gingen kon ik zien dat de straten waren versierd met de
mooiste edelstenen. Het is waar dat de straten in de hemel geplaveid zijn met
goud.
13 Hoge vuren die uitbarsten. De volgende dag, op 3 maart,
was gevuld met vele nieuwe door God gegeven ervaringen. Ik keek naar de oceaan
en ik zag dat het water was veranderd in bloed. Opnieuw zag ik mensen rennen op
het strand. Dit waren geen toevallige joggers. Ze renden in angst en paniek.
Het vorige panorama hielp me begrijpen waar ze vandaan liepen. Aan mijn
linkerzijde waren de bergen en de gebouwen die gesitueerd waren op de
bergflanken allen in lichterlaaie. Dan bemerkte ik hoge vlammen die overal uitbarstten.
Overal waren mensen in de vlammen. Sommigen sprongen in de
oceaan. Maar toen ze in het water stapten vielen ze door het vuur. Iedereen
werd een menselijke toorts. Ik begon te schreeuwen van ontzetting en medelijden
voor degenen die ik zag. De oceaan van bloed was veranderd in een ketel van
brandende zwavel. Het was nutteloos om in de oceaan te gaan want er was geen
ontsnapping mogelijk van de brandende vijand die dreigde hen te verteren. Ze
konden niet vluchten naar de bergen omdat ze omgeven waren door vlammen. Er was
geen veilige plaats. Ik schreeuwde de hele tijd en ik snikte : Heer, wat
gebeurt er? Je moet onthouden, mijn dochter, dat Ik je deze dingen toon zodat
je in staat bent om aan iedereen te laten weten wat er spoedig zal gebeuren. Wanneer
zal dit gebeuren, Heer?
Nadat Ik mijn kinderen heb thuis gebracht. Velen geloven Mijn
woord niet. Daarom wil Ik dat je een boek schrijft dat je ervaringen met Mij
beschrijft. Ik wil dat de hele wereld dit boek ziet en Ik wil dat ze zich
realiseren dat Ik klaar ben voor hen. Ik houd van al Mijn kinderen, maar Ik kan
ze niet naar Mijn koninkrijk brengen als ze niet klaar zijn voor Mij. Ik zal
nooit Mijn kinderen dwingen om iets te doen, als ze geen hart hebben voor Mij.
Ik heb dit werk reeds lang voor jou gepland, omdat Mijn koninkrijk nu volledig
klaar is.
14 Mijn ouders en broers waren in de hel. Het was zo lastig
om te kijken in de helleput, maar onmiddellijk werd mijn aandacht getrokken
naar een figuur die wuifde naar mij door de rook. Ik kon uitmaken dat de
persoon een vrouw was. Toen hoorde ik haar stem. Ze sprak in mijn Koreaanse moedertaal.
En ze begon te schreeuwen: Heet, heet, heet. Ik herinner me zo duidelijk haar
ogen en ze begon te schreeuwen. Mijn eigen moeder schreeuwde om hulp uit de gapende
put van Hades. Een mes van hopeloosheid doorboorde mijn hart. Mijn moeder was
in de hel!! Het voelde alsof de steen waarop ik zat bovenop mij lag.
Ik wilde wanhopig naar haar reiken en haar hand vasthouden.
Zodat ik haar uit de brandende vlammen kon trekken. Het was het ergste moment
van mijn leven. Er bestaan geen woorden voor hoe ik me dan voelde. Het was een
mengeling van angst, wanhoop, verdriet en verschrikking. Dan realiseerde ik mij
dat dit de emoties waren dat mijn moeder zou ervaren gedurende de eeuwigheid.
Mijn moeder was gestorven toen ze 40 was. Maar haar gezicht was hetzelfde als
ik haar herinnerde. Ze was een mooie vrouw maar de uitdrukking van haar gezicht
weerspiegelde de kwelling die ze ervaarde in de helleput. Ik weet dat deze
dingen gebeurden omwille van haar keuzes in het leven.
Ik wist dat ik haar niet kon helpen, dat zelfs de Heer haar
niet kon helpen omdat ze Hem niet kende. Ze wist niets over de Heer omdat
niemand ooit tot haar gepredikt had. Het is door de Heer niet te kennen dat
mensen in de Hel belanden. En daarom wil ik de hele wereld vertellen over de
helleput dat ik heb gezien en het prachtige Koninkrijk van de Hemel. Daarna zag
ik mijn vader, mijn stiefmoeder en een goede vriendin die was gestorven toen ze
19 was. Ze waren allen in de hel. Hij verbrak de stilte : De reden waarom Ik
dit aan je toon, mijn dochter, is dat je volledig zou begrijpen en dat ongeacht
hoe goed mensen zijn, ze naar de hel gaan als ze Mij niet aanvaarden.
Ik wil zoveel mogelijk zielen gered zien vooraleer Ik mijn
Kerk verzamel. Mijn Vader houdt van al Zijn kinderen. Wanneer ik jouw geliefden
zag voelde Ik een diepere pijn dan jij deed. Maar Ik moet leven volgens Mijn
Vaders woord. Eens een persoon naar de hel gaat is er geen mogelijkheid om er
ooit uit te geraken. Ik wil dat de verlorenen dit weten. De realiteit van de
hel is voor eeuwig. Ik houd van elk van Mijn kinderen, maar Ik kan niemand
dwingen om Mij lief te hebben of te gehoorzamen. Als ze hun harten openen voor
Mij kan Ik hen helpen om te geloven in Mij en Mij graag te zien.
Ik wil zoveel mogelijk zielen redden. Ik wil overal
gelovigen die het evangelie verkondigen. Dit is heel belangrijk voor Mij. De
laatste dagen zijn werkelijk aangebroken. Het geduld van de Heer is bijna op en
Hij staat klaar om terug te komen om zijn kinderen bij Hem te ontvangen. En het
is dan dat de mensen die overblijven op aarde werkelijk de hel op aarde zullen
ervaren vooraleer ze eindigen in de inferno van eeuwigdurende vernietiging. Het
is mijn taak om de hele wereld te waarschuwen over deze gebeurtenissen. Dat ze
in het vooruitzicht zijn.
15 Zonde en degenen die zich niet bekeren voor ze sterven.
Hij bracht mij opnieuw naar een hoge berg vanwaar ik neerkeek op nog een
eindeloze vallei, waar een menigte van mensen gekleed was in grijs gekleurde
gewaden. Ze liepen rond in misnoegdheid. De gewaden deden me denken aan
patienten in een ziekenhuis. De mensen zagen er zwak en verloren uit en hun
grijze gezichten leken op het kleur van hun gewaden. Ze staarden naar de grond
en ze liepen doelloos in cirkels rond. Op deze plaats waren veel mannen en maar
een paar vrouwen. Wie zijn deze mensen, Heer? Dit zijn de zondige
christenen. Wat gaat er met hen gebeuren? vroeg ik mij af.
De meesten zullen naar de vuurzee gaan na het oordeel. Ik
vroeg mij af waarom deze mensen hier waren en dan herinnerde ik mij dat hun
vallei naar de brandende helleput leidde. Deze zogenaamde christenen die de
Heer niet echt kennen, pleegden een nieuwe voortdurende en moedwillige zonde en
bekeerden zich niet vooraleer ze stierven of voordat de opname gebeurde. Ze
waren voor eeuwig verloren.
16 Mijn verblijfplaats : Ik vroeg mij af waar Hij mij
leidde. Hij nam mijn hand en begon te wandelen. Hij nam mij naar het kasteel
waar we gisteren heen gingen. Ik zag een gouden plaat aan de voordeur. Er was
een naam gegrift en ik realiseerde mij vlug dat het mijn naam was. Ik viel
bijna flauw van verbazing. In mooie letters was de naam gegrift. Dit was de
plaats dat Jezus had voorbereid voor mij. Ik was verwonderd. Het was te mooi om
waar te zijn. Hier stond ik dan voor de deur van een vorstelijk paleis in de
hemel en mijn naam was gegrift in goud op de mooie deur. Het werd me teveel.
Mijn hoofd tolde van verbazing. Hoe kon dit zijn?
Ik huilde tranen van dankbaarheid en vreugde als mijn hart
overstroomde van liefde en aanbidding van de Heer. Ik had nooit zon mooie dingen
van Hem verwacht. Ik had altijd het gevoel als Hij me gewoon opmerkte het ok
was. Maar nu toonde Hij letterlijk zijn zegeningen aan mij. Ik had het levende
water geproefd en ik wist dat ik nooit meer dorst zou hebben. Ik had het paarse
fruit van het paradijs geproefd en ik kon nooit meer opnieuw hongeren naar de
dingen van de wereld. Ik was bij Jezus, Mijn Heer en Meester geweest en Hij had
mij naar de woning gebracht die Hij voor mij gemaakt had.
Ik huilde als de Heer mij in het huis bracht. Hij zei : Huil
niet, Mijn dochter. Ik wil dat je gelukkig bent. Toen we over de drempel van
de woning stapten welden geestelijke liederen op uit mijn hart en ik bleef
tranen huilen van vreugde en dankbaarheid. Ik was getroffen door de
schitterende stenen muren dat in de gang van mijn woning stonden. Ik hield van
het rode en creme-kleurige tapijt met de ronde patronen. De rode fluwelen
stoelen die zo klassiek waren zo gesofisticeerd zoals deze die ik altijd gewild
heb in mijn huis.
De rode draperieen waren de fijnste kwaliteit die ik ooit
heb gezien. De Heer ging zitten op een van de fluwelen stoelen als ik de
majestatische trap opging en elk moment in mijn woning in mij opnam. In de
slaapkamer lag een wit tapijt en het hoofd van het bed was in zilver met blauwe
stenen versierd.
|